id
int64
1
12.6k
class_label
stringclasses
634 values
wiki_id
stringlengths
2
7
wiki_url
stringlengths
32
160
wiki_title
stringlengths
1
102
wiki_full_text
stringlengths
62
295k
context_paragraph
stringlengths
5
17.4k
keyword_count
int64
0
21
keywords_used
stringlengths
14
77
12,099
HowToSupply
108837
https://nl.wikipedia.org/wiki/Strijkplank
Strijkplank
Een strijkplank, in een bredere variant ook wel strijktafel genoemd, is een hulpmiddel om textiel te strijken of te persen. Een strijkplank wordt gebruikt in combinatie met een hete strijkbout. Constructie Een strijkplank bestaat uit een vlak oppervlak, gemaakt van multiplex, spaanplaat of geëxpandeerd metaal dat wordt bekleed met een strijkhoes. De plank zelf is gemonteerd op een onderstel van aluminium, roestvast staal of kunststof. In het verleden waren strijkplanken geheel van hout gemaakt. Moderne strijkplanken hebben een open oppervlak zodat de stoom die ontstaat bij gebruik van een stoomstrijkijzer aan de onderzijde kan ontsnappen. Aan een uiteinde zijn moderne strijkplanken voorzien van een treefje, een plank of houder om de strijkbout op te plaatsen als deze aan het opwarmen is, of als deze tijdens het strijken opzij gezet moet worden. Grotere houders zijn geschikt voor strijksystemen of stoomgeneratoren. Rechtshandige mensen zullen de houder aan de rechterkant houden, linkshandigen aan de linkerkant, omdat zij het strijkijzer over het algemeen met de linkerhand zullen bedienen. De houder zal voor een stoomgenerator groter moeten zijn dan voor een conventioneel strijkijzer. Het andere uiteinde van de strijkplank heeft een afgeronde vorm die geschikt is voor het strijken van de schouders van kledingstukken, die er dan omheen gedrapeerd worden. Aan het metalen frame zit een hendel die dient om de werkhoogte in te stellen. Bij sommige typen dient dezelfde hendel voor het inklappen en vergrendelen van de strijkplank, zodat de strijkplank minder ruimte inneemt. De poten zijn meestal van rubberen doppen voorzien om ervoor te zorgen dat de plank tijdens het strijken of bij het opbergen niet verschuift. De doppen zijn tevens bedoeld om de vloer niet te beschadigen. Soorten en maten Commercieel verkrijgbare strijkplanken bestaan in de eenentwintigste eeuw in verschillende maten, waarbij zowel de lengte als de breedte variëren. De lengte varieert tussen 73 en 135 cm, de breedte van 30 tot 45 cm. De maten worden door fabrikanten op verschillende manieren aangeduid. Sommige gebruiken s (small) tot en met xl (extra large), anderen A t/m D. Dezelfde aanduidingen worden gebruikt voor de strijkhoezen. Een bredere strijkplank neemt meer ruimte in, maar is efficiënter, omdat het te strijken textiel tijdens het strijken minder vaak verplaatst behoeft te worden. Dit is vooral van belang bij groot textiel, zoals beddengoed, tafellakens of gordijnen. Voor rolstoelgebruikers bestaan strijkplanken die aan de muur worden bevestigd, zodat er geen onderstel nodig is en er ruimte is voor de rolstoel. Ook in hotels bevinden zich soms inklapbare strijkplanken die aan een muur zijn bevestigd. Verstelbaarheid Strijkplanken zijn over het algemeen in hoogte verstelbaar. De uitersten in hoogte zijn 47 cm en 102 cm. Voor staand strijken wordt de hoogte ingesteld tussen 90 en 102 cm. De meeste mensen strijken staande. In dat geval is de verstelbaarheid nodig om rugklachten te voorkomen. Geadviseerd wordt de strijkplank zodanig in hoogte in te stellen dat het strijkoppervlak ongeveer 25 cm lager is dan de elleboog. De kleinste hoogte maakt het mogelijk om zittend te strijken. Soms wordt het onderstel speciaal geschikt gemaakt om zittend te strijken, zodat er ruimte is voor de knieën. Varianten Er bestaan ook zeer lage strijkplanken, die geschikt zijn om op een tafel te zetten. Er bestaan hitte-reflecterende strijkdekens waarmee op elke ondergrond gestreken kan worden. Een kleermakerskussen is een hulpmiddel om kleine onderdelen van een kledingstuk te strijken of te persen. Omdat strijkplanken te breed zijn voor het strijken van mouwen, althans indien men geen zichtbare vouw wenst te zien, of als de naden moeten worden opengeperst, wordt een aparte kleine strijkplank gebruikt dat mouwplankje wordt genoemd. De mouw wordt voor het strijken over zo een mouwplank heen getrokken. Voor het strijken van broekspijpen werd voorheen een speciale lange, smalle broekenplank gebruikt. Kleermakers gebruiken voor kragen een speciale kragenplank. Mensen die zelf kleding maken, kunnen als alternatief een kleermakerskussen gebruiken om kragen te strijken. Hierop kan een kraag worden vastgenaaid, zodat deze op z`n plek blijft zitten tijdens het strijken. In 2019 bestaan actieve strijkplanken die een verwarmingselement bevatten en een met de voet bediende afzuiging. Daarmee kan lucht door de plank heen worden getrokken om het kledingstuk tegelijk te drogen en te strijken. Met dat aanzuigen wordt het textiel tevens vastgezogen, zodat het niet meer verschuift. Bovendien wordt de stoom actief naar beneden gezogen. Zo'n strijkplank heeft ook een blaasfunctie, waarmee er lucht naar boven wordt geblazen, zodat het kledingstuk als het ware boven het strijkoppervlak zweeft. Daarmee wordt bereikt dat naden en biezen niet doordrukken. Accessoires Overtrek Bij een strijkplank gebruikt men een overtrek (ook wel hoes of tijk genoemd), gemaakt van katoen met een verende onderlaag. Een extra onderlaag die onder de hoes wordt gelegd, vaak van molton, maakt het strijken makkelijker omdat die laag de warmte goed vasthoudt. Strijken zonder onderlaag van een hoes leidt niet tot een goed resultaat. In geval van een houten strijkplank is een hoes met brandvertrager nodig om ervoor te zorgen dat de plank niet verbrandt door de hete strijkbout. De hoes krijgt vaak een aantrekkelijk uiterlijk met een gedrukte decoratie. Fabrikanten van strijkplanken schakelen soms ontwerpers in voor de hoes om de strijkplank aantrekkelijker te maken. Een hoes is echter een eenvoudig te vervangen onderdeel van de strijkplank. De hoes wordt met een koordsluiting of elastiek strak om de strijkplank vastgemaakt, waarbij ervoor gezorgd moet worden dat de hoes geen plooien vertoont, want die drukken door in het strijkgoed. Soms heeft de overtrek een warmte-reflecterende laag, te herkennen aan de metaalachtige kleur. Als een hete strijkbout gedurende langere tijd op de hoes staat, kan deze verbranden, ook al is de hoes voor de hitte van het strijkijzer bedoeld. Daarom werden in het verleden strijkhoezen wel gemaakt met asbest. Dit is sinds 1993 verboden in Nederland en sinds 2001 ook in België. Snoerhouder Sommige strijkplanken hebben een snoerhouder, waarmee het snoer van de strijkbout omhooggehouden kan worden, zodat het snoer niet in de weg ligt of kreukels in het strijkgoed kan maken. Linnenrek Sommige strijkplanken hebben halverwege het onderstel of aan het uiteinde een linnenrek om het gestreken en gevouwen wasgoed op te leggen. Geschiedenis In Scandinavië, maar ook op de Orkney-eilanden, zijn platen van walvisbot gevonden uit de Vikingtijd. In één geval samen met een grote glazen cilinder, die gebruikt werd om wasgoed glad te maken. De platen werden vermoedelijk gebruikt als strijkplank, maar daar zijn geen bewijzen voor. Naar verluidt zijn ze tot de 19e eeuw gebruikt. Tijdens opgravingen zijn ongeveer 40 van dit type platen gevonden, vaak bij een vrouwengraf, zoals in het bootgraf van Scar. In Nederland werden voor de ontwikkeling van strijkbout en strijkplank mangelplanken gebruikt voor kleine stukken textiel. Het natte linnengoed werd om een ronde stok gewikkeld. De mangelplank werd over de stok heen en weer gehaald om het linnen glad te maken. De bovenkant van de mangelplank was versierd met geometrische patronen of spreuken. Tot in de 19e eeuw werden kleine strijkplanken gebruikt die op schoot gelegd werden. Deze werden vooral gebruikt om zomen te persen tijdens het naaien. Voordat de opvouwbare strijkplank werd ontwikkeld, gebruikten de toenmalige huisvrouwen een eenvoudige plank die op twee stoelleuningen werd gelegd, of legden ze een plank met een kant op een keukentafel en de andere kant op de rugleuning van een stoel die ongeveer even hoog moest zijn. Ook gebruikten ze wel schragen om de strijkplank op te leggen. In de negentiende eeuw verschenen vele handleidingen voor huisvrouwen met advies over de ideale afmetingen van een strijkplank, de beste materialen en welk materiaal gebruikt kon worden als bedekking tegen de hitte van de strijkbout. Zo adviseerde Catherine Beecher in 1841 dat de vorm van de strijkplank voor het strijken van rokken aan een kant smaller diende te zijn. Strijkplanken waren in deze tijd gemaakt van hout. Aan de houtsoort werden verschillende eisen gesteld. Het hout mocht niet splinteren; daarom was bijvoorbeeld vurenhout niet geschikt. Ook hout dat slecht vocht kon opnemen was ongeschikt, met name voor het persen. De beste houtsoorten waren ahorn-, beuken-, elzen-, linden- of perenhout. De strijkplanken werden bekleed met een wollen deken, waarover een niet al te grove linnen lap werd gespannen. Strijktafels moesten zo breed zijn dat er twee strijksters tegelijk aan konden werken. De eerste patenten voor strijkplanken werden verleend in de Verenigde Staten. James N Brewster verkreeg waarschijnlijk in 1867 het eerste octrooi op een strijkplank. Zijn uitvinding hield in dat de plank opklapbaar was, zodat deze na gebruik rechtop in een kast verdween. Vanaf dat moment werden verschillende modellen ontwikkeld. Er werden ook patenten verleend voor strijkplanken voor het strijken van mouwen of hoeden. Op 15 februari 1858 kregen W. Vandenburg en J. Harvey patent op een strijktafel waarmee mouwen en broekspijpen konden worden geperst. In 1875 patenteerde John B. Porter in Canada een opvouwbare strijkplank. Deze uitvinding omvatte ook een verwijderbare perstafel om mouwen te persen. In 1887 werd in het Nederlandse tijdschrift De huisvrouw: weekblad tot voorlichting, nut en ontwikkeling van het huisgezin over een opvouwbare strijkplank geschreven, die bovendien op rollen stond om hem makkelijk te verplaatsen. In datzelfde jaar, op 30 december 1887, vroeg Sarah Boone in de VS een patent op verbeteringen van de strijkplank, ook gericht op het beter strijken van mouwen. Daarmee werd ze de eerste Afro-Amerikaanse vrouw met een patent op haar naam. Het octrooi werd op 26 april 1892 verleend. Haar plank was tevens scharnierend, zodat hij kon worden omgeklapt. Met de opkomst van de stoomstrijkijzers werden de strijkplanken stoomdoorlatend. De houten plank werd vervangen door een metalen raster. In 2012 presenteerde Anna Chagnaud haar ontwerp van een draaibare en verstelbare strijkplank met de naam Twisbee. Zij kreeg daarvoor een zilveren medaille van de Franse Concours Lépine en in 2013 een gouden medaille op de Internationale Salon in Genève. In 2017 presenteerde het Amerikaanse bedrijf Sharkk een strijkplank die om zijn lengteas kon draaien. Het bedrijf claimde dat daarmee sneller gestreken kon worden. Het bedrijf startte een crowdfunding-campagne om de plank in productie te nemen. Dit had in 2019 nog niet tot resultaat geleid. Strijkplank in de cultuur Strijkplank als stereotiep voorwerp De strijkplank wordt volgens de conventionele taakverdeling in een huwelijk tussen een man en een vrouw vrijwel alleen door de echtgenote gebruikt, zo blijkt uit onderzoek in Vlaanderen in 2016. Deze taakverdeling verandert echter langzaam en mannen gaan de strijkplank vaker gebruiken, met name voor hun eigen overhemden. De strijkplank is niettemin nog steeds een stereotype voorwerp, geassocieerd met huishoudelijk werk door vrouwen. Hedy d'Ancona signaleerde in 2014 dat in verhalen van Jip en Janneke uit de jaren 50 van de twintigste eeuw de strijkplank een van de rolbevestigende voorwerpen was. Zo kreeg Janneke als cadeau naast een reiswieg met een pop ook een strijkplank met strijkbout voor de poppenkleertjes. Econoom Bas ter Weel beschrijft in 2013 hoe in een reclamefolder van een grote speelgoedwinkel de strijkplank als meisjesspeelgoed is opgenomen. Volgens Van Weel denkt de fabrikant van dat speelgoed dat hij daarmee Nederlandse meisjes kan verleiden. In toneelstukken en films figureren strijkplanken als voorwerp dat door een vrouw wordt gebruikt. Zo worden in een enscenering van het toneelstuk van Shakespeare, Het temmen van de feeks door Nina Spijkers traditionele vrouwenvoorwerpen zoals de strijkplank en de droogkap afgezet tegen traditionele mannenvoorwerpen zoals gereedschap. Ook in ensceneringen van het toneelstuk Madame Sans-Gêne uit 1893, van de hand van Victorien Sardou en Émile Moreau, figureert een strijkplank. Het stuk gaat over een wasvrouw, Cathérine Hübscher, die het tot gravin brengt. In Nederland werd het stuk rond 1916 uitgevoerd met actrice Théo Mann-Bouwmeester als de wasvrouw, die ook aan het strijken is. Van het stuk verscheen in 1915 een opera versie van Umberto Giordano, en verschillende films, waaronder in 1925 een versie met Gloria Swanson en in 1961 een versie met Sophia Loren in de rol van de wasvrouw. Strijkplank in de beeldende kunst Verschillende kunstenaars hebben zich laten inspireren door de strijkplank. Marcel Duchamp (1887-1968) werkte dagelijkse voorwerpen als readymade om tot kunst. Omgekeerd kwam bij hem het idee op om een kunstwerk van Rembrandt als strijkplank te gebruiken: een ready-made réciproque. Dit is echter bij een dadaïstisch gedachte-experiment gebleven. Joseph Beuys (1921-1986) gebruikte in zijn installatie Hirschdenkmäler een oude strijkplank van zijn moeder. Eduard Veterman schilderde een magere man aan het strijken, mogelijk een herinnering aan zijn verblijf in het Oranjehotel. De Catalaanse kunstenaar Karol Bergeret (1975) maakte ter gelegenheid van Internationale vrouwendag 2015 in het kunstwerk Santas Amas de Casa, especie en extinción (heilige huisvrouwen, bedreigde diersoort) gebruik van strijkplanken, waarbij zij de planken versierde met een vrouwengezicht in de vorm van een heilige en allerlei andere voorwerpen uit het huishouden, die haar 'teleporteren naar dertig, veertig jaar geleden, naar een overwonnen tijd'. Haar werk is daarmee een eerbetoon aan vrouwen die zoveel van hun tijd – gratis, anoniem en zonder vakantie – aan het gezin en huishouden besteedden. Het is een ironische visie op de ontwikkeling van de samenleving van enkele decennia geleden en de ontwikkelingen sinds die tijd. Een werk van de Nederlandse kunstenaar Jorien Rooymans-de Kruyff van Dorssen werd in 1983 geplaatst aan de Maliebaan in Utrecht. Het beeld stelt een strijkplank voor, waarover textiel is gedrapeerd. Door de compositie is het beeld niet direct herkenbaar, een methode die Rooymans vaker toepast. Strijkplank in de sport In 1997 werd de sportvorm extreem strijken bedacht door de Engelsman Phil "Steam" Shaw. Deelnemers nemen een strijkplank, een strijkijzer en kleding mee naar een moeilijk te bereiken locatie en zorgen daarbij ook voor een mogelijkheid om daar te strijken met elektriciteit. In 2016 streek vrijduiker Roland Piccoli een T-shirt op een diepte van 42 m in het diepe zwembad van het Italiaanse dorp Montegrotto Terme. In 2011 haalde duikclub De Waterman uit Oss een record dat werd opgenomen in de Guinness World Records. Zij beoefenden het extreme ironing onder water met 173 mensen tegelijk. Strijkplank in de Nederlandse taal Figuurlijk kan in de Nederlandse taal strijkplank de volgende betekenissen hebben: Meisje zonder zichtbare borsten Een grote spoiler achter op een auto. Enkele leveranciers van strijkplanken In de westerse wereld hebben veel huishoudens een strijkplank. Er zijn vele leveranciers, zoals Bosch, Brabantia, Braun, Calor, DeLonghi, Kärcher, Laurastar, Leifheit, Metlatex, Necchi, O'Daddy, Philips, Rowenta, Siemens, Tefal, Tomado, Vileda en Wpro. Sommige van genoemde leveranciers hebben strijkplanken echter in 2019 niet permanent in hun collectie. Een bedrijf als Altrex leverde in de jaren 1950, toen het nog Bijstede heette, naast trappen en droogmolens ook strijkplanken. Daarnaast leveren grote winkelketens of internetwinkels zoals Otto en Wehkamp vaak een strijkplank onder hun eigen merknaam. Brabantia maakte in 1981 de zes miljoenste strijkplank in de vestiging in Valkenswaard. Wetenswaardigheden In China werd gestreken zonder strijkplank. De te strijken stof werd met de hand strak gehouden en een hete strijkpan werd er overheen bewogen. Werktuig voor textiel
Voordat de opvouwbare strijkplank werd ontwikkeld, gebruikten de toenmalige huisvrouwen een eenvoudige plank die op twee stoelleuningen werd gelegd, of legden ze een plank met een kant op een keukentafel en de andere kant op de rugleuning van een stoel die ongeveer even hoog moest zijn. Ook gebruikten ze wel schragen om de strijkplank op te leggen. In de negentiende eeuw verschenen vele handleidingen voor huisvrouwen met advies over de ideale afmetingen van een strijkplank, de beste materialen en welk materiaal gebruikt kon worden als bedekking tegen de hitte van de strijkbout. Zo adviseerde Catherine Beecher in 1841 dat de vorm van de strijkplank voor het strijken van rokken aan een kant smaller diende te zijn.
1
benodigdheden, materialen, verbruiksartikelen
7,029
DeliveryTimeSettings
41669
https://nl.wikipedia.org/wiki/Manufacturing%20resources%20planning
Manufacturing resources planning
Manufacturing resources planning wordt ook wel MRP II genoemd. Het is een systeem waarmee de productiematerialen gepland worden, resources als materiaal, mensen en machines. Dit is een onderdeel van de logistiek. MRP II is een uitbreiding van MRP I, dit heet ook wel Material Requirements Planning. MRP I is een onderdeel van MRPII. MRP is een integrale productiebesturing. Hiermee wordt een prognose van de te vervaardigen eindproducten gemaakt. Het aantal mensen, machines, voorraden, etc wordt hierbij op de prognose ingesteld. Indien er naast de productiebesturing ook het managen van (alle) andere bedrijfsprocessen van belang is voor de integrale bedrijfsvoering, moet MRP II worden "opgeschaald" naar een Enterprise Resources Planning ook wel afgekort tot ERP. Doel Het uiteindelijke doel van MRP is: Betrouwbare levertijden Tevreden klanten Kleinere voorraden Kleinere magazijnen Minder leegloop van machines en mensen. Verlaging van de kosten (financieel) Logistiek
Doel Het uiteindelijke doel van MRP is: Betrouwbare levertijden Tevreden klanten Kleinere voorraden Kleinere magazijnen Minder leegloop van machines en mensen. Verlaging van de kosten (financieel)
1
bezorgtijd, levertijd, verzendtijd
10,814
FilmAction
4051466
https://nl.wikipedia.org/wiki/Mako%3A%20Island%20of%20Secrets
Mako: Island of Secrets
Mako: Island of Secrets, internationaal bekend als Mako Mermaids: An H2O Adventure, is een Australische televisiereeks voor kinderen en tieners. Het is een spin-off van de reeks H2O: Just Add Water. De serie verscheen voor het eerst op het Australische 'Network Ten' en later op 'Eleven'. Het themalied I Just Wanna Be wordt door Chantelle Defina en Jack Dacy gezongen. De serie wordt geproduceerd door Jonathan M. Shiff in associatie met 'Network Ten' en 'Nickelodeon'. Productie Seizoen 1 De show werd aangekondigd in juli 2011 en zou bestaan uit zesentwintig afleveringen van zesentwintig minuten, met een optie voor een aflevering van negentig minuten. Het filmen zou eerst in april 2012 beginnen, maar werd uitgesteld tot mei. Op 8 mei 2012 kondigde Shiff Productions de hoofdrolspelers en de startdatum van het filmen aan. Het filmen duurde tot 12 oktober 2012. De serie ging uitgezonden worden in de tweede helft van 2013 en een tweede seizoen werd bevestigd voordat het eerste verscheen. De totale productie van het eerste seizoen kwam op 12,3 miljoen Australische dollars. De serie kreeg eerst de titel Mako: Island of Secrets. Daarna werd dit Secret of Mako Island en vervolgens Mako Mermaids. In Australië verscheen de serie als Mako: Island of Secrets, op 26 juli 2013. Netflix is de exclusieve internettelevisie-verschaffer voor het televisieprogramma. De eerste dertien afleveringen werden vrijgegeven op 26 juli 2013. De tweede helft van het seizoen werd vrijgegeven op 15 september 2013. Op 8 november 2013 werd de serie niet meer op Network Ten uitgezonden, maar op Eleven. Het verscheen voor het eerst op Eleven elke vrijdagochtend om acht uur 's morgens. Dit veranderde naar elke zondagochtend om elf uur 's morgens. Seizoen 2 Een tweede seizoen werd bevestigd in februari 2013. De productie begon in de tweede helft van 2013. Het wordt gefinancierd door Screen Australia. Inmiddels zijn de opnames van het tweede seizoen klaar. Seizoen 2 (eerste helft) staat sinds 13 februari op netflix. Seizoen 2 (tweede helft) staat sinds 26 mei op Netflix maar onder het verkeerde seizoen. En vanaf 15 februari zond Network 10 het tweede seizoen uit. Seizoen 3 Seizoen 3 is in het voorjaar 2016 uitgekomen. Seizoen 3 is sinds 27 mei 2016 op Netflix beschikbaar, maar onder het verkeerde seizoen (seizoen 4). Verhaal Seizoen 1 Drie zeemeerminnen, Sirena, Nixie en Lyla, krijgen de opdracht om hun magische eiland Mako Island tegen indringers te beschermen tijdens de maanceremonie, maar worden gedwarsboomd door de komst van twee zestienjarige landbewoners genaamd Zac en Cam die op het eiland willen gaan kamperen. Zac ontdekt een grot in het magische gedeelte van het eiland als hij ´s avonds het bos inloopt om te gaan plassen. Als hij de grot inloopt, en een vreemd symbool op de muur aanraakt, zakt hij door de grond onder hem, en valt hij in de Maanvijver, terwijl Sirena, Nixie en Lyla daar aanwezig zijn. Hierdoor krijgt hij een blauwe visachtige staart en verbazingwekkende waterkrachten. Hij is een zeemeerman geworden. De zeemeerminnenraad is hierachter gekomen, en besluiten daarom om weg te vluchten van Mako omdat ze anders niet veilig zouden zijn met Zacs aanwezigheid. Ook verbannen ze Sirena, Nixie en Lyla, omdat zij gefaald zouden hebben in hun taak en de school verraden zouden hebben. Daarom moeten de drie meiden ervoor zorgen dat Zacs krachten worden ontnomen, zodat ze terug kunnen keren naar de school. Hiervoor moeten ze benen krijgen en dit lukt ook dankzij de maanring die Sirena van haar zus Aquata heeft gekregen. Al snel ontdekken ze dat Zacs krachten stelen geen appeltje eitje is. Ook ontmoeten ze een zeemeermin die op het land leeft, Rita Santos, schoolhoofd van Suncoast High. Zij heeft een geheime grot onder haar huis waar de drie meiden mogen wonen. Zac onthult zijn krachten aan zijn beste vriend Cam. Die wordt erg jaloers op Zac. Maar Zac vertelt hier niets over tegen zijn vriendin Evie McLaren. Die vindt die drie nieuwe "nichtjes" van Rita maar raar en heel verdacht. Na een aantal pogingen om Zacs krachten te ontnemen, proberen ze het via een andere manier: vrienden met hem worden en zijn vertrouwen winnen. Als Evie een zwemfeestje voor Zac bij hem thuis organiseert, wordt Zac door Cam in het zwembad geduwd, en komen Sirena, Nixie en Lyla zogenaamd achter Zacs geheim. Ze worden al gauw vrienden met Zac zonder dat hij van hun taak en geheime identiteit als zeemeerminnen af weet. Ondanks dat Lyla niet positief is over mensen, wordt ze al gauw gehecht aan Zac. Door Rita ontdekken de zeemeerminnen dat zeemeermannen eeuwen geleden vijanden waren van de zeemeerminnen. Zeemeerminnen wisten hen te stoppen met behulp van een zeemeerman, en verborgen de drietand - het machtigste wapen van de zeemeermannen - ergens op Mako Island. Als Zac onder invloed raakt van de volle maan, gaat hij rare dingen doen, en uiteindelijk weet hij de drietand te vinden als hij een grot inloopt en door een portaal springt naar een oneindige oceaan. Hij besluit om de drietand de volgende volle maan te gaan halen. Dit doet hij ook, maar de drie zeemeerminnen achtervolgen hem en springen ook door het portaal. Hierdoor ontdekt hij hun ware identiteit. De spanningen stijgen en Zac beschouwt hen niet meer als vrienden. Hij vertrouwt nu nog enkel Cam. Ook ontdekt Zac Rita's geheim en haar geheime grot onder haar huis. Sirena wordt intussen verliefd op David, een werknemer van het Ocean Café waar ook Evie werkt. Nixie, Lyla en Sirena proberen Zac te vertellen dat de drietand een gevaarlijk object is, maar dit wil hij niet geloven. Daarom proberen ze de drietand van hem te stelen. Dit mislukt een paar keer, maar ze weten hem toch te bemachtigen. Zac gaat op zoek naar zijn drietand, en vindt hem ook weer terug. Maar niet zonder een gevecht. Lyla beschermd de drietand, en als ze erachter komt wat Zac van plan is, gaat ze er meteen naartoe. Samen vechten ze over te drietand, maar uiteindelijk raakt Lyla bewusteloos en gewond, en ziet Zac in dat het slecht is waarmee hij bezig is. Lyla komt er weer boven op, en samen met de drie zeemeerminnen brengt Zac de drietand terug naar waar hij hem gevonden had. Deze kans gebruikt Cam zodat hij de drietand weer in handen krijgt, en ook een meerman zal worden. Zijn plan is de macht over Mako Island te nemen. Nixie - niet wetend wat Cam werkelijk van plan is - raakt betrokken in zijn leugens. Door Cam krijgt Evie ook de waarheid te horen wanneer ze dreigt te verdrinken in het portaal. Evie kan maar nauwelijks geloven wat er gebeurd is, en wil er niets mee te maken hebben. Samen met Zac kunnen Lyla, Sirena en Nixie Cam stoppen. De drietand wordt hierbij vernietigd en onschadelijk gemaakt. Evie accepteert hoe Zac nu is en verontschuldigt zich bij de drie meerminnen. Evie was immers niet vriendelijk de laatste tijd, deels omdat ze dacht dat Lyla en Zac een geheime relatie hadden. Rita beloont de zeemeerminnen met elk hun eigen Maanring. Zac, Lyla, Nixie en Sirena die samen in de zee zwemmen is de laatste scène van het eerste seizoen. Seizoen 2 Seizoen 2 verschijnt in 2015 in Australië op het scherm. Nixie en Lyla zijn met een nieuwe school op zoek gegaan naar een nieuwe plek in de oceaan, terwijl Sirena blijft achter bij de oude school. Het hoofd van de meerminnen school geeft Sirena de opdracht om Zacs krachten alsnog proberen te ontnemen, want die nacht zou het kunnen lukken. Sirena ontmoet twee nieuwe beste zeemeermin-vriendinnen genaamd Ondina en Mimmi, die een nieuwe plan hebben om Zacs krachten te ontnemen. Ze hebben een drankje gemaakt met de kracht van 50 volle manen. Die nacht (volle maan) wordt Zac door het eiland naar de vijver toegetrokken. Evie is bezorgd om Zac en gaat achter hem aan, maar ze komt in de vijver terecht gedurende de volle maan, terwijl Mimmi en Ondina het drankje op Zac aan het gebruiken zijn. In plaats van dat het drankje op Zac werkt, tast het Evie aan. Hierdoor verandert ze in een zeemeermin. Evie is in shock, en wil dat alles zo snel mogelijk wordt terug gedraaid, want ze wil helemaal geen zeemeermin zijn. Niet lang daarna ontmoeten Sirena, Ondina, Mimmi, Zac en Evie een nieuwe werknemer in het café: Erik. Door een ongeval ontdekt Erik vrij snel het grote geheim van Ondina. Hierdoor laat hij Ondina zijn grootste geheim zien: hij is ook een meerman. Niet vlak daarna beginnen Ondina en Erik een relatie (met ups en downs). Ondertussen raakt Evie gewend aan haar nieuwe situatie, en wil ze haar krachten behouden. Zac ontdekt een nieuwe geheime kamer op Mako Island, die alleen hij kan beheersen. De drie meerminnen proberen hem te helpen, maar hem ook deels tegen te houden. Het blijkt dat de kamer de kracht van alle zeemeerminnen wegneemt, waardoor de zeemeerminnen zullen sterven. Erik, die zelf natuurlijk ook een meerman is, helpt Zac om achter het mysterie te komen van de mysterieuze kamer (die blijkbaar gebouwd is door een meerman, voor de overwinning van meermannen). Halverwege de serie komt Zac achter waarom alleen hij de kamer kan openen. Zac is geboren als een echte meerman, en was dus nooit een echt landmens. Mimmi is zijn zus(wat de visioenen verklaart tussen de twee), en zijn echte moeder is een zeemeermin genaamd Nerissa. Nerissa zou Zac betoverd hebben met een krachtige spreuk, waardoor Zac geen staart zou krijgen als hij water zou aanraken. Deze spreuk kon alleen verbroken worden als hij zich in de maanvijver zou bevinden tijdens een volle maan (wat ook gebeurd is in seizoen 1). Hierdoor is Zacs hart letterlijk gebroken en wil hij niets met Mimmi te maken hebben. Ook vraagt hij aan zijn ouders de waarheid, en die bevestigen dat ze Zac gevonden hadden op het strand, maar dat niemand hem claimde. En vanwege de kinderwens die zijn adoptieouders hadden, hebben ze hem geadopteerd. Zac is nog steeds gebroken, maar uiteindelijk is het Mimmi die hem vertelt dat zij nooit familie heeft gehad, maar Zac wel, en dat hij daarom zijn adoptieouders dankbaar zou moeten zijn. Dit motiveert Zac om uit zijn boze bui te ontsnappen, en wil hij wel contact met Mimmi. De kamer is ontworpen door Zacs echte vader, een meerman die het uiteindelijk niet geactiveerd heeft wegens zijn liefde voor Nerissa. Het drietal, Zac, Erik en Cam (die weer bevriend is met Zac) ontdekken dat de drietand van het vorig seizoen het voorwerp blijkt te zijn dat nodig is om de kamer daadwerkelijk te activeren. Sirena vertelt hen dat de drietand is vernietigd, alleen niet dat de drietand steen er nog is. De drietand steen wordt alleen geactiveerd door Zacs aanraking, maar het ontneemt daadwerkelijk de krachten van alle meerminnen. Zac wil dit de meerminnen niet aandoen, maar Erik wil per se de kamer activeren met de drietand steen, ook al kost dit zijn relatie met Ondina. Erik steelt de drietand steen en betreedt de kamer, om zo de kamer te activeren. Het drietal en Zac gaan achter hem aan, maar kunnen niets doen. Doordat de kamer is geactiveerd ontneemt het de krachten van de meerminnen en Zac zijn krachten waren daarvoor al gestolen door Erik, nadat hij de drietand steen had meegenomen. Evie is de enige die geen krachtafname voelt (waarschijnlijk doordat zij half-meermin is) en helpt het groepje. Uiteindelijk lukt het Zac om de kamer te deactiveren, maar overleeft het op het nippertje. De krachten van de meerminnen beginnen weer aan te sterken en Mimmi legt de drietand steen op Zacs borst. Hierdoor begint er weer kracht en leven in Zac te komen en de drietand steen lost op in de handen van Mimmi en Zac. Door het ongeval van de kamer verlaat Ondina Erik en Erik werd nooit meer gezien. Doordat de kamer voor altijd is gedeactiveerd kan de school weer terugkomen naar Mako en het hoofd van de school, Veridia, accepteert Zac en Evie in haar school. Hopelijk zal er ooit vrede zijn tussen het land en de zee. Evie krijgt als beloning ook een maanring. Seizoen 3 Het verhaal begint in Shanghai, China. Weilan, een Chinese meermin van de oosterse school, wordt in het water geconfronteerd door een waterdraak. Zij vlucht van Shanghai naar Mako, waar zij bij Rita mag blijven logeren. Helaas voor haar is de draak haar gevolgd en valt met volle maan de Mako school aan. Gelukkig zijn Mimmi, Ondina en Evie op tijd om de school te waarschuwen. Weilan vertelt dat de draak een aantal jaren terug de oosterse school heeft uitgeroeid. De draak neemt de kracht en staart van de meermin af. Dit is niet meer terug te draaien. Nu zit de draak achter de Mako school aan en is de school niet meer veilig tijdens elke volle maan. De meerminnen en Zac zoeken uit hoe ze de draak kunnen uitschakelen. ondertussen is Ondina lerares geworden van de meerminnenschool, Mimmi is aan het werk in het Marine park, gaat Weilan naar school en Evie krijgt van Ondina les hoe ze haar maanring kan gebruiken. Na een aantal mislukte pogingen om de draak uit te schakelen, denkt Zac dat hij de draak voorgoed kan vernietigen met de magie-truc die Weilan kent. Hij vraagt Weilan hem de truc uit te leggen, maar wil Weilan dit niet. Hij weet haar toch te overtuigen, en Zac leert de verdedigingstruc: Turn-The-Tide. De gebruiker creëert een magisch schild, die iedere magie afkomstig van de aanvaller terug weerkaatst naar de aanvaller. Tijdens volle maan komt de draak weer tevoorschijn en lokt Zac de draak richting de maanvijver, waar Evie ook aanwezig blijkt te zijn. Het lukt Zac niet om met zijn krachten de draak te stoppen, in tegendeel. Evie wil Zac beschermen tegen de draak, maar de draak ontneemt haar krachten en haar staart. Evie is hierdoor weer geheel een mens. Ondina geeft Weilan er de schuld van dat dit is gebeurd, want Weilan zou de draak met zich mee gebracht hebben. Hierdoor loopt Weilan weg. De Chinese verkoper, die haar al eerder had geholpen met een puzzeldoos, vertelt haar terug te gaan. Ook laat hij haar een tekening zien van een waterdraak. Maar dan gebeurt er iets met Mimmi. Ze krijgt een schim van een vrouw te zien die alleen zij en Zac (via visioenen) kan zien. Mimmi gelooft dat dit haar moeder Nerissa is. De schim legt contact met haar via haar maanring, en daarom wil Mimmi de schim van haar moeder hiermee weer oproepen. Weilan is bang dat ze hierdoor onbedoeld de draak oproept, omdat de ring maanlicht afgeeft tijdens het gebruik dat zich in de ring heeft opgeslagen. Dit gebeurt dan ook en Mimmi roept de draak op klaarlichte dag op. De draak gaat achter haar aan, maar valt haar uiteindelijk niet aan. Mimmi beseft dat ze haar moeder moet loslaten. Na deze aflevering krijgt Rita een evaluatie over haar functioneren als schoolhoofd. Als zij per ongeluk heel oud wordt door een thee die ze gedronken heeft, beseft zij dat de tijd heel snel kan gaan en wat ze kan verliezen en zal missen. Ze kiest er uiteindelijk voor om te stoppen met haar baan en meer te genieten van het leven als meermin. Ondina stopt als lerares van de kleine meerminnen en Rita neemt haar taak over. Een paar dagen voor volle maan gaan de meerminnen naar een boeksigneersessie en zien ze een bijzondere armband. De armband komt uit de oosterse zee en komt voor in de legende van Jiao long de draak. Weilan komt erachter dat het de legende is wat ze een paar maanden eerder zag op de schilderij. De legende gaat over een Chinese meermin die verliefd werd op een landjongen. Zij werd hierdoor gestraft door andere school en ze veranderde de landjongen in een draak. Zij heeft hem verlost met de armband. Mimmi gelooft dat de huidige draak nog weleens haar moeder zou kunnen zijn. Weilan gelooft dit ook, doordat ze Nerissa op jonge leeftijd heeft ontmoet. Nerissa is namelijk plotseling verdwenen na een conflict met een andere meermin genaamd Aurora. Het is inmiddels alweer bijna de dag dat het volle maan wordt en de meerminnen willen de armband stelen. Echter is de armband in handen van Rikki Chadwick, een half-meermin. In eerste instantie wil Rikki de meerminnen de armband niet geven. De meerminnen weten al vrij snel dat zij een half-meermin is en uiteindelijk wordt Rikki overtuigd door Ondina. Ondertussen proberen Mimmi en Zac Veridia en de overige raadsleden te overtuigen om de draak te redden, aangezien dit hun moeder kan zijn. Veridia blijft toch bij haar eigen plan. Mimmi besluit om uiteindelijk de armband te gebruiken en met volle maan de draak te confronteren. Tijdens de volle maan komt de draak tevoorschijn en activeert Mimmi de armband. Mimmi voelt dat het haar moeder is en de draak wordt vernietigd. Nerissa herrijst uit de zee en wordt herenigd met haar kinderen Mimmi en Zac. Aan het einde van de serie laat Mimmi haar geheim zien aan Chris, een jongen die ook in het waterpark werk en waar Mimmi verliefd op is. Rikki gaat verder met haar baan, maar zou nog wel een keer de school willen ontmoeten samen met nog wat andere vriendinnen. Weilan heeft een maanring gekregen en besluit om weer terug te gaan naar Shanghai om een nieuwe school te starten, en Ondina wil graag een tijdje met haar mee. Mimmi blijft om tijd door te brengen met haar moeder en Zac. Zac wil ook graag zijn echte moeder leren kennen en is van plan om zijn pleegouders te vertellen over zijn afkomst. Film Maker Jonathan M. Shiff, die ook H2O: Just Add Water heeft gemaakt, tweette in 2015 dat er een film zou komen na seizoen 3, maar die film lijkt voor onbepaalde tijd te worden opgeschort. Nederlandse tv Op 17 januari 2016 heeft Disney Channel Nederland en België de serie uitgezonden in gedubde versie. Personages (Beschrijving van karakters kunnen SPOILERS bevatten) Hoofdpersonages Lyla Lyla is een van de hoofdpersonages in "Mako: Island of Secrets" en een van de drie zeemeerminnen die Zacs krachten moeten stelen. Er werd beweerd dat Lyla de rebelse zeemeermin zou zijn, net zoals Rikki in H2o. Ze is een vurige, slimme en vastberaden zeemeermin. Ondanks dat ze Zacs krachten moet ontnemen, ontwikkelt ze gevoelens voor hem. Lyla en Zac worden nog closer als Zac haar verwond met de drietand, en hij haar red van de dood door haar naar Rita's grot toe te brengen waar de zeemeerminnen haar kunnen genezen met hun maanringen. In seizoen 2 wordt duidelijk dat Lyla een nieuwe school gestart is samen met Nixie. Lyla wordt gespeeld door Lucy Fry, en verschijnt niet in seizoen 2, omdat ze tijdens de opnames van het tweede seizoen bezig was met het filmen van de film Vampire Academy. Nixie Nixie is een van de hoofdpersonages in "Mako: Island of Secrets" en een van de drie zeemeerminnen die Zacs krachten moeten stelen. Nixie is heel avontuurlijk en houdt ervan om eens gek te doen. Ze belandt soms in problemen omdat ze niet stil kan zitten. Ze doet enkel waarvan ze gelooft dat dat het juiste is. In seizoen 2 wordt bekendgemaakt dat ze samen met Lyla een nieuwe school is gestart. Nixie wordt gespeeld door Ivy, en zal niet in het tweede seizoen voorkomen omdat ze een contract aangeboden kreeg van een Amerikaanse zender. Sirena Sirena is een van de hoofdpersonages in "Mako: Island of Secrets" en een van de drie zeemeerminnen die Zacs krachten moet stelen. Sirena is de tussenpersoon en vredesbewaarder voor Nixie en Lyla. Ze heeft een mooie persoonlijkheid en is een beetje naïef dat in haar nadeel kan werken. Haar zus Aquata vertrekt in het begin van de serie met de rest van de school. Zij heeft in seizoen 1 als enige een maanring van de drie, die ze heeft gekregen van haar zus. Door de serie heen blijkt dat Sirena een talent heeft voor zingen en ze krijgt gevoelens voor een landjongen: David. Als ze dankzij Aquata de kans krijgt om terug te mogen keren naar de school doet ze dat niet, want ze wil Nixie en Lyla niet achterlaten. In seizoen 2 blijft Sirena achter in de oude school. Ze raakt bevriend met Ondina en Mimmi en blijkt nu iets meer een leider te zijn van dit nieuwe drietal (aangezien zij meer weet van het land en hoe je met mensen moet omgaan). Ook wordt ze veel closer met Evie, doordat Evie een meermin wordt. Zij zorgt ervoor dat Evie meer leert van het meermin leven. In de laatste aflevering van seizoen 2 vertelt ze haar geheim aan David, die hij accepteert. In seizoen 3 is Sirena op vakantie in Hawaï met haar zus Aquata. Zij komt dus ook niet voor in dit seizoen. Zac Blakely Zac Blakely is een van de hoofdpersonages in de serie en is het doel van Sirena, Nixie en Lyla's taak. Hij wordt een zeemeerman (eigenlijk was hij dit al de hele tijd) nadat hij in de maanvijver valt tijdens een volle maan. Dit gebeurt tijdens een kampeertripje naar Mako Island met zijn beste vriend Cam. Hij is sportief opgegroeid en houdt vooral van watersporten. Hij woont in de garage van zijn ouders die hem toelieten om de garage om te bouwen tot zijn huis, en hem zo te maken als hij wilde. Hij heeft in het begin van de serie een relatie met Evie McLaren, dit gaat halverwege seizoen 1 uit omdat Zac iets voor haar achterhoudt (later komen ze weer bij elkaar). Ook hebben Lyla en Zac een hechte band met elkaar, en die wordt nog hechter als Zac Lyla verwondt met de drietand wanneer ze hierover in gevecht raken. Hij redt haar door haar naar Rita's grot toe te brengen, waar de zeemeerminnen hun maanringen gebruikten op Lyla om haar te genezen. Evie ontdekt Zacs geheim omdat ze bijna verdronk in de oneindige zee. Zac moest haar redden waardoor zij hem in meermanvorm zag. Hierna wilde ze niets meer met Zac te maken hebben, maar accepteerde achteraf toch dat haar vriendje een meerman is. In seizoen 2 komt Zac erachter dat hij nooit een echte landjongen is geweest, maar een volle meerman. Zijn moeder Nerissa had hem betoverd, zodat hij geen staart kreeg als hij water zou aanraken. Dit kon alleen opgeheven worden als Zac zich in de maanvijver zou bevinden tijdens een vollen maan, wat ook gebeurt in seizoen 1. Doordat Nerissa ook de moeder van Mimmi is, zijn Zac en Mimmi broer en zus van elkaar. Net als seizoen 1, blijft Zac in seizoen 2 trouw aan de meerminnen en wordt aan het einde van seizoen 2 dan ook als eerste meerman geaccepteerd door de school. In seizoen 2 is ook een flashback te zien waarin we zien hoe Zacs "On land" ouders hem hebben gevonden. In seizoen 3 is Zacs rol veel kleiner. Zijn band met Mimmi is veel hechter geworden. Hij helpt de meerminnen om de draak uit te schakelen. De draak valt hem aan wanneer hij het drakenvuur van de draak wil terugkaatsen met de truc: Turn-The-Tide. Evie wordt door het drakenvuur geraakt en raakt hierdoor haar krachten kwijt. Als Zac hoort dat de draak wellicht zijn echte moeder kan zijn, helpt hij zijn zus. Hij wordt herenigd met Nerissa. Hij wil graag tijd doorbrengen met Nerissa en Mimmi. Ook wil hij zijn pleegouders vertellen over Nerissa, Mimmi en zijn afkomst. Zijn ouders zullen dus waarschijnlijk horen dat hij een meerman is. Ondina Ondina is een van de nieuwe hoofdpersonages en een nieuwe zeemeermin in het tweede seizoen. Haar personage is losjes gebaseerd op Rikki, van H2O: Just Add Water. Ondina is vastberaden om Zacs connectie met Mako Island te verbreken en haalt haar allerbeste vriendin Mimmi over om mee te gaan. Ondina denkt soms dat ze alles op eigen kracht kan doen en luistert niet naar anderen, ook niet naar Mimmi. Ook kan ze erg prikkelbaar zijn. Zo belandt ze soms in vervelende situaties, zoals dat ze al vrij snel in seizoen 2 haar geheim per ongeluk laat zien aan Erik waarop Erik haar gerust stelt door haar zijn staart te laten zien. Kort daarna begint zij gevoelens voor hem te krijgen en krijgen ze een relatie (dat aan het einde van seizoen 2 weer uitgaat, doordat Erik niet voor haar heeft gekozen). In het begin heeft Ondina een flink conflict met Weilan, ze geeft haar overal de schuld van. Later worden ze toch goede vriendinnen. In het begin van seizoen 2 vertrouwt Ondina Zac en de rest niet, maar langzaam aan begint ze met iedereen vrienden te worden. In seizoen 3 wordt Ondina door Veridia als lerares aangewezen voor de kleine meerminnen. Echter, Ondina vervult haar rol niet goed en raakt dan ook vaak een van haar leerlingen kwijt (Amaris). Daarnaast lukt het haar ook niet heel goed om Evie met de maanring om te laten gaan. Uiteindelijk stopt Ondina dan ook met de taak als lerares en geeft het stokje over aan Rita. Net als de andere meerminnen wil Ondina tegen de draak vechten, maar ze staat later achter Mimmi. Ook is ze erg ontdaan als Evie haar staart kwijtraakt. Aan het eind van de serie besluit ze met Weilan mee te zwemmen naar Shanghai en eventueel daar ook een tijdje te blijven, om later weer terug te gaan naar Mako. Mimmi Mimmi is een nieuw hoofdpersonage en zeemeermin in seizoen 2. Mimmi is een krachtige en intelligente zeemeermin en kan zelfs gevaarlijk overkomen: ze blijkt namelijk van het Noorden pod te komen (niet als de rest van de meerminnen, die komen van het Zuiden). Door haar intelligentie lukt het haar om o.a. toverdranken te maken en kan zij naast dolfijnen ook met walvissen praten. Haar allerbeste vriendin is Ondina, maar soms zijn er spanningen tussen de twee wanneer Ondina niet naar Mimmi wil luisteren of dat Mimmi er niet mee eens is dat Ondina een relatie heeft met Erik. In de loop van de serie raakt Mimmi bevriend met Sirena, Zac, Evie en de anderen, maar krijgt ze ook te horen dat Zac haar broer is (dat zij gelijk accepteert, terwijl Zac dit in eerste instantie niet accepteert). Hierdoor wil Mimmi ook deels op het land blijven en krijgt ze ook een baantje, waar ze haar eerste liefde ontmoet, Chris. Aan het einde van seizoen 2 is Mimmi degene die Zac weer zijn krachten en leven teruggeeft. In seizoen 3 ontvangt Mimmi Weilan met open armen en fungeert als peacemaker tussen Ondina en Weilan. Mimmi is veelal bezig met dingetjes maken en is ze druk bezig met haar werk. Ze begint te daten met Chris en krijgt ook een relatie met hem. Net als de rest van de meerminnen wil Mimmi de draak uitschakelen. Op den duur krijgt zij een schim van een meermin, dat haar moeder blijkt te zijn. Niet veel later komt Mimmi tot de conclusie dat de draak haar moeder zou kunnen zijn en wil haar moeder dan ook bevrijden. Dit lukt haar dan ook en wordt weer herenigd met haar moeder. Samen met Zac gaan ze de verloren tijd inhalen. Erik Erik is een meerman en komt voor het eerst voor in seizoen 2. Al vrij snel ontdekt hij rondom het café waar hij werkt dat er meerminnen aanwezig zijn, doordat hij ziet dat ze een maanring om hebben. Niet vlak daarna ontdekt Erik het grootste geheim van Ondina, waar hij andersom ook zijn geheim laat zien. Nadat ook zijn geheim bekend is, wordt hij bevriend met Zac, Cam en Ondina (hij krijgt met haar ook een relatie en haalt haar zelfs over om op het land te blijven, voor hem). Mimmi vertrouwt hem echter niet. Door de serie heen helpt Erik Zac om de kamer te activeren, maar aan het einde van het seizoen komt zijn ware aard naar boven: hij wil per se de kamer activeren, aangezien dat het daadwerkelijke doel was van de kamer. Het kan hem dan ook vrij weinig schelen of de meerminnen hun krachten verliezen en zet zijn relatie met Ondina dan ook op het spel (waarschijnlijk als eerwraak van het feit dat meermannen vroeger als pasgeborene weggegeven worden en geen pod hebben). Toch komt het bij Erik erg hard aan als iedereen zich om Zac bekommert, die het misschien niet overleeft. Aan het einde van seizoen 2 besluit Erik om het eiland te verlaten, aangezien Ondina niet meer met hem verder wil. In seizoen 3 komt Erik niet meer voor, maar komt hij wel ter sprake aan het einde van het seizoen. Ondina vertelt Weilan dat zij erg is gekwetst door Erik na wat hij had gedaan en bang is dat Mimmi hetzelfde overkomt (als zij op date gaat met Chris). Blijkbaar heeft ze erg van hem gehouden. Evie Mclaren Evie is Zacs vaste vriendin. Er wordt duidelijk gemaakt dat de twee al een tijdje voor de start van de serie samen zijn maar later maakt Evie het uit met Zac. Ze werkt in de Ocean Cafe bij het klerenstandje. Wanneer ze Lyla, Sirena en Nixie ontmoet, verdenkt ze het trio er eerst van dat ze haar "stalken". Ze wordt toenemend jaloers wanneer Zac meer tijd doorbrengt met Lyla en hem er zelfs van beschuldigd dat hij haar bedriegt. Ondanks Zacs eindeloze verklaringen blijft ze wantrouwend tegenover de drie meisjes. Maar wanneer ze uiteindelijk wordt geïnformeerd over de wereld van de zeemeerminnen, wordt alles opgelost en verontschuldigt ze zich bij de drie voor hen veel te snel te veroordelen. In seizoen twee komt ze per ongeluk terecht in de Maanpoel tijdens een volle maan en wordt ze een zeemeermin. In eerste instantie vindt ze het helemaal niets en hoopt dat Mimmi en Ondina haar weer normaal kunnen maken maar later leert ze ermee te leven en krijgt ze er zelfs plezier in. Ze krijgt ook een maanring en is welkom in de pod. Ook blijkt ze alleen met haar vader te wonen, haar moeder Sarah is op jonge leeftijd overleden. In seizoen 3 mag Evie voor het eerst volle maan vieren met de pod. Tijdens deze viering ziet ze een waterdraak in de zee. Ze krijgt les van Ondina om haar maanring te gebruiken, maar ze krijgt het niet volledig onder de knie. Inmiddels kan ze wel net zo snel als haar vriendinnen zwemmen. Als Evie merkt dat Zac veel omgaat met Weilan wordt ze jaloers, maar komt er al snel achter dat het met de draak te maken heeft. Tijdens de volgende volle maan probeert ze Zac te waarschuwen in de maanpoel, maar wordt samen met Zac geconfronteerd door de draak. Evie gebruikt haar maanring, maar haar kracht en staart wordt voor altijd ontnomen door de draak. Ze is erg verdrietig en ontdaan, maar uiteindelijk accepteert ze het feit dat ze geen meermin meer is. Ze geeft haar maanring terug aan de pod en besluit om nog steeds met haar vriendinnen te zwemmen, met een duikpak. Er bestaat een kans dat ze weer meermin zou kunnen worden. (De serie gaat er alleen niet verder op in) Weilan Weilan is een nieuwe hoofdpersonage en een Chinese zeemeermin van seizoen 3. Ze komt van het oosterse pod vandaan. Weilan is een meermin, die op jonge leeftijd is gevlucht met haar grootmoeder naar het vasteland -Shanghai-. Dit komt door een eeuwenoude draak, die het oosterse pod aanvalt en zo ook heel de pod uitroeit. Op latere leeftijd wordt zij weer geconfronteerd door de draak en vlucht zij richting Mako Island. Ze sluit zich aan bij de andere meerminnen en Zac en proberen met z'n allen de draak te vernietigen. Doordat Weilan al op jonge leeftijd is opgegroeid op het land, lijkt ze meer op een landmeisje dan een meermin. Zo zit zij op dezelfde school als Zac en heeft ze nooit haar maanring ontvangen. Ze heeft dezelfde karaktereigenschappen als Ondina en durft snel haar mening te geven. Ze demonstreert hele andere krachten dan de andere meerminnen, doordat de oosterse pod andere technieken gebruikt. Naarmate het seizoen vordert is Weilan met iedereen bevriend geraakt en helpt mee met de mysterie rondom de draak. Aan het einde van de serie heeft Weilan een maanring gekregen en wil ze terug naar Shanghai, om een nieuwe pod op te starten. Ondina wil graag met haar mee om haar te helpen. Bijrollen Cam Mitchell Cam is Zacs beste vriend die als eerste zijn geheim te horen krijgt. Hij helpt Zac vaak met het verbergen van zijn geheim, maar wordt al snel jaloers en nijdig omwille van Zacs krachten. Naar het einde van het eerste seizoen keert hij zich tegen de zeemeerminnen en Zac. Hij wil namelijk zelf een meerman worden, maar dit mislukt. Hierdoor verbreekt Zac de vriendschap met Cam. Hij vormt ook een kleine liefdesinteresse voor Nixie. In seizoen 2 raakt hij bevriend met Erik. Door seizoen 2 heen helpt Cam stukje bij beetje Zac en de rest mee om het mysterie te onthullen van de kamer en hun geheim stil te houden. Hierdoor worden Zac en Cam weer vrienden en sluit Cam ook met de rest een vriendschap. Hij komt uiteindelijk zelf ook achter dat hij toch geen meerman meer wil zijn, omdat dat erg veel verantwoordelijkheid tot zich neemt. Hij zal aan het einde van seizoen 2 ook achter Zac en de meerminnen staan en zich tegen Erik keren. Ook krijgt hij gevoelens voor Carly en krijgen ze een relatie met elkaar. In seizoen 3 wordt Cam mede-eigenaar van het Ocean café. Hij probeert door de serie heen te willen bezuinigen op het café en andere wegen inslaan, maar zonder succes. Als Carly het steeds moeilijker vindt om Cam zowel vriend als baas te zien, besluit Cam om het café geheel over te dragen naar David. Rita Santos Rita is de schooldirectrice van Zac en zijn vrienden. Ze is een meermin, maar heeft jaren geleden de pod verlaten doordat ze verliefd werd op een landjongen. Ze waren verloofd, maar voordat ze konden trouwen is haar verloofde overleden. Als ze de meerminnen in het vizier ziet, is ze bang dat ze haar geheim verklappen. Rita is namelijk blij met haar leven op het land en wil niet terug naar de pod. Uiteindelijk mogen de meerminnen bij haar blijven wonen en geeft ze hun les. Rita schijnt veel kennis te hebben over de zee, het leven als meermin en de krachten en magie die ze gebruiken. Ze geeft Nixie en Lyla aan het einde van seizoen 1 een maanring (Sirena had er al eentje van haar zus). In seizoen 2 ontvangt ze Mimmi en Ondina met open armen en wordt net als seizoen 1 als kennisbron gebruikt. Ze blijkt ook de beste van de klas te zijn geweest van de meerminnenschool. In seizoen 3 mag Weilan ook bij haar logeren en deelt ze ook haar informatie en kennis uit over de draak. Ze oefent net als de meerminnen hoe je de draak moet vernietigen en wil de draak ook weg hebben. Tijdens seizoen 3 is te zien dat Rita in eerste instantie bang was dat Veridia of een andere meermin haar zou overhalen om terug naar de pod te gaan (dit wil ze niet, wat ook al duidelijk was in seizoen 1). Als Rita wordt geëvalueerd over haar functioneren als schoolhoofd, drinkt ze per ongeluk een toverdrankje en wordt ze heel oud. Hierdoor beseft ze dat de tijd erg snel kan gaan en wat ze dan ook kan verliezen of zal missen. Ze legt dan ook haar functie neer als schoolhoofd en kiest uiteindelijk toch voor de wereld als meermin, haar afkomst. Ze wordt lerares van de meerminnenschool en wordt met open armen ontvangen door Veridia en de southern pod. David David is lief, eerlijk en nuchter en wil altijd helpen als het kan. David werkt in zijn vaders café "Ocean Cafe". Zijn familie is de eigenaar van deze plek en zijn geliefd in de lokale gemeenschap. Hij wordt al snel verliefd op Sirena. Ze kussen voor de eerste keer in aflevering 15 "Sirena's Secret". Hij heeft één broer genaamd Joe. In seizoen 2 ontdekt David een zeemeermin in zee (Evie) en gelooft dat er meerminnen bestaan. Hij vertelt dit iedereen door en verzamelt bewijs, waardoor Sirena op haar hoede moet zijn. Uiteindelijk accepteert David dat meerminnen niet gevonden willen worden en legt het bij zich neer. In de laatste aflevering van het tweede seizoen laat Sirena aan David zien dat zij zelf een meermin is. Hij accepteert dit gelijk. In seizoen 3 heeft David nog steeds een relatie met Sirena, maar ziet hij haar voorlopig niet doordat ze in Hawaï is.Ook ziet David samen met Joe de waterdraak. Joe wil het Ocean café verkopen, David wil dit niet, maar heeft niets te zeggen vanwege het feit dat hij maar half-eigenaar is en Joe de andere helft. David heeft hier dan ook nog niet het geld voor. Later wordt Cam voor de helft eigenaar en aan het einde van de serie is David geheel eigenaar van het café. Carly Morgan Carly werkt in het café als bediende en is beste vrienden met Evie. In het eerste seizoen had ze een oogje op David, die helaas voor haar een oogje op Sirena heeft. In seizoen 2 wordt de rol van Carly wat groter. Zo komt zij ook achter het geheim van haar beste vriendin, de meerminnen en Zac. Door seizoen 2 heen komt men achter dat Carly een talent heeft voor zingen en een keer als vervanger voor Sirena heeft gezongen. Ook begint zij gevoelens te krijgen voor Cam, ook al accepteert ze dit eerst niet (doordat ze hem al van jongs af aan kent). Toch geeft ze zichzelf hiervoor over en begint een relatie met Cam. Zelf heeft ze een hekel aan Erik, doordat hij altijd te laat komt op zijn werk. Als Carly op een dag als vervangend manager mag optreden in het café, ontslaat ze Erik. David staat hier ook achter. In seizoen 3 neemt ze de rol als zangeres over van Sirena. Ze heeft nog steeds een relatie met Cam en probeert leuke dingen met hem te doen (veelal vissen). Toch staat het even op knappen als Cam geen activiteit met haar wil doen wat zij leuk vindt. Carly heeft het er erg moeilijk mee als ze te horen krijgt dat het café wellicht gesloten moet worden. Aquata Aquata is de oudere zus van Sirena, nadat Sirena, Nixie en Lyla Zac in de maanpoel hebben gelaten, moet ze samen met de pod vertrekken. Tijdens hun afscheid geeft Aquata Sirena haar maanring. Aquata is beste vrienden met Maya (een andere meermin uit de pod) Maya Maya is een meermin uit de pod en is beste vrienden met Aquata. Poseidon Poseidon is de kat van Rita. Hij heeft het er niet zo op dat Rita de 3 meerminnen in huis neemt. In de aflevering 'Evie times two' komt Poseidon in aanraking met een toverdrankje uit Rita`s grotto en daardoor neemt hij de vorm aan van de eerste persoon die hij ziet en dat was Evie. Elke meermin die de eerste keer in aanraking komt met Poseidon, schrikt van hem. Behalve Weilan. Veridia Veridia is het hoofd van de pod en ze gaat over wat de meerminnen doen en wat ze wel en niet mogen doen. Zij geeft Sirena de opdracht om nogmaals te proberen Zacs krachten af te nemen want die avond zou het moeten lukken vanwege een speciale stand van de maan. Ze geeft toestemming aan Ondina en Mimmi om Sirena mee te helpen. Halverwege de serie verbant Veridia Mimmi en Ondina uit de pod, doordat de twee meerminnen voor Zac opkomen. Veridia is ook degene die in de gaten krijgt dat Zac een echte meerman is, doordat hij als enige de kamer kan openen. Veridia kent Rita vroeger van de pod en klas, waar Rita in de top zat. Aan het eind van het seizoen komt Veridia achter dat de kamer niet meer geactiveerd kan worden, doordat de drietand niet aanwezig is. Hierdoor heft ze de verbanning weer op en mogen de meiden terugkeren naar de pod. Als later de kamer toch wordt geactiveerd en voor altijd wordt vernietigd, accepteert Veridia voor het eerst Zac als meerman en Evie als half-meermin. Ze zijn allebei welkom in de pod. Rolverdeling Nederlandse stemmen De Nederlandse nasynchronisatie werd verzorgd door WPP-Wim Pel Productions Afleveringen Overzicht Seizoen 1 (2013-2014) Seizoen 2 (2015) Seizoen 3 (2016) Trivia Lucy Fry had een cameo in seizoen drie van H2O: Just Add Water. Gemma Forsyth had een cameo in het derde seizoen van die serie en Dominic Deutscher in het tweede seizoen. De acteur die de vader van Evie speelt regelt ook de stunts voor Mako Mermaids. Voor de rol van Poseidon worden er drie katten gebruikt (twee echte en een neppe), genaamd Monte, Tilly en Stuffy. Dvd-uitgaven Seizoen 1 is uitgeven in Australië als een: Volume 1 en Volume 2 dvd en ook als een volledig seizoen. In Nederland is Seizoen 1 sinds 2016 uitgebracht met een alleen Nederlandse taal optie. Seizoen 2 is uitgeven in Australië als een: Volume 1 en Volume 2 dvd en ook als een volledig seizoen. In Nederland is het tweede seizoen sinds 2018 uitgebracht met een alleen Nederlandse taal optie. Seizoen 3 is uitgeven in Australië als een: Volume 1 en Volume 2 dvd en ook als een volledig seizoen. In Nederland is het derde seizoen niet op tv te zien geweest of op (Nederlands gesproken) dvd uitgebracht. Externe links Website van Mako: Island of Secrets Mako Mermaids op MijnSerie.nl Australische fantasyserie Programma van Network Ten
Seizoen 1 De show werd aangekondigd in juli 2011 en zou bestaan uit zesentwintig afleveringen van zesentwintig minuten, met een optie voor een aflevering van negentig minuten. Het filmen zou eerst in april 2012 beginnen, maar werd uitgesteld tot mei. Op 8 mei 2012 kondigde Shiff Productions de hoofdrolspelers en de startdatum van het filmen aan. Het filmen duurde tot 12 oktober 2012. De serie ging uitgezonden worden in de tweede helft van 2013 en een tweede seizoen werd bevestigd voordat het eerste verscheen. De totale productie van het eerste seizoen kwam op 12,3 miljoen Australische dollars.
3
filmen, filmopname, videoproductie
2,388
Casino
436075
https://nl.wikipedia.org/wiki/Wynn%20Las%20Vegas
Wynn Las Vegas
Wynn Las Vegas is een hotel- en casinocomplex in Las Vegas in de staat Nevada in de Verenigde Staten. Het bevindt zich op de Las Vegas Boulevard, beter bekend als The Strip, op de exacte plek waar vroeger het bekende Desert Inn Hotel stond. Het complex is met 50 verdiepingen een van de hoogste gebouwen in Las Vegas. Er zijn 2716 kamers, gaande van kleine kamers tot zeer grote suites. Het enige golfterrein aan de Las Vegas Boulevard is gesitueerd op het terrein van Wynn Las Vegas en is voorbehouden voor de gasten van het hotel, die er kunnen golfen voor 500 dollar per rondje. Het complex kostte 2,7 miljard dollar en opende op 28 april 2005. Wynn Las Vegas is het vlaggenschip van Steve Wynn, eigenaar van Wynn Resort Limited. Wynn Resorts werd in 2010 door het Amerikaanse tijdschrift Fortune uitgeroepen tot meest bewonderde casinobedrijf ter wereld. Externe links Officiële website Virtuele rondleiding door Wynn Las Vegas Uitgebreide Nederlandse website met informatie over Wynn Las Vegas Hotel in de Las Vegas Valley Casino in de Las Vegas Valley Bouwwerk in Paradise (Nevada) Bouwwerk aan de Las Vegas Strip
Wynn Las Vegas is een hotel- en casinocomplex in Las Vegas in de staat Nevada in de Verenigde Staten. Het bevindt zich op de Las Vegas Boulevard, beter bekend als The Strip, op de exacte plek waar vroeger het bekende Desert Inn Hotel stond.
1
casino, gokhal, speelautomaten
3,243
PoliceStation
1680806
https://nl.wikipedia.org/wiki/Gerard%20Snelder
Gerard Snelder
Gerard Snelder (Utrecht, 21 april 1913 – Maastricht, 18 april 2001), was een Nederlands architect. Levensloop Gerard (Gerhardus Johannus Wilhelmus) Snelder werd geboren in Utrecht, waar hij opgroeide en een middelbare opleiding bouwkunde volgde. Omstreeks 1933 en 1934 was hij werkzaam bij Gerrit Rietveld. In 1937 vestigt hij zich als architect te Maastricht, eerst bij het bureau van Alphons Boosten, vanaf 1945 als zelfstandig architect. Tot eind jaren 1960 werkte hij voornamelijk in de stijl van het functionalisme. Latere ontwerpen, met name in oude binnensteden, tonen een meer aan de omgeving aangepaste stijl. Deze stijl, ook wel pseudo-Maaslandse stijl genoemd, kenmerkt zich door deels zichtbare betonconstructies, bekleed met baksteen, grote volumes die in kleinere eenheden zijn opgedeeld, en in hoogte verspringende daken. De omslag deed zich bij Snelder voor bij de tweede grote uitbreiding van Vroom & Dreesmann Maastricht. Zijn eerste schetsontwerpen uit begin jaren 1960 waren in functionalistische stijl en werden door de monumentencommissie verworpen. Een ontwerp uit 1968 in aangepaste stijl werd goedgekeurd. Vanaf 1970 was zijn zoon Boudewijn Snelder (1943), opgeleid aan de RWTH Aachen, verbonden aan het bureau, waarvan hij later de leiding kreeg. Werk (selectie) Gerard Snelder ontwierp een groot aantal gebouwen in Maastricht en elders, o.a.: Woonhuizen Champs-Elyseesweg in Jekerdal (1952) Woningen Kanaleneiland, Utrecht (1955-60) Winkelcentrum Caberg (1958) Villa Cox-Geelen aan de Scharnerweg in Wittevrouwenveld (1959) 1e uitbreiding Vroom & Dreesmann Maastricht, hoekpand Grote Staat-Vijfharingenstraat (ca. 1960; in 2003 sterk verbouwd) Annadalflat in Mariaberg (1961) Winkel-/kantoorpand Kleine Stokstraat, Maastricht-Binnenstad (1962) Eigen woonhuis Gillissenstraat, Simpelveld (1964) Patiowoningen Malberg (1963-67) Portiekwoningen in Malpertuis (1964-67) Semi-patiowoningen aan de Slotmakersdreef in Belfort (1968) 2e uitbreiding Vroom & Dreesmann Maastricht, pand Kleine Staat-Kersenmarkt-Achter het Vleeshuis (1969-1972; in 2003 sterk verbouwd) Galerijflats Palatijnhof, Quirinaalhof en Veliahof in Daalhof (1971-73) Titus Brandsmaflat in de wijk Overvecht in Utrecht (1971; in 2007 gesloopt) Bejaardencentrum Molenhof (1972) Vleugelflat Annakamp in Venlo (1974; in 1999 gesloopt) Politiebureau Prins Bisschopsingel (1977) Masterplan Randwyck (1977) Parkresidentie, Blekerij (1978) Provinciehuis Limburg in Randwyck (1985-86) Appartementengebouw Witmakersstraat (1991) Appartementengebouw Havenstraat-Op de Thermen (?) Appartementengebouw Lage Kanaaldijk (?) CBS-gebouw Heerlen Snelder, Gerard
Werk (selectie) Gerard Snelder ontwierp een groot aantal gebouwen in Maastricht en elders, o.a.: Woonhuizen Champs-Elyseesweg in Jekerdal (1952) Woningen Kanaleneiland, Utrecht (1955-60) Winkelcentrum Caberg (1958) Villa Cox-Geelen aan de Scharnerweg in Wittevrouwenveld (1959) 1e uitbreiding Vroom & Dreesmann Maastricht, hoekpand Grote Staat-Vijfharingenstraat (ca. 1960; in 2003 sterk verbouwd) Annadalflat in Mariaberg (1961) Winkel-/kantoorpand Kleine Stokstraat, Maastricht-Binnenstad (1962) Eigen woonhuis Gillissenstraat, Simpelveld (1964) Patiowoningen Malberg (1963-67) Portiekwoningen in Malpertuis (1964-67) Semi-patiowoningen aan de Slotmakersdreef in Belfort (1968) 2e uitbreiding Vroom & Dreesmann Maastricht, pand Kleine Staat-Kersenmarkt-Achter het Vleeshuis (1969-1972; in 2003 sterk verbouwd) Galerijflats Palatijnhof, Quirinaalhof en Veliahof in Daalhof (1971-73) Titus Brandsmaflat in de wijk Overvecht in Utrecht (1971; in 2007 gesloopt) Bejaardencentrum Molenhof (1972) Vleugelflat Annakamp in Venlo (1974; in 1999 gesloopt) Politiebureau Prins Bisschopsingel (1977) Masterplan Randwyck (1977) Parkresidentie, Blekerij (1978) Provinciehuis Limburg in Randwyck (1985-86) Appartementengebouw Witmakersstraat (1991) Appartementengebouw Havenstraat-Op de Thermen (?) Appartementengebouw Lage Kanaaldijk (?) CBS-gebouw Heerlen
1
politiebureau, politiedienst, civiele structuur
1,675
TennisComplex
169176
https://nl.wikipedia.org/wiki/Aduard
Aduard
Aduard (Gronings: Auwerd) is een dorp in de gemeente Westerkwartier in de Nederlandse provincie Groningen met inwoners op (bebouwde kom). De woonplaats had op basis van postcode statistieken op 1 januari 2022 in totaal 2.240 inwoners. Tot 1990 was Aduard een zelfstandige gemeente. In dat jaar werd het samen met de voormalige gemeenten Grijpskerk en Oldehove bij Zuidhorn gevoegd, en die gemeente ging op haar beurt in 2019 op in de gemeente Westerkwartier. Geschiedenis Het dorp is ontstaan rond het cisterciënzersklooster dat hier in 1192 werd gesticht. Dit klooster van Aduard groeide uit tot het grootste en invloedrijkste van de Ommelanden. Op zijn toppunt bezat het meer dan 10.000 ha aan gronden, waarvan een deel in Friesland en Drenthe. De voornaamste reden voor de enorme bloei van het klooster was dat het de ontginning en afwatering van de woeste gronden serieus ter hand nam. De monniken groeven het Aduarderdiep, legden de Aduarderzijl aan en stichtten verschillende voorwerken (uithoven), de boerderijen die bij het klooster behoorden. Het klooster besloeg een groot deel van het huidige dorp, dat ooit groter was dan de toenmalige stad Groningen. Op 11 september 1580 werd het klooster grotendeels verwoest. Alleen het hospitium (de ziekenzaal), tegenwoordig in gebruik als kerk, bleef tot op de dag van vandaag bestaan. Na de sloop van het klooster kwam ook de rechtstoel van Aduard aan de provincie Stad en Lande. De redger, ook wel aangeduid als grietman, werd door de provincie aangesteld, zijn Huis te Aduard is pas toen gebouwd en was daarmee een van de weinige borgen die niet voorkomen uit een steenhuis. Het geslacht Lewe van Aduard dankt er zijn naam aan. De borg werd in 1815 gesloopt. De oude herberg van Aduard heeft op de nominatie gestaan om te worden gesloopt. Het werd door Geerhard en Petra Slenema gered en verbouwd tot restaurant, de "Herberg Onder de Linden". De herberg heeft een ster in de Michelin-gids. Wonen Aduard is een dorp waarin woningbouw nog steeds uitbreidt. In de jaren 90 werden er woningen gebouwd in de wijk Westerham en aan de Wierum bij het Van Starkenborghkanaal. In 2004 kwam een plan met woningbouw aan de Kleiweg gereed. De oudste woning aldaar stamt uit 1900. Een aanvullend bestemmingsplan leidde tot bouw van meer woningen. De meest recente woning dateert uit 2017, waardoor Kleiweg 34 adressen ging tellen. Voorzieningen Aduard is een compleet dorp qua voorzieningen. Er is een dorpshuis (De Meeden) met daarin een sporthal en de openbare bibliotheek. Daarnaast is er een sportpark met een drafbaan, voetbalvelden en een tenniscomplex. Aduard heeft verder een basisschool; in 2012 sloot de derde basisschool en in 2013 de tweede. Aduard heeft een basispakket aan winkels (supermarkt, bakkerij, slagerij, groentezaak). In juni 2013 maakte V&D bekend dat het concern in 2014 zijn distributiecentrum in Aduard (de grootste werkgever van het dorp) ging sluiten. Daarmee gingen 109 arbeidsplaatsen verloren. Inmiddels is in het pand een distributiecentrum voor drogisterijartikelen gevestigd en een transportbedrijf. Sport Er is een motorfietsbaan op het sportpark van Aduard. De baan op het park is 800 meter lang en is geschikt voor de WK Grasbaan en Zandbaanraces. Voormalige gemeente De voormalige gemeente Aduard bestond naast het hoofddorp uit de dorpen, gehuchten en buurtschappen Aduarder Voorwerk, Den Ham, Den Horn, Fransum, Fransumer Voorwerk, Gaaikemadijk, Hoogemeeden, Lagemeeden, Nieuwklap, Steentil en (gedeeltelijk) Wierumerschouw. Geboren in Aduard Jan Klazes Doornbos (1885-1958), burgemeester Jochem Kazemier (1913-1945), verzetsstrijder Piet Wiersma (1946-2003), organist David Kuiper (1980), roeier Stevin Hilbrands (1987), oud-langebaanschaatser en tegenwoordig model in Milaan Pim Cazemier (1989), langebaanschaatser en wielrenner Leonard Nienhuis (1990), profvoetballer Trivia In de maand juni wordt op het terrein van Sportpark Aduard de jaarlijkse harddraverij verreden. Op 18 oktober 2008 werd daar ook het wereldkampioenschap grasbaan gehouden. Zie ook Lijst van rijksmonumenten in Aduard Lijst van gemeentelijke monumenten in Westerkwartier Lijst van oorlogsmonumenten in Westerkwartier Lijst van burgemeesters van Aduard Literatuur Jan Arkema (red.), J.F. Oldenhuis e.a., Eén klooster, drie dorpen. Geschiedenis van Aduard, Den Ham en Den Horn, 1192-1992, Bedum 1992 W.J. Formsma en E.J.F. Smits, Gedenkboek 750-jarig bestaan van Aduard, 1954 Plaats in Groningen Voormalige gemeente in Groningen Geografie van Westerkwartier
Voorzieningen Aduard is een compleet dorp qua voorzieningen. Er is een dorpshuis (De Meeden) met daarin een sporthal en de openbare bibliotheek. Daarnaast is er een sportpark met een drafbaan, voetbalvelden en een tenniscomplex. Aduard heeft verder een basisschool; in 2012 sloot de derde basisschool en in 2013 de tweede.
1
tenniscomplex, tennisbaan, sportlocatie
9,372
AllocateAction
1453069
https://nl.wikipedia.org/wiki/Reaffectatie
Reaffectatie
Reaffectatie (gallicisme, letterlijk: terug aanhechten) is in Vlaanderen een term uit de onderwijsadministratie. Het komt erop neer dat men na verlies van betrekking terug aan de slag kan in dezelfde betrekking. Regeling De term werd vooral bekend vanaf de jaren 1980, toen door hervormingen in het onderwijs een aantal leraren zonder baan dreigden te vallen. Het leerkrachtenoverschot was zowel te wijten aan overheidsmaatregelen zoals fusiedruk tussen scholen (waardoor kleine scholen verdwenen) en het terugschroeven van de vso-voordelen, als aan het dalend leerlingenaantal. Zulke leraren konden dan aan de slag in een ander ambt. Er werd toen een ingewikkelde regeling uitgewerkt in welke ambten een vastbenoemd personeelslid kon worden "gereaffecteerd", met behoud van anciënniteit. Het ambt moest van hetzelfde "niveau" zijn (loonschaal), en voldoende "verwant" zijn. Zo kon een leraar Latijn bijvoorbeeld terug aan de slag als leraar geschiedenis, of een regent talen, mocht ook in de administratie van de school gaan werken. In afwachting van toewijzing kwamen deze mensen op een "reaffectatielijst". Scholen die een vacature hadden, moesten eerst mensen uit deze lijst nemen, alvorens elders te mogen rekruteren. Een speciale, regionaal georganiseerde "reaffectatiecommissie" deed de toewijzingen. De reaffectatie gebeurde bij voorkeur binnen dezelfde scholengemeenschap. Bescherming De regeling was dus vooral bedongen door de vakbonden om werkloze leerkrachten te beschermen. Schoolorganisatorisch wekte de maatregel heel wat wrevel, omdat die commissie soms bureaucratisch en traag werkte. Zo kon een vacature al geruime tijd ingevuld zijn door een jong afgestudeerde (enthousiaste) leerkacht, tot die in de loop van het schooljaar door een (soms ontgoochelde, uitgebluste) gereaffecteerde weggeduwd werd. Het gebeurde ook vaak dat de gereaffecteerde naar een school of functie werd gestuurd waar hij zich helemaal niet thuis voelde, met gevolgen als beroepsprocedures en ziekteverzuim. Eind vorige eeuw verdween het probleem nagenoeg vanzelf door een verminderde instroom van nieuwe leerkrachten enerzijds en pensionering van de gereaffecteerden anderzijds. Het dook nog even op bij de opheffing van de centra voor Medisch Schooltoezicht (MST) en PMS-centra bij de oprichting van de Centra voor Leerlingenbegeleiding. Reaffectatie en wedertewerkstelling Reaffectatie is iets anders dan wedertewerkstelling. Hoewel reaffectatie voor de betrokkene een functieverandering met zich meebracht, werd hij toch benoemd in hetzelfde ambt. Bestond daartoe niet de mogelijkheid, maar kon de boventallige werknemer wel worden geplaatst in een ander ambt, dan was er sprake van wedertewerkstelling. Nederland Als in Nederland een onderwijswerknemer boventallig wordt (dus: niet meer binnen de personeelsomvang past, doordat er meer werknemers zijn dan toegestane posities), kunnen er verschillende dingen gebeuren. Hij blijft bijvoorbeeld (nog) als boventallige in dienst, of hij wordt begeleid naar herplaatsing in een andere functie bij dezelfde of een andere werkgever. Onderwijs binnen de Vlaamse Gemeenschap
Regeling De term werd vooral bekend vanaf de jaren 1980, toen door hervormingen in het onderwijs een aantal leraren zonder baan dreigden te vallen. Het leerkrachtenoverschot was zowel te wijten aan overheidsmaatregelen zoals fusiedruk tussen scholen (waardoor kleine scholen verdwenen) en het terugschroeven van de vso-voordelen, als aan het dalend leerlingenaantal. Zulke leraren konden dan aan de slag in een ander ambt. Er werd toen een ingewikkelde regeling uitgewerkt in welke ambten een vastbenoemd personeelslid kon worden "gereaffecteerd", met behoud van anciënniteit. Het ambt moest van hetzelfde "niveau" zijn (loonschaal), en voldoende "verwant" zijn. Zo kon een leraar Latijn bijvoorbeeld terug aan de slag als leraar geschiedenis, of een regent talen, mocht ook in de administratie van de school gaan werken. In afwachting van toewijzing kwamen deze mensen op een "reaffectatielijst". Scholen die een vacature hadden, moesten eerst mensen uit deze lijst nemen, alvorens elders te mogen rekruteren. Een speciale, regionaal georganiseerde "reaffectatiecommissie" deed de toewijzingen. De reaffectatie gebeurde bij voorkeur binnen dezelfde scholengemeenschap.
2
toewijzing, middelenbeheer, taakorganisatie
11,340
ContactPoint
5495042
https://nl.wikipedia.org/wiki/Muppets%20Now
Muppets Now
Muppets Now is een Amerikaanse televisieserie geproduceerd door The Muppets Studio voor de streamingdienst Disney+, geregisseerd door Kirk Thatcher. Uitgangspunt Muppets Now bestaat uit meerdere verschillende segmenten die door middel van een Raamvertelling met Scooter aan elkaar worden gekoppeld. De segmenten betreffen een spelshow, een kookprogramma en een talkshow. In de serie worden twee nieuwe personages geïntroduceerd: Joe the Legal Weasel en Beverly Plume. Segmenten Lifesty(le) with Miss Piggy - Miss Piggy geeft lifestyle-tips met hulp van Uncle Deadly, Taye Diggs, Linda Cardellini, en diverse andere Muppets en bekende mensen. Het segment is onderverdeeld in kleinere segmenten, waaronder "Try it with Taye Diggs" waarin Piggy en Taye Diggs schoonheidsregimes of exotisch voedsel uitproberen en "Le Chat Room" waarin Miss Piggy het gegeven onderwerp bespreekt met Linda Cardellini en twee andere muppets (meestal is een van hen een willekeurig niet-antropomorf dier of antropomorf voorwerp). Het zit in alle afleveringen. Økėÿ Døkęÿ Køøkïñ - Wordt gepresenteerd door kalkoen Beverly Plume waarin De Zweedse Kok het opneemt tegen beroemde chef-koks. Het komt voor in vijf van de zes afleveringen. Muppet Masters - Hierin ontdekt Walter de verbogen talenten van andere Muppets. Het zit in aflevering 1 en 5. Mup Close and Personal - Een muppet probeert een diepzinnig gesprek aan te gaan met een beroemd iemand. Het zit in aflevering 1, 4 en 6. Muppet Labs Field Test - Dr. Bunsen Honeydew en Beaker gaan experimenten in de openlucht. Voorafgaand aan dit segment zijn er veiligheidswaarschuwingen met Kermit en Joe the Legal Weasel. Het komt voor aflevering 2 t/m 6. Rolverdeling Poppen Matt Vogel - Kermit de Kikker, Uncle Deadly, Camilla, Floyd Pepper en cactussen. Eric Jacobson - Fozzie Beer, Miss Piggy, Animal, Sam the Eagle, Mol en Cactussen. Dave Goelz - Gonzo, De Zweedse Kok, Waldorf, Big Mean Carl, Howard Tubman, Bubba the Rat, Bobo the bear, Dr. Teeth en Baby. David Rudman - Scooter, Beaker, Janice, Miss Poogy en Baby. Peter Linz - Walter, Statler, Link Hogthrob, Joe the Legal Weasel, Beepalyzer en Foo-Foo. Julianne Buescher - Yolanda the Rat, Beverly Plume, Margaret, Rosie the Sheep, Beak-R, Priscilla the chicken, Brie the Cheese, Elena the Penguin, een konijn, een geit, Esther en Mary the Cow. Deelnemers van "Pepe's Unbelievable Gameshow" Brie Carter Artoun Nazerith Daniel Montgomery Niko Posey Edward Mawere Karina Yzobel Speciale gasten Taye Diggs Linda Cardellini RuPaul Carlina Will Danny Trejo Roy Choi Al Madrigal Aubrey Plaza Giuseppe Losavio Marina Michelson Seth Rogen Overige cast Piotr Michael - Stem als voice-over van de "Mup Close and Personal" intro. Matthew Barnette als Bezorger. Carolyn Gardner als stem van klantenservice medewerker van de "High Pressure Helpline". Amerikaanse televisieserie Programma van Disney+
Overige cast Piotr Michael - Stem als voice-over van de "Mup Close and Personal" intro. Matthew Barnette als Bezorger. Carolyn Gardner als stem van klantenservice medewerker van de "High Pressure Helpline".
1
contactpunt, klantenservice, klachtenafdeling
11,879
BarOrPub
383112
https://nl.wikipedia.org/wiki/Cornelis%20Vreedenburgh
Cornelis Vreedenburgh
Cornelis Vreedenburgh (Woerden, 25 augustus 1880 – Laren, 27 juni 1946) was een Nederlands kunstschilder. Hij wordt gerekend tot de Larense School. Leven en werk Van zijn vader, Gerrit Vreedenburgh, geboren in Bodegraven, 1849-1922, die een schildersbedrijf had en zelf veel schilderde, kreeg hij zijn eerste tekenlessen. Later kreeg hij raadgevingen van W.B. Tholen en Paul Arntzenius. Vreedenburgh had een voorliefde voor het waterlandschap. Samen met de schilder Tholen trok hij er regelmatig op uit om de binnenwateren en rivieren te schilderen, zoals het gebied rondom Kaag in de Kagerplassen. Herman, een broer van Cornelis, was eveneens kunstschilder. Na zijn huwelijk met de schilderes M. Schotel verbleven beiden enige tijd in het toen nog onbekende Saint-Tropez. Terug in Nederland vestigden zij zich eerst in Hattem en vervolgens in 1918 in het Gooise Laren. Regelmatig keerde Vreedenburg terug naar Amsterdam, de stad die hem bleef boeien door de schilderachtige grachten. Tijdens studiereizen naar Palestina en een reis in opdracht naar het 'Heilige Land' Israël maakte hij een groot aantal schetsen en studies in aquarel en olieverf. Zijn bekendste "Larense" werk is Het kroegje. Dit in 1921 vervaardigde schilderij toont het interieur van Hotel Hamdorff, waar voornamelijk de Larense en Blaricumse schilders elkaar ontmoetten. Koningin Wilhelmina kocht in 1937 twee schilderijen van Vreedenburg: Koeien in de wei en Prins Hendrikkade. Laatstgenoemd werk werd in de oorlog door de bezetter meegenomen, maar waar het precies gebleven is heeft niemand daarna ooit meer kunnen achterhalen. Vreedenburgh was lid van de kunstenaarsverenigingen: Arti et Amicitiae (Amsterdam), St. Lucas (Laren) en Pulchri Studio (Den Haag). Zijn eerste inzending bij Arti werd bekroond met de Willink van Collenprijs. Verder ontving hij drie jaren achtereen de Koninklijke Subsidie. In San Francisco behaalde hij de zilveren medaille en op de vierjaarlijkse tentoonstelling te Arnhem kreeg hij de bronzen medaille. In het John Selbach Museum te Maaseik zijn meerdere schilderijen van Vreedenburgh te bezichtigen, waaronder Winterlandschap te Hattem, Bloemenmarkt bij de Munttoren (Amsterdam), Oudeschans (Amsterdam) met Montelbaanstoren te Amsterdam en Accijnstoren te Alkmaar. Externe link Nederlands kunstschilder
Zijn bekendste "Larense" werk is Het kroegje. Dit in 1921 vervaardigde schilderij toont het interieur van Hotel Hamdorff, waar voornamelijk de Larense en Blaricumse schilders elkaar ontmoetten.
1
bar, kroeg, café
11,069
Restaurant
5074512
https://nl.wikipedia.org/wiki/Marijo%20II%20%28schip%2C%201913%29
Marijo II (schip, 1913)
De MARIJO II was een beeldbepalend schip aan de Handelskade in Beverwijk. Plaatselijk bekend als 'restaurant 't Schip' en in de volksmond als het 'pannenkoekenschip'. Het heeft een bewogen geschiedenis. Het werd als "ijzeren rijnsleepschip" bij scheepswerf Meijer in Beneden-Leeuwen gebouwd, "hebbende elf laadruimen, roef op voor- en achterschip, stuurstelling en vlaggemast" en het heeft in die staat vele jaren vracht vervoerd in de binnenvaart. Na een aantal keren van eigenaar te zijn veranderd werd het uiteindelijk gekocht door Emiel Woltheus, Uitgeest, die het schip in 1988 35 meter liet inkorten tot 51,80 meter bij Scheepswerf Ruitenberg in Raamsdonksveer en een opbouw liet plaatsen bij scheepswerf Vooruit in Zaandam. Daarna kon hij het inzetten als restaurantschip op de kop van haven De Pijp. De Pijp is de zeehaven van Beverwijk en is toegankelijk voor binnenvaart- en zeeschepen. Het schip kreeg vanaf begin 2000 echter last van stankoverlast vanuit de riooloverloop aan de Handelskade. Omdat de omzet terug begon te lopen werd het schip ook 's avonds gebruikt voor dansavonden en Arabische avonden. Na een inval van de mobiele eenheid eiste de Rabobank direct een verstrekte lening op. De gemeente heeft in 2009 geprobeerd de vergunning in te trekken, maar de rechter wees de gemeente er op dat er dan in strijd met de beschikking gehandeld zou moeten zijn en dat was niet het geval. Oktober 2015 ging de gemeenteraad akkoord met een plan en vooruitlopend op uitvoering van het plan gelastte de gemeente uitbater Woltheus restaurant 't Schip weg te halen. De gemeente Beverwijk wilde dat deel van de haven gaan uitbaggeren, daarom moest het schip tijdelijk verkassen en werd het verplaatst van de Handelskade naar de Zuiderkade in de zwaaikom. Volgens de gemeente hoefde de situatie maar tot begin 2016 te duren. Dan zou de inrichting van 'de Kop' klaar zijn en was daar weer een schip ingetekend, maar dan dwars liggend, voor de deur van de woonwinkel. Maar volgens de verantwoordelijk wethouder hoeft dat niet per se het huidige pannenkoekenschip te zijn. Hij hoopte op een actieve horeca-ondernemer met een schip. Het schip werd weggesleept van de kop van de haven door de IDA 1 en de IDA 3 met assistentie van een duwboot van Spaansen naar de Zuiderkade. Daar is het in november 2015 tijdens het verhalen en later in september 2016 bijna gezonken. Als restaurant is het na de verplaatsing niet meer open geweest. In 2017 vonden de initiatiefnemers van een petitie, die werd aangeboden aan de wethouder, dat het weer terug naar de oude plaats moest komen. De Rabohypotheekbank eiste terugbetaling van de hypotheek van € 499.158,24. Uit een vonnis van de rechtbank van januari 2017 bleek dat de gemeente Beverwijk inmiddels ook een vordering van € 20.251 had aan achterstallige havengelden en de eigenaar ook de proceskosten van € 2135,26 moest betalen. Afspraak was dat de vordering zou worden kwijtgescholden als de ondernemer het schip zelf zou verwijderen. Hij heeft daarvoor de vaststellingsovereenkomst zelf wel getekend, de gemeente niet. Die vond dat de eigenaar eerst een aantal zaken uit die overeenkomst had moeten nakomen en liet het schip in Amsterdam bij De Eerste Amsterdamse veilen. Een sloopbedrijf uit Beverwijk heeft het complete schip van pakweg 35 ton ijzer en hout voor € 1000 gekocht. De gemiddelde dagprijs per kilo oud ijzer op dat moment was zo'n 17 cent. Gebruikelijk is dat schepen bij een scheepssloperij worden gesloopt, in verband met de mogelijke verontreiniging van het oppervlaktewater. Dit schip is echter in de zwaaikom van de haven ter plaatse gesloopt. Foto's Liggers Scheepmetingsdienst Externe links www.debinnenvaart.nl www.binnenvaart.eu www.shipspotting.com Schip gebouwd in Nederland Geschiedenis van Beverwijk Schip op naam
De MARIJO II was een beeldbepalend schip aan de Handelskade in Beverwijk. Plaatselijk bekend als 'restaurant 't Schip' en in de volksmond als het 'pannenkoekenschip'. Het heeft een bewogen geschiedenis.
1
restaurant, eetgelegenheid, horecazaak
8,692
UserComments
5733353
https://nl.wikipedia.org/wiki/Ronit%20Palache
Ronit Palache
Ronit Palache (Amsterdam, 3 juli 1984) is een Nederlandse schrijfster. Levensloop Ronit Palache zat op de basisschool Rosj Pina en op het Maimonides Lyceum in Amsterdam. Daarna studeerde ze journalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Na haar studie werkte ze als journalist bij Elsevier Weekblad en schreef ze voor het Nederlands ­Israëlitisch Weekblad. Daarnaast was ze werkzaam als redacteur voor radioprogramma Šimek ’s Nachts. Van 2010 tot 2019 was Palache werkzaam bij uitgeverij Prometheus. Bij Prometheus gaf ze leiding aan de afdeling publiciteit en was ze actief als redacteur en Foreign Rights Manager. Over haar tijd bij de uitgeverij schreef ze in 2022 een betoog voor de Volkskrant. Ze omschreef de werkcultuur bij Prometheus als ongezond en er zou sprake zijn van een angstcultuur. Ze schreef onder meer dat de directeur vernederend en onbeschoft gedrag vertoonde. Zo zou hij werknemers uitschelden en seksistische opmerkingen hebben gemaakt. Palache omschreef het als ‘seksloos machtsmisbruik’. Als reactie hierop werd de hashtag ‘BangVoorDeBaas’ door Palache op Twitter geïntroduceerd. Na haar loopbaan bij uitgeverij Prometheus ging ze aan het werk als freelancer voor de programma's PAUW en Op1. Palache had samen met Corine Koole in de Rode Hoed een interviewshow genaamd ‘Onbekend Bemind’ waarin ze in gesprek ging met onbekende Nederlanders. Samen met Koole maakte ze tevens de podcast ‘Taboe’. In 2021 werkt ze aan een promotieonderzoek over religieverlaters van Joodse, christelijke en islamitische signatuur. In november 2022 maakte ze samen met Lale Gül de podcastserie ‘Van God Los’ over geloofsverlaters. Palache komt zelf uit een sefardisch joodse familie en is traditioneel joods opgevoed, maar zegde haar lidmaatschap van de Portugees-Israëlietische Gemeente op. Ze sprak haar weerstand uit tegen de weigering van deze gemeente om Spinoza te rehabiliteren na de banvloek uit 1656 en organiseerde daar een symposium over in 2015. Over de joodse identiteit schreef ze in 2016 het boek Ontroerende Onzin, de joodse identiteit in het Nederland van nu. Voor het boek In Birkenau (2023) dat het verhaal vertelt van Roosje de Winter-Levy schreef Palache het voorwoord en interviewde ze de kleinkinderen van De Winter-Levy. Persoonlijk De vader van Palache is gepromoveerd biochemicus, haar overgrootvader was hoogleraar Juda Lion Palache. De familie stamt af van Samuel Pallache (1550 - 1616), die in 1608 als gezant van de Marokkaanse sultan naar Nederland kwam. Werken Eigen werk Ontroerende Onzin, de joodse identiteit in het Nederland van nu (Uitgeverij Prometheus, 2016) Als samensteller van bloemlezingen Samenstelling van Bange mensen stellen geen vragen van Renate Rubinstein voor de reeks ‘Privé-domein’ (Arbeiderspers, 2020) Samenstelling van Ik heb niets tegen antisemieten, ik lééf ervan van Ischa Meijer voor de reeks ‘Privé-domein’ (Arbeiderspers, 2020) Samenstelling van Elk boek is een gevaar van Andreas Burnier voor de reeks ‘Privé-domein’ (Arbeiderspers, 2022) Nederlands schrijver Nederlands journalist
Van 2010 tot 2019 was Palache werkzaam bij uitgeverij Prometheus. Bij Prometheus gaf ze leiding aan de afdeling publiciteit en was ze actief als redacteur en Foreign Rights Manager. Over haar tijd bij de uitgeverij schreef ze in 2022 een betoog voor de Volkskrant. Ze omschreef de werkcultuur bij Prometheus als ongezond en er zou sprake zijn van een angstcultuur. Ze schreef onder meer dat de directeur vernederend en onbeschoft gedrag vertoonde. Zo zou hij werknemers uitschelden en seksistische opmerkingen hebben gemaakt. Palache omschreef het als ‘seksloos machtsmisbruik’. Als reactie hierop werd de hashtag ‘BangVoorDeBaas’ door Palache op Twitter geïntroduceerd.
1
gebruikersreacties, gebruikerscommentaar, opmerkingen
7,435
TravelAction
5574420
https://nl.wikipedia.org/wiki/KLM%20Noordzee%20Helicopters
KLM Noordzee Helicopters
KLM Noordzee Helikopters BV (ook bekend als KLM Helikopters) was een Nederlandse luchtvaartmaatschappij die opereerde met helikopters, vooral vanaf het Nederlandse vasteland naar offshore platformen in het Nederlandse deel van de Noordzee. Het bedrijf was een 100% dochter van KLM en werd opgericht in oktober 1965. Geschiedenis KLM Noordzee Helikopters leverde ondersteuningsvluchten van en naar offshore platformen, chartervluchten en opsporings-en reddingsvluchten. In 1978 bestond de vloot uit zeven Sikorsky S-61N's, vier Sikorsky S-76B's, twee Sikorsky S-58T's en twee MBB BO 105's. Vanwege toenemende concurrentie ging KLM Helikopters in 1995 intensief samenwerken met Schreiner bij de dienstverlening ten behoeve van het Rotterdamse loodswezen. In 1991 breidde het bedrijf uit toen Era Helicopters -een divisie van Era Aviation- een aandeel van 49% in KLM Helikopters nam, waarmee groei in de regio Alaska ontstond tot het bedrijf in 1998 werd verkocht aan Schreiner Airways.. KLM/ERA Helikopters eindigde in 1998 haar operaties. Diensten KLM Noordzee Helicopters opereerde initieel vanaf Amsterdam Schiphol-Oost, maar week al snel uit naar een tijdelijke helihaven bij Den Helder, wat veel dichter bij de platformen lag. De helikopters vertrokken 's morgens vanaf Schiphol-Oost en kwamen voor de nacht aan het einde van de daglichtperiode weer terug. Later opereerde KLM vooral vanaf een civiele terminal op het tot dan toe militaire vliegveld De Kooy. Ruim tachtig procent van de vluchten stonden in teken van de olie- en gaswinning op de Noordzee en er werden ongeveer 3.000 passagiers per dag vervoerd. Ongevallen Op 10 mei 1974 crashte KLM Noordzee Helikopters Sikorsky S-61N PH-NZC onderweg naar het booreiland „Chaparall", dat in de Noordzee 170 mijl ten noord-noordwesten lag van het eiland Texel. Van de 2 bemanningsleden en 4 passagiers aan boord overleefde niemand de crash, 3 lichamen zijn nooit geborgen. De waarschijnlijke oorzaak was een breuk in een van de vijf rotorbladen door metaalmoeheid. Op 29 december 1990 hing een Sikorsky S-61N in een zgn 'hover' toen flinke trillingen werden ondervonden. Na de landing raakte een van de rotorbladen de romp en brak af voordat de motoren waren uitgezet. Er waren geen gewonden. Koninklijke Luchtvaart Maatschappij Voormalige Nederlandse luchtvaartmaatschappij
Diensten KLM Noordzee Helicopters opereerde initieel vanaf Amsterdam Schiphol-Oost, maar week al snel uit naar een tijdelijke helihaven bij Den Helder, wat veel dichter bij de platformen lag. De helikopters vertrokken 's morgens vanaf Schiphol-Oost en kwamen voor de nacht aan het einde van de daglichtperiode weer terug. Later opereerde KLM vooral vanaf een civiele terminal op het tot dan toe militaire vliegveld De Kooy. Ruim tachtig procent van de vluchten stonden in teken van de olie- en gaswinning op de Noordzee en er werden ongeveer 3.000 passagiers per dag vervoerd.
1
reizen, vervoer, reisactie
5,668
Boolean
190389
https://nl.wikipedia.org/wiki/Booleaanse%20operator
Booleaanse operator
Een booleaanse operator is een logische operator die vooral in de wiskunde en informatica wordt gebruikt. Booleaanse operatoren zijn gebaseerd op de booleaanse algebra. Het resultaat van een booleaanse bewerking heeft slechts twee mogelijke resultaten: waar of onwaar. In verschillende talen die in de wiskunde en informatica worden gebruikt, bestaan er verschillende aanduidingen (tekens) voor de booleaanse operatoren. Een booleaanse operator is een booleaanse functie met ariteit 1 of 2. Eenplaatsige logische operator NOT De operator NOT (niet) is de logische negatie. Toepassing keert de logische waarde om. is onwaar als waar is, en waar als onwaar is. Gestandaardiseerde notatie: Andere notaties: Waarheidstabel: {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; |- ! || |- | 0 || 1 |- | 1 || 0 |} Tweeplaatsige logische operatoren Een tweeplaatsige logische operator heeft twee 'inputs'; beide inputs kunnen zowel waar ('true') als onwaar ('false') zijn. De 'output' van de operator is, afhankelijk van de operator zelf en van beide inputwaarden, waar of onwaar. | NAND De operator NAND (niet én, niet allebei) is de negatie van AND: is alleen onwaar als en beide waar zijn, in alle andere gevallen is het resultaat waar. Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: . Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 1 |- | 0 || 1 || 1 |- | 1 || 0 || 1 |- | 1 || 1 || 0 |} |- | OR De operator OR (of) is de logische disjunctie: is waar als waar is of waar is (of als beide waar zijn). Het resultaat is onwaar als zowel als onwaar zijn. Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: . Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 0 |- | 0 || 1 || 1 |- | 1 || 0 || 1 |- | 1 || 1 || 1 |} | NOR De operator NOR (niet of, noch ... noch) is de negatie van OR: is waar als en beide onwaar zijn. Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 1 |- | 0 || 1 || 0 |- | 1 || 0 || 0 |- | 1 || 1 || 0 |} |- | XOR De operator XOR (eXclusive OR) is de exclusieve disjunctie: is waar als waar is en onwaar, of als onwaar is en waar. Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: . Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 0 |- | 0 || 1 || 1 |- | 1 || 0 || 1 |- | 1 || 1 || 0 |} | XNOR De operator XNOR (NOT XOR) is de wederzijdse implicatie: is waar als en beide onwaar of beide waar zijn. Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: . Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 1 |- | 0 || 1 || 0 |- | 1 || 0 || 0 |- | 1 || 1 || 1 |} |- | Implicatie De implicatie ('uit A volgt B') is uitsluitend onwaar indien A waar is en B onwaar. De implicatie heeft daarom dezelfde waarheidswaarde als . Gestandaardiseerde notatie: . Andere notaties: . Waarheidstabel {| class="wikitable" width="150px" style="text-align:center"; ! || || |- | 0 || 0 || 1 |- | 0 || 1 || 1 |- | 1 || 0 || 0 |- | 1 || 1 || 1 |} |} Toepassingen Booleaanse operatoren worden veel gebruikt. Door gebruik te maken van haakjes kunnen ook meerdere voorwaarden worden gecombineerd. Enkele voorbeelden: Voorwaardelijke statements.In programmeertalen worden veel voorwaardelijke statements gebruikt. De voorwaarde dat getal "A" tussen 10 en 20 moet liggen wordt geformuleerd alsif (A > 10 && A < 20) {...bewerking...} else {...andere bewerking...}.Waarbij de syntaxis per programmeertaal kan verschillen. In dit geval wordt de AND-operator opgeschreven als &&. Selectiecriteria.Bij het zoeken door databestanden (zie ook SQL) worden vaak meerdere selectiecriteria gebruikt.SELECT * FROM tabelnaam WHERE veld1 > 10 AND veld1 < 20 OR (veld2 > 5). Bitsgewijze bewerkingen In de informatica kunnen deze bewerkingen ook op integerniveau worden uitgevoerd. Van twee getallen kan hiermee een ander getal worden gemaakt. Wat er gebeurt is dat de overeenkomstige bits van beide getallen met de operator wordt bewerkt (een "1" is waar en een "0" is onwaar), en dat het resultaat van elk van deze bewerkingen een bit vormt van het resulterend getal. Bijvoorbeeld deze bewerking: 25 OR 12 = 29. Schrijf beide getallen binair op: 25: 00011001 12: 00001100 -------- Voer voor elke bit de OR-bewerking uit. 00011101 Resultaat is 29. Dergelijke bewerkingen kunnen ook op elke keten van lettertekens worden uitgevoerd, ook letters zijn immers voor de computer niets anders dan reeksen nullen en enen. De bitsgewijze XOR-bewerking wordt vaak toegepast in simpele encryptiesystemen, vooral omdat bij deze bewerking de oorspronkelijke invoer weer terug te krijgen is (dat geldt ook voor de operator NOT maar niet voor AND en OR. Begrensd aantal Er zijn slechts zestien mogelijke booleaanse operatoren met twee parameters. De beide argumenten hebben namelijk slechts vier verschillende combinaties van uitkomsten en een operator kan aan elk van deze uitkomsten twee waarden toekennen, in totaal dus 24 = 16. Analoog hebben argumenten combinaties van uitkomsten, zodat het aantal operatoren met argumenten gelijk is aan: De mogelijke tweeplaatsige booleaanse operatoren zijn: Zie ook Booleaanse algebra Waarheidstabel Waarheidstabellen bij de unaire en binaire booleaanse operaties Data Encryption Standard Logica Programmeerconcept
Een booleaanse operator is een logische operator die vooral in de wiskunde en informatica wordt gebruikt. Booleaanse operatoren zijn gebaseerd op de booleaanse algebra. Het resultaat van een booleaanse bewerking heeft slechts twee mogelijke resultaten: waar of onwaar. In verschillende talen die in de wiskunde en informatica worden gebruikt, bestaan er verschillende aanduidingen (tekens) voor de booleaanse operatoren. Een booleaanse operator is een booleaanse functie met ariteit 1 of 2.
1
booleaanse logica, waar of onwaar, true false
1,287
Courthouse
3896337
https://nl.wikipedia.org/wiki/Arnhemse%20villamoord
Arnhemse villamoord
De Arnhemse villamoord op 2 september 1998 betreft een roofmoord op de 63-jarige Geke van 't Leven-de Goede in haar villa aan de Apeldoornseweg in Arnhem. De bewoonster werd door het hoofd geschoten. Een 33-jarige vriendin die op bezoek was, liep een hoofdwond op, vermoedelijk door een schampschot. Negen mannen, van wie acht van Turkse afkomst, werden voor de moord veroordeeld. In de media en de wetenschap is de schuld van de veroordeelden echter in twijfel getrokken, nadat uit opnames van de verhoren was gebleken dat zij onder grote druk van de recherche misschien valse verklaringen hadden afgelegd. De moord Op de avond van 2 september 1998 was de 63-jarige Geke van 't Leven-de Goede alleen thuis in haar villa aan de Apeldoornseweg. Een 33-jarige vriendin van haar kwam rond 19.45 uur aan bij de villa om een jas op te halen die zij voor haar had gemaakt. De bezoekster belde aan bij de voordeur, maar niemand deed open. Hierna liep ze naar de achterkant van de villa, waar ze een trap opliep en via de achterdeur de villa betrad. In de woning trof ze de bewoonster aan, die op dat moment werd overvallen door een man met een vuurwapen. De overvaller sommeerde hen op het bed in de slaapkamer te gaan liggen. Eenmaal daar loste hij twee schoten, op beide vrouwen een. Geke van 't Leven werd in het hoofd geraakt en overleed ter plekke. De bezoekster liep een hoofdwond op door een schampschot, maar overleefde door te doen alsof ze dood was. Nadat de dader de villa had verlaten, belde zij een vriend en vervolgens haar broer, omdat ze zich het alarmnummer niet kon herinneren. Onderzoek De ontvreemde buit was gering: een portemonnee, een paar bankpasjes en een armband. Het gebruikte moordwapen werd nooit gevonden, maar door twee kogels van 7,65 mm die op de plaats delict werden aangetroffen kon worden vastgesteld dat dit waarschijnlijk een FN Browning 1922 geweest is. Bloedsporen en vingerafdrukken die in de villa werden aangetroffen leverden geen match op (ook met geen van de uiteindelijk veroordeelden). Een getuige had vóór de overval een blauwe Volkswagen Golf gezien bij de villa. Een andere getuige was op het tijdstip van de overval zijn hond aan het uitlaten op het wandelpad achter de bewuste villa, waar hij een van de schoten hoorde. Uit de getuigenverklaring van de bezoekster bleek dat zij slechts één overvaller had gezien. Na een tip van een geheime informant kwam de recherche echter op het spoor van een aantal verdachten binnen het Arnhemse drugscircuit. Uiteindelijk werd ongeveer een half jaar na de moord een negental verdachten gearresteerd die de overval samen zouden hebben gepleegd. Een tiende verdachte, die de schutter zou zijn geweest, bevond zich echter in Duitsland. Een verzoek tot uitlevering werd niet ingewilligd nadat Duitse autoriteiten de zaak onderzochten en concludeerden dat er te weinig bewijs was in de zaak om tot vervolging over te gaan. De bekentenis van een van de verdachten was doorslaggevend voor de arrestatie van de groep en het scenario van de roofoverval dat de politie zou hanteren. Bij gebrek aan forensisch bewijs dat aan de verdachten gekoppeld kon worden, moest de politie het vooral doen met bekentenissen en getuigenissen. De verdachten werden daarom stevig verhoord, wat vaak werd opgenomen. Dit heeft uiteindelijk zo'n 160 videobanden aan verhoren opgeleverd. Deze opnames speelden later een cruciale rol in nader onderzoek over de manier van verhoren in het politieonderzoek en het ontstaan van de bekentenis. Veroordelingen De negen verdachten werden op 29 december 1999 door de rechtbank schuldig bevonden voor gekwalificeerde diefstal met de dood ten gevolg. Zij werden hiervoor veroordeeld tot gevangenisstraffen van twee tot tien jaar. Acht van de negen veroordeelden gingen in hoger beroep. De veroordeelde op wiens bekentenis de straffen rustten, ging als enige niet in hoger beroep. Vóór de uitspraak in hoger beroep pleegde een van de veroordeelden zelfmoord in zijn cel. In een achtergelaten briefje verklaarde hij onschuldig te zijn aan het misdrijf. Op 12 december 2000 werden de verdachten wederom veroordeeld door het gerechtshof. Velen kregen zelfs zwaardere straffen, variërend van vijf tot twaalf jaar gevangenisstraf. Een verdachte ging vervolgens in cassatie met advocaat Gerard Spong. De Hoge Raad liet het oordeel van het gerechtshof in stand. Alle acht van de resterende veroordeelden zaten hun straf uit. Voor de bewijsvoering werd voornamelijk gebruik gemaakt van de bekentenissen van een van de veroordeelden, welke steun zouden vinden in andere bewijsmiddelen. De rechters achtten bewezenverklaard dat de roofmoord op de villa door de mannen was gepland en uitgevoerd. De veroordeelden zouden op 2 september 1998 in drie verschillende voertuigen naar de villa op de Apeldoornseweg zijn gereden. Vijf van de mannen waren vervolgens richting de villa gelopen, waarna één of meer van deze vijf zich naar binnen begaf. Een van deze mannen zou in de woning de bewoonster hebben bedreigd met een vuurwapen, en haar om geld hebben gevraagd. Hierna kwam de bezoekster plotseling binnengelopen. De vrouwen werden vervolgens gesommeerd om op het bed te gaan liggen, waarop zij beiden op het hoofd beschoten werden. Boek Gerede Twijfel (2014) In januari 2014 werd het boek Arnhemse villamoord, valse bekentenissen gepubliceerd. Dit werd geschreven door socioloog en rechtspsycholoog Han Israëls en vier studenten van de universiteit van Maastricht in het kader van het Project Gerede Twijfel, dat mogelijke gerechtelijke dwalingen onderzoekt. Volgens het onderzoek zouden de veroordelingen in de zaak zijn gebaseerd op een valse bekentenis. Rechercheurs zouden grote druk op de verdachten hebben gezet en suggestieve vragen hebben gesteld, waardoor verdachten tot daderkennis geleid werden. Enkele malen werd daderkennis zelfs voorgezegd, dit gebeurde bijvoorbeeld met de waargenomen blauwe Volkswagen Golf. Ook was er veel kritiek op de discrepanties tussen de verhooropnames en de processen-verbaal. Het boek zorgde vlak na publicatie voor controverse door te suggereren dat de toen aanwezige vriendin van het slachtoffer meer zou weten, en wellicht zelf niet eens werkelijk beschoten zou zijn en zelf de moord zou kunnen hebben gepleegd. Hierop nam de uitgever het boek binnen een week na verschijnen tijdelijk uit de handel op instigatie van de projectleider en hoogleraar rechtspsychologie Peter van Koppen, die de supervisie had over het Project Gerede Twijfel. Het laatste hoofdstuk met daarin de speculatieve veronderstellingen kreeg hij pas na verschijning van het boek onder ogen. Het boek was zonder zijn toestemming uitgegeven en zowel de nabestaanden als de nu beschuldigde getuige waren niet van tevoren ingelicht. Na een gesprek tussen Van Koppen en Israëls kreeg de getuige van de roofmoord op 5 februari een aanbod per e-mail om (binnen vier weken) een nawoord te schrijven dat ongecensureerd zou worden opgenomen in een volgende editie van het boek. Israëls bleef achter zijn conclusie staan dat de verkeerde mannen zijn veroordeeld en dat de zaak een herziening verdiende, omdat uit het dossier zelfs niet gebleken is op grond waarvan de negen veroordeelden tot verdachten werden. Deze conclusie werd ook niet door Van Koppen bestreden. Herzieningsverzoeken Eerste herzieningsverzoek De onderzoekers van de universiteit van Maastricht concludeerden in het boek ook dat er in de zaak in juridisch-technische zin geen sprake was van een zogenaamd nieuw feit, een novum, op grond waarvan de zaak volgens de wet heropend kon worden, want de bronnen en feiten in hun onderzoek waren dezelfde die de toenmalige rechters ter beschikking stonden en op grond waarvan de veroordelingen tot stand waren gekomen. De onderzoekers wezen toch op de mogelijkheid van een herzieningsverzoek, omdat zij zelf gerede twijfel hadden aan het daderschap van de veroordeelden in deze zaak en omdat de recente wettelijke verruiming van de herzieningsregeling zou kunnen leiden tot nieuw onderzoek bij de Hoge Raad. Op 18 september 2018 presenteerde de Adviescommissie afgesloten strafzaken een rapport waarin staat dat de veroordelingen "potentieel onveilig" waren. Volgens de onderzoekscommissie had de recherche grove fouten gemaakt, waardoor mogelijk valse bekentenissen waren afgelegd. De Hoge Raad wilde aanvullend onderzoek naar een aantal DNA-sporen, waarna zou worden bepaald of de zaak opnieuw behandeld moest worden. Op 16 december 2019 werd dit aanvullende onderzoek door de advocaat-generaal gesloten. Na de sluiting van het aanvullende onderzoek werd een herzieningsverzoek ingediend door advocaat Paul Acda. Op 2 februari 2021 maakte de advocaat-generaal bekend aan de Hoge Raad een negatief advies te geven over het herzieningsverzoek, omdat er geen sprake zou zijn van een novum. De Hoge Raad ging hier in mee en oordeelde vervolgens op 20 april 2021 dat de herzieningsaanvraag ongegrond was. Op 21 mei 2021 berichtte de Volkskrant dat de Adviescommissie afgesloten strafzaken de beslissing van de Hoge Raad in ongekend harde bewoordingen veroordeelde. De Hoge Raad had het herzieningsverzoek te gemakkelijk afgewezen. Dit kwam het vertrouwen van de burger in de rechtspraak niet ten goede, aldus de adviescommissie, die sprak van "juridische fijnslijperij". Tweede herzieningsverzoek In augustus 2021 rees een sterkere verdenking dat de veroordelingen in de zaak konden berusten op onwettig politieonderzoek. De leider daarvan zou destijds onder meer meineed en valsheid in geschrifte hebben gepleegd. Hij zou voor het Gerechtshof onder ede hebben gelogen dat zijn team rond januari 1999 "toevallig op de groep stuitte". In werkelijkheid zou het onderzoek echter hebben berust op inlichtingen, al kort na de moord, van een drugsagent die zijn – drugsverslaafde – informanten zou hebben betaald voor informatie. Advocaat Paul Acda diende namens zes veroordeelden die strijden voor eerherstel een tweede herzieningsverzoek in om de zaak heropend te krijgen. De Villamoord (documentaireserie) In januari 2020 zond de NPO de driedelige documentaire De Villamoord van de KRO-NCRV uit, bestaande uit drie afleveringen. Paul Acda, advocaat van enkele veroordeelden, en Han Israëls, auteur van De Arnhemse villamoord, valse bekentenissen, kwamen veelvuldig in de serie voor. Daarnaast bevatte de serie interviews met verschillende veroordeelden, rechercheurs, getuigen en nabestaanden van de zaak. Naar aanleiding van verdere bevindingen en tips die de producenten na de uitzendingen van het eerste seizoen binnenkregen, is een tweede reeks van drie afleveringen geproduceerd, die in 2021 werd uitgezonden. Afleveringen Seizoen 1 (2020) Seizoen 2 (2021) Zie ook Bredase restaurantmoord, verzoek tot herziening door de procureur-generaal Doodslag op Anneke van der Stap Puttense moordzaak Deventer moordzaak Schiedammer parkmoord Zaak-Lucia de Berk Geschiedenis van Arnhem Moordzaak in Nederland Misdrijf in 1998
Veroordelingen De negen verdachten werden op 29 december 1999 door de rechtbank schuldig bevonden voor gekwalificeerde diefstal met de dood ten gevolg. Zij werden hiervoor veroordeeld tot gevangenisstraffen van twee tot tien jaar. Acht van de negen veroordeelden gingen in hoger beroep. De veroordeelde op wiens bekentenis de straffen rustten, ging als enige niet in hoger beroep. Vóór de uitspraak in hoger beroep pleegde een van de veroordeelden zelfmoord in zijn cel. In een achtergelaten briefje verklaarde hij onschuldig te zijn aan het misdrijf. Op 12 december 2000 werden de verdachten wederom veroordeeld door het gerechtshof. Velen kregen zelfs zwaardere straffen, variërend van vijf tot twaalf jaar gevangenisstraf. Een verdachte ging vervolgens in cassatie met advocaat Gerard Spong. De Hoge Raad liet het oordeel van het gerechtshof in stand. Alle acht van de resterende veroordeelden zaten hun straf uit.
1
rechtbank, gerechtsgebouw, rechtbankgebouw
1,691
TrainReservation
904054
https://nl.wikipedia.org/wiki/Indian%20Railways
Indian Railways
De Indian Railways (Hindi: भारतीय रेल, vertaling: Indiase spoorwegen), afgekort als IR, is een afdeling van de Indiase overheid die zorg draagt voor het functioneren van de spoorwegen in India. De Indian Railways valt onder het Ministerie van Spoorwegen. Het Ministerie wordt geleid door een in het kabinet zittende Minister van Spoorwegen (anno 2019 Piyush Goyal). De afdeling wordt geleid door de Railway Board (spoorwegraad). Het hoofdkwartier van de Indian Railways bevindt zich in New Delhi. Geschiedenis De eerste spoorwegvoorstellen voor India werden in 1832 in Madras gedaan. De eerste spoorlijn van India heette Red Hill Railroad en werd gebouwd door Arthur Cotton om graniet te vervoeren voor de wegenbouw. Het liep van de Red Hills in Chennai naar de Chintadripet-brug in Madras en werd geopend op 12 september 1837. India's eerste passagierstrein, geëxploiteerd door de Great Indian Peninsula Railway en getrokken door drie stoomlocomotieven (Sahib, Sindh en Sultan), reed 34 kilometer (21 mijl) met 400 mensen in 14 rijtuigen op 1.676 mm (5 ft 6 in) breed spoorbreedte tussen Bori Bunder Mumbai en Thane op 16 april 1853. In 1897 werd door veel spoorwegmaatschappijen verlichting in passagiersrijtuigen geïntroduceerd. Op 3 februari 1925 reed de eerste elektrische passagierstrein in India tussen Victoria Terminus en Kurla. In 1951 werden deze bedrijven genationaliseerd en tot één eenheid gesmeed. Het jaar daarop werden zes zones ingesteld. In 1951 werden ventilatoren en verlichting verplicht gesteld voor alle coupés in alle passagiersklassen en werden slaapplaatsen geïntroduceerd in rijtuigen. In 1956 werd de eerste trein met airconditioning geïntroduceerd tussen Howrah en Delhi (tegenwoordig bekend als Poorva Express). In 1987 werd in Mumbai gestart met de automatisering van het reserveringssysteem Op 3 augustus 2002 begon IR met online treinreserveringen en kaartverkoop. Op 15 februari 2019 werd de eerste Vande Bharat Express tussen New Delhi en Varanasi afgevlagd op het treinstation van New Delhi. De tweede Vande Bharat-dienst werd gelanceerd tussen New Delhi en Katra. Activiteiten Het is qua grootte het op drie na grootste nationale spoorwegsysteem ter wereld, met een totale routelengte van 68.043 km (42.280 mi), renbaanlengte van 102.831 km (63.896 mi) en baanlengte van 128.305 km (79.725 mi) vanaf 31 Maart 2022. 58.812 km (36.544 mi) van alle spoorlijnen zijn geëlektrificeerd met 25 kV 50 Hz AC elektrische tractie vanaf 1 april 2023. Prestaties In 2020 vervoerde Indian Railways 808,6 crore (8,086 miljard) passagiers en in 2022 vervoerde Railways 1418,1 miljoen ton vracht. Het rijdt dagelijks 13.169 passagierstreinen, zowel op langeafstands- als voorstedelijke routes, met 7.325 stations in heel India. Post- of sneltreinen, de meest voorkomende soorten treinen, rijden met een gemiddelde snelheid van 50,6 km / u (31,4 mph). EMU's in de voorsteden rijden met een gemiddelde snelheid van 37,5 km / u (23,3 mph). Gewone passagierstreinen (incl. gemengd) rijden met een gemiddelde snelheid van 33,5 km/u. De maximumsnelheid van passagierstreinen varieert, waarbij de Vande Bharat Express een topsnelheid van 180 km / u (110 mph) haalt. In het vrachtsegment rijdt IR dagelijks 8.479 treinen. De gemiddelde snelheid van goederentreinen ligt rond de 42,2 km/u (26,2 mph). De maximumsnelheid van goederentreinen varieert van 60-75 km / u (37-47 mph), afhankelijk van hun asbelasting, waarbij 'containerspecial'-treinen met een pieksnelheid van 100 km / u (62 mph) rijden. Vanaf maart 2022 bestond het rollend materieel van Indian Railways uit 3.18.196 goederenwagons, 84.863 passagiersrijtuigen en 13.215 locomotieven. In maart 2020 had het 1,38 miljoen werknemers, waarmee het de tiende grootste werkgever ter wereld is. Hogesnelheidstrein Eind 2015 gaf het kabinet van Narendra Modi toestemming voor een hogesnelheidstrein van Japanse makelij tussen de steden Mumbai en Ahmedabad. De huidige reistijd van acht uur gaat dankzij de trein omlaag naar twee. De kosten voor de aanleg van de 500 kilometer lange spoorweg en de aanschaf van de treinen zijn begroot op 13,4 miljard euro. Japan geeft hiervoor een lening tegen zeer gunstige voorwaarden. Toerisme Het Palace on Wheels is een luxe treindienst, vaak getrokken door een stoomlocomotief, om het toerisme in Rajasthan te promoten. De trein heeft een reisschema van zeven nachten en acht dagen op een rondreis van New Delhi via Jaipur, Sawai Madhopur en Chittaurgarh, Udaipur, Jaisalmer, Jodhpur, Bharatpur en Agra. Royal Rajasthan on Wheels bestrijkt een aantal toeristische bestemmingen in Rajasthan. De zevendaagse tour van acht nachten is een rondreis vanaf het Safdarjung-station in New Delhi via Jodhpur, Udaipur en Chittaurgarh, Ranthambore National Park en Jaipur, Khajuraho, Varanasi en Sarnath en Agra. Maharajas' Express, een luxe trein die wordt geëxploiteerd door de Indian Railway Catering and Tourism Corporation (IRCTC), rijdt van oktober tot april op vijf routes naar ongeveer 12 bestemmingen in het noordwesten en midden van India (gecentreerd rond Rajasthan). De Deccan Odyssey omvat toeristische bestemmingen in Maharashtra en Goa. De achtdaagse tour van zeven nachten begint in Mumbai en stopt bij Jaigad Fort, Ganapatipule en Ratnagiri, Sindhudurg, Tarkarli en Sawantwadi, Goa, Kolhapur en Pune (dag 5), Aurangabad en Ellora Caves, en Ajanta Caves en Nashik. The Golden Chariot is een luxe treindienst die op twee tours rijdt: Pride of the South en Splendor of the South. De Mahaparinirvan Express, een dienst met airconditioning, ook wel bekend als de boeddhistische circuittrein, wordt gerund door de IRCTC voor boeddhistische pelgrims. De achtdaagse tour van zeven nachten begint in New Delhi en bezoekt Bodh Gaya, Rajgir en Nalanda, Varanasi en Sarnath, Kushinagar en Lumbini, Sravasti en de Taj Mahal. The Fairy Queen, een toeristische attractie die ook wel bekend staat als 's werelds oudste werkende stoommachine, trekt een luxe trein van Delhi naar Alwar. Zones Er zijn zestien zones. Elke zone wordt geleid door een General Manager (GM) die weer rapporteert aan de Railway Board. De zones bestaan op hun beurt weer uit een bepaald aantal divisies, die elk hun eigen hoofdkantoor hebben. Er zijn in totaal 67 divisies. De metro van Calcutta is in bezit van en wordt beheerd door de Indian Railways, maar is geen onderdeel van een zone. Bestuurlijk wordt het echter wel beschouwd als een zone. Externe links Website van Indian Railways Website van het Ministerie van Spoorwegen Spoorwegen in India Indiaas bedrijf
In 1951 werden deze bedrijven genationaliseerd en tot één eenheid gesmeed. Het jaar daarop werden zes zones ingesteld. In 1951 werden ventilatoren en verlichting verplicht gesteld voor alle coupés in alle passagiersklassen en werden slaapplaatsen geïntroduceerd in rijtuigen. In 1956 werd de eerste trein met airconditioning geïntroduceerd tussen Howrah en Delhi (tegenwoordig bekend als Poorva Express). In 1987 werd in Mumbai gestart met de automatisering van het reserveringssysteem Op 3 augustus 2002 begon IR met online treinreserveringen en kaartverkoop.
1
treinreservering, treinticket, treinboeking
10,953
MusicRecording
5764636
https://nl.wikipedia.org/wiki/Ik%20proost%20met%20jou
Ik proost met jou
Ik proost met jou is een lied van de Nederlandse zanger Gerard Joling. Het werd in 2014 als single uitgebracht en stond al in 2013 als vierde track op het album Ik ook van jou. Achtergrond Ik proost met jou is geschreven door Edwin de Groot en Marcel Fisser en geproduceerd door Gunther F. Het is een nummer uit de genres nederpop en levenspop. In het lied zingt de liedverteller over hoe hij ondanks al het slechte van de wereld aan het eind van de dag proost met zijn vriend en met hem gelukkig is. In de bijbehorende videoclip is een dag in het leven van een homoseksueel stel te zien. Joling wilde met de clip naar eigen zeggen een probleem aan de kaak stellen. Hij vond namelijk dat het abnormaal was dat homoseksuele koppels in sommige landen, met name in Rusland, toentertijd niet geaccepteerd werden en soms zelfs mishandeld werden. Met de clip wil de artiest laten zien dat het gewoon normaal is. Joling vertelde dat hij van plan was om de muziekvideo op te sturen naar de Russische president Vladimir Poetin. Op de B-kant van de single zijn twee nummers te vinden, beiden liveopnames uit een optreden van Joling in de Ziggo Dome. De eerste opname is van Ik proost met jou. De andere liveopname is een Songfestival medley. Hitnoteringen De zanger had succes met het lied in Nederland. Het piekte op de 26e plaats van de Single Top 100 en stond twee weken in deze hitlijst. De Top 40 werd niet bereikt; het lied bleef steken op de negentiende plaats van de Tipparade. Single uit 2014 Nummer van Gerard Joling
Ik proost met jou is een lied van de Nederlandse zanger Gerard Joling. Het werd in 2014 als single uitgebracht en stond al in 2013 als vierde track op het album Ik ook van jou.
1
muziekopname, muzieknummer, track
8,274
DepartAction
698121
https://nl.wikipedia.org/wiki/Athora%20Netherlands
Athora Netherlands
Athora Netherlands is een verzekeringsmaatschappij die sinds 1 april 2020 onderdeel is van het in Bermuda gevestigde Athora Holding Ltd. Athora Netherlands is actief op de Nederlandse markt met onder meer de merken Reaal en Zwitserleven. Athora Netherlands opereerde tot 1 juli 2014 onder de statutaire naam REAAL N.V., en was de verzekeringstak van SNS REAAL. Onder de naam VIVAT, was het enige tijd in handen van het Chinese bedrijf Anbang Insurance Group, maar vanaf 1 april 2020 is Athora Netherlands Holding Ltd. de enige aandeelhouder. Activiteiten Athora Netherlands richt zich op de verkoop van levensverzekeringen, pensioenen, hypotheken en beleggingsfondsen. Het bedrijf had per eind 2019 een balanstotaal van 60 miljard euro en is een van de grote verzekeraars in Nederland. De organisatie heeft ruim 1.200 werknemers, en kantoren in Alkmaar en Amsterdam. De activiteiten zijn verdeeld over de volgende dochtermaatschappijen: SRLEV N.V., met tevens de handelsnamen Europe Life, Extramedium, Happy Service Verzekeringen, Hooge Huys Verzekeringen, Hooge Huys Virtuele Werkwinkel, Reaal, Reaal Levensverzekeringen, Reaal Virtuele Werkwinkel, Reaal Zelf Regelen (verzekeraar met direct distributiekanaal), Services (pensioenverzekeraar) Proteq Levensverzekeringen N.V. In juni 2019 werd bekend dat NN Group en verzekeraar Athora de Nederlandse verzekeringsmaatschappij van Anbang zouden overnemen. Athora wordt de eigenaar van de levensverzekeringsportefeuille en de afdeling vermogensbeheer inclusief ACTIAM. Deze activiteiten tellen 2,2 miljoen klanten. Op 1 april 2020 is de overname afgerond. De schadeverzekeringsactiviteiten met 300.000 klanten zijn door NN Group overgenomen voor 415 miljoen euro. Zo'n 575 voltijdsbanen gaan over naar NN Group. Op 1 januari 2022 is vermogensbeheerder ACTIAM overgenomen door Cardano Group. Resultaten In de onderstaande tabel staan de belangrijkste financiële resultaten van VIVAT sinds 2014. Voor oudere informatie van de verzekeringsactiviteiten zie SNS REAAL. In februari 2016 meldde VIVAT dat er over een periode van drie jaar tussen de 900 en 1200 banen zouden gaan verdwijnen. Door de focus van de leiding van SNS REAAL op de problemen bij Property Finance bleven noodzakelijk maatregelen bij VIVAT uit. De bedrijfskosten lagen bij VIVAT ongeveer 30% hoger dan bij de grootste concurrenten. Door het vereenvoudigen van de organisatiestructuur en het digitaliseren van diensten kon het werk met minder mensen worden gedaan. Geschiedenis Reaal Groep was een Nederlandse financiële instelling die haar oorsprong vond in de fusie van diverse vennootschappen die eigendom waren van de vakbeweging, waaronder de verzekeringsmaatschappijen De Centrale en Concordia, de Hollandse Koopmansbank en de Algemene Spaarbank voor Nederland. Tussen 1990 en 1997 groeide REAAL Groep aanzienlijk, onder andere door de overname van Hooge Huys Verzekeringen in 1996. In 1997 fuseerden SNS Bank en REAAL Groep tot SNS REAAL. De diverse bedrijfseenheden van de fusiepartners werden gehergroepeerd en geïntegreerd. Op 1 februari 2013 is SNS REAAL genationaliseerd. Daarna zijn SNS Bank en Reaal afgesplitst van de holding en eigendom geworden van de Nederlandse Staat. REAAL N.V. werd op 1 juli 2014 omgedoopt in VIVAT. De merken die VIVAT voert, onder meer Reaal, Zwitserleven en Route Mobiel, blijven ongewijzigd. Daarnaast gaat vermogensbeheerder SNS Asset Management onder de nieuwe naam ACTIAM deel uitmaken van het verzekeringsbedrijf. Overname door Anbang REAAL stond sinds de zomer van 2014 in de verkoop. In februari 2015 werd bekend dat het Chinese verzekeringsbedrijf van Anbang Insurance Group Co. Ltd., VIVAT zou overnemen. Anbang bood 150 miljoen euro voor de aandelen. Verder zou Anbang nog maximaal 1 miljard euro steken in de versterking van de balans van de verzekeraar en lost het 0,5 miljard euro af op interne leningen binnen de groep SNS REAAL. Anbang telt ruim 30.000 medewerkers en biedt veel diensten en producten op financieel en verzekeringsgebied aan meer dan 20 miljoen klanten. Medio 2015 is de verkoopprijs van VIVAT vastgesteld op 1 euro. Verder betaalt Anbang € 85 miljoen voor de belastingvordering op SNS REAAL over 2013 en 2014. De verwachte verkoopprijs voor de aandelen was € 150 miljoen, exclusief verrekening van de belastingvorderingen. Dat de prijs lager is geworden komt door een kapitaalinjectie door Anbang van € 1,35 miljard, dat is zo’n 350 tot 580 miljoen euro meer dan in februari nog werd berekend. Toezichthouder DNB ging akkoord met de overname en op 22 juli 2015 volgde de Chinese toezichthouder CIRC met een goedkeuring voor de overname van VIVAT. Medio oktober 2015 ontving VIVAT de 1,35 miljard euro van Anbang. Met het extra kapitaal werden de buffers versterkt, waardoor VIVAT beter in staat zal zijn om nieuwe tegenvallers op te vangen. Nog geen twee maanden na de overname, op 14 september 2015, vertrekt Gerard van Olphen bij VIVAT. Hij vertrekt per direct 'in het belang van het bedrijf'. Het persbericht geeft geen verdere verklaring. Volgens kenners is de meest logische verklaring dat hij in aanvaring is gekomen met de Anbang, of met de andere leden van de raad van bestuur (een Nederlander en drie Chinezen) over de aansturing of de koers van VIVAT. Van Olphen was pas sinds 26 juli 2015 in functie. Hiervoor stond hij anderhalf jaar aan het hoofd van SNS REAAL. In februari 2018 werd Anbang door de Chinese toezichthouder op het verzekeringswezen CIRC onder curatele gesteld. De CIRC laat een commissie van 31 leden alle bestuursactiviteiten voor minimaal een jaar overnemen. Verkoop door Anbang Vanaf augustus 2018 stond VIVAT te koop. Anbang heeft vier internationale zakenbanken gevraagd om een offerte uit te brengen voor het begeleiden van de verkoop van VIVAT. In juni 2019 werd bekend dat NN Group en verzekeraar Athora de Nederlandse verzekeringsmaatschappij gaan overnemen. NN Group koopt de schadeverzekeringsactiviteiten met 300.000 klanten voor € 415 miljoen en wordt hiermee de grootste schadeverzekeraar van Nederland. Athora wordt de eigenaar van de levensverzekeringsportefeuille en de afdeling vermogensbeheer inclusief Actiam. Deze activiteiten tellen 2,2 miljoen klanten. Athora heeft de overnamesom niet bekend gemaakt. Op 2 april 2020 werd de overname van VIVAT afgerond. Athora heeft beloofd dat zijn deel van VIVAT in Nederland gevestigd blijft. Vanaf 10 december 2020 gaat het bedrijf verder onder de nieuwe naam Athora Netherlands. Trivia In april 2019 kreeg VIVAT van de Autoriteit Financiële Markten een bestuurlijke boete van € 200.000 omdat een bedrijfsonderdeel voor tussenpersonen een reis naar China had georganiseerd en daarmee het bonusprovisieverbod en de norm op een passende volmachtbeloning heeft overtreden. Externe link Officiële website Nederlandse verzekeringsmaatschappij
Nog geen twee maanden na de overname, op 14 september 2015, vertrekt Gerard van Olphen bij VIVAT. Hij vertrekt per direct 'in het belang van het bedrijf'. Het persbericht geeft geen verdere verklaring. Volgens kenners is de meest logische verklaring dat hij in aanvaring is gekomen met de Anbang, of met de andere leden van de raad van bestuur (een Nederlander en drie Chinezen) over de aansturing of de koers van VIVAT. Van Olphen was pas sinds 26 juli 2015 in functie. Hiervoor stond hij anderhalf jaar aan het hoofd van SNS REAAL.
2
vertrek, vertrekpunt, bestemming
5,625
UserInteraction
5778872
https://nl.wikipedia.org/wiki/Ombudspolitiek
Ombudspolitiek
Ombudspolitiek is een politieke term die wordt gebruikt om een rechtstreeks en probleemoplossend contact tussen politicus en burger te duiden. De term is in de 21e eeuw gemunt door Richard de Mos, die met zijn partij Hart voor Den Haag zich hard maakt voor ombudspolitiek. Vooral in de lokale politiek, zoals gemeentes, zou ombudspolitiek een rol van betekenis kunnen spelen. Beschrijving De term ombudspolitiek refereert aan de rol van een politicus of politieke partij als directe belangenbehartiger van individuele burgers, vaak in reactie op klachten of problemen die zij ervaren in hun interactie met overheidsinstellingen. Deze vorm van politiek is meestal reactief en wordt gekenmerkt door directe interactie: de burger speekt de politicus rechtstreeks aan. Ombudspolitiek is een politieke stijl die lijkt op de rol van een ombudsman, maar dan uitgevoerd door een politicus of politieke partij. Het is een manier voor politici om zich te profileren als directe vertegenwoordigers van het volk, die zich inzetten voor de specifieke zorgen en klachten van individuele burgers. Voor- en nadelen Deze manier van politiek bedrijven heeft een aantal voordelen: Er is een directe band met burgers: ombudspolitiek creëert een directe link tussen politieke vertegenwoordigers en de burgers, waardoor de laatste zich gehoord en erkend voelen. Dit kan ook het eventuele wantrouwen in de politiek bestrijden. Snelheid en wendbaarheid: het biedt een mechanisme voor snelle respons en flexibiliteit bij het aanpakken van individuele zorgen. Er zijn ook nadelen te benoemen: Personen die een direct contact hebben met de politicus verkrijgen meer invloed dan burgers die dat contact niet hebben. Als een lokale partij de problemen van zijn donateurs vooropstelt, gaat dit ten koste van het algemene belang. Er zijn risico's van populisme, belangenverstrengeling en vriendjespolitiek. Voor lokale partijen geldt dat zij geen subsidie ontvangen. Zij mogen wel openstaan voor donaties. Dit zorgt mogelijk voor het risico dat de ombudspolitiek vooral voor de donateurs gunstig uitpakt. Zie ook Directe democratie Burgerparticipatie Cliëntelisme Democratie
Beschrijving De term ombudspolitiek refereert aan de rol van een politicus of politieke partij als directe belangenbehartiger van individuele burgers, vaak in reactie op klachten of problemen die zij ervaren in hun interactie met overheidsinstellingen. Deze vorm van politiek is meestal reactief en wordt gekenmerkt door directe interactie: de burger speekt de politicus rechtstreeks aan. Ombudspolitiek is een politieke stijl die lijkt op de rol van een ombudsman, maar dan uitgevoerd door een politicus of politieke partij. Het is een manier voor politici om zich te profileren als directe vertegenwoordigers van het volk, die zich inzetten voor de specifieke zorgen en klachten van individuele burgers.
2
gebruikersinteractie, interactie, evenement
256
HowToSection
134879
https://nl.wikipedia.org/wiki/Speedcubing
Speedcubing
Speedcubing is de kunst van het zo snel mogelijk oplossen van Rubiks kubus. Oplossen betekent hier het terugbrengen in de originele staat van zes gekleurde vlakken. Een Rubiks kubus is verkrijgbaar in variaties van 2×2×2, 3×3×3, 4×4×4, en 5×5×5 blokjes. Puzzelontwerpers proberen voortdurend met nieuwe vormen van permutatiepuzzels te komen. Er worden ook wedstrijden gehouden door puzzelaars die het wereldrecord willen halen. Het huidige wereld record is 3,13 seconden en staat op naam van de Amerikaan Max Park. Geschiedenis De Rubiks kubus is in 1974 uitgevonden door de Hongaarse professor architectuur Ernő Rubik. De internationale interesse in de kubus begon in 1980 en duurde tot ongeveer 1983. Op 5 juni 1982 werden de eerste wereldkampioenschappen gehouden in Boedapest. Na 1983 verdween de interesse. Met de komst van het internet, waardoor de kubus internationaal verkrijgbaar werd, kreeg speedcubing een nieuw leven. De term speedcubing ontstond in 1999, verzonnen door grondleggers van de huidige generatie speedcubers Ron van Bruchem, Chris Hardwick en Dan Knight. Vanaf 2003 worden er verschillende nationale en internationale kampioenschappen georganiseerd. Kubusvariaties De verschillende variaties van de kubus worden als volgt onderscheiden: 2×2×2 - Rubiks minikubus, of Pocket Cube 3×3×3 - Rubiks kubus 4×4×4 - Rubik's Revenge 5×5×5 - Professor's Cube 6×6×6 7×7×7 De kubus kan met verschillende methoden worden opgelost, die echter niet alle geschikt zijn voor speedcubing. Een van de meest gebruikte en gerespecteerde methoden is de CFOP (Cross, F2L, OLL, PLL) methode die veelal de Fridrichmethode wordt genoemd, Jessica Fridrich was de eerste die een dergelijke methode op internet publiceerde en daarmee als tweede eindigde in de tweede internationale kubuskampioenschappen van 2003. Kampioenschappen Officiële kampioenschappen worden momenteel gehouden in diverse categorieën: 3×3×3 kubus 3×3×3 met 1 hand (ook wel OH) 3×3×3 geblinddoekt (ook wel 3BLD) 3×3×3 meerdere kubussen geblinddoekt (ook wel Multi-Blind) 3×3×3 met zo min mogelijk draaien (ook wel FMC) 4×4×4 kubus 5×5×5 kubus 6×6×6 kubus 7×7×7 kubus 4×4×4 geblinddoekt (ook wel 4BLD) 5×5×5 geblinddoekt (ook wel 5BLD) 2×2×2 kubus Rubik's Clock Pyraminx Megaminx Square-1 Skewb Bij officiële kampioenschappen die door WCA worden georganiseerd, wordt de StackMat gebruikt om de tijd te meten. Termen Hier volgt een aantal veelgebruikte termen in de speedcubinggroep. Deze groep ('community') is opgezet door Chris Hardwick en Ron van Bruchem. De groep communiceert voornamelijk via een internetforum en de speedcubing-website (zie onderaan). Draai een kwartdraai of halve draai van een van de zes gekleurde vlakken Algoritme voorgedefinieerde opeenvolging van draaien om van een bepaalde situatie naar een andere situatie te komen F2L first two layers (eerste twee lagen) Let op! Met F2L wordt alleen de lagen zelf bedoeld, deze term wordt vaak verward met de term Fridrichmethode. F2L refereert niet aan deze methode, alhoewel nieuwelingen vaak deze fout maken. LL last layer (laatste laag) X-look het aantal algoritmes nodig om de laatste laag op te lossen, bijvoorbeeld 4-look Prime/Inverted een draai tegen de klok in, bijvoorbeeld R Prime/Inverted (of R-, R', R−1) Methode Een manier van oplossen dat bestaat uit een stappenplan waarbij meestal algoritmes worden gebruikt. Blokje/Cubie een van de 20 uitneembare kleine kubusvormige onderdelen Randblokje/Edge een van de 12 middenblokjes aan de rand, deze zitten tussen twee hoekblokjes in. Hoekblokje/Corner een van de 8 hoekblokjes Midden/Center een van de zes middenblokken van de kubusvlakken. De middenblokken bewegen nooit ten opzichte van elkaar. Oriënteren De blokjes (in de laatste laag) met de goede kleur naar boven draaien. Permuteren het verwisselen van 3 of meer blokjes (bijvoorbeeld de 5-cycle roteert vijf blokjes bijvoorbeeld: 1-2, 2-3, 3-4, 4-5, 5-1) OLL Orient Last Layer (oriënteren van de laatste laag) PLL Permute Last Layer (permuteren van de laatste laag) PB Personal Best (persoonlijke recordtijd voor het oplossen van de kubus) PR Personal Record (persoonlijke recordtijd voor het oplossen van een kubus op een competitie) WR World Record (officieel wereldrecord, momenteel 3,47s door Yusheng Du (杜宇生) ) UWRUnofficial World Record (onofficieel wereldrecord, momenteel 2,83 seconden) Externe links Speedcubinginformatie en diverse records Fewest Moves Challenge - wekelijkse competitie ruwix.com, een site met veel tips en trivia over de Rubiks Kubus en speedcubing.
Draai een kwartdraai of halve draai van een van de zes gekleurde vlakken Algoritme voorgedefinieerde opeenvolging van draaien om van een bepaalde situatie naar een andere situatie te komen F2L first two layers (eerste twee lagen) Let op! Met F2L wordt alleen de lagen zelf bedoeld, deze term wordt vaak verward met de term Fridrichmethode. F2L refereert niet aan deze methode, alhoewel nieuwelingen vaak deze fout maken. LL last layer (laatste laag) X-look het aantal algoritmes nodig om de laatste laag op te lossen, bijvoorbeeld 4-look Prime/Inverted een draai tegen de klok in, bijvoorbeeld R Prime/Inverted (of R-, R', R−1) Methode Een manier van oplossen dat bestaat uit een stappenplan waarbij meestal algoritmes worden gebruikt. Blokje/Cubie een van de 20 uitneembare kleine kubusvormige onderdelen Randblokje/Edge een van de 12 middenblokjes aan de rand, deze zitten tussen twee hoekblokjes in. Hoekblokje/Corner een van de 8 hoekblokjes Midden/Center een van de zes middenblokken van de kubusvlakken. De middenblokken bewegen nooit ten opzichte van elkaar. Oriënteren De blokjes (in de laatste laag) met de goede kleur naar boven draaien. Permuteren het verwisselen van 3 of meer blokjes (bijvoorbeeld de 5-cycle roteert vijf blokjes bijvoorbeeld: 1-2, 2-3, 3-4, 4-5, 5-1) OLL Orient Last Layer (oriënteren van de laatste laag) PLL Permute Last Layer (permuteren van de laatste laag) PB Personal Best (persoonlijke recordtijd voor het oplossen van de kubus) PR Personal Record (persoonlijke recordtijd voor het oplossen van een kubus op een competitie) WR World Record (officieel wereldrecord, momenteel 3,47s door Yusheng Du (杜宇生) ) UWRUnofficial World Record (onofficieel wereldrecord, momenteel 2,83 seconden)
1
instructiesectie, stappenplan, receptonderdeel
2,928
Brewery
4033966
https://nl.wikipedia.org/wiki/Heineken%27s%20Bierbrouwerij%20Maatschappij
Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij
De Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij was een Nederlandse naamloze vennootschap die op 4 januari 1873 werd opgericht. Ze werd opgericht door Gerard Heineken en de eigenaar van de Rotterdamse brouwerij d'Oranjeboom Willem Baartz om samen een moderne Beiers-bierbrouwerij in Rotterdam op te zetten. Aandeelhouders van de vennootschap waren Gerard Heineken en zijn brouwmeester Wilhelm Feltmann, Willem Baartz en zijn vriend en compagnon Hubertus Hoijer, en Willem van der Vliet. Daarnaast waren ook Rotterdamse bankiers en industriëlen aandeelhouder. De vennootschap kende een aandelenkapitaal van f 1.200.000. (240 aandelen van f 5000). Toen de Rotterdamse brouwerij d'Oranjeboom plannen kreeg om ondergistend te gaan brouwen werd Willem Baartz benaderd door Gerard Heineken voor een samenwerking. Heineken wilde met de samenwerking met Baartz het hoofd bieden tegen de opmars van de Beiersch-Bierbrouwerij De Amstel waardoor ook Heineken & Co het moeilijk had gekregen. In de nieuwe vennootschap zou Heineken-Amsterdam worden ondergebracht en een nieuwe brouwerij in Rotterdam worden geopend. Afgesproken werd dat d'Oranjeboom bovengistend zou blijven brouwen. Toen d'Oranjeboom in 1883 een koelsysteem (Linde-machine) wilde kopen, werd dit gezien als een breuk met deze afspraak. Twee jaar later schafte d'Oranjeboom het systeem alsnog aan. In 1920 richtte de organisatie een sportclub op voor het kantoorpersoneel voor de beoefening van de voetbal- en schermsport. Nederlandse brouwerij
De Heineken's Bierbrouwerij Maatschappij was een Nederlandse naamloze vennootschap die op 4 januari 1873 werd opgericht. Ze werd opgericht door Gerard Heineken en de eigenaar van de Rotterdamse brouwerij d'Oranjeboom Willem Baartz om samen een moderne Beiers-bierbrouwerij in Rotterdam op te zetten. Aandeelhouders van de vennootschap waren Gerard Heineken en zijn brouwmeester Wilhelm Feltmann, Willem Baartz en zijn vriend en compagnon Hubertus Hoijer, en Willem van der Vliet. Daarnaast waren ook Rotterdamse bankiers en industriëlen aandeelhouder. De vennootschap kende een aandelenkapitaal van f 1.200.000. (240 aandelen van f 5000).
5
brouwerij, bierproductie, bierbrouwerij
7,066
EngineSpecification
92209
https://nl.wikipedia.org/wiki/K-Wagen
K-Wagen
De K-wagen was een superzware Duitse tank uit de Eerste Wereldoorlog, de grootste die ooit gebouwd is. Achtergronden De Duitsers werden volledig verrast door de inzet op 15 september 1916 van de eerste Britse tank: de Mark I. Het leger beried zich op de vraag hoe hierop te reageren. Al snel bleek dat er geen capaciteit voor de massaproductie van alweer een nieuw wapensysteem kon worden vrijgemaakt. De marine had al een claim gelegd op het meeste pantserstaal. Daarbij was de brandstofsituatie kritiek: een enkele tank zou net zoveel benzine verbruiken als de quota van een hele divisie. Dit alles sloot de vorming van een eigen krachtig pantserwapen uit. Men vond dat op zich niet eens een enorm nadeel. Tanks werden gezien als gespecialiseerde aanvalswapens en Duitsland was voorlopig helemaal niet van plan op het Westelijk Front tot de aanval over te gaan. Tegen Rusland was de moderne infanterietactiek van generaal von Hutier ruimschoots afdoende, zo hadden de Duitse overwinningen van 1915 aan het Oostelijk Front wel bewezen. Evenmin als het ontbreken van de eigen pantsermacht vormde het bestaan van de vijandelijke in Duitse ogen een groot probleem. De prestaties van het handjevol Britse tanks waren niet bepaald indrukwekkend te noemen. Ze vormden geen serieuze tactische dreiging. Maar één gevaar dreigde wél: dat het moreel van leger en volk zou worden aangetast. Het Britse volk was in kennelijke staat van tankeuforie. Wat als omgekeerd een Panzerschreck het Duitse zou bevangen? De Eerste Wereldoorlog kenmerkt zich doordat voor het eerst psychologische oorlogsvoering massaal, systematisch en wetenschappelijk ter hand werd genomen. Het belangrijkste wapen tegen de tank was dan ook: propaganda. De Duitse krantenlezer, de frontsoldaat incluis, werd vergast op een eindeloze reeks artikelen waarin de tank belachelijk werd gemaakt. Na iedere inzet sierden foto's van uitgebrande tankwrakken steevast de pagina's. Het vooroordeel dat de tank nutteloos zou zijn werd er zo ingehamerd dat het Duitse leger er twintig jaar later nog last van zou hebben. Om die propaganda te versterken, zou men ook overgaan tot het oprichten van een eigen – noodzakelijkerwijs kleine – tankstrijdmacht, alleen maar om naar waarheid te kunnen stellen: ook wij hebben tanks. Dat is welbeschouwd niet erg logisch, maar de psychologie van de propaganda leert dat in de menselijke psyche de tegenstrijdige opvattingen: "Alle tanks zijn waardeloos" en "Onze tanks zijn onoverwinnelijk" in beginsel probleemloos naast elkaar kunnen bestaan. Desalniettemin liep men een klein gevaar op mentale kortsluiting en dat werd ondervangen door de eis dat de Duitse tanks superieur moesten zijn aan hun tegenstanders, iets wat natuurlijk mede een zelfstandige propagandawaarde zou hebben en daarbij ook wenselijk was uit tactisch opzicht. Hiervoor werd allereerst de A7V geschapen, een voertuig dat primair snel voorzag in de propagandabehoefte aan een eigen Duitse tank. Dit wapen was weliswaar sneller en beter gepantserd dan de tanks van de Entente, maar zag er nog te primitief en onbeholpen uit om een grote indruk achter te kunnen laten bij het Duitse publiek. Om die laatste functie te vervullen, besloot Chefkraft, het directoraat voor de motorisering, begin 1917 tot de bouw van een reusachtig voertuig dat er geen enkele twijfel over zou laten bestaan welk land echt onoverwinnelijke tanks bezat: de K-Wagen. Omdat het leger al voorzag dat de praktische waarde van zulke monstertanks nihil was, begon het reeds tijdens de allereerste commissievergaderingen in alle toonaarden tegen de bouw van zoiets völlig Idiotisches te protesteren. Het project werd afgeschilderd als een nutteloze verspilling van grondstoffen en productiecapaciteit. Men was bang dat het niet zou blijven bij fraaie fotosessies alleen en dat men gedwongen zou worden werkelijk met de giganten ten strijde te trekken. Alle tegenwerking ten spijt keurde het Kriegsministerium op 28 juni 1917 de bouw van tien exemplaren goed, binnen acht maanden in gelijk aantal uit te voeren door de kogellagerfabriek van Riebe te Berlijn en de wagonfabriek Wegmann te Kassel. Men had haast: de eerste plannen gingen nog uit van een bouwtijd van een jaar. Beschrijving De K-Wagen is verreweg de grootste tank waarbij men werkelijk een begin heeft gemaakt met de constructie ervan - met mogelijke uitzondering van Ratte. Met een lengte van 12,7 meter is hij groter dan de Char 2C (de grootste operationele tank uit de geschiedenis) en de Maus (het zwaarste tankprototype). Het oorspronkelijke ontwerp was zelfs nog een paar meter langer, maar werd verkort om te voorkomen dat - hoewel de bepantsering niet dikker was dan 30 mm - het gewicht zou oplopen tot 150 ton. Nu zou een bescheiden 120 ton het maximum zijn. Omdat hij door zijn omvang niet in zijn geheel per trein te vervoeren was, wordt hij opgebouwd uit zes modules van elk zo'n 20 ton. Vooraan bevindt zich het Führerraum voor de twee chauffeurs, dat meteen dient als secundaire gevechtsruimte met drie machinegeweren (maar met maar twee machinegeweerschutters). Daarachter ligt het echte Kampfraum met bovenop een observatiecilinder voor de commandant en de artillerieofficier die het hoogste punt van de tank vormt op de uitlaten na. Achter hen zit de seiner die een oprichtbare semafoor op het dak moet bedienen. Halverwege de tank begint de Motorkammer. Daar geven twee motoren, onderhouden door twee mecaniciens, de tank een maximumsnelheid van acht km/u. Eerst had men gedacht daarvoor de zwaarste 200 pk voertuigmotoren te kunnen gebruiken waarover Duitsland beschikte, maar die worden al snel vervangen door twee 650 pk Daimler zescilinder duikbootmotoren. Anders zou men problemen hebben gehad met het in gang zetten van de transmissies in de volgende module: het Getrieberaum. Drieduizend liter brandstof is daar veilig opgeborgen. Als we deze delen in elkaar zetten verkrijgen we een voertuig dat erg smal lijkt met zijn drie meter breedte. Maar er zijn nog twee modules over. Aan de zijkanten van de tank zijn twee gevechtsgalerijen aan te brengen. Achteraan reiken die tot over het begin van de transmissieruimte; ze blijven smal ter hoogte van de machinekamer; aan de achterkant van de gevechtsruimte verbreden ze zich plots om zich dan onder dezelfde hoek te versmallen tot bij een punt vlak achter de bestuurdersruimte. Het breedste punt van de tank is hierdoor bijna zes meter. Alle overgangen zijn afgerond, net als de voor- en achterkant van de tank. Het zeer platte gevechtsvoertuig krijgt hierdoor een voor die tijd heel futuristisch uiterlijk, dat sinister begint aan te doen als we ook de verdere bewapening aanbrengen: aan de achterzijde van de gevechtsgalerij steekt een machinegeweer schuin naar achter bediend door één schutter; de twee facetten van de verbreding van de gevechtsruimte bevatten ieder een 77 mm Idstein vestingkanon bediend door drie kanonniers en de langere schuin naar voren wijzende zijde daarvan ook nog een extra machinegeweer bediend door een schutter en een lader. De verbredingen lijken daardoor op de barbettes van de Britse tanks. Met in totaal vier kanonnen (met zo'n 800 granaten) en zeven machinegeweren (en een munitievoorraad van ongeveer 21.000 kogels) komt de K-Wagen nog het meest overeen met het landpantserschip waarover men voor de oorlog fantaseerde. Het zou dus een bemanning gehad moeten hebben van 27: de commandant, twee chauffeurs, artillerieofficier, twaalf kanonniers, zes machinegeweerschutters, twee laders, seiner en twee mecaniciens. Net zoals een oorlogsschip heeft de K-Wagen een centraal vuurleidingssysteem waarbij de commandant elektrisch verstuurde richt-, vuur- en stuurbevelen zou geven aan kanonniers en chauffeurs. Operationele geschiedenis De K-Wagen heeft nooit werkelijk aan de strijd deelgenomen. Toen de oorlog op 11 november 1918 eindigde, was er bij Riebe één voertuig bijna klaar en bij een tweede moesten nog de motoren ingebouwd worden; Wegmann had haast één romp voltooid. Zoals steeds weer opnieuw zou blijken, lopen tankprojecten nu eenmaal uit. Maar zelfs als men op tijd geleverd had, zou het vermoedelijk niet tot een echte frontinzet zijn gekomen. De Probeabteilung van het Feldwagenamt concludeerde al in een rapport van 18 oktober 1917 dat de tank fundamenteel ongeschikt was voor een aanval; hoogstens zou hij als een mobiele vesting achter de eigen linies opgebouwd kunnen worden. De rompen werden op bevel van de wapenstilstandscommissie vernietigd. Zelfs een proefritje van het bijna afgebouwde exemplaar werd niet toegestaan. In 1942 liet Hitler van de tank een houten model op ware grootte bouwen ter vergelijking met zijn eigen megalomane tankprojecten. Toen hij las dat er eerst het plan bestond om van de K-wagen een vlammenwerper te maken, liet dat idee hem niet meer los en hij bleef zijn ingenieurs lastig vallen met de eis ook hún tanks zo in te richten. Een laatste vraag blijft nog onbeantwoord: wat betekent "K-wagen" eigenlijk? Men wist dat niet meer en daarom schoot de fantasie te hulp met zulke hypothesen als "Kolossal-Wagen". Uit de bronnen blijkt dat het project eerst Groszkampfwagen genoemd werd; dit kortte men al snel af tot G.K.-Wagen. De "G" ging verloren toen Wegmann erop wees dat er ook een spoorwagontype was dat K-wagen heette en dat die aanduiding mooi gebruikt kon worden als een misleidende codenaam. Duitse tank in de Eerste Wereldoorlog
De K-Wagen is verreweg de grootste tank waarbij men werkelijk een begin heeft gemaakt met de constructie ervan - met mogelijke uitzondering van Ratte. Met een lengte van 12,7 meter is hij groter dan de Char 2C (de grootste operationele tank uit de geschiedenis) en de Maus (het zwaarste tankprototype). Het oorspronkelijke ontwerp was zelfs nog een paar meter langer, maar werd verkort om te voorkomen dat - hoewel de bepantsering niet dikker was dan 30 mm - het gewicht zou oplopen tot 150 ton. Nu zou een bescheiden 120 ton het maximum zijn. Omdat hij door zijn omvang niet in zijn geheel per trein te vervoeren was, wordt hij opgebouwd uit zes modules van elk zo'n 20 ton. Vooraan bevindt zich het Führerraum voor de twee chauffeurs, dat meteen dient als secundaire gevechtsruimte met drie machinegeweren (maar met maar twee machinegeweerschutters). Daarachter ligt het echte Kampfraum met bovenop een observatiecilinder voor de commandant en de artillerieofficier die het hoogste punt van de tank vormt op de uitlaten na. Achter hen zit de seiner die een oprichtbare semafoor op het dak moet bedienen. Halverwege de tank begint de Motorkammer. Daar geven twee motoren, onderhouden door twee mecaniciens, de tank een maximumsnelheid van acht km/u. Eerst had men gedacht daarvoor de zwaarste 200 pk voertuigmotoren te kunnen gebruiken waarover Duitsland beschikte, maar die worden al snel vervangen door twee 650 pk Daimler zescilinder duikbootmotoren. Anders zou men problemen hebben gehad met het in gang zetten van de transmissies in de volgende module: het Getrieberaum. Drieduizend liter brandstof is daar veilig opgeborgen.
1
motorspecificatie, motorinformatie, voertuigmotor
7,128
HousePainter
4763965
https://nl.wikipedia.org/wiki/Christiaan%20Cornelis%20Kannemans
Christiaan Cornelis Kannemans
Christiaan Cornelis Kannemans (Breda, 13 juli, 1812 - aldaar, 3 januari 1884) was een Nederlands kunstschilder en fotograaf. Hij was een van de eerste zeeschilders uit Noord-Brabant. Kannemans, die eerst als huisschilder aan de kost kwam, bouwde een succesvolle loopbaan uit als kunstschilder. Zijn schilderswinkel werd omgevormd tot atelier. Onder meer Koning Willem II gaf hem opdrachten en steunde hem financieel zodat hij studiereizen kon maken langs de kusten van enkele buurlanden. De schetsen die hij maakte dienden als basis voor zijn kunstwerken. Hij gaf les in tekenen aan twee scholen in Breda. Tijdens zijn leven stelde hij tentoon in Duinkerke en Philadephia. De schipbreuk van het Nederlands koopvaardijschip Jan Hendrik in 1845 Het schilderij toont de redding, op vier na, van de bemanning van de Jan Hendrik die verging bij de Sint-Pieter-en-Sint-Paulusrotsen. Hendrik Tollens beschreef de schipbreuk in een gedicht De Sint-Paulusrots. Externe link Webpagina over Kannemans - Vrienden van Breda's Museum Nederlands kunstschilder
Kannemans, die eerst als huisschilder aan de kost kwam, bouwde een succesvolle loopbaan uit als kunstschilder. Zijn schilderswinkel werd omgevormd tot atelier. Onder meer Koning Willem II gaf hem opdrachten en steunde hem financieel zodat hij studiereizen kon maken langs de kusten van enkele buurlanden. De schetsen die hij maakte dienden als basis voor zijn kunstwerken. Hij gaf les in tekenen aan twee scholen in Breda.
1
schildersbedrijf, huisschilder, schilderdiensten
670
Campground
5081844
https://nl.wikipedia.org/wiki/Bokkeduinen
Bokkeduinen
Bokkeduinen is een natuurgebied ten westen van Amersfoort. Het wordt in het oosten begrensd door een opstelterrein van de spoorwegen en in het westen door de Barchman Wuytierslaan en het natuurgebied Birkhoven met het DierenPark Amersfoort. Geschiedenis Aan het eind van de 18e eeuw was de omgeving in het bezit van de burgemeestersfamilie Methorst. In 1824 kocht Jan Cock Blomhoff het gebied. Hij liet een landhuis bouwen en begon met de ontwikkeling van een landgoed. In 1863 en 1874 worden aan de oostzijde de spoorlijn Utrecht - Kampen en de spoorlijn Amsterdam - Zutphen aangelegd. De oostelijke punt van Bokkeduinen kwam in het bezit van de Nederlandse Spoorwegen, die dit als zandafgraving gebruikte. In 1907 werd het landgoed Birkhoven openbaar verkocht. De gemeente Amersfoort werd eigenaar van het deel van het landgoed dat thans bekend is onder de naam Birkhoven en Bokkeduinen. Het huis Birkhoven werd verbouwd tot hotel-restaurant. Er werd dwars door de bossen een weg aangelegd, de Barchman Wuijtierslaan, genoemd naar de burgemeester onder wiens gezag Birkhoven was aangekocht. Het gedeelte ten oosten van deze weg werd Bokkeduinen genoemd. Aan de oostzijde van de Barchman Wuijtierslaan werd 1911-1914 het klooster St. Joseph gebouwd. Tussen 1953 en 1961 kwamen daar nog een aantal woonhuizen bij. In het noordelijke gedeelte van de Bokkeduinen werd de Amersfoortse Stadscamping de Bokkeduinen ingericht. De voormalige zandafgraving van de NS werd door omwonenden gebruikt als motorcrossterrein. Rail 21 In het kader van Rail 21 werd in 1995-96 een brede strook aan de oostzijde gebruikt voor de aanleg van een opstelterrein. Hierbij kwamen 100.000 kubieke meter grond vrij, welke vanwege de vergunningseisen in de nabijheid moesten worden verwerkt. Er werd besloten hiervoor de voormalige zandafgraving te gebruiken. Met de grond werden een elftal langwerpige kunstmatige heuvels opgeworpen. Oorspronkelijk was het plan dit per grondsoort apart te doen, maar dit bleek praktisch niet haalbaar. Het terrein werd hierna met rust gelaten zodat een spontane natuurontwikkeling kon plaatsvinden. Het project kreeg in 1996 een eervolle vermelding bij de Brunel Award in Kopenhagen. Ter compensatie van de verloren gegane recreatiemogelijkheden werd in het noorden het Sportpark Bokkeduinen aangelegd. Midland Parc De gemeente Amersfoort verkocht in 1996 de stadscamping voor 1,4 miljoen gulden aan de vroegere beheerder. Men ging ervan uit dat de kampeerfunctie van Bokkeduinen gehandhaafd zou blijven en dat de camping gemoderniseerd zou worden. Harde afspraken waren er echter niet. De nieuwe eigenaar begon al snel met de bouw van bungalows, die in de praktijk ook permanent bewoond werden. In 2001 stonden er in Midland Parc Countryclub Amersfoort al honderd bungalows, ontwikkeld door Rewinkel Exploitatie Bokkeduinen. Deze waren zonder vergunning gebouwd, maar na lange juridische procedures besloot de gemeente Amersfoort in 2002 de vergunningen alsnog te leveren. Er zou wel meer controle op permanente bewoning plaatsvinden. Een klein gedeelte van de voormalige camping had beschikbaar moeten blijven als trekkersveld. Dit deel leidde echter een kwijnend bestaan, met gebrek aan investeringen en toenemende criminaliteit. Vereniging tot Bescherming en Behoud van Bos Birkhoven-Bokkeduinen In 1997 werd de Vereniging tot Bescherming en Behoud van Bos Birkhoven-Bokkeduinen opgericht. Deze strijdt tot op heden voor behoud van Birkhoven en Bokkeduinen. Westelijke ontsluiting Amersfoort In het kader van de geplande Westelijke ontsluiting van Amersfoort (deel van de Provinciale weg 221) zou de Barchman Wuytierslaan deels verlegd moeten worden. De Bokkeduinen zou met een ecoduct naar de strook tussen DierenPark Amersfoort en het spoor verbonden worden met de natuurgebieden van Birkhoven en het Monnikenbos. Natuurgebied in Utrecht Geografie van Amersfoort
Midland Parc De gemeente Amersfoort verkocht in 1996 de stadscamping voor 1,4 miljoen gulden aan de vroegere beheerder. Men ging ervan uit dat de kampeerfunctie van Bokkeduinen gehandhaafd zou blijven en dat de camping gemoderniseerd zou worden. Harde afspraken waren er echter niet. De nieuwe eigenaar begon al snel met de bouw van bungalows, die in de praktijk ook permanent bewoond werden. In 2001 stonden er in Midland Parc Countryclub Amersfoort al honderd bungalows, ontwikkeld door Rewinkel Exploitatie Bokkeduinen. Deze waren zonder vergunning gebouwd, maar na lange juridische procedures besloot de gemeente Amersfoort in 2002 de vergunningen alsnog te leveren. Er zou wel meer controle op permanente bewoning plaatsvinden.
2
campingplaats, kampeerterrein, camping
11,452
GeneralContractor
4465227
https://nl.wikipedia.org/wiki/Sjipilovskaja
Sjipilovskaja
Sjipilovskaja (Russisch: Шипиловская ) is een station aan de Ljoeblinsko-Dmitrovskaja-lijn van de Moskouse metro. Het is een van de drie stations van de lijn die ten zuiden van de Moskva liggen. Dit baanvak werd op 2 december 2011 geopend voor reizigersverkeer. Het station en de straat waar het aan ligt zijn genoemd naar het zestiende eeuwse dorp Sjipilovo dat vroeger in dit gebied lag op ongeveer 2 kilometer vanaf het huidige station, totdat in 1966 de hoogbouw begon. Geschiedenis De plannen voor de lijn werden gemaakt in de loop van de jaren 80 van de twintigste eeuw. De uitwerking volgde tegen de achtergrond van een beschouwing van ingenieur Bordoekov van het Sovjetbouwbureau Gosstroi over de knelpunten van het Moskouse concept van een ringlijn gecombineerd met lijnen door de binnenstad dat eind 1984 verscheen. Het ontwerp werd aangepast zodat ook overstappen buiten het centrum mogelijk zou zijn teneinde met name de Koltsevaja-lijn te ontlasten. De lijn zou eerst geheel op de linkeroever van de Moskav lopen, maar ten behoeve van een overstap in het zuiden van de stad werd de lijn verlengd met drie stations op de rechteroever. In de twintigste eeuw werd de naam Borisovo gebruikt voor het station. In 1993 begonnen de bouwwerkzaamheden bij huis 23/56 langs de oostzijde van de Moesa Djalilistraat. In 1996 was een kuil van 100m lang gereed en het station zou in 2000 worden geopend. De werkzaamheden op het omheinde terrein werden voortgezet tot september 1998 toen om financiële redenen de bouw werd stopgezet. Gedurende 1999 en 2000 werd de bouwplaats ontruimd en apparatuur afgevoerd. In 2004 werd de tunnelboormachine (TBM) die een van de tunnels uit Zjablikovo had geboord uit de bouwput gehesen en daarna vervoerd naar Tasjkent voor de metrobouw aldaar. De andere TBM had 40 meter geboord en werd ondergronds achtergelaten. Omdat de bouwput nauwelijks was afgedicht liep ze vol met water en begin 2005 was er drijfzand gevormd en was het terrein deels overwoekerd. Het loonde niet meer de moeite om de put te behouden en in het najaar van 2008 werd de bouwput gedempt. Tegelijkertijd werd een nieuwe bouwput vlak naast de oorspronkelijke gegraven. De achtergebleven TBM was inmiddels verroest maar toch weer bruikbaar gemaakt en in 2009 werd de betreffende tunnel alsnog afgebouwd. De bouw werd in 2009 hervat en in 2010 was de bouw weer in volle gang. Op 3 juli 2010 werd de Sjipilovskajastraat afgesloten in verband met de bouw van de noordelijke verdeelhal. In augustus 2011 was de straat weer hersteld en in november werd het bovengrondse verkeer hervat. Op 2 december 2011 werd het station geopend zonder de zuidelijke verdeelhal. Deze werd pas op 15 december 2011 geopend nadat daar de roltrappen tussen perron en verdeelhal waren voltooid. Ontwerp en afwerking Het station is een enkelgewelfdstation dat is gebouwd volgens de openbouwputmethode. Het station werd in 2008 ontworpen door architectenbureau metrogiprotrans onder leiding van N. Sjoemakov. Hierbij werd voor de drie stations ten zuiden van de Moskva hetzelfde concept gekozen met een enkelgewelf. Het gewelf en de inrichting verschillen echter per station, waarbij de driehoekige uitsparingen in het gewelf kenmerkend zijn voor Sjipilovskaja. De hoofdaannemer was OJSC Transinzjstroi, terwijl SMU3 Metrostroi het gieten van het beton voor haar rekening nam. De tunnelwanden en het perron werden gegoten met behulp van een inklapbare bekisting van aluminium. Het gewelf met de diepe driehoekige uitsparingen was een ingewikkelde klus, en het gewelf werd dan ook extra versterkt. In totaal is er meer dan 5000 kubieke meter beton en 750 ton wapenigsstaal verwerkt. Het gewelf is ter plaatste gegoten met een mobielbekistingssysteem dat is ontwikkeld door het Russische bekistingsbedrijf STALFORM. De machine bestaat uit een platform met mechanieken voor het heffen en verplaatsen van de bekisting aan de bovenzijde. Het beton wordt boven op de bekisting gestort. Als een segment is uitgehard wordt de bekistingsmachine naar een volgend segment verplaatst en wordt de cyclus herhaald tot het gewelf compleet is. De verplaatsing naar een volgend segment kost ongeveer 1,5 uur. Het station ligt midden in de wijk Zjablikovo bij het kruispunt van de Sjipilovskajastraat en de Moesa Djalilistraat. De noordelijke verdeelhal bij het kruispunt is verbonden met een voetgangerstunnel die toegangen heeft op de beide noordelijke hoeken van het kruispunt. De zuidelijke verdeelhal is verbonden met een voetgangerstunnel onder de Moesa Djalilistraat met uitgangen aan weerszijden, een aan de westkant en twee aan de oostkant. De zuidelijke verdeelhal is met roltrappen verbonden met het eiland perron. Daarnaast zijn er liften voor rolstoelgebruikers bij de zuidelijke verdeelhal. Reizigersverkeer Reizigers richting het centrum kunnen op oneven dagen vanaf 5:42 uur de metro nemen, op even dagen is dit 9 minuten later. In zuidelijke richting vertrekt de eerste metro om 5:54 uur op oneven dagen. Op even dagen door de week is dit om 6:02 uur en in het weekeinde pas om 6:05 uur. Metrostation in Moskou
Ontwerp en afwerking Het station is een enkelgewelfdstation dat is gebouwd volgens de openbouwputmethode. Het station werd in 2008 ontworpen door architectenbureau metrogiprotrans onder leiding van N. Sjoemakov. Hierbij werd voor de drie stations ten zuiden van de Moskva hetzelfde concept gekozen met een enkelgewelf. Het gewelf en de inrichting verschillen echter per station, waarbij de driehoekige uitsparingen in het gewelf kenmerkend zijn voor Sjipilovskaja. De hoofdaannemer was OJSC Transinzjstroi, terwijl SMU3 Metrostroi het gieten van het beton voor haar rekening nam. De tunnelwanden en het perron werden gegoten met behulp van een inklapbare bekisting van aluminium. Het gewelf met de diepe driehoekige uitsparingen was een ingewikkelde klus, en het gewelf werd dan ook extra versterkt. In totaal is er meer dan 5000 kubieke meter beton en 750 ton wapenigsstaal verwerkt. Het gewelf is ter plaatste gegoten met een mobielbekistingssysteem dat is ontwikkeld door het Russische bekistingsbedrijf STALFORM. De machine bestaat uit een platform met mechanieken voor het heffen en verplaatsen van de bekisting aan de bovenzijde. Het beton wordt boven op de bekisting gestort. Als een segment is uitgehard wordt de bekistingsmachine naar een volgend segment verplaatst en wordt de cyclus herhaald tot het gewelf compleet is. De verplaatsing naar een volgend segment kost ongeveer 1,5 uur. Het station ligt midden in de wijk Zjablikovo bij het kruispunt van de Sjipilovskajastraat en de Moesa Djalilistraat. De noordelijke verdeelhal bij het kruispunt is verbonden met een voetgangerstunnel die toegangen heeft op de beide noordelijke hoeken van het kruispunt. De zuidelijke verdeelhal is verbonden met een voetgangerstunnel onder de Moesa Djalilistraat met uitgangen aan weerszijden, een aan de westkant en twee aan de oostkant. De zuidelijke verdeelhal is met roltrappen verbonden met het eiland perron. Daarnaast zijn er liften voor rolstoelgebruikers bij de zuidelijke verdeelhal.
2
aannemer, hoofdaannemer, bouwbedrijf
584
WorkersUnion
2059926
https://nl.wikipedia.org/wiki/Haagse%20Studentenvakbond
Haagse Studentenvakbond
De Haagse Studentenvakbond (HSVB) is een in 2008 opgerichte studentenvakbond die opkomt voor de belangen van studenten die wonen en/of studeren in Den Haag. Doel De Haagse Studentenvakbond zet zich onder meer in voor het verbeteren van de huisvestingssituatie voor studenten in Den Haag. Daarnaast treedt zij op als gesprekspartner namens de studenten voor de hoger onderwijsinstellingen in Den Haag. In 2009 kwam zij uitgebreid in het nieuws omdat zij tegen het voorstel van de De Haagse Hogeschool was om geen kerstboom meer te plaatsen in de centrale hal van de school. De Hogeschool wilde dit niet meer doen vanwege de christelijke symboliek van de kerstboom. De Haagse Studentenvakbond is verbonden aan de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) Referentie Studentenvakbond
De Haagse Studentenvakbond (HSVB) is een in 2008 opgerichte studentenvakbond die opkomt voor de belangen van studenten die wonen en/of studeren in Den Haag.
2
vakbond, werknemersorganisatie, collectieve onderhandelingen
495
SportsOrganization
2291509
https://nl.wikipedia.org/wiki/VVZA
VVZA
VVZA is een Nederlandse amateurvoetbalvereniging uit de stad Amersfoort, opgericht in 1948. Het eerste elftal van de club speelt in de Derde klasse zondag (seizoen 2020/21). De vereniging heeft haar thuisbasis op Sportpark Emiclaer, in de Amersfoortse wijk Schothorst. Competitieresultaten 1993–2018 | | |- | | |} Oud-spelers Atam Koroglu Bart Ramselaar Bart Vriends Externe link Website van VVZA Amateurvoetbalclub in Utrecht (provincie) Sportvereniging in Amersfoort
Amateurvoetbalclub in Utrecht (provincie) Sportvereniging in Amersfoort
1
sportorganisatie, sportvereniging, sportbond
7,483
WorkersUnion
5261358
https://nl.wikipedia.org/wiki/Jaap%20van%20Achterbergh
Jaap van Achterbergh
Jacob (Jaap) Willem van Achterbergh (Amersfoort, 15 november 1882 - Amsterdam, 15 september 1948) was een Nederlands syndicalist. Levensloop Van Achterberg was sinds de oprichting in 1907 actief in de Centrale Bond van Bouwarbeiders. Na een fusie met de Timmerliedenorganisatie werd hij in 1920 vicevoorzitter van de Algemene Nederlandse Bouwarbeidersbond (ANB). Daarnaast was hij secretaris van de International Federation of Building Workers (IFBW) en diens opvolger de International Federation of Building and Wood Workers (IFBWW). Kort voor de Duitse inval tijdens de Tweede Wereldoorlog reisde hij met Henk Ringersma naar Kopenhagen om het vermogen van de IBBH, dat bij de ANB in beheer was, veilig te stellen. Vervolgens werd hij gearresteerd door de Duitse bezetter. Hij werd als voorzitter van de IFBWW opgevolgd door Jan Leliveld. Nederlands vakbondsbestuurder IFBW-bestuurder IFBH-bestuurder
Nederlands vakbondsbestuurder IFBW-bestuurder IFBH-bestuurder
1
vakbond, werknemersorganisatie, arbeidsunie
3,142
ListItem
1766632
https://nl.wikipedia.org/wiki/AVOC
AVOC
De AVOC-methode is een Nederlandse aanpak van onveilige verkeerssituaties, met een concentratie op groepen verkeersongevallen op een locatie. AVOC is een afkorting van Aanpak Verkeersongevallenconcentratiepunten. Werkwijzen In Nederland daalt de verkeersonveiligheid nog ieder jaar, wat wordt toegeschreven aan de aanpak van de onveilige verkeerssituaties. Allereerst wordt bekeken welke aanpak het beste is voor desbetreffende onveilige verkeerssituatie. Er zijn drie methoden om de situatie aan te pakken: AVOC-methoden (aanpak van groepen verkeersongevallen op een locatie) AGEB-methoden (aanpak van ongevallen in een gebied of route) ASPE-methoden (aanpak van zelfde ongevalkenmerken maar in ander gebied) Deze methoden zijn uit te voeren binnen het oplossen van een gevaarlijke verkeerssituatie. Dit zijn dus drie verschillende werkwijzen, samen met een duidelijke doelstelling, inventarisatie en het bepalen van de probleemvelden vormt het een probleemgerichte werkwijze. Methoden beschrijving Er is sprake van een ongevalsconcentratie als er op één locatie opvallend meer ongevallen gebeuren. Anders gezegd: wanneer er in een periode van 3 tot 5 jaar maar liefst 10 ongevallen zijn geregistreerd of 5 met een overeenkomstig schadebeeld (motor ongeval, ongeval met blijvend letsel) dan is er pas sprake van een aantoonbaar onveilige situatie. Werken met de AVOC-methode is het beste wanneer er meerdere malen een ongeval met eenzelfde letsel plaatsvindt op één locatie. Stappenplan De AVOC-methode gaat uit van een stappenplan voor een zogeheten AVOC-analyse: Inventarisatie gegevens: aantal ongevallen, groepen verkeersdeelnemers, manoeuvrediagram, intensiteiten en evt. ongevallenregistratiegegevens van de politie Bepalen ongevalveroorzaker: maak een analyse van de voorgevallen ongevallen en bepaal de grootste gemene deler (hierbij geeft het manoeuvrediagram al veel informatie) Hypothesen vormen: stel hypothesen voor de ongevalsoorzaken per dominant ongevalstype. De hypothesen dienen met ja of nee beantwoord te kunnen worden. Bevindingen vastleggen: toets de hypothesen subjectief door middel van een inschatting van de verkeerssituatie ter plaatse. Leg hierbij de bevindingen die de hypothesen bevestigen of ontkennen vast. Aanvullend onderzoek: wanneer de toetsing van de hypothesen niets heeft opgeleverd kan er aanvullend onderzoek worden gedaan, hierin worden de onderwerpen die vaak niet aan de orde komen boven tafel gehaald. Hierbij moet je denken aan gevoelens en verkeersgedrag. Wanneer dit alles tot niets leidt moet het AVOC onderzoek worden afgesloten zonder resultaat. Achterliggende oorzaken: omdat de dominante ongevalstypes samen met de uitkomsten van de hypothesen verschillende gemeenschappelijke oorzaken kunnen hebben, worden deze geordend en meegenomen in het proces. Maatregelen: wanneer alle gegevens zijn vastgesteld kunnen er maatregelen worden genomen om de situatie veiliger te maken. Dat gebeurt door de ongevalsoorzaak weg te nemen zonder dat het grote neveneffecten oplevert, en het moet samen voor de verkeersdeelnemers een samenhangend geheel vormen. Koppeling Duurzaam Veilig Door het toepassen van de AVOC-methode op verschillende locaties is het aantal ongevallen op deze locaties verminderd met 32%. De methode werkt niet direct met de benaderingen van Duurzaam Veilig, echter dient de maatregel die uit de methoden volgt wel aan Duurzaam Veilig-beleid te voldoen. De methode maakt inzichtelijk waar de prioriteiten van Duurzaam Veilig gelegd kunnen worden, waardoor het toch gedeeltelijk bijdraagt aan Duurzaam Veilig-beleid. Literatuur Handboek Verkeersveiligheid - CROW 261 (Nederlandstalig) Door met duurzaam veilig - SWOV Externe links CROW SWOV Verkeersveiligheid
Stappenplan De AVOC-methode gaat uit van een stappenplan voor een zogeheten AVOC-analyse: Inventarisatie gegevens: aantal ongevallen, groepen verkeersdeelnemers, manoeuvrediagram, intensiteiten en evt. ongevallenregistratiegegevens van de politie Bepalen ongevalveroorzaker: maak een analyse van de voorgevallen ongevallen en bepaal de grootste gemene deler (hierbij geeft het manoeuvrediagram al veel informatie) Hypothesen vormen: stel hypothesen voor de ongevalsoorzaken per dominant ongevalstype. De hypothesen dienen met ja of nee beantwoord te kunnen worden. Bevindingen vastleggen: toets de hypothesen subjectief door middel van een inschatting van de verkeerssituatie ter plaatse. Leg hierbij de bevindingen die de hypothesen bevestigen of ontkennen vast. Aanvullend onderzoek: wanneer de toetsing van de hypothesen niets heeft opgeleverd kan er aanvullend onderzoek worden gedaan, hierin worden de onderwerpen die vaak niet aan de orde komen boven tafel gehaald. Hierbij moet je denken aan gevoelens en verkeersgedrag. Wanneer dit alles tot niets leidt moet het AVOC onderzoek worden afgesloten zonder resultaat. Achterliggende oorzaken: omdat de dominante ongevalstypes samen met de uitkomsten van de hypothesen verschillende gemeenschappelijke oorzaken kunnen hebben, worden deze geordend en meegenomen in het proces. Maatregelen: wanneer alle gegevens zijn vastgesteld kunnen er maatregelen worden genomen om de situatie veiliger te maken. Dat gebeurt door de ongevalsoorzaak weg te nemen zonder dat het grote neveneffecten oplevert, en het moet samen voor de verkeersdeelnemers een samenhangend geheel vormen.
2
checklistitem, stappenplan, lijstpositie
1,054
ShoeStore
5125224
https://nl.wikipedia.org/wiki/Manfield%20schoenen
Manfield schoenen
Manfield is een winkelformule gespecialiseerd in schoenen, tassen en accessoires. Manfield heeft een webshop en meer dan 50 fysieke winkels in Nederland, België en Duitsland. Het bedrijf is van oorsprong een Engels familiebedrijf en opende in 1900 de deuren van het eerste Nederlandse filiaal in de Amsterdamse winkelstraat. Sinds 2016 maakt het bedrijf onderdeel uit van Termeer schoenen, waar Ward Termeer sinds 2004 directeur van is. Het hoofdkantoor is gevestigd in Tilburg en in totaal telt het bedrijf meer dan 500 werknemers. Geschiedenis In 1900 opende de eerste Nederlandse Manfield winkel in Amsterdam onder de naam Manfield & Sons. Dit was destijds een Engels familiebedrijf. Later werd Manfield onderdeel van de Hoogenbosch Retail Group, samen met schoenenwinkels Dolcis, Invito en PRO 0031 (voorheen PRO Sport). In 1999 werd de Hoogenbosch Retail Group, waar Manfield onderdeel van was, overgenomen door Macintosh Retail Group. Op 30 december 2015 werd Macintosh failliet verklaard en op 5 januari 2016 werd de winkelformule Manfield failliet verklaard. Op 27 januari 2016 werd bekend gemaakt dat Manfield zou worden overgenomen door branchegenoot Sacha, wat onderdeel uitmaakt van de Termeer Groep. Schoenenmerk
Geschiedenis In 1900 opende de eerste Nederlandse Manfield winkel in Amsterdam onder de naam Manfield & Sons. Dit was destijds een Engels familiebedrijf. Later werd Manfield onderdeel van de Hoogenbosch Retail Group, samen met schoenenwinkels Dolcis, Invito en PRO 0031 (voorheen PRO Sport). In 1999 werd de Hoogenbosch Retail Group, waar Manfield onderdeel van was, overgenomen door Macintosh Retail Group. Op 30 december 2015 werd Macintosh failliet verklaard en op 5 januari 2016 werd de winkelformule Manfield failliet verklaard. Op 27 januari 2016 werd bekend gemaakt dat Manfield zou worden overgenomen door branchegenoot Sacha, wat onderdeel uitmaakt van de Termeer Groep.
1
schoenenwinkel, schoenenzaak, schoenenspeciaalzaak
10,985
ParentAudience
1002636
https://nl.wikipedia.org/wiki/Wendy%20Bosmans
Wendy Bosmans
Wendy Bosmans (Bree, 18 september 1976) is een Vlaamse psychologe die bekend werd door haar optreden in het televisieprogramma Supernanny. Biografie Bosmans studeerde klinische psychologie (optie kind, jeugdige en gezin) aan de Katholieke Universiteit Leuven. Nadien volgde zij een postuniversitaire opleiding gedragstherapie. Zij startte de eerste opvoedingswinkel mee op te Genk. Ze kreeg nationale bekendheid door het VTM-programma Supernanny, waarin zij ouders hielp om hun kinderen, die ongewenst gedrag vertonen, op te voeden. Ze is de auteur van enkele boeken over opvoeden, waaronder Kinderen opvoeden. Zo lukt het beter, en geeft in Vlaamse gemeentes voordrachten over het onderwerp. Ze had een cameo in de serie Familie. Wendy Bosmans was ook schepen tijdens de legislatuur 2006-2012 in de gemeente Meeuwen-Gruitrode voor de CD&V. Bibliografie ABC van opvoeden, Standaard Uitgeverij, 2008, ISBN 9789002231803 Kinderen opvoeden. Zo lukt het beter, Standaard Uitgeverij, 2009, ISBN 9789002219740 CD&V-politicus Schepen van Meeuwen-Gruitrode Belgisch psycholoog
Ze kreeg nationale bekendheid door het VTM-programma Supernanny, waarin zij ouders hielp om hun kinderen, die ongewenst gedrag vertonen, op te voeden. Ze is de auteur van enkele boeken over opvoeden, waaronder Kinderen opvoeden. Zo lukt het beter, en geeft in Vlaamse gemeentes voordrachten over het onderwerp. Ze had een cameo in de serie Familie.
1
ouders, ouderpubliek, ouderschap
2,122
PlanAction
2152940
https://nl.wikipedia.org/wiki/Conditiemeting%20%28gebouw%29
Conditiemeting (gebouw)
De Conditiemeting van gebouwen, terreinen en installaties is in Nederland geïntroduceerd in de jaren 1980 en in Vlaanderen in 2017. Het is de meting van de staat van onderhoud conform de NEN 2767 standaard. Dit gebeurt door middel van een vastgelegde meet- en registreermethode. De registratie geschiedt door een inspecteur. Deze stelt van ieder materiaal, elk element en iedere detaillering vast wat de eventuele gebreken zijn, de omvang daarvan en de intensiteit. De score loopt van 1 tot 6, daarbij is 1 zeer goed en 6 zeer slecht. Een conditiescore van 3 is naar de maatstaf van de meeste vastgoedportefeuillehouders of gebruikers voldoende. Samenvoeging van deze objectief vastgestelde kenmerken leidt tot een enkel getal, de conditiescore van een gebouw. Met dit samenvoegen moet zeer terughoudend worden omgegaan. Juist de vele individuele metingen geven de staat van een object aan. Samenvoeging leidt helaas tot vervlakking. In de bedrijfskundige benadering van onderhoud werden ook meer gegevens met elkaar vergeleken. Ook inspectieresultaten, die niet consistent bleken te zijn. Dat bleek enerzijds uit de afwijkingen die er ontstaan als twee verschillende inspecteurs naar gebouwen kijken en anderzijds door de manier waarop de opname van de inspecteurs werd vertaald naar een advies. Er is duidelijk behoefte ontstaan aan een eenduidige systematiek die objectief, transparant en reproduceerbaar het onderhoud van gebouwen vastlegt. Geschiedenis Tot 1980 was er geen duidelijke richtlijn voor het vastleggen van de onderhoudsstaat van gebouwen en installaties. Er werd van uitgegaan dat een inspectie redelijk betrouwbaar is. De expertise van de advies- en inspectiebureaus is steeds meer onder druk komen te staan. Vooral bezitters van veel vastgoed hebben daar problemen mee gekregen. Dat bleek enerzijds uit de afwijkingen die er ontstaan als twee verschillende inspecteurs naar gebouwen kijken en anderzijds door de manier waarop de opname van de inspecteurs werd vertaald naar een advies. Er was behoefte aan een eenduidige systematiek die objectief, transparant en reproduceerbaar het onderhoud van gebouwen vastlegt. Van oorsprong stamt de conditiemeting uit Engeland. De methode werd in Nederland geïntroduceerd in verband met de Kwalitatieve Woning Registratie (KWR) die gehouden wordt onder toezicht van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). Het eerste geslaagde onderzoek waarin de methode is toegepast was de KWR 1983-1985. Vanuit deze ervaring is door de "werkgroep onderhoudsnormering" van de Rijksgebouwendienst (RGD) een systematiek ontwikkeld om te ontkomen aan de op dat moment geconstateerde problemen bij de RGD die veel inspecties met zich mee brachten. Er werden veel verschillen geconstateerd tussen de inspecterende instanties onderling en er werden verschillen geconstateerd per regio. Dat maakte de verdere centrale verwerking van de inspectiegegevens bij de RGD onbetrouwbaar en uiteindelijk ook minder zinvol tot zinloos. De reden lag, na herinspectie door de RGD zelf, niet bij de gebouwen die van verschillende aard zijn, maar bij de inspectiemethodiek die onveranderlijk aanleiding was tot afwijkingen, onduidelijkheden en onregelmatigheden. Grootste probleem in het verlengde van de geconstateerde problematiek was de onmogelijkheid om objectief: budgetten voor het onderhoud toe te kennen op basis van bevindingen; investeringsbudgetten op te stellen voor renovaties of andere interne verbouwingen; financiële verkoopinformatie te verstrekken (zoals onderhoudsachterstanden). De conditiemeting is ontwikkeld om het inspectieproces te objectiveren, en betrouwbare inspectiegegevens te genereren. bijkomende voordelen zijn: overdraagbaarheid, en uitwisselbaarheid. De meting is steeds verder uitgewerkt. Inspectiebureaus passen hem toe om informatie te verzamelen ten behoeve van vastgoedbezitters. Onderhoud Gebouwen hebben onderhoud nodig. Ten eerste zullen de materialen, de elementen en de details waaruit gebouwen bestaan slijten. Dit legt de inspecteur vast in een conditiemeting. Ten tweede kunnen de gebruikers van gebouwen andere eisen stellen aan gebouwen, dan waar deze in eerste instantie voor zijn gebouwd. Dit noemt met het aanpassen aan huidige wensen. Nadat men de conditie heeft vastgesteld en de huidige wensen heeft bepaald kan een bouwkundige een onderhoudsplan opstellen. Deze deskundige kan op basis van ervaring dit onderhoudsplan uitbreiden tot een meerjaren onderhoudsplanning. Hierin komen terugkerende werkzaamheden zoals kozijnen verven in terug, maar ook investeringen in verbeteringen, zoals het isoleren van het dak kan worden opgenomen. De beheerder of eigenaar besluit wat hij wil laten uitvoeren. Na de uitvoering van onderhoud, zal wederom een conditiemeting kunnen worden uitgevoerd, om te controleren (vaak met een steekproef) of de werkzaamheden naar behoren zijn uitgevoerd én of de werkzaamheden ook het beoogde conditie verbeterde resultaat hebben. NEN 2767 onderdelen De NEN 2767 beschrijft de wijze van bepalen van de onderhoudsstaat van gebouwen en de onderdelen waar gebouwen uit bestaan. Vaak zijn dit visuele beoordelingen van de inspecteur van (logischerwijs) zaken in het zicht. De NEN 2767 beoogt een eenvoudige en objectieve meetmethode te zijn voor het bepalen van de onderhoudsstaat van gebouwen. Gebouwen bestaan, voor wat betreft de conditiemeting uit de volgende onderdelen: bouwkundige; installatie technische; transporttechnische (als bijzonder onderdeel van de elektrische installaties); werktuigbouwkundige. De conditiemeting heeft bepaalde voordelen maar ook nadelen. Het grootste voordeel is dat door de objectieve meting de resultaten betrouwbaarder en beter te vergelijken zijn. De conditiemeter doorloopt een bepaald protocol. Zaken die buiten dit protocol vallen mogen niet (bewust of onbewust) ontbreken in de inspectie. Een conditie meting moet dus altijd ruimte laten voor opmerkingen van de inspecteur buiten standaard. De NEN 2767 bestaat uit een aantal onderdelen: NEN 2767-1:2011 + C1:2013 nl > Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 1: Methodiek. NEN 2767-2:2008 nl > Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 2: Gebrekenlijsten. In dit deel is een volledige decompositie van bouwkundige objecten vastgelegd. NEN 2767-3:2009 Ontw. nl > Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 3: Aggregatie conditiescores tot Technische Index. (Vervallen, waar nodig is de inhoud geïntegreerd in de NEN 2767-1.) NEN 2767-4: Conditiemeting van Infrastructuur. NEN 2767-4-1:2010 Ontw. nl > Conditiemeting - Deel 4 - 1: Infrastructuur - Methodiek. NEN 2767-4-2:2010 excel nl > Gebrekenlijst. In dit deel is een volledige decompositie van infrastructuur-objecten vastgelegd. NEN 2767-4-2:2010 1 gebr. nl > Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 4-2: Infrastructuur - Webapplicatie voor de decompositie en gebrekenlijst (applicatie voor 1 gebruiker). NEN 2767-4-2:2010 3 gebr. nl > Conditiemeting van bouw- en installatiedelen - Deel 4-2: Infrastructuur - Webapplicatie voor de decompositie en gebrekenlijst (applicatie voor drie gebruikers). Toepassingsgebied De NEN 2767 of de conditiemeting wordt toegepast door gecertificeerde inspecteurs van adviesbureaus die het onderhoud aan gebouwen bepalen. De conditiemeting wordt gehanteerd in de sectoren: utiliteitsbouw gezondheidszorg overheid onderwijs woningbouw (in een "lichtere" versie gezien de beperkte omvang van de particuliere of sociale woning). De conditiemeting wordt toegepast op: de constructie van het gebouw (dragende systemen vanaf fundering); de schil van het gebouw: daken, gevels en terrein; de inrichting (zichtbare elementen zoals balies, keukenblokken, vaste kasten en andere timmerwerken); de infrastructuur (onzichtbare onderdelen van het gebouw ten behoeve van de voorzieningen in het gebouw); installaties (het betreft hier de "gebouweigen" installaties NIET de installaties die de gebruiker van het gebouw nodig heeft voor de specifieke eigen bedrijfsvoering). De installaties bestaan uit: verwarming, luchtbehandeling en koeling, aardgasinstallatie en andere (lucht of gas) aan- en afvoerinstallatie; elektrische installatie ten behoeve van de voeding van elektrische apparatuur; water, riolering en sanitair, en installaties voor de verwerking van (afval-) water. Binnen de industrie wordt (nog) geen gebruik gemaakt van de Conditiemeting voor bedrijfseigen installaties. Enerzijds vanwege het feit dat de Conditiemeting nog te onbekend is, anderzijds omdat er nog geen referentie zijn voor specifieke niet gebouweisen installaties. De NEN 2767 (de Conditiemeting) is in 2009 benoemd als integraal onderdeel van de inspectiesystematiek van de RGD: de RgdBOEI® NEN 2767 uitkomsten Globaal bestaat de conditiemeting volgens de NEN 2767 uit het beoordelen van de onderhoudsstaat van een element, een materiaal of een detaillering op drie aspecten: Belang of Ernst; Omvang; Intensiteit. De meetmethode die tijdens de inspectie wordt uitgevoerd leidt tot een "getal" dat beschrijft hoe het onderzochte voor wat betreft het onderhoud er voor staat. De uitslag uit de meting is een "score". De score kan zijn: zeer goed (nieuwbouw); goed (vergelijkbaar met nieuwbouw, wel veroudering, geen onderhoudsschade of onderhoudsbehoefte); redelijk (geen nieuwbouw, beperkte onderhoudsschade of onderhoudsbehoefte); matig (duidelijke onderhoudsschade en onderhoudsbehoefte); slecht (grote onderhoudsschade en grote onderhoudsbehoefte); zeer slecht (grote onderhoudsschade echter door zeer slechte staat kan geen onderhoud meer gepleegd worden: vervangen is noodzakelijk). Het onderzoek conform de NEN 2767 aan een gebouw of de onderdelen van het gebouw verloopt volgens een vaste methode van meting. Met de toe te passen meetinstrumenten wordt een score samengesteld. Deze score is een samenstelling van de bevindingen op de onderdelen "gebrek" in relatie tot "omvang" en "intensiteit" (van dat gebrek). Het is mogelijk dat aan één materiaal, één detaillering of één element meerdere gebreken zijn te constateren. Systematiek van de NEN 2767 Referentie Het uit te voeren onderhoud wordt bepaald door de onderhoudsschade aan of onderhoudsbehoefte van een gebouw, de materialen de elementen en de details waar een gebouw uit bestaat. Om de onderhoudschade te bepalen volgens de NEN 2767 wordt gebruikgemaakt van een referentie (zie ook referentiekader). Vanuit de referentie wordt op vier aspecten beoordeeld wat de onderhoudsachterstand is. Beïnvloeden van de werking van onderdelen. Functioneren van bouw- en installatiedelen. Gebreken die overlast voor huurders bezorgen (storing lift, cv-ketel, klemmende deuren, lekkage daken, etc.). Beïnvloeding van de constructieve eigenschappen. Stabiliteit, vormvastheid, etc. Materiaalintrinsieke of oppervlakte gebreken. Degradatie als gevolg van veroudering (houtrot, corrosie, etc.) en oppervlakte gebreken (afbladdering verf, etc.) Basiskwaliteit van het gebruikte materiaal. Verkeerde materiaalkeuze en -samenstelling, onjuiste verwerking, verkeerde detaillering, ontwerpfouten, etc. Het bekijken van het gebouw op basis van de referentie leidt tot bevindingen. Conditiescore De bevindingen (zijn de gevonden gebreken) worden beoordeeld aan de hand van voorbeelden uit de gebrekenlijst. Deze gebreken zijn "standaard" voor de meest voorkomende materialen, elementen en details die op, in of aan een gebouw zitten. De "standaard"-gebreken worden opgesomd in de Gebrekenlijsten in deel 2 en 4-2 van de NEN 27167. Door de vergelijking van de bevindingen met de gebrekenlijst ontstaat een eerste waarde, van waaruit de conditiescore wordt opgebouwd. De eerste waarde is de "(ernst van) het gebrek". Een gebrek kan zijn: Gering; Serieus; Ernstig. De volgende twee waardes zijn "omvang" en "intensiteit". Omvang is in welke mate het gebrek voorkomt. De omvang kan zijn: kleiner dan 2% (is heel weinig aanwezig en vaak ook heel slecht zichtbaar); tussen 2% en 10% (is weinig aanwezig en matig zichtbaar); tussen 10% en 30% (is goed zichtbaar); tussen 30% en 70% (is duidelijk, overwegend in het merendeel aanwezig); meer dan 70% (is overduidelijk, bijna geheel aanwezig). Intensiteit is in welke mate het gebrek is voortgeschreden in de ontwikkeling. De intensiteit kan zijn: beginnend of beginstadium; gevorderd stadium; eindstadium. In onderstaande tabel is bovenstaande beoordelingsmethode goed te volgen. Na vaststelling van de drie waardes kan in een tabel de score worden vastgesteld. Daartoe wordt in verticale en horizontale richting langs de assen de verschillende aspecten opgezocht. Op het kruispunt staat de "conditiescore". Uitwerking van de Conditiescore Een conditiescore op zich zegt nog niet zo veel. Juist het relatief toepassen van de conditiescore maakt de score tot een middel om strategisch onderhoud uit te kunnen voeren. Als er geen onderhoudsstrategie is, zijn de beschikbare financiële middelen leidend bij de bepaling van de budgethoogte voor het onderhoud. Dat dit tot nare situaties kan leiden is algemeen bekend. Bij gebrek aan middelen wordt er geen onderhoud gepleegd en dat leidt tot schade, ongelukken, bedrijfseconomische problemen en uiteindelijk tot maatschappelijk onaanvaardbare toestanden. Door goed onderhoud worden al deze problemen voorkomen. Maar, de vraag is, wat is goed onderhoud. Om goed onderhoud toe te kunnen passen dient er een analyse gemaakt te worden van de risico's die fout (geen, te weinig of verkeerd) onderhoud met zich mee brengt. De risico's worden per conditiescore in beeld gebracht. In een paar voorbeelden: Bij een score 1 is sprake van nieuwbouw. Dat brengt op zich geen schade met zich mee. Bij een score 2 is er sprake van geringe gebreken en daarmee is er ook sprake van heel kleine schade en de risico's zijn dan beperkt. Echter, als we dat toepassen op de volgende zaken ontstaan twee verschillende beelden bij de score "twee": Een dakbedekking met een score 2 vertoont nauwelijks afwijkingen van de nieuwstaat en gaat nog heel lang mee. Dit is acceptabel > niets aanpassen en volgend jaar weer kijken De verlichting van een operatiekamer met een score 2 kan en zal vaker uitvallen dan de verlichting met een score 1. Dit is onacceptabel > meteen vervangen door nieuwe lampen. Daarmee is al duidelijk dat de conditiescore als een strategisch instrument kan worden ingezet om een onderhoudsactiviteit vast te stellen. Door het systematisch goed toe te passen wordt een onderhoudsstaat bereikt die voor de eigenaar van het gebouw of haar gebruikers als acceptabel wordt aangemerkt. Men is integraal op de hoogte van de risico's die men wil nemen en daarmee is zowel het onderhoud dat WEL, als het onderhoud dat NIET wordt uitgevoerd verklaarbaar. Met de eigenaar en/of de gebruiker van een gebouw wordt afgesproken wat de conditie op zijn hoogst mag zijn (in dit voorbeeld een "maximaal toegestane score 3"). Dat kunnen partijen afspreken op een "detaildiepte" die zij zelf kiezen. Hoe dieper de detaillering waarin men wil kijken naar onderdelen, hoe fijner de conditiescore kan worden toegepast. Nadeel is dat dan snel op heel kleine schaal wordt ingegrepen, want een heel klein element kan makkelijker in een verkeerde score (is een score van 4, 5 of 6) terechtkomen dan de optelling van elementen naar een hoger niveau. Bijvoorbeeld: als het detailniveau is dat de score wordt vastgesteld voor iedere radiatorknop (is een onderdeel van de CV) is één roestende en lekkende kraan Zeer Slecht (score 6) en moet meteen vervangen worden. Maar, als er voor wordt gekozen "de verwarming" te scoren, is de ene roestende kraan slechte een onderdeel dat meegewogen wordt (de score is dan 3 en daarmee voldoet de installatie). Het is dus van zeer groot belang dat alle partijen weten op welk detailniveau de score wordt vastgesteld. Zie ook verderop: "Problemen met de conditiescore". De conditiescore 3 is een veel gebruikt waarde om in eerste instantie van uit te gaan. Binnen een paar jaren wordt in gezamenlijk overleg tussen gebruiker, eigenaar en de adviseur de maximaal toegestane conditie voor een aantal zaken vastgesteld. Zie het voorbeeld hierboven van de verlichting van de operatiekamer. Het is in het begin vaak gebruiker en eigenaar niet duidelijk wat de score precies inhoudt en wat de bijbehorende risico's zijn. Als dat gaande het gebruik duidelijk wordt, kan gekozen worden om voor belangrijke onderdelen een lagere (is een betere) maximaal toegestane conditiescore te hanteren. Bijvoorbeeld: alle gewone verlichting in het ziekenhuis mag een maximale toegestane conditiescore hebben van 3. de verlichting op de afdeling IC mag een maximale conditiescore hebben van 2. de verlichting van de operatiekamers MOET te allen tijde een conditiescore hebben van 1. Hoe lager de score, hoe beter de onderhoudsstaat van het element dient te zijn, hoe veel eerder en intensiever onderhoud uitgevoerd moet worden om de score te handhaven. Daar staat tegenover dat een lagere score een hogere financiële last met zich mee brengt. Of dit haalbaar is, is aan de adviseur, de eigenaar (die als eerste de rekening moet betalen) en de gebruiker (die zal worden belast voor de extra kosten die beter onderhoud met zich meebrengt). Het is dan aan de gebruiker om af te wegen wat de risico's zijn in relatie tot de meerkosten. Overigens, moeten ook de andere zaken meegenomen worden die een beroep doen op de middelen waar een organisatie over beschikt voor het onderhoud: de eigen mensen, het management en de problemen die onderhoudswerken met zich mee brengen: verstoring van het productieproces, hinder en overlast. De conditiemeting en de daarbij behorende conditiescore maken voor alle partijen beter inzichtelijk met welke reden (op welke grondslag) onderhoud wordt uitgevoerd. Op den duur wordt daarmee een gebouw betrouwbaarder, veiliger, bruikbaarder, gezonder en duurzamer (indien men ook dit aspect meeneemt in de ontwikkeling van het gebouw). Problemen met de Conditiescore De Conditiescore lijkt in eerste instantie een objectief, neutraal, transparant en reproduceerbaar getal. Echter gezien de mogelijkheid om de conditiescore op een bepaald niveau van diepte vast te stellen is het mogelijk dat het getal uiteindelijk niets meer zegt. Dat heet de vervlakking. Vervlakking is een ernstig probleem van de conditiescore. Hoe werkt dat? De score wordt bepaald door te kijken naar een element, een materiaal of een detaillering. Als de score wordt vastgesteld van een klein element en dat element wijkt sterk negatief af (verkeert dus in een slechte toestand) dan krijgt dat element ook een beoordeling waaruit blijkt dat het element slecht is. Bijvoorbeeld score 5 of 6. Echter, het is toegestaan om de scores van een aantal dezelfde elementen bijeen te tellen op een hoger niveau, bijvoorbeeld op het niveau van een systeem. Dan treedt de statistische valkuil in werking: één slecht element kan er niet voor zorgen dat er een slechte score uit komt voor het gehele systeem. Er komt een gemiddelde score uit en het systeem verkeert dan in een gemiddelde staat. Soms is dat niet erg, maar steeds vaker lopen de inspecteurs tegen het probleem op dat een heel systeem niet functioneert omdat slechts één onderdeel niet functioneert terwijl de score eigenlijk zegt dat het systeem nog prima in orde is. Het beste voorbeeld hiervan is de CV installatie. Stel er lekt één radiatorkraan. Dan verkeert de kraan in conditie 6 en de installatie loopt voortdurend helemaal leeg en moet telkens worden bijgevuld met nieuw water, dat weer veel zuurstof bevat en zo de installatie meer schade toebrengt dan wanneer de kraan niet zou lekken. En toch is de gehele conditie twee of drie. Dit leidt tot niet ingrijpen maar de installatie veroudert, verslijt of verweert veel sneller dan wanneer er geen kraan zou lekken en is dus eerder aan vervanging toe dan verwacht mocht worden. Hoe voorkomt men dat door vervlakking noodzakelijk onderhoud niet wordt uitgevoerd? De vervlakking moet worden gecorrigeerd door het introduceren van een "manifest gebrek": de lekkende radiatorkraan verkeert in een zeer slechte staat en dat is een manifest gebrek. Dat moet meteen verholpen worden, ongeacht de schaal. Het is de goede expertise van een gecertificeerde inspecteur die ervoor zorgt dat vervlakking niet op deze manier noodzakelijk onderhoud tegenwerkt. In de inspectierapportage wordt dit soort gebreken genoemd en wordt ook een voorstel gedaan om de manifeste gebreken meteen te verhelpen. Andere problemen, waardoor de conditiemeting niet altijd leidt tot één identiek rapport bij meerdere verschillende inspecteurs: de omvang en intensiteit zijn soms lastig te bepalen. de inspecteur heeft een specifieke kennis in het ene en minder kennis van het andere vakgebied (bouwkunde, elektra, werktuigbouwkunde, transporttechniek). bepaalde omstandigheden, waaronder het weer, kunnen de inspectie beïnvloeden. verborgen gebreken (of heel lastige gebreken die zich alleen voordoen door bepaalde symptomen) zijn voor sommige inspecteurs wel te traceren en voor anderen niet. Toepassing De conditiemeting is niet altijd van toepassing. Bijvoorbeeld: Voor kleinere werken, voor het huurdersbelang en -verantwoordelijkheid of voor gebouwen met een nieuwe gelijkmatige onderhoudsstatus is het niet noodzakelijk om een conditiemeting uit te voeren. Het kan en mag wel.De conditiemeting heeft de volgende concrete toepassingsmogelijkheden: Nieuwbouw, gelijk na de oplevering. De uitgangssituatie. Deze meting (vaak een 0-meting genoemd) levert de gegevens op van een nieuw gebouw of een gebouw dat naar de beste maatstaven is gerenoveerd. De meting wordt als "BIAS materiaal" gebruikt. Dat betekent dat de meetgegevens worden gebruikt om een situatie te beschrijven om in de toekomst naar te verwijzen of naar terug te keren. Aankoop. Eveneens een uitgangssituatie. De meting (vaak ten onrechte een 0-meting genoemd) wordt gebruikt om de onderhoudslast en de mogelijke onderhoudsactiviteiten die noodzakelijk zijn om het gebouw goed te kunnen gebruiken, vast te stellen. De 0-meting moet in ieder geval altijd een financiële uitleg geven van de onderhoudsvraag. Deze wordt in de onderhandelingen over de aankoop en de aankoopsom meegenomen. In feite is deze "0-meting" de basis voor de berekening om tot een echte 0-meting te komen: nieuwbouw, renovatie of groot onderhoud, na de oplevering van de werkzaamheden. MOP inspectie. Een (vaak zeer grondige en totale) inspectie van het gebouw met de installaties en de terreinen om te bepalen welke elementen, materialen en detailleringen er zijn en welk onderhoud daar aan noodzakelijk is over een van tevoren vastgestelde periode (van bijvoorbeeld 20 jaar). NA de inspectie wordt vaak in twee stappen een MOP, MJOP MJR of LTOP gemaakt. Jaarlijkse (of anderszins cyclische meting) her-inspectie. Een conditiemeting om te bepalen of het onderhoud dat uit de MOP komt ook van toepassing is. Deze inspectie kan zeer doelgericht worden gehouden, omdat bekend is welk onderhoud er gepleegd wordt. Correctie gestuurde inspectie. Een bijzondere inspectie die gehouden wordt omdat er een of meerdere "klachten" (mankementen aan vaak technische installaties) zijn, service verzoeken zijn of onderhoudscorrecties moeten worden uitgevoerd die volgens de MOP niet zouden mogen voorkomen. Er is vaak sprake van schade. Voorbeelden hiervan zijn: lekkage van nieuwe daken, uitvallen van nieuw voegwerk etc. Deskundigen inspectie. Een inspectie die uitgevoerd wordt door een deskundige in een bijzonder vakgebied, waarbij niet kan worden volstaan met een inspectie van een algemeen opgeleid inspecteur. Deze deskundige heeft in het kader van de vraag vaak "zijn sporen verdiend". Van de deskundige inspecteur wordt verwacht dat hij / zij een eindoordeel kan en zal vellen over de feitelijke staat van het onderhoud. Voorbeelden zijn: loslaten van tegelwerk in een zwembassin, niet goed werken van de luchtbehandeling waardoor iedereen "rode oogjes" krijgt. De expertise komt vaak van (ingenieur- of advies-) bureaus die zich verregaand bekwaamd hebben in de materie. Arbitrage inspectie. Een inspectie ten behoeve van een juridisch probleem. De arbitrage inspectie betreft in de meeste gevallen een tweede deskundigen inspectie om de laatste onzekerheden in de arbitrage (en niet zelden voor de rechter) weg te nemen. Er is bijna altijd sprake van een schuldvraag. Zie ook RgdBOEI Beheren Onderhoud Projectmanagement Externe link site van het NNI met informatie over werking van en werken met de conditiemeting Referenties Bouwkunde
Onderhoud Gebouwen hebben onderhoud nodig. Ten eerste zullen de materialen, de elementen en de details waaruit gebouwen bestaan slijten. Dit legt de inspecteur vast in een conditiemeting. Ten tweede kunnen de gebruikers van gebouwen andere eisen stellen aan gebouwen, dan waar deze in eerste instantie voor zijn gebouwd. Dit noemt met het aanpassen aan huidige wensen. Nadat men de conditie heeft vastgesteld en de huidige wensen heeft bepaald kan een bouwkundige een onderhoudsplan opstellen. Deze deskundige kan op basis van ervaring dit onderhoudsplan uitbreiden tot een meerjaren onderhoudsplanning. Hierin komen terugkerende werkzaamheden zoals kozijnen verven in terug, maar ook investeringen in verbeteringen, zoals het isoleren van het dak kan worden opgenomen. De beheerder of eigenaar besluit wat hij wil laten uitvoeren.
1
planning, actieplanning, taakuitvoering
2,559
Intangible
1581233
https://nl.wikipedia.org/wiki/3%20October%20Vereeniging%20Leiden
3 October Vereeniging Leiden
De 3 October Vereeniging Leiden is een Leidse vereniging die activiteiten organiseert rondom de jaarlijkse herdenking en viering (het 3 oktoberfeest) van het beleg en ontzet van Leiden. De Vereeniging is opgericht op 13 mei 1886 en telt ruim 17.250 leden. Geschiedenis Na het Ontzet van leiden 3 oktober 1574 werd deze gebeurtenis jaarlijks spontaan gevierd door de Leidse bevolking. Net als in 1574 werd elk jaar een dankdienst gehouden in de Pieterskerk. Toen dit in de 19e eeuw minder begon te worden werd op initiatief van het Leids Studenten Corps op 13 mei 1886 de 3 October Vereeniging opgericht. Sindsdien is de Vereeniging verantwoordelijk voor een groot deel van de organisatie van het volksfeest ter herinnering aan het Leidens ontzet. In 1986 werd het honderdjarig bestaan gevierd met onder andere een postkoetsenrace van Groningen, via Alkmaar naar Leiden. Met deze steden worden warme banden onderhouden vanwege de vergelijkbare feesten die hier worden gehouden. Op 27 juni 2019 is door het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland bekend gemaakt dat Leidens Ontzet als immaterieel erfgoed wordt bijgeschreven in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland. Bestuur en commissies De Vereeniging heeft een bestuur, bestaande uit de voorzitters van de commissies die verantwoordelijk zijn voor de diverse onderdelen van de organisatie. Ook de Praeses Collegii van LSV Minerva is traditioneel een bestuurslid. Tot mei 2012 was Els van Eijck van Heslinga voorzitter van de Drie October Vereeniging, in 2018 werd zij opgevolgd door Michiel Zonnevylle en sinds 2018 is Rik Kamps voorzitter. Van oudsher wordt de burgemeester van Leiden benoemd tot erevoorzitter van de 3 October Vereeniging, op het ogenblik is dit H.J.J. Lenferink. Activiteiten Jaarlijks terugkerende activiteiten die worden georganiseerd door de 3 October Vereeniging zijn: Voorafgaand aan 3 oktober Uitgeven van de Feestwijzer met het programma (maand voor 3 oktober. Sinds 1886) Intocht van de Geuzen (om 15u74) en inschrijving uitreiking haring en wittebrood en hutspotmaaltijd in de Waag (derde donderdag in september) Pleintaptoe op de Garenmarkt met diverse showbands, waaronder vaak Kunst en Genoegen (K&G) (wisselende datum, vaak de zaterdag in de week voor 3 oktober. Sinds 1986) Seniorenvoorstelling en 3 October Live in Concert in de Stadsgehoorzaal Leiden (zondag voor 3 oktober) Historische lezing in het Academiegebouw van de Universiteit Leiden (zondag voor 3 oktober. Sinds 1997) Minikoraal voor basisschoolleerlingen in het Van der Werfpark (wisselende datum, vaak 1 oktober. Sinds 1993) Pieter van der Werffestival voor en door leerlingen van het voortgezet onderwijs in tuin Wereldmuseum (2 oktober) Grote hutspotmaaltijd op Hooglandse Kerkgracht, vaak mede mogelijk gemaakt door het 3 October Gilde (2 oktober. Sinds 1993) Grote Taptoe voor alle Leidse verenigingen (2 oktober, avond. Sinds 1928) Swingend naar 3 oktober, diverse optredens door artiesten, waaronder meestal Hermes House Band (2 oktober, avond) Op 3 oktober Reveille voor het stadhuis (07.00 uur. Sinds 1922) Uitreiking Haring en Wittebrood in de Waag (vanaf 07.30 uur. Sinds 1886) Koraalzang in het Van der Werfpark (08.00 uur. Sinds 1886) Bespeling carillon van het Stadhuis van Leiden (08.30 uur) Herdenkingsdienst in Pieterskerk (10:00 - 11:00 uur. Sinds 1574, vanaf 1886 georganiseerd door 3 October Vereeniging) 3 October Universiteit voor kinderen in het Van der Werfpark (vanaf 12:00 uur) Grote Optocht (vanaf 13.00 uur. Sinds 1886) Polsstokverspringen in het Van der Werfpark (vanaf 15:00 uur) Afsluitend vuurwerk bij de Zijlpoort (23.30 uur. Sinds 1886) Verder wordt op 2 en 3 oktober een groot Lunapark en een warenmarkt gehouden in de binnenstad. Het Lunapark (kermis) wordt sinds 1886 door de 3 October Vereeniging georganiseerd. De warenmarkt wordt georganiseerd door de Gemeente Leiden, maar is als onverbrekelijk onderdeel van Leidens Ontzet ook opgenomen in de Feestwijzer, het programmaboekje van de Vereeniging. Externe link Website van de 3 October Vereeniging Leidens Ontzet Vereniging in Zuid-Holland
Op 27 juni 2019 is door het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed Nederland bekend gemaakt dat Leidens Ontzet als immaterieel erfgoed wordt bijgeschreven in de Inventaris Immaterieel Erfgoed Nederland.
3
immaterieel, abstract, gestructureerde waarden
8,359
HVACBusiness
5749417
https://nl.wikipedia.org/wiki/Smile%20Invest
Smile Invest
Smile Invest, afkorting van Smart Money for Innovation Leaders, is een in België gevestigde investeringsmaatschappij. Het heeft kantoren in Linden (Lubbeek) en Den Haag. Oprichter was Urbain Vandeurzen. Geschiedenis Smile Invest werd in juni 2017 door ondernemer Urbain Vandeurzen (ex-LMS) opgericht. Hij haalde 250 miljoen euro startkapitaal op bij tientallen ondernemers(families) en managers, waaronder Vic Swerts (Soudal), Jan Toye (ex-Brouwerij Palm), Noël Essers (H.Essers), Gaëtan Hannecart (Matexi), Bernard Thiers (Mohawk/Unilin), de familie Cordier (ex-Telindus) en Rudi Pauwels (Biocartis). Enkele managing partners werden van de investeringsmaatschappij Gimv aangetrokken, alsook Dirk Boogmans (van 2001 tot 2008 CEO van Gimv), die in het investeringscomité van Smile Invest zetelt. Vandeurzen zelf was van 2011 tot 2016 voorzitter van Gimv. Hij nam er ontslag omdat hij vond dat de investeringsmaatschappij, deels in handen van de Vlaamse overheid, verder geprivatiseerd moest worden en hij interesse had om een deel van de aandelen over te kopen. In 2013 reeds investeerde hij persoonlijk in technologiebedrijf Barco terwijl Gimv zelf een belangrijke Barco-aandeelhouder was. Het kapitaal werd tegen 2018 tot 350 miljoen euro opgetrokken. Investeringen Smile Invest werd in 2018 hoofdaandeelhouder van het Nederlands-Belgische Smart SD, een digitaal platform voor de distributie en technische ondersteuning van hardware- en softwaretechnologieën voor de professionele beveiligingsmarkt. In 2019 volgden investeringen in en overnames van de Nederlandse producent van medische apparatuur Rovers, de Nederlandse producent van innovatieve ultrasone sondes voor medische diagnostiek Oldelft Ultrasound (van Gimv), de Gentse orchideeënproducent Microflor en het Zeeuwse verwarmingsbedrijf Magnum Heating Group. In 2021 volgden de Belgische softwareontwikkelaar 4ITEGO, de Nederlandse verwarmingsspecialist Climate for Life, de Tiense producent van medisch materiaal Hospidex, de Eindhovense matrijzenmaker IGS. en het Eindhovense fotonicabedrijf EFFECT Photonics. In 2022 waren er de Nederlandse leverancier van geïntegreerde sensoroplossingen Sentech, het Nederlandse bouwbedrijf Dijkstra Draisma en de Nederlandse specialist in horizontale laad- en lossystemen voor vrachtwagens Cargo Floor en in 2023 het Nederlandse bedrijf in veiligheidstrainingen FMTC Safety en de Nederlandse zonnepanelenspecialist Tenten Solar. Externe link Bedrijfswebsite Bedrijf met zetel in Vlaanderen Belgische investeringsmaatschappij Nederlandse investeringsmaatschappij
Investeringen Smile Invest werd in 2018 hoofdaandeelhouder van het Nederlands-Belgische Smart SD, een digitaal platform voor de distributie en technische ondersteuning van hardware- en softwaretechnologieën voor de professionele beveiligingsmarkt. In 2019 volgden investeringen in en overnames van de Nederlandse producent van medische apparatuur Rovers, de Nederlandse producent van innovatieve ultrasone sondes voor medische diagnostiek Oldelft Ultrasound (van Gimv), de Gentse orchideeënproducent Microflor en het Zeeuwse verwarmingsbedrijf Magnum Heating Group. In 2021 volgden de Belgische softwareontwikkelaar 4ITEGO, de Nederlandse verwarmingsspecialist Climate for Life, de Tiense producent van medisch materiaal Hospidex, de Eindhovense matrijzenmaker IGS. en het Eindhovense fotonicabedrijf EFFECT Photonics. In 2022 waren er de Nederlandse leverancier van geïntegreerde sensoroplossingen Sentech, het Nederlandse bouwbedrijf Dijkstra Draisma en de Nederlandse specialist in horizontale laad- en lossystemen voor vrachtwagens Cargo Floor en in 2023 het Nederlandse bedrijf in veiligheidstrainingen FMTC Safety en de Nederlandse zonnepanelenspecialist Tenten Solar.
1
verwarmingsbedrijf, ventilatiebedrijf, airconditioningbedrijf
5,074
Vehicle
5554434
https://nl.wikipedia.org/wiki/Subaru%20Rex
Subaru Rex
De Subaru Rex is een automodel in de miniklasse dat in 1972 voor het eerst als driedeurs werd geïntroduceerd in Japan. De modelnaam Rex betekent "koning" in het Latijn. De auto had een achterin geplaatste motor en achterwielaandrijving. In de export heette het model Subaru 400, latere versies waren de 500 en 550. Met de modelwijziging in 1981 had de Rex voortaan een voorin geplaatste motor en voorwielaandrijving. Deze auto werd verkocht als de Subaru 600/700 en Subaru Mini Jumbo in Europa en in Australië als de Subaru Sherpa. De in 1984 geïntroduceerde Subaru Justy was gebaseerd op het 81-model. In 1986 was er nog een modelwijziging van de Rex, die in 1989 een facelift kreeg. Dit model staat ook wel bekend als de Subaru Sherpa/Fiori en Subaru Mini Jumbo M70/M80. De opvolger van de Subaru Rex was in 1992 de Vivio. Er werden in totaal 1.902.811 exemplaren van de Subaru Rex geproduceerd. Eerste generatie (K21/K22/K42, 1972-1976) De Rex K21 werd in juli 1972 geïntroduceerd als opvolger van de Subaru R-2. Net als zijn voorganger had hij een heckmotor en een handgeschakelde vierversnellingsbak. De carrosserie was echter aanzienlijk gemoderniseerd, zodat er nu achterin een bagageruimte beschikbaar was. Het ontwerp van de nieuwe Rex sloot aan bij de L-serie. De Rex kwam als driedeurs hatchback op de markt met de oorspronkelijk in de R-2 geïntroduceerde watergekoelde EK34-tweetaktmotor met 356 cc. In februari 1973 werd een vijfdeurs hatchback aan het assortiment toegevoegd. Terwijl de EK34-motor met enkele carburateur op 23 kW (30 pk) kwam, bracht een dubbele carburateur het vermogen tot 27 kW (37 pk). In oktober 1973 werd de tweetaktmotor vervangen door de watergekoelde viertaktmotor EK21. Ook aan de voorzijde was er een lichte facelift met een nieuwe interne aanduiding K22. Schijfremmen voor waren nu als optie leverbaar. De Rex K22 werd geëxporteerd als Subaru 400. Vanaf februari 1974 werd een driedeurs Van (K42) met een 20 kW (26 pk) krachtige versie van de EK21-motor leverbaar. Dit bestelwagenmodel met plaatstalen zijpanelen en zonder achterbank leverde (in Japan) een aanzienlijke belastingbesparing op. Daarnaast was er nu een optionele handgeschakelde vijfversnellingsbak leverbaar. In april 1975 kreeg de Van een hoger dak en werd het een vierzitter. Dit werd noodzakelijk vanwege de Japanse bedrijfswagenregelgeving. De motoren werden voortaan uitgerust met het SEEC-T-emissiecontrolesysteem. K23/K43 (1976-1981) Als reactie op de nieuwe regelgeving voor kei cars introduceerde Subaru in mei 1976 de Rex 5. Deze behield de bestaande carrosserie (hoewel verlengd met 10 cm en met een verlengde motorkap) en een 490 cc motor. De Rex 5 (K23, K43 in de bestelwagenversie) leverde standaard 23 kW (31 pk), de bestelwagenversie 21 kW (28 pk). Deze versie, in de export de Subaru 500 genoemd, werd precies een jaar na zijn introductie vervangen door de grotere Rex 550. De Rex 550/Subaru 550 (K24, K44 in de bestelwagenversie) werd geïntroduceerd in mei 1977, had de met SEEC-T uitgeruste watergekoelde viertakt 544 cc EK23-motor. Wederom achterin gemonteerd en gekoppeld aan een handgeschakelde vierversnellingsbak bleef het vermogen bij 31 pk (23 kW) bij een iets lager toerental en een hoger koppel. Zoals gebruikelijk kreeg de Van een lichtere versie van de motor met 21 kW (28 pk). De 550 werd in de meeste exportmarkten de Subaru 600 genoemd. In maart 1978 werd de SwingBack toegevoegd, een tweedeurs sedan met een grotere achterruit. De grote achterruit zorgde voor een iets kleinere opening naar de motorruimte maar maakte de toegang tot de bagageruimte van buitenaf veel handiger. In maart 1979 kreeg de Rex een lichte facelift met nieuwe velgen en licht gewijzigde bumpers en een kleine spoiler. Als reactie op de zeer goedkope Suzuki Alto was er vanaf oktober 1979 een versie van de Van genaamd Family Rex beschikbaar voor een zeer lage prijs van ¥ 480.000 (minder dan 2.000 Amerikaanse dollars destijds). Vanaf maart 1980 was er een optionele automatische transmissie voor de Subaru 550-600. Tweede generatie (KA, 1981-1986) In augustus 1981 werd de tweede generatie van de Subaru Rex geïntroduceerd met de motor voorin en voorwielaandrijving, onafhankelijke wielophanging rondom en handgeschakelde vierversnellingsbak. Op de Europese markten werd de auto verkocht als Subaru 600 of Subaru Mini Jumbo, in Australië als Subaru Sherpa. De prestaties bleven aanvankelijk bij de 544 cc motor met 21 kW (31 pk) gelijk aan de voorganger. Optioneel was een handgeschakelde vijfversnellingsbak of een drietrapsautomaat leverbaar. In 1982 werd de Rex Dino geïntroduceerd, die uitsluitend en in de hele branche als eerste auto via postorder werd verkocht. Voor dit doel werd de Fuji Sankei Communications Group opgericht. In september 1982 verscheen de Subaru 700 met een grotere 665 cc-versie van de tweecilindermotor met 27 kW (37 pk). De topsnelheid was nu 125 km/u in plaats van 110 km/u. vergezeld van een 9 cm langere voertuiglengte Door grotere bumpers nam de voertuiglengte met 9 cm toe en ook kreeg de 665 cc-versie 12-inch wielen. Vanaf oktober 1983 was vierwielaandrijving optioneel verkrijgbaar voor de driedeurs, een noviteit in deze autoklasse. Dit kon elektrisch geactiveerd worden door op een ingebouwde schakelaar in de versnellingspook te drukken. Vanaf december 1983 werd in Japan de 544 cc-motor met turbolader gebouwd voor de 4WD-versie en waren er voortaan standaard inwendig geventileerde schijfremmen vooraan. In september 1984 werd de voorkant herzien en aangepast aan het zustermodel Justy met twee vierkante koplampen, de vierwielaandrijving was nu ook beschikbaar voor de vijfdeursversies. In september 1985 werd de handgeschakelde transmissie met 5 versnellingen standaard. De productie eindigde in september 1986. Guizhou Youngman Yunque Automobile Company uit China bouwde de tweede generatie van de Subaru Rex tussen 1991 en 2005 onder licentie als Yunque GHK. Derde generatie (KG, 1986-1989) De derde generatie Rex KG werd in november 1986 gepresenteerd met drie of vijf deuren. In de export werd de Rex KG in Europa de Mini Jumbo M70 genoemd en in Australië de Sherpa M70. Naast een SOHC-motor met 544 cc en 22 kW (30 pk) (niet voor export) was er voortaan een 665 cc-versie van de tweecilindermotor met 26 kW (36 pk) voor exportmarkten. Een turbomotor werd niet meer aangeboden. Vanaf februari 1987 was permanente vierwielaandrijving als optie verkrijgbaar, maar alleen in combinatie met de krachtigere driekleppenmotor. Vanaf juni 1987 was optioneel een continu variabele transmissie genaamd EVT leverbaar. Een supercharged versie met inlaatkoeling en elektronische injectie werd als optie aangeboden vanaf maart 1988. Het vermogen van de motor nam toe tot 40 kW (55 pk). Vanaf mei 1988 was er optioneel een groot centraal elektrisch schuifdak leverbaar. KH (1989-1992) In juni 1989 vond er een facelift plaats, de EK-motor met 665 cc werd vervangen door de EN05-motor, waardoor het vermogen toenam tot 28 kW (38 pk) voor de standaardmotor en 45 kW (61 pk) voor de supercharged-motor. In juli kregen de exportversies dezelfde wijzigingen en werden de Subaru Mini Jumbo M80 genoemd in Europa en Subaru Fiori in Australië. Al in maart 1990 was er weer een facelift met een 660 cc-versie van de EN-motor en een meer afgerond front als gevolg van nieuwe regelgeving voor kei cars. Voor de export was er ook een 758 cc viercilinder EN08-motor. Deze leverde 31 kW (42 pk) bij 6.000 toeren per minuut waarmee de auto maximaal 138 km/u haalde. Het einde voor de Rex kwam in maart 1992 toen hij werd vervangen door de Subaru Vivio. In China werd de KG/KH geproduceerd en verkocht als Jiangbei Meilu JJ 7090. Rex Kei car
In september 1982 verscheen de Subaru 700 met een grotere 665 cc-versie van de tweecilindermotor met 27 kW (37 pk). De topsnelheid was nu 125 km/u in plaats van 110 km/u. vergezeld van een 9 cm langere voertuiglengte Door grotere bumpers nam de voertuiglengte met 9 cm toe en ook kreeg de 665 cc-versie 12-inch wielen.
2
voertuig, transportmiddel, voertuigtechniek
178
EatAction
5554499
https://nl.wikipedia.org/wiki/Yorma%E2%80%99s
Yorma’s
Yorma's AG (eigen schrijfwijze: YORMA’S) is een Duits systeemcateringbedrijf dat in 1985 werd opgericht door Yorma Eberl. Het bedrijf (sinds 2001 een naamloze vennootschap) is gevestigd in Plattling (Neder-Beieren) en heeft 62 vestigingen in Duitsland. De vestigingen, die zich in of in de directe nabijheid van treinstations bevinden, worden centraal aangestuurd. Naast de verkoop van snacks voor directe consumptie, hebben de filialen vaak een kleine supermarkt met gemaksproducten. De grootste omzet wordt behaald door passanten (treinreizigers). De meeste vestigingen bevinden zich in Beieren, maar er wordt een landelijke expansiestrategie gevoerd. De grootste vestigingsdichtheid is te vinden in München met zes vestigingen, gevolgd door Neurenberg en Stuttgart met elk vier vestigingen. De eerste vestiging was in Platting en dateert uit 1985, toen een stationskiosk overgenomen werd. In 1989 ontmoet Eberle zakenpartner Hans Kraft, waarna de Yorma-concept snel expandeerde. In 2016 behaalde de keten een omzet van 83,5 miljoen euro, waarmee het de 35e plaats innam onder de Duitse systeemcateringbedrijven. Assortiment producten en diensten Het assortiment bestaat onder meer uit broodjes, warme worstjes, salades, fruitbekers, yoghurt, koude en warme dranken en fruit. Daarnaast biedt Yorma's oplaadpunten voor elektrische apparatuur. Externe links Officiële website Duitse winkelketen Voedingsmiddelenwinkel Fastfoodketen
Duitse winkelketen Voedingsmiddelenwinkel Fastfoodketen
2
eten, voedselinname, slikken
8,671
TipAction
283030
https://nl.wikipedia.org/wiki/Joden%20%28spelling%29
Joden (spelling)
De spelling van woorden die met het Jodendom/jodendom te maken hebben is veelvuldig gewijzigd. Met ingang van 15 oktober 2005 wordt volgens het Groene Boekje een hoofdletter gebruikt voor Jood, Joden of Joods wanneer verwezen wordt naar de Joden als volk. Voorbeeld: Het aantal Joden in België wordt geschat op 42.000. Wanneer men echter de joodse religie bedoelt, een aanhanger van die joodse religie of een bijvoeglijk naamwoord dat met de joodse religie samenhangt, dan gebruikt men een kleine j. Deze schrijfwijze is overeenkomstig andere godsdiensten, zoals "christen" of "moslim". Voorbeeld: In de synagoge worden wekelijks 22 joodse gebedsdiensten gehouden. In zijn Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog schreef Loe de Jong steeds over het Joodse volk en de Joden. Lijst van woorden in het Groene Boekje (oktober 2005): Jodenbegraafplaats Jodenbuurt jodendom (de joodse godsdienst) Jodendom (het Joodse volk) jodenfooi Jodenhaat Jodenhater jodenkerk jodenkoek jodenlijm Jodenmop Jodenster jodenstreek Jodenvervolging Jodenvraagstuk Jodenwet Jodin jood: aanhanger van het joodse geloof Jood: lid van het Joodse volk joods met betrekking tot de joodse godsdienst Joods met betrekking tot het Joodse volk Samenstellingen: anti-Joods joods-christelijk niet-Joodverklaring In de toelichting van het Groene Boekje staat de volgende tekst hierover: "Ook als de benaming van een groep gebaseerd is op de naam van een godsdienst, kunnen we een hoofdletter gebruiken. Die drukt uit dat we een etnische of politieke groep (al dan niet gelovige mensen) bedoelen. Zo schrijven we de dialoog tussen christenen en joden, maar de gesprekken tussen Joden en Palestijnen. "Spotnamen voor leden van een bevolkingsgroep hebben geen hoofdletter." De vorige versie van het Groene Boekje (1995) gebruikte consequent altijd een kleine letter j. Nog eerder werd veelvuldig een hoofdletter gebruikt. Nederlandse streektalen kennen een andere spelling voor het woord Joden. Voorbeelden zijn: Joaden, de Friese spelling. Jeudenschoule, een Groningse term voor een lawaaiig gezelschap, ontleend aan het gebruik dat Joodse leerlingen hardop, tegelijk uit verschillende teksten reciteren. Spellingadvies Omdat personen die tot de joodse religie behoren per definitie, maar niet altijd door geboorte, tot het Joodse volk behoren en grenzen tussen beide vaak onduidelijk zijn, kan er twijfel ontstaan welke eerste letter, de hoofdletter of onderkast, moet worden gebruikt. De interpretatie dat men in geval van twijfel altijd de hoofdletter dient te gebruiken staat in de spellingsregels van het Trouw-schrijfboek. Externe link Jood of jood?, Onze Taal Jodendom Nederlandse spelling
Lijst van woorden in het Groene Boekje (oktober 2005): Jodenbegraafplaats Jodenbuurt jodendom (de joodse godsdienst) Jodendom (het Joodse volk) jodenfooi Jodenhaat Jodenhater jodenkerk jodenkoek jodenlijm Jodenmop Jodenster jodenstreek Jodenvervolging Jodenvraagstuk Jodenwet Jodin jood: aanhanger van het joodse geloof Jood: lid van het Joodse volk joods met betrekking tot de joodse godsdienst Joods met betrekking tot het Joodse volk
1
fooi, tip, gratificatie
11,292
BroadcastFrequencySpecification
88861
https://nl.wikipedia.org/wiki/WiMAX
WiMAX
WiMAX (Worldwide Interoperability for Microwave Access) is een standaard gebaseerd op de IEEE 802.16 (en ETSI HiperMAN) standaard voor breedbandige draadloze netwerken met middelgroot bereik. IEEE 802.16 staat ook wel bekend onder de naam WirelessMAN. Op 19 oktober 2007 werd WiMAX door het ITU toegevoegd aan de standaard voor 3G-netwerken. Bereik vaste systemen Over WiMAX wordt vaak gezegd dat het theoretische bereik 50 km en de datasnelheid maximaal 70 Mbit/s bedraagt. Deze kenmerken vinden hun oorsprong in het document van technische vereisten dat in 1999 door IEEE 802.16 werd vastgesteld voor het te standaardiseren systeem dat toentertijd enkel als vast netwerk werd voorzien. De afstand van 50 kilometer wordt door 802.16 wel gehaald, maar enkel volgens de definitie voor vaste systemen boven 10 GHz waar 28 MHz aan bandbreedte voorhanden is en zeer precies uitgerichte antennes op vaste terminals typerend voor zijn. Ook de doorvoersnelheid van 70 Mbit/s is voor deze systemen in de praktijk haalbaar. De kosten en de vereisten voor Line-of-Sight limiteren het gebruik van dit soort systemen. Snelheid Voor vaste systemen onder de 11 GHz-standaard is de theoretische datasnelheid ook maximaal 70 Mbit/s, maar dit wordt enkel bereikt in license exempt kanalen waar men 20 MHz aan bandbreedte ter beschikking heeft. Het theoretisch bereik ligt, afhankelijk van de aannames, rond de 10 km. Deze Fixed WiMAX systemen kunnen in eerste instantie gebruikt worden voor het leveren van breedbandverbindingen in gebieden waar Internet via de kabel of ADSL niet beschikbaar is. Bereik bij mobiele systemen Voor mobiele systemen, gedefinieerd via het amendement 802.16e-2005, geldt in de praktijk dat de bandbreedte meestal 10 MHz is. De theoretische doorvoersnelheid ligt dan rond de 40 Mbit/s (bij gebruik van MIMO). Realistisch gezien komt dit echter neer op minder dan 20 Mbit/s (dicht bij het basisstation) wat gedeeld moet worden onder alle gebruikers en in beide richtingen. Men mag dan ook verwachten dat operators aan gebruikers een datasnelheid van 1 Mbit/s zullen toestaan. Het theoretisch bereik ligt, afhankelijk van de uitgangspunten, rond de 2 km. WiMAX en wifi Het principiële verschil tussen WiMAX en wifi is dat WiMAX een meer master-slave georiënteerde techniek is, waarbij het basisstation de volledige controle over transmissies heeft. Dit heeft als voordeel dat een WiMAX-systeem QoS veel beter weet te garanderen, maar heeft als nadeel dat het uitrollen van een WiMAX-netwerk veel meer kennis en planning vergt, omdat het veel minder georiënteerd is op het eerlijk delen van het kanaal met andere systemen, iets waaromheen wifi principieel is opgebouwd. Voor huis-tuin-en-keukengebruik is een WiMAX-basisstation dan ook niet geschikt. Het risico bij toepassing van WiMAX op 2.5 GHz is echter interferentie van de signalen zoals dat ook tot storingen kan leiden bij wifi. Een revisie van de IEEE 802.16 standaard die in 2008 uit kwam, "Rev2" genaamd, bood oplossingen om deze problemen te voorkomen. Toepassingen Nederland WiMAX werd commercieel aangeboden door IP Specials BV en Fiber010 (na een overname van de Worldmax 3.5 frequentie). In Nederland werd vooral business to business Wimax aangeboden alsook gebruik in veiligheidsnetwerken, denk aan cameratoezicht en back-up verbindingen voor evenementen. Op het Brabantse platteland bij Knegsel - tussen Eindhoven en de Belgische grens - is de eerste openbare Nederlandse toepassing van WiMAX actief geworden (mei 2007); Ziggo leverde hier WiMAX diensten in samenwerking met Alcatel-Lucent, Stichting Smart Homes, Feel Safe Vision en MeaVita. In de Brabantse regio zijn drie antennes geplaatst die draadloos breedbandinternet verzorgen tot 25 kilometer afstand. In het centrum van Amsterdam heeft Worldmax onder de merknaam Aerea in 2008 een WiMAX-netwerk uitgerold, maar maakte in juni 2010 bekend te stoppen met de dienstverlening in Amsterdam aan consumenten. Aerea gaat nu verder als een B2B provider in heel Nederland (met uitzondering van het hoge noorden) Eerder in 2006/2007 was er op de Kop van Zuid in Rotterdam een commercieel systeem in gebruik genomen. In 2009 werd een frequentieruimte van 194,7 MHz rond de 2.6 GHz geveild, waarbij iedere partij maximaal 40 MHz kon verwerven (in bijzondere gevallen wat meer). De licenties werden technologieneutraal uitgegeven, wat betekent dat een verwerver de band ook voor LTE kan gebruiken. In 2010 werd in een rapport naar de overheid gerapporteerd dat de enige aanbieder in Nederland ermee gestopt was. België In België werden in 2007-2008 vier WiMAX-netwerken actief, in de regio's rond Brussel, Leuven, Gent, Aalst. De WiMAX-antennes zijn er geplaatst door Clearwire. Clearwire België werd hernoemd naar B.Lite en was actief tot augustus 2014. Dochteronderneming Mac Telecom bleef actief op de professionele markt. In 2016 werden de gebruiksrechten van de frequentieband van B.Lite en Mac Telecom overgedragen aan Broadband Belgium, die in 2017 zijn gebruiksrechten inleverde. Overige landen Er is onlangs in Brazilië een WiMAX-netwerk in gebruik genomen. Onder andere Intel heeft de stad Parintins, gelegen diep in het Amazoneregenwoud, hierin voorzien. Het netwerk geeft de bewoners van deze stad toegang tot het internet. Voorheen was de enige manier om er te komen (zowel digitaal als fysiek) een bijna 27 uur durende boottocht. In Taipei in Taiwan is er een test gestart met WiMAX op een wolkenkrabber om het hele gebouw van een draadloze verbinding te voorzien. In Nieuw-Zeeland is een project gestart om het gehele eiland van WiMAX te voorzien. In Marokko wint WiMAX aanzienlijk marktaandeel tegenover andere netwerkvormen. Dit omdat het land moeilijk is te bekabelen. Een speler op deze markt is bijvoorbeeld Maroc Telecom. Volgens voorspellingen van deze aanbieder zal WiMAX in 2010 de populairste vorm van internet zijn voor de particuliere gebruiker en kleine bedrijven. In Spanje is er een WiMAX-netwerk draadloos internet met antennes op de heuvel van de Heremita van Vinaros die het achterliggend landelijk gebied bedient, uitgebaat door de firma TECNOWIMAX, S.L.U. onder de naam Onanet. Langs de Costa Blanca biedt Aeromax draadloos internet aan. Opmerkend: Dat veel bedrijven GEEN WiMax te leveren maar LongRange Wifi 5GHz. band, die geven standaard GEEN 1: Publiek IP-adres, 2:DDNS mogelijkheid 3:open Poorten. WiMAX of LongRange WiFi (5GHz band) soms (naast satellietinternet) de enige mogelijkheid voor breedbandinternet in heuvel/bergachtige gebieden (El Campo) Verder is er een eerste product beschikbaar dat gebruikmaakt van WiMAX. Dit is de Venturi Fétish van Venturi Automobile uit Monaco. In Frankrijk is WiMAX soms (naast satellietinternet) de enige mogelijkheid voor breedbandinternet in enkele bergachtige regio's. Verwante onderwerpen Wifi Externe links IEEE 802.16 werkgroep voor breedbandige draadloze toegang International Telecommunications Union Zdnet over de Venturi Fétish IEEE-standaard Netwerkprotocol Computerstandaard
In 2009 werd een frequentieruimte van 194,7 MHz rond de 2.6 GHz geveild, waarbij iedere partij maximaal 40 MHz kon verwerven (in bijzondere gevallen wat meer). De licenties werden technologieneutraal uitgegeven, wat betekent dat een verwerver de band ook voor LTE kan gebruiken.
2
uitzendfrequentie, MHz, modulatie
674
Car
5275557
https://nl.wikipedia.org/wiki/Wereldkampioenschap%20rally%20in%202020
Wereldkampioenschap rally in 2020
Het wereldkampioenschap rally in 2020 is de achtenveertigste jaargang van het wereldkampioenschap rally (officieel het FIA World Rally Championship), een kampioenschap in de autosport dat door de Fédération Internationale de l'Automobile (FIA) wordt erkend als de hoogste klasse binnen de internationale rallysport. Teams en rijders nemen deel aan veertien rondes — te beginnen in Monte Carlo op 23 januari en eindigend in Japan op 22 november — van het wereldkampioenschap rally voor rijders en constructeurs. Kalender Voor het jaar 2020 werden er een aantal opmerkelijke wijzigingen doorgevoerd in de kalender. Zo keerden zowel de rally's van Japan en Kenia als de rally van Nieuw-Zeeland terug. De terugkeer van deze drie rondes betekende de aftocht van de rally's van Spanje, Corsica en Australië. Door de wijziging in de kalender bleven er veertien rally's op de kalender, maar van deze veertien waren er nu acht in Europa en zes in de rest van de wereld. Vanwege de COVID-19-pandemie werden 9 rally's geannuleerd. Om een wereldkampioen aan te duiden waren er minstens 7 rally's nodig oordeelde de FIA. Om dit te verwezenlijken werden gesprekken gestart met organisatoren van verschillende rally's in Europa. De WRC-promotor gaf te kennen dat de wedstrijden bij voorkeur in Europa werden gezocht om de kosten voor de teams te beperken. Uiteindelijk werd de Rally van Estland opgenomen in de aangepaste kalender en bleven de Rally van België en de Rally van Kroatië over als opties om de kalender aan te vullen. Na annulatie van de Rally van Japan, werd de Rally van België alsnog opgenomen in de kalender. Uiteindelijk werd nog de Rally van Monza opgenomen in de kalender om het seizoen af te sluiten. 1 De Rally van Chili werd nog voor aanvang van het seizoen geannuleerd vanwege politieke onrust in het land. 2 De Rally van Argentinië stond oorspronkelijk een week later (van 30 april tem 3 mei) gepland. Door de annulatie van de Rally van Chili werd deze echter een week vervroegd. 3 De Rally van Zweden werd voor de start van de rally ingekort omwille van een tekort aan sneeuw. 4 De Rally van Argentinië werd uitgesteld omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. Een nieuwe datum voor de evenementen werd gezocht maar om de kosten voor de teams te drukken werd deze uiteindelijk geannuleerd. 5 De Rally van Portugal werd uitgesteld omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. Een nieuwe datum voor het evenement werd gezocht maar uiteindelijk bleek het onmogelijk om het evenement op een latere datum te houden. 6 De Safari Rally werd geannuleerd omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. 7 De Rally van Finland werd geannuleerd omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. 8 De Rally van Nieuw-Zeeland werd geannuleerd omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus toen bleek dat de grenzen van het land niet tijdig zouden opengaan. 9 De Rally van Groot-Brittannië werd geannuleerd omwille van de onzekerheid over het al dan niet plaatsvinden van de rally door de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. 10 De Rally van Sardinië werd uitgesteld omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. De rally werd oorspronkelijk van juni naar eind oktober verplaatst om de plek in van de rally van Wales in te nemen maar na de annulatie van de Rally van Duitsland werd deze 3 weken vervroegd. 11 De Rally van Estland werd toegevoegd aan de alternatieve kalender voor het seizoen 2020. 12 De Rally van Turkije werd een week vervroegd om eventueel nog een extra rally toe te laten tussen Turkije en Duitsland. Later bleek dat het niet haalbaar zou zijn om logistiek alles te regelen en dus nog een wedstrijd te organiseren tussen deze 2 rally's. 13 De Rally van Japan werd geannuleerd omwille van de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus toen bleek dat de reisbeperkingen van kracht zouden blijven tot November. 14 De Rally van België werd toegevoegd aan de alternatieve kalender voor het seizoen 2020. 15 De Rally van Duitsland werd geannuleerd door de wereldwijde uitbraak van het COVID-19 virus. In Duitsland was een verbod op massavenementen van kracht tot eind oktober. 16 De Rally van België werd alsnog geannuleerd vanwege de ongunstig evoluerende gezondheidssituatie betreffende het COVID-19 virus. 17 De Rally van Monza werd toegevoegd aan de alternatieve kalender voor het seizoen 2020. Teams en rijders Een verrassende wending in de samenstelling van het deelnemersveld was het verdwijnen van Citroën Total WRT. De Fransen kondigden op 20 november 2019 hun afscheid van het WRC aan, toen duidelijk werd dat voormalig wereldkampioen Sébastien Ogier na 2019 Citroën zou verlaten. Resultaten en kampioenschap standen Seizoensverloop Puntensysteem Punten worden uitgereikt aan de top tien geklasseerden. In het kampioenschap voor constructeurs, worden punten alleen uitgereikt aan de twee best geplaatste rijders in het klassement per constructeur en actief in een 2020-specificatie World Rally Car. Er worden ook extra punten vergeven aan de winnaars van de Power Stage, vijf voor de eerste plaats, vier voor de tweede, drie voor derde, twee voor de vierde en een voor de vijfde. Power Stage punten tellen alleen mee in het kampioenschap voor rijders. Rijders Constructeurs Noot: Alleen de twee best geklasseerde rijders van een team scoren punten voor de constructeur. Externe link Officiële website 2020
Het wereldkampioenschap rally in 2020 is de achtenveertigste jaargang van het wereldkampioenschap rally (officieel het FIA World Rally Championship), een kampioenschap in de autosport dat door de Fédération Internationale de l'Automobile (FIA) wordt erkend als de hoogste klasse binnen de internationale rallysport. Teams en rijders nemen deel aan veertien rondes — te beginnen in Monte Carlo op 23 januari en eindigend in Japan op 22 november — van het wereldkampioenschap rally voor rijders en constructeurs.
2
auto, motorvoertuig, personenwagen
9,494
Crematorium
47802
https://nl.wikipedia.org/wiki/Westerveld%20%28begraafplaats%29
Westerveld (begraafplaats)
Westerveld (Begraafplaats & Crematorium Westerveld), gelegen aan de Duin en Kruidbergerweg in Driehuis, is een van de oudste particuliere begraafplaatsen in Nederland. Op het terrein van de begraafplaats bevindt zich tevens een crematorium, het eerste van Nederland. De eigenaar van Begraafplaats & Crematorium Westerveld is de Facultatieve Groep. Omschrijving Op 23 juli 1888 werd Koninklijke toestemming verkregen voor het inrichten van landgoed Westerveld tot begraafplaats. Op 1 mei 1890 werd de begraafplaats officieel geopend. Westerveld was vanaf het begin een begraafplaats voor "alle gezindten" – wat destijds nog iets bijzonders was – en legde aldus de grondslag voor de huidige algemene begraafplaatsen. Westerveld is onder meer bekend om Crematorium Velsen. Het crematorium werd in 1913 gebouwd naar een ontwerp van de architect Marius Poel. Op 1 april 1914 vond de eerste crematie plaats. Pas in 1955 werd crematie in Nederland wettelijk toegestaan. Het crematorium heeft zes columbaria. Van deze zes, zijn er vier ontworpen door Willem Dudok. Dudok ontwierp ook een serie uniforme, paddenstoelvormige urnen. Op 1 januari 2004 zijn begraafplaats Westerveld en het crematorium Velsen samengevoegd en is de officiële naam Begraafplaats & Crematorium Westerveld. Op Westerveld staat een monument uit 1948 voor Eduard Douwes Dekker, omdat hij de eerste Nederlander in de moderne tijd was die werd gecremeerd. Dekker is in Gotha gecremeerd. Het monument bevat de urnen met zijn as en die van zijn echtgenote en was een initiatief van de Vereniging voor Facultatieve Lijkverbranding. Overledenen Zie ook Lijst van rijksmonumenten in Driehuis Externe links Begraafplaats en crematorium Westerveld Begraafplaats in Velsen Crematorium in Nederland Rijksmonument in Velsen
Westerveld (Begraafplaats & Crematorium Westerveld), gelegen aan de Duin en Kruidbergerweg in Driehuis, is een van de oudste particuliere begraafplaatsen in Nederland. Op het terrein van de begraafplaats bevindt zich tevens een crematorium, het eerste van Nederland.
2
crematorium, crematiecentrum, crematieplaats
4,621
Campground
10107
https://nl.wikipedia.org/wiki/Borger%20%28Nederland%29
Borger (Nederland)
Borger (Drents: Börger) is een plaats en voormalige gemeente in de provincie Drenthe (Nederland). Borger ligt op de Hondsrug, in de gemeente Borger-Odoorn en telt inwoners. Tot aan de gemeentelijke herindeling op 1 januari 1998 was Borger een zelfstandige gemeente. Naast het hoofddorp bestond de gemeente uit de dorpen Bronneger, Buinen, Buinerveen, Drouwen, Drouwenerveen, Ees en Nieuw-Buinen en de buurtschappen Bronnegerveen, Drouwenermond, Eesergroen, Eeserveen, Ellertshaar en Westdorp. Grootste hunebed Borger is onder meer bekend door het grootste hunebed van Nederland, de D27. In de directe omgeving van Borger bevinden zich nog 2 andere hunebedden D28 en D29. In Borger, vlak bij het hunebed D27, is het nieuwe Hunebedcentrum gelegen. Hier vindt men veel informatie over hunebedden in Nederland. De aanwezigheid van meerdere hunebedden wijst op een vroege bewoning van de omgeving van Borger. Ludolph Smids schreef in 'Schatkamer der Nederlandsche oudheden' (1711) over meerdere hunebedden. Smids vermeldt dat er in Drouwen 16 en in Borger 9 hunebedden te vinden zijn. Het huidige dorp Borger wordt pas voor het eerst genoemd in de Middeleeuwen. De kerk in Borger geldt als de tweede kerk in het dingspel Oostermoer, gesticht vanuit de moederkerk in Anloo. Het kerspel Borger omvat dan de buurschappen Drouwen, dat dan nog groter is dan Borger, Ees, Westdorp, Buinen en Gasselte. Gasselte wordt later een eigen kerspel, maar deelt nog wel eeuwenlang de schulte met Borger. De keuze voor Borger als plaats voor een nieuwe kerk schijnt mede bepaald te zijn door de ligging van een aantal tafelgoederen van de Utrechtse bisschop. Kerken De oorspronkelijke middeleeuwse kerk van Borger was gewijd aan Willibrord. De kerk is vanwege zijn bouwvallige staat in het begin van de 19e eeuw afgebroken en vervangen door de huidige zogenaamde Waterstaatskerk. De toren is nog wel de oorspronkelijk gotische toren uit de 14e eeuw. Vanaf 2013 wordt de kerk gebruikt als cultuurpodium. Van 2013 tot mei 2022 werd de kerk gebruikt door cultuurpodium VanSlag. Daarna is cultuurpodium Podium34 de gebruiker van de accommodatie. Voordat het cultuurpodium het gebouw in gebruik nam was de kerk onderdeel van het ontmoetingscentrum van Borger en daarmee via een gang verbonden. Het gemeentehuis van de vroegere gemeente Borger was eveneens in dit centrum gevestigd. Rijksmonumenten Lijst van rijksmonumenten in Borger Economie Op dinsdag is er een weekmarkt. In de zomer is er elke vrijdag een braderie en vlooienmarkt. Voorzieningen Er zijn diverse voorzieningen zoals een bibliotheek, verschillende verenigingen waaronder voetbalclub SV Borger, volleybalvereniging VEB´98 en scoutinggroep De Woudlopers, een sporthal, een zwembad, winkels, basisscholen, een middelbare school, Toeristisch Informatie Punt, campings en restaurant, openluchttheater en een cultuurpodium in Borger. Verkeer en vervoer Wegen Er zijn drie belangrijke wegen die Borger kruisen: N34: Witte Paal – Hardenberg – Coevorden – Emmen – Borger – Gieten – Zuidlaren - Groningen N374: Hoogeveen – Westerbork – Borger – Stadskanaal N857: Borger – Papenvoort – Nooitgedacht – Rolde De afslag Borger van de N34 gold als zeer gevaarlijk, er vonden diverse (dodelijke) aanrijdingen plaats. Om dit te verhelpen is in 2008 een ongelijkvloerse kruising aangelegd. Openbaar vervoer Aan de N34 ligt het busstation P+R Borger waar Qliner 300 van Qbuzz aansluit op het streekvervoer. Geboren in Borger Fredrik Adolf Beins (1882-1968), burgemeester van Vlagtwedde Harm Tiesing (1853-1936), Drents schrijver Gerrit Santing (1914-2005), beeldhouwer Ko Wierenga (1933-2013), burgemeester en politicus Bert Haandrikman (1971), radio-dj Afbeeldingen Zie ook Lijst van burgemeesters van de voormalige gemeente Borger. Externe link Dorpspagina Borger Geografie van Borger-Odoorn Plaats in Drenthe Voormalige gemeente in Drenthe
Voorzieningen Er zijn diverse voorzieningen zoals een bibliotheek, verschillende verenigingen waaronder voetbalclub SV Borger, volleybalvereniging VEB´98 en scoutinggroep De Woudlopers, een sporthal, een zwembad, winkels, basisscholen, een middelbare school, Toeristisch Informatie Punt, campings en restaurant, openluchttheater en een cultuurpodium in Borger.
1
camping, kampeerplaats, campingterrein
12,361
Synagogue
2069254
https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst%20van%20synagoges%20in%20Antwerpen%20%28stad%29
Lijst van synagoges in Antwerpen (stad)
Deze lijst van Synagoges in Antwerpen geeft de belangrijkste synagoges van de Belgische stad Antwerpen en hun adres. Hoofdsynagoge van de Shomre Hadas, Romi Goldmuntz, Van den Nestlei 2, Antwerpen Hoofdsynagoge van de Machsike Hadass, Oostenstraat 43, Antwerpen Israëlitisch-Portugese Synagoge Beith Moshe, Hoveniersstraat 31, Antwerpen (zie Bomaanslag in Antwerpen 1981) De Hollandse Synagoge (of Bouwmeestersynagoge) van de Shomre Hadas, Bouwmeestersstraat 7, Antwerpen Alexander Synagoge, Isabellalei 44, Antwerpen Belz (Centraal), Van Spangenstraat 6, Antwerpen Belz 2 (Ohel moshe), Lange Leemstraat 170A, Antwerpen Belz 3 (Beis Ahron), Lamorinierest. 116, Antwerpen Belz 4 (Beis Hillel), Brialmontlei 4, Antwerpen Beit Hakneset Hasafaradi Jotsei Geruzia, Isabellalei 14, Antwerpen Beth Jacob, Jacob Jacobsstraat 22, Antwerpen Beth Jitschok - Pshevorsk, Mercatorstraat 56, Antwerpen Beth Mordechai, Van Leriusstraat 54, Antwerpen Bobov, Lamorinièrestraat 66-68, Antwerpen Daas Sholem-Shotz, Plantin en Moretuslei 7, Antwerpen Eisenman, Oostenstraat 29, Antwerpen Gur, Antoon Van Dijckstraat 43, Antwerpen Heichal Aharon, Van Leriusstraat 38, Antwerpen Klausenburg, St. Vincentiusstraat, Antwerpen K'hal Chasidim, Lange Leemstraat 181, Antwerpen Chabad-Lubavitch, Brialmontlei 48, Antwerpen Mizrachi - Beth Hamedrash Rav Amiel, Isabellalei 65, Antwerpen Moryah, Terliststraat 35, Antwerpen Ohel Yaakov, Lamorinièrestraat 260, Antwerpen Or Shraga-Kolel, Jacob Jordaensstraat 106, Antwerpen Premishlan, Zurenborgstraat 20, Antwerpen Satmar, Charlottalei 22-24, Antwerpen Satmar, Jacob Jacobsstraat 6, Antwerpen Schmigred, Belgiëlei 79, 2018 Antwerpen Tshortkow, Van Leriusstraat 37, Antwerpen Wiznitz, Brialmontlei 18, Antwerpen Wiznitz 2, Jacob Jacobsstraat 35, Antwerpen Zichron Benjamin, Breughelstraat 38, Antwerpen Religieus gebouw in Antwerpen (stad) Synagoge in Vlaanderen Synagoges in Antwerpen Synagoges Antwerpen Synagoges Antwerpen
Hoofdsynagoge van de Shomre Hadas, Romi Goldmuntz, Van den Nestlei 2, Antwerpen Hoofdsynagoge van de Machsike Hadass, Oostenstraat 43, Antwerpen Israëlitisch-Portugese Synagoge Beith Moshe, Hoveniersstraat 31, Antwerpen (zie Bomaanslag in Antwerpen 1981) De Hollandse Synagoge (of Bouwmeestersynagoge) van de Shomre Hadas, Bouwmeestersstraat 7, Antwerpen Alexander Synagoge, Isabellalei 44, Antwerpen Belz (Centraal), Van Spangenstraat 6, Antwerpen Belz 2 (Ohel moshe), Lange Leemstraat 170A, Antwerpen Belz 3 (Beis Ahron), Lamorinierest. 116, Antwerpen Belz 4 (Beis Hillel), Brialmontlei 4, Antwerpen Beit Hakneset Hasafaradi Jotsei Geruzia, Isabellalei 14, Antwerpen Beth Jacob, Jacob Jacobsstraat 22, Antwerpen Beth Jitschok - Pshevorsk, Mercatorstraat 56, Antwerpen Beth Mordechai, Van Leriusstraat 54, Antwerpen Bobov, Lamorinièrestraat 66-68, Antwerpen Daas Sholem-Shotz, Plantin en Moretuslei 7, Antwerpen Eisenman, Oostenstraat 29, Antwerpen Gur, Antoon Van Dijckstraat 43, Antwerpen Heichal Aharon, Van Leriusstraat 38, Antwerpen Klausenburg, St. Vincentiusstraat, Antwerpen K'hal Chasidim, Lange Leemstraat 181, Antwerpen Chabad-Lubavitch, Brialmontlei 48, Antwerpen Mizrachi - Beth Hamedrash Rav Amiel, Isabellalei 65, Antwerpen Moryah, Terliststraat 35, Antwerpen Ohel Yaakov, Lamorinièrestraat 260, Antwerpen Or Shraga-Kolel, Jacob Jordaensstraat 106, Antwerpen Premishlan, Zurenborgstraat 20, Antwerpen Satmar, Charlottalei 22-24, Antwerpen Satmar, Jacob Jacobsstraat 6, Antwerpen Schmigred, Belgiëlei 79, 2018 Antwerpen Tshortkow, Van Leriusstraat 37, Antwerpen Wiznitz, Brialmontlei 18, Antwerpen Wiznitz 2, Jacob Jacobsstraat 35, Antwerpen Zichron Benjamin, Breughelstraat 38, Antwerpen
6
synagoge, joodse gebedsplaats, sjoel
12,259
ProfilePage
4432719
https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan%20Breman%20%28socioloog%29
Jan Breman (socioloog)
Johannes Cornelis (Jan) Breman, (Amsterdam, 24 juli 1936) is een Nederlandse socioloog en emeritus-hoogleraar van de Erasmus Universiteit en de Universiteit van Amsterdam. Studie en werk Breman promoveerde in 1970 aan de Universiteit van Amsterdam op een proefschrift over landarbeid in India. Daarna werkte hij bij het Comparative Asian Studies Program aan de sociale faculteit van de Erasmus Universiteit. In 1987 ging Breman terug naar Amsterdam, waar hij aan de universiteit vergelijkende- en ontwikkelingssociologie doceerde en betrokken was bij het Comparative Asian Studies Program (CASA). Hij schreef in de jaren '80 en '90 diverse publicaties over misstanden van het Nederlandse koloniale bestuur in Indonesië. Breman kreeg eredoctoraten van het International Institute of Social Studies in Den Haag (2001) en van het Londense SOAS (2013). Hij is als fellow verbonden aan het International Institute for Asian Studies in Leiden. Interview Yolanda van Ede, 'Rowing Upstream with Jan Breman', in: Dutch Masters, themanummer Etnofoor 8(2), p. 67-86 Publicaties (selectie) Breman, Jan: Kolonialisme en racisme. Een postkoloniale kroniek. Amsterdam/Zutphen: Amsterdam University Press/Walburg Pers, 2021; 404 p. Breman, J et al. (2019). The Social Question in the Twenty-First Century: A Global View. California: University of California Press. . Breman, Jan: At work in the informal economy of India. A perspective from the bottom up. New Delhi, Oxford University Press, 2013. Breman, Jan: Jan Breman Omnibus. New Delhi, Oxford University Press, 2008. Jan Breman: Koelies, planters en koloniale politiek. Het arbeidsregime op de grootlandbouwondernemingen aan Sumatra's oostkust in het begin van de twintigste eeuw. 3e herz. druk. Leiden, KITLV Uitgeverij, 1992. (1e druk: Dordrecht, Foris, 1987) Breman, Jan: Het dorp in Azië als koloniale schijngestalte. Rede Universiteit van Amsterdam, 1987 Breman, Jan: Een dualistisch arbeidsbestel? Een kritische beschouwing van het begrip "de informele sector" . Inaugurele rede Erasmus Universiteit Rotterdam, 1976. Breman, Jan: Patronage and exploitation . Changing agrarian relations in South Gujarat, India. [English transl. of Meester en knecht, by Wil van Gulik]. Berkeley, University of California Press, 1974. Johannes Cornelis Breman: Meester en knecht. Een onderzoek naar de veranderingen in de betrekkingen tussen landheren en landarbeiders in Zuid-Gujerat, India. Proefschrift, Universiteit van Amsterdam, 1970. Geen ISBN. Externe links Profielpagina bij de Universiteit van Amsterdam Profielpagina bij Insitute of Social Studies Profielpagina bij de KNAW Hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam Hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam Nederlands socioloog Lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen
Externe links Profielpagina bij de Universiteit van Amsterdam Profielpagina bij Insitute of Social Studies Profielpagina bij de KNAW
3
profielpagina, gebruikersprofiel, persoonlijke pagina
8,640
Store
5719053
https://nl.wikipedia.org/wiki/Heerenstraat%20%28Paramaribo%29
Heerenstraat (Paramaribo)
De Heerenstraat is een straat in de historische binnenstad van Paramaribo, Suriname. De straat is het verlengde van de Mr. F.H.R. Lim A Postraat en gaat aan het eind naar links over in de Malebatrumstraat. Loop van de straat en herbenaming Het gedeelte dat sinds 1958 de Mr. F.H.R. Lim A Postraat is, heette daarvoor de Heerenstraat. Sindsdien bleef er een korter gedeelte van de Heerenstraat over. De overgang vindt plaats ter hoogte van het Helstone-monument bij de Centrumkerk en de Noorder Kerkstraat. Vervolgens is er een afslag naar de Grote Kerkstraat, een kruising met de Klipstenenstraat en gaat de straat uiteindelijk na een bocht naar links de Malebatrumstraat in. Bouwwerken Aan de Heerenstraat bevond zich tijdens de jeugd van de landbouwkundige en socioloog Deryck Ferrier een Chinese winkel. Hij karakteriseerde dit als een heel merkwaardig huis met drie huisnummers: de voordeur bevond zich aan de Klipstenenstraat, de Chinese winkel onder hen bevond zich aan de Wagenwegstraat en de achterom bevond zich aan de Heerenstraat. Verder staan aan de Heerenstraat enkele overheidskantoren, een Republic Bank, het Hotel Palacio, City Yard en The Black Lot. De laatste is sinds 2019 de organisator van het Heerenstraat Festival. Aan het eind van de straat bevond zich tussen 1948 en 199 Bioscoop Tower; hier is nu een verzekeringsmaatschappij gevestigd. Op de hoek met de Wagenwegstraat en de Malebatrumstraat bevindt zich het Huis van Elisabeth Samson. De straat werd in 1933 door de Surinaamsche Waterleiding Maatschappij (SWM) aangesloten op het waterleidingnet. Monumenten De volgende panden in de Heerenstraat staan op de monumentenlijst: |} Gedenktekens Bij het directoraat Cultuur in de Heerenstraat heeft enkele decennia lang de buste van ontdekkingsreiziger Johan Eilerts de Haan gestaan. Aan het begin van de Heerenstraat staat bij de Centrumkerk het Helstone-monument. Stadsbrand van 1821 Op zondagmiddag 21 januari 1821 brak rond half twee brand uit in een huis op de hoek van het Gouvernementsplein en de Waterkant. De brand bleef vervolgens overslaan op andere huizen tot de brand de volgende dag om twaalf uur onder controle was. In tien straten brandden alle huizen af. Ook andere straten werden zwaar getroffen, waaronder een deel van de huizen aan de Heerenstraat (Dit gedeelte werd in 1958 hernoemd naar Mr. F.H.R. Lim A Po Straat). Brand in juni 2023 In de vroege ochtend van 22 juni 2023 ontstond in de Heerenstraat een grote brand. De huizen nummer 42 en 44 zijn volledig afgebrand, van nummer 40 staan alleen nog de stenen muren en nr. 46 liep vooral schroei- en waterschade op. Zie ook Lijst van straten in Paramaribo Straat in Paramaribo
Bouwwerken Aan de Heerenstraat bevond zich tijdens de jeugd van de landbouwkundige en socioloog Deryck Ferrier een Chinese winkel. Hij karakteriseerde dit als een heel merkwaardig huis met drie huisnummers: de voordeur bevond zich aan de Klipstenenstraat, de Chinese winkel onder hen bevond zich aan de Wagenwegstraat en de achterom bevond zich aan de Heerenstraat.
2
winkel, detailhandel, zaak
10,948
MusicAlbumReleaseType
3694750
https://nl.wikipedia.org/wiki/Eugene%20Pao
Eugene Pao
Eugene Pao is een jazz-gitarist uit Hongkong. Pao heeft gestudeerd in Amerika. Hij speelde in de groep van Jeremy Monteiro. Pao heeft verschillende albums op zijn naam staan. Op zijn debuutalbum speelden onder meer Jack DeJohnette en Michael Brecker mee, op de opvolger DeJohnette en bassist Marc Johnson. In 2001 nam hij een album op in Europa met het trio van Mads Vinding. In 2006 vormde hij een trio met de Aziatische gitaristen Kazumi Watanabe (Japan) en Jack Lee (Zuid-Korea) en maakte hiermee opnames. Discografie By the Company You Keep The Window, 1999 Pao, 2001 Naked Time (opnames 1994), 2004 Guitar Sam Guk Ji, 2006 Externe link Website Eugene Pao Chinees gitarist Hongkongs persoon Jazzgitarist
Pao heeft gestudeerd in Amerika. Hij speelde in de groep van Jeremy Monteiro. Pao heeft verschillende albums op zijn naam staan. Op zijn debuutalbum speelden onder meer Jack DeJohnette en Michael Brecker mee, op de opvolger DeJohnette en bassist Marc Johnson. In 2001 nam hij een album op in Europa met het trio van Mads Vinding. In 2006 vormde hij een trio met de Aziatische gitaristen Kazumi Watanabe (Japan) en Jack Lee (Zuid-Korea) en maakte hiermee opnames.
4
single, ep, album
6,918
Beach
5713889
https://nl.wikipedia.org/wiki/Ruytingen
Ruytingen
De Ruytingen, ook geschreven als Ruitingen, zijn twee zandbanken in de zuidelijke Noordzee. De zandbanken liggen volledig op Frans grondgebied en behoren tot de Vlaamse banken. De oostelijke van beide zandbanken wordt op zeekaarten de In-Ruytingen genoemd, de westelijke de Out-Ruytingen. De Ruytingen liggen zo'n 10 tot 20km voor de kust, van Calais tot Duinkerke, en bevinden zich een vijftal meter onder laagwaterniveau. Lokaal steken de zandbanken echter tot slechts anderhalve meter onder het zeeniveau uit, wat resulteert in het optreden van branding bij laagwater. Gezien hun ligging nabij de drukke scheepvaartroute doorheen het Nauw van Calais, vormen de Ruytingen dan ook een aanzienlijk gevaar voor de scheepvaart. De herkomst van het woord Ruytingen moet waarschijnlijk worden gezocht in het Middelnederlandse werkwoord ruiten, dat brommen of gonzen betekende. Het inmiddels uit het Nederlands verdwenen woord leeft nu nog verder in het West-Vlaams en in het werkwoord reutelen. Waarschijnlijk zijn deze zandbanken dus genoemd naar het brommende geluid van de branding op de ondiepste toppen van de Ruytingen. Zandbank in de Noordzee
De Ruytingen, ook geschreven als Ruitingen, zijn twee zandbanken in de zuidelijke Noordzee. De zandbanken liggen volledig op Frans grondgebied en behoren tot de Vlaamse banken. De oostelijke van beide zandbanken wordt op zeekaarten de In-Ruytingen genoemd, de westelijke de Out-Ruytingen. De Ruytingen liggen zo'n 10 tot 20km voor de kust, van Calais tot Duinkerke, en bevinden zich een vijftal meter onder laagwaterniveau. Lokaal steken de zandbanken echter tot slechts anderhalve meter onder het zeeniveau uit, wat resulteert in het optreden van branding bij laagwater. Gezien hun ligging nabij de drukke scheepvaartroute doorheen het Nauw van Calais, vormen de Ruytingen dan ook een aanzienlijk gevaar voor de scheepvaart.
1
strand, kust, zandstrand
8,726
WholesaleStore
178013
https://nl.wikipedia.org/wiki/Westor
Westor
Aan de Amsterdamse groothandel Westor lagen twee bedrijven ten grondslag. W.J. Wesling had omstreeks het jaar 1900 een rijwielzaak aan de Stadhouderskade 74. In 1920 begon hij met zijn ‘Handel in rijwielen, motorrijwielen, motorrijtuigen en aanverwante artikelen in den ruimsten zin’ en deed omstreeks 1930 ook aan ‘Import van rijwielen, motorrijwielen en aanverwante artikelen’. De belangrijkste beherend vennoten waren J.F. van Doornik (1920-1943), P. van Doornik (1931-1943) en G. van Doornik (1943-1958). Vennoot F. Sluyters haakte al in 1921 af. In 1921 vestigde het bedrijf zich aan de Spuistraat 246-254 in een statig pand waar voorheen J.F. Kröner en Zonen, een fabrikant van gordijnen en jaloezieën, was gevestigd. De CV Wesling hield op te bestaan in 1958. H. Pastor richtte zijn bedrijf op in 1945. De handelsnaam die hij in het handelsregister opvoerde was ‘H. Pastor Carrier-en rijwielonderdeelen engros’ en het soort bedrijf ‘Agenturen en groothandel in rijwielen en rijwielonderdeelen’. Procuratiehouder was J. Nuberg. Pastor vestigde zich aan het Singel 295. Dit pand grensde met de achterzijde aan het pand Spuistraat 246-254, de kelderverdiepingen waren aan de achterzijde verbonden. Groothandel Westor werd op 1 januari 1947 opgericht door Wesling en Pastor, voor de naam werd de eerste lettergreep van Wesling genomen en de tweede van Pastor. Vennoten waren H. Pastor, G. van Doornik en J. Mulder. Westor liet in het handelsregister optekenen: ‘Groothandel in rijwiel-, carrier-, en motoronderdeelen en toebehoren; rijwielen, carriers, motoren, import en export’. Men had een eigen fietsfabriek: Rijwielfabriek Westor. In een advertentie in het telefoonboek van 1948 staat dat men handelt in Rudge-Whitworth rijwielen, Excelsior motorrijwielen, Westor- en Klaverblad rijwielen, Pastor transportrijwielen en Pastor carriers. In 1956 was Groothandel Westor vertegenwoordiger voor Nederland van Demm en Rabeneick hulpmotorrijwielen. In 1949 opende Westor een filiaal aan de Oostkade 3-3a in Zaandam. In 1953 werd dit filiaal opgeheven. Westor liet in het handelsregister noteren dat het bedrijf nu ook een groothandel drijft in elektrische apparaten, radiotoestellen, televisieapparaten, enz. Omstreeks 1960 is men ook importeur van Monark, een Zweedse fabrikant van o.a. de Monarscoot. Op 21 januari 1963 brak brand uit. De panden aan de Spuistraat en Singel, eigendom van vastgoedhandelaar Hendrik Tabak, brandden volledig af. Het was een van de grootste en spectaculairste branden die in Amsterdam heeft gewoed. De brand kwam Tabak goed uit. Na de brand lanceerde hij het plan om op deze plaats een parkeergarage te bouwen. Uit het rapport van de brandweer blijkt dat de zeer strenge vorst grote problemen opleverde bij het blussen. Brandkranen zaten vast. De blusboot Jan van der Heijden kon niet uitvaren. Er moesten gaten in het 40 cm dikke ijs worden gehakt. Afsluiters en slangen vroren vast. Meer dan 130 brandweerlieden werden opgeroepen. Van de panden restten slechts ruïnes, overdekt met ijspegels. Het pand aan het Singel werd hersteld en bood later onderdak aan de bekende seksclub Yab Yum. De activiteiten van de groothandel werden voortgezet op het adres Van Hallstraat 195-197, gelegen op het ‘Amsterdams Westelijk Industriecentrum’. In 1963 verlieten G. van Doornik en J. Mulder het bedrijf en hadden nog enige jaren een eigen bedrijf. In 1965 werd de Vennootschap onder firma Westor een naamloze vennootschap, met als directeur H. Pastor. Waarschijnlijk tegelijkertijd werd de rijwielfabriek van het bedrijf verkocht aan Simplex. De activiteiten werden uitgebreid met groothandel in automobielonderdelen en accessoires, boten en bootmotoren. Groothandel Westor importeerde ook Royal Enfield fietsen uit Engeland en Victoria fietsen met zijboordmotor uit Duitsland. In 1966 werd de N.V. Westor opgekocht door N.V. Veem, (Verenigde Eindhovense Exploitatie Maatschappijen), dat alle aandelen overnam. H. Pastor overleed in 1969 waarna de zaken blijkbaar niet meer zo goed gingen. Een faillissement werd onafwendbaar. Op 20 september 1972 werd het bedrijf officieel ontbonden. Nederlands historisch motorfietsmerk Nederlands fietsmerk Economie in Amsterdam
Groothandel Westor werd op 1 januari 1947 opgericht door Wesling en Pastor, voor de naam werd de eerste lettergreep van Wesling genomen en de tweede van Pastor. Vennoten waren H. Pastor, G. van Doornik en J. Mulder. Westor liet in het handelsregister optekenen: ‘Groothandel in rijwiel-, carrier-, en motoronderdeelen en toebehoren; rijwielen, carriers, motoren, import en export’. Men had een eigen fietsfabriek: Rijwielfabriek Westor. In een advertentie in het telefoonboek van 1948 staat dat men handelt in Rudge-Whitworth rijwielen, Excelsior motorrijwielen, Westor- en Klaverblad rijwielen, Pastor transportrijwielen en Pastor carriers. In 1956 was Groothandel Westor vertegenwoordiger voor Nederland van Demm en Rabeneick hulpmotorrijwielen. In 1949 opende Westor een filiaal aan de Oostkade 3-3a in Zaandam. In 1953 werd dit filiaal opgeheven. Westor liet in het handelsregister noteren dat het bedrijf nu ook een groothandel drijft in elektrische apparaten, radiotoestellen, televisieapparaten, enz. Omstreeks 1960 is men ook importeur van Monark, een Zweedse fabrikant van o.a. de Monarscoot. Op 21 januari 1963 brak brand uit. De panden aan de Spuistraat en Singel, eigendom van vastgoedhandelaar Hendrik Tabak, brandden volledig af. Het was een van de grootste en spectaculairste branden die in Amsterdam heeft gewoed. De brand kwam Tabak goed uit. Na de brand lanceerde hij het plan om op deze plaats een parkeergarage te bouwen.
4
groothandel, groothandelswinkel, groothandelaar
279
ItemList
2001713
https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst%20van%20landen%20in%201885
Lijst van landen in 1885
Hieronder volgt een lijst van landen van de wereld in 1885. Uitleg Alle de facto onafhankelijke staten zonder ruime internationale erkenning zijn weergegeven onder het kopje Niet algemeen erkende landen. De in grote mate onafhankelijke Britse dominions zijn weergegeven onder het kopje Dominions van het Britse Rijk. De afhankelijke gebieden, dat wil zeggen gebieden die niet worden gezien als een integraal onderdeel van de staat waar ze afhankelijk van zijn, zijn weergegeven onder het kopje Niet-onafhankelijke gebieden. Vazalstaten zijn hierbij inbegrepen. Autonome gebieden, bezette gebieden en micronaties zijn niet op deze pagina weergegeven. Staatkundige veranderingen in 1885 9 januari: stichting van het Spaanse protectoraat Río Muni. 1 februari: het Koninkrijk Ngoyo erkent de Portugese soevereiniteit in het Verdrag van Simulambuco. 6 februari: Massawa wordt door Italië overgenomen van het Ottomaanse Rijk. 17 februari: oprichting van Duits-Oost-Afrika door de Deutsche Ostafrikanische Gesellschaft. Tevens wordt Zanzibar een Duits protectoraat. 23 februari: internationale erkenning van de soevereiniteit van de Internationale Congovereniging. 23 maart: de Verenigde Staten van Stellaland worden door de Britten veroverd en bij het Protectoraat Beetsjoeanaland gevoegd. Ook Lete, Ngwaketse en Ngwato worden bij dit protectoraat gevoegd, alsmede de gebieden waar diverse stammen leven zonder vast territorium: Batawana, Barolong, Bakwena, Bakgatla en Batlokwa. 17 april: Gliji wordt een Frans protectoraat. Een jaar later (26 oktober 1886) zou het gebied echter een Duits protectoraat worden (onderdeel van Duits-Togoland). 27 mei: Duits-Oost-Afrika wordt een protectoraat. Tevens oprichting van het protectoraat Duits Witu en daarmee het einde van de onafhankelijkheid van het Sultanaat Witu. 5 juni: Kalabari gaat deel uitmaken van het nieuw opgerichte Britse protectoraat Nigerdelta. Ook de Britse protectoraten Brass, Bonny, Opobo, Aboh, Duke Town en de Golven van Biafra en Benin worden onderdeel van het protectoraat. Tevens wordt het protectoraat Nigerdistricten opgericht, een onderdeel van de United African Company. 1 juli: de Internationale Congovereniging krijgt de naam Congo-Vrijstaat. 18 juli: Portugees-Congo wordt een district binnen Portugees-West-Afrika. 1 september: oprichting van de kroonkolonie Brits-Beetsjoeanaland. 15 september: de Vrije Republiek Rehoboth wordt een Duits protectoraat. 18 september: Oost-Roemelië wordt door Bulgarije geannexeerd. 22 oktober: Spanje verkoopt de Islas de Los Reyes (onderdeel van Spaans-Oost-Indië) aan Duitsland, dat het de naam Jaluit geeft. 11 december: Johor wordt een Brits protectoraat. Barbados wordt een aparte Britse kolonie (voorheen onderdeel van de Britse Bovenwindse Eilanden). Einde van de onafhankelijkheid van Gianyar. Einde van de onafhankelijkheid van Melakori. Onafhankelijkheid van de Mahdistenstaat. Ethiopische verovering van het Koninkrijk Gumma. De laatste gebieden van de Tekke die nog niet eerder door de Russen ingenomen waren, worden door de Russen veroverd. Chitral wordt een vorstenland van Brits-Indië. Gcalekaland wordt door de Britten geannexeerd en bij de Kaapkolonie gevoegd. Onafhankelijke landen A B C D E F G H I J K L M N O P R S T U V W X Z Andere landen Dominions van het Britse Rijk De dominions van het Britse Rijk hadden een grote mate van onafhankelijkheid. Unie tussen Zweden en Noorwegen De Unie tussen Zweden en Noorwegen was een personele unie, waarbij de koning van Zweden tevens koning van Noorwegen was. Noorwegen had binnen deze unie een grote mate van autonomie. Informele Britse Aden-protectoraten De Britten hadden in de 19e eeuw informele protectieverdragen gesloten met diverse staten in het zuiden van het Arabisch Schiereiland. Aan het eind van de 19e en begin 20e eeuw zouden er formele protectieverdragen worden gesloten en gingen deze staten op in het Protectoraat Aden. Hieronder zijn de staten vermeld die informele, maar geen formele verdragen met de Britten hadden. Landen binnen de grenzen van het Ottomaanse Rijk In onderstaande lijst zijn staten opgenomen die lagen in het gebied dat officieel behoorde tot het Ottomaanse Rijk, maar waar het Ottomaanse Rijk geen zeggenschap had (d.w.z. het binnenland van het Arabisch Schiereiland). Het Emiraat Buraidah was een protectoraat van Nadjd en is niet apart in onderstaande lijst opgenomen. Westelijke Karennistaten De Westelijke Karennistaten stonden onder Britse protectie, maar ze waren verder onafhankelijk en geen onderdeel van Birma. Onafhankelijke landen binnen koloniale invloedssfeer In onderstaande lijst zijn landen opgenomen die zich in de invloedssfeer van een koloniserend land bevonden en als zodanig werden erkend door andere koloniserende landen, maar die feitelijk onafhankelijk waren. Niet weergegeven zijn de Shona-staten (met uitzondering van Mutapa) en de vele kleine koninkrijkjes in het huidige Kameroen die bestuurd werden door een Fon (waaronder Bafut, Bamum, Mankon en Kom). Niet algemeen erkende landen In onderstaande lijst zijn landen opgenomen die internationaal niet erkend werden, maar de facto wel onafhankelijk waren en de onafhankelijkheid hadden uitgeroepen. De Republiek Tamrash, een niet-erkend zelfbesturend gebied binnen het Ottomaanse Rijk, had nooit de onafhankelijkheid uitgeroepen en staat daarom niet in onderstaande lijst. Niet-onafhankelijke gebieden Hieronder staat een lijst van afhankelijke gebieden. Afghaanse niet-onafhankelijke gebieden Amerikaanse niet-onafhankelijke gebieden Belgisch-Duitse niet-onafhankelijke gebieden Britse niet-onafhankelijke gebieden In onderstaande lijst zijn onder meer de Britse (kroon)kolonies en protectoraten weergegeven. Jersey, Guernsey en Man hadden als Britse Kroonbezittingen niet de status van kolonie, maar hadden een andere relatie tot het Verenigd Koninkrijk. Basutoland werd als onderdeel van de High Commission Territories bestuurd door de gouverneur-generaal van Zuid-Afrika, maar is ook apart in de lijst opgenomen. Brits-Indië is de term die refereert aan het Britse gezag op het Indische subcontinent. Het bestond uit gebieden die onder direct gezag vielen van de Britse Kroon (het eigenlijke Brits-Indië) en vele semi-onafhankelijke vorstenlanden (princely states) die door hun eigen lokale heersers werden bestuurd, maar onderhorig waren aan de Britse kolonisator. Deze vorstenlanden staan niet in onderstaande lijst vermeld, maar zijn weergegeven op de pagina vorstenlanden van Brits-Indië. Brits-Birma, het Protectoraat Aden en de stad Aden vielen ook onder Brits-Indië en staan derhalve niet apart in onderstaande lijst vermeld. Het Sultanaat van de Maldivische Eilanden stond onder Britse protectie vanuit het Brits-Indische Ceylon en is ook niet apart weergegeven. Brits Cyprus hoorde officieel bij het Ottomaanse Rijk, maar stond onder Britse protectie en is derhalve wel in onderstaande lijst opgenomen. Noord-Borneo viel officieel onder de suzereiniteit van het Sultanaat Sulu, maar stond onder Brits bestuur en is ook opgenomen. De kolonie Seychellen werd bestuurd vanuit Mauritius en is niet apart weergegeven. Chinese niet-onafhankelijke gebieden Niet-onafhankelijke gebieden van Chitral Onderstaande gebieden waren schatplichtig aan Chitral, maar waren grotendeels autonoom. Chitral zelf was vanaf 1885 een autonoom vorstenland van Brits-Indië. Deense niet-onafhankelijke gebieden Duitse niet-onafhankelijke gebieden Ethiopische niet-onafhankelijke gebieden Franse niet-onafhankelijke gebieden Italiaanse niet-onafhankelijke gebieden Nederlandse niet-onafhankelijke gebieden Ottomaanse niet-onafhankelijke gebieden Niet-onafhankelijke gebieden van Ouaddaï Portugese niet-onafhankelijke gebieden Russische niet-onafhankelijke gebieden Åland maakte eigenlijk deel uit van Finland, dat weer in personele unie met Rusland was verbonden, maar Åland had sinds de Vrede van Parijs (1856) een internationaal erkende speciale status. Siamese niet-onafhankelijke gebieden Het Koninkrijk Besut Darul Iman was een vazal van Terengganu en is niet apart weergegeven. De semi-autonome stadstaten van Lanna (Chiang Rai, Lampang, Lamphun, Mae Hong Son, Nan en Phrae) zijn ook niet apart vermeld. Patani was een confederatie bestaande uit 7 semi-autonome koninkrijken: Patani, Reman, Nongchik, Teluban (Saiburi), Legeh, Yaring (Jambu) en Yala (Jala). Deze koninkrijken zijn ook niet apart weergegeven. Niet-onafhankelijke gebieden van Sokoto Spaanse niet-onafhankelijke gebieden Toucouleurse niet-onafhankelijke gebieden 1885
Britse niet-onafhankelijke gebieden In onderstaande lijst zijn onder meer de Britse (kroon)kolonies en protectoraten weergegeven. Jersey, Guernsey en Man hadden als Britse Kroonbezittingen niet de status van kolonie, maar hadden een andere relatie tot het Verenigd Koninkrijk. Basutoland werd als onderdeel van de High Commission Territories bestuurd door de gouverneur-generaal van Zuid-Afrika, maar is ook apart in de lijst opgenomen. Brits-Indië is de term die refereert aan het Britse gezag op het Indische subcontinent. Het bestond uit gebieden die onder direct gezag vielen van de Britse Kroon (het eigenlijke Brits-Indië) en vele semi-onafhankelijke vorstenlanden (princely states) die door hun eigen lokale heersers werden bestuurd, maar onderhorig waren aan de Britse kolonisator. Deze vorstenlanden staan niet in onderstaande lijst vermeld, maar zijn weergegeven op de pagina vorstenlanden van Brits-Indië. Brits-Birma, het Protectoraat Aden en de stad Aden vielen ook onder Brits-Indië en staan derhalve niet apart in onderstaande lijst vermeld. Het Sultanaat van de Maldivische Eilanden stond onder Britse protectie vanuit het Brits-Indische Ceylon en is ook niet apart weergegeven. Brits Cyprus hoorde officieel bij het Ottomaanse Rijk, maar stond onder Britse protectie en is derhalve wel in onderstaande lijst opgenomen. Noord-Borneo viel officieel onder de suzereiniteit van het Sultanaat Sulu, maar stond onder Brits bestuur en is ook opgenomen. De kolonie Seychellen werd bestuurd vanuit Mauritius en is niet apart weergegeven.
5
lijst, ranglijst, items
5,458
PerformanceRole
1388152
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nick%20Fallon
Nick Fallon
Nick Fallon is een personage uit de soapserie Days of our Lives. De rol wordt sinds 7 november 2006 gespeeld door Blake Berris . Personagebeschrijving Nick kwam eind 2006 naar Salem om zijn familie te leren kennen. Hij is de zoon van Jessica Blake en Joshua Fallon en de kleinzoon van Alex Marshall en Marie Horton. Hij helpt bij de genezing van Kayla Brady, die aan een zeldzame ziekte lijdt. Nick wordt al snel geïntrigeerd door Chelsea Brady, die hem maar een sul vindt. Dan creëert Nick een valse online identiteit en begint met Chelsea te chatten. Nadat zij aandringt om een foto stuurt hij haar een foto van een knappe collega door. Later hielp Nick Chelsea met haar missie om geld te geven aan Shawn en Belle, die op de vlucht waren met hun dochter in Toronto. Hierdoor werd Chelsea geïnteresseerd in Nick en vond ze hem niet langer een sul. Enkele dagen na hun terugkeer uit Toronto ontdekte ze echter dat Nick haar online liefje was en was woedend op hem omdat ze persoonlijke dingen aan hem verteld had op internet. Nick is erg aangedaan als Chelsea hem zegt dat ze hem nooit meer wil zien. Nick gaat dan naar Chelsea's moeder Billie Reed en vraagt haar om raad. Billie is net weer ten prooi gevallen aan de drankduivel en verleidt Nick. Ze belanden in bed en hadden hier later spijt van en zouden dit geheimhouden. Chelsea begon afspraakjes te maken met dokter Reibert om Nick te pesten en hij wilde haar verkrachten, maar Nick kon haar net op tijd redden en ze vergaf hem. Nick begon Chelsea dan bijles in wiskunde te geven en ze begonnen nu uit te gaan. Dan ontdekte Chelsea de onenightstand van Nick en haar moeder en ze was opnieuw razend op hem. Nadat Willow Stark per ongeluk het huis van Bo en Hope in brand stak wilde ze Chelsea hiervoor laten opdraaien en legde de föhn van Chelsea op de plaats van de misdaad. Chelsea zwoer dat ze onschuldig was en Nick zette zijn medische carrière op het spel door de föhn te stelen uit het forensische laboratorium. Chelsea was Nick zo dankbaar dat ze zijn slippertje met Billie vergaf en ze begonnen opnieuw een romance. Willow werd een bedreiging voor het geluk van Nick en Chelsea. Nadat Nick de föhn gestolen had bleef Willow als enige verdachte over. Nick kreeg medelijden met haar en leende haar geld. Willow begon meer geld te vragen en Nick huurde een appartement voor haar en gaf haar zijn creditcard om enkele dingen te kopen voor haar en haar baby. Willow maakte hier echter misbruik van en kocht heel wat meer dan ze nodig had en chanteerde hem om nog meer geld te geven. Ze kon niet bewijzen dat Nick de föhn gestolen had, maar ze was er rotsvast van overtuigd dat hij het gedaan had en dat was reden genoeg voor de chantage. Nick en Willow spraken af op het strand en kregen ruzie, Willow kwam zwaar ten val en stootte haar hoofd. Nick probeerde haar te reanimeren, maar Willow stierf. Hij vindt de föhn bij Willow en begraaft deze in het zand. Dan belt hij hulp op. Inspecteur Roman Brady houdt Nick in de gaten. Dan overtuigt hij Chelsea ervan om de föhn op te graven en te vernietigen. Nadat Roman ontdekte dat Willow de brand had gesticht laat hij Chelsea en Nick gerust. Nick wordt ook door Kate Roberts gechanteerd en hij moet zeggen dat EJ Wells de vader is van de tweeling van Sami Brady. Hij redde Sami en Lucas van een bom die dokter Rolf geplaatst had en werd hierbij gewond aan het hoofd. Hierdoor wist hij niet meer goed wat hij deed en ging naar Las Vegas waar hij met de volkomen onbekende Cassandra Arvin, die de schuilnaam China Lee gebruikte, trouwde. Hij vroeg haar later om het huwelijk te laten annuleren, maar dan werd Cassandra gearresteerd en naar de gevangenis gestuurd waardoor Nick het hoederecht kreeg over haar twee zonen Artemis en Demarquette gedurende de 30 dagen gevangenisstraf. Nick ontdekte dat de kinderen niet echt van China Lee waren, een feit dat ze bekende nadat ze uit de gevangenis kwamen. Ze was ingehuurd om de jongens te beschermen, maar wilde het hoederecht niet meer overnemen. Nick kreeg een band met Artemis en Demarquette, die hem papa noemden. Op een bepaald moment kwam Umar Maboud naar Nick en hij beweerde dat hij voor de ouders van de jongens werkte en gestuurd was om hen weer veilig thuis te brengen. Nick vertrouwde Maboud niet en zijn achterneef Jeremy Horton, die bij Nick logeerde, zorgde ervoor dat Maboud weg bleef. Enkele weken later werd Chelsea ontvoerd en ze mocht met haar gsm naar Nick bellen. Nick moest naar een afgelegen plaats gaan en de ontvoerder wilde Chelsea ruilen voor de jongens. Artemis en Demarquette waren Nick gevolgd naar het pakhuis, maar konden ontsnappen. Terwijl Nick een nepbom probeerde te ontmantelen werden Artemis en Demarquette gered door Umar Maboud. Het bleek dat Maboud echt voor de ouders van de kinderen werkte. De ouders waren buitenlanders met veel vijanden, ze hadden nu politiek asiel aangevraagd en wilden verenigd worden met hun zonen. Hun vijanden hadden Chelsea ontvoerd. Nick liet Artemis en Demarquette gaan, zodat ze weer naar hun ouders konden. Nick en Chelsea verzoenden zich. Samen probeerden ze bewijzen te vinden dat Ford Decker de verkrachter van de campus is. Ze braken samen in in zijn kamer om bewijzen te vinden. Nadat de zaak opgelost werd voelde Chelsea zich aangetrokken tot dokter Daniel Jonas en zij en Nick groeiden uit elkaar. Externe link Nick bij soapcentral.com Fallon, Nick
Nick Fallon is een personage uit de soapserie Days of our Lives. De rol wordt sinds 7 november 2006 gespeeld door Blake Berris .
1
rol, theaterrol, karakter
5,889
StatusEnumeration
101613
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nederlandse%20Rode%20Lijst%20%28korstmossen%29
Nederlandse Rode Lijst (korstmossen)
De Rode Lijst korstmossen was voorheen opgenomen in het besluit Rode Lijst korstmossen en nu in het besluit Rode Lijsten. De Rode Lijsten worden regelmatig, bijvoorbeeld eens in de tien jaar, bijgewerkt. Minister Cees Veerman van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft op 4 november 2004 de toenmalige Rode Lijsten voor bedreigde dier- en plantensoorten vastgesteld. Deze Rode Lijst voor korstmossen bevat 323 soorten. Ze is gebaseerd op een basisrapport dat werd opgesteld door de Bryologische en Lichenologische Werkgroep, die gegevens bijhoudt over het voorkomen van korstmossen in Nederland. De Rode Lijst korstmossen is aangepast op het punt van de opgenomen variëteiten. Volgens de criteria worden alleen soorten en hun ondersoorten beoordeeld; nog kleinere verschillen binnen een soort (beschreven als variëteiten) worden niet beschouwd. Daarom zijn variëteiten niet meer genoemd en zijn de twee variëteiten van Cladonia squamosa samengenomen. Micarea osloensis is van de Rode Lijst afgevoerd en Rinodina conradii is verplaatst van de categorie 'gevoelig' naar de categorie 'bedreigd'. Op de Rode Lijsten staan, naast de bedreigde soorten, beschermingsmaatregelen om deze soorten weer in aantal te laten toenemen. Doordat overheden en terreinbeherende organisaties bij hun beleid en beheer rekening houden met de Rode Lijsten wordt gehoopt dat van de nu bedreigde organismen er over tien jaar een aantal niet meer bedreigd zullen zijn en dus van de Rode Lijst afgevoerd kunnen worden. Op 15 oktober 2015 werd de nieuwe Rode Lijst Korstmossen uit het Basisrapport 2011 vastgesteld door toenmalig Staatssecretaris van Economische Zaken Sharon Dijksma. De lijst omvat 311 soorten (dit is 46% van de 683 soorten die zich in Nederland regelmatig voortplanten). De bescherming is van kracht sinds 1 januari 2016. Status Er worden voor Nederland acht statuscategorieën onderscheiden: uitgestorven op wereldschaal in het wild uitgestorven op wereldschaal verdwenen uit Nederland in het wild verdwenen uit Nederland ernstig bedreigd bedreigd kwetsbaar gevoelig De soorten op de Rode Lijst van 2015 Korstmos Rode lijsten van soorten Rode Rode
Status Er worden voor Nederland acht statuscategorieën onderscheiden: uitgestorven op wereldschaal in het wild uitgestorven op wereldschaal verdwenen uit Nederland in het wild verdwenen uit Nederland ernstig bedreigd bedreigd kwetsbaar gevoelig
1
statuslijst, statuscategorie, statustype
10,818
FireStation
1091745
https://nl.wikipedia.org/wiki/Station%20Harkstede-Scharmer
Station Harkstede-Scharmer
Station Harkstede-Scharmer (geografische afkorting Hsr) was een stopplaats aan de Woldjerspoorweg tussen Groningen en Weiwerd. De stopplaats was in gebruik van 1 juli 1929 tot 5 mei 1941. Het stationsgebouw, ontworpen door de architect Ad van der Steur, is van het Standaardtype Woldjerspoor, maar de plattegrond is spiegelbeeldig aan die van de zes andere stations van dit type. Dat had te maken met de gewenste situering van de goederenloods. Het station is anno 2018 deels in gebruik als brandweerkazerne. Bij het station, aan de Vijverlaan, ligt het voormalige spoordok met zwaaikom waar de schepen konden draaien. Dit is nu onderdeel van een kinderboerderij. Fotogalerij Harkstede-Scharmer Bouwwerk in Midden-Groningen Verkeer en vervoer in Midden-Groningen
Het station is anno 2018 deels in gebruik als brandweerkazerne. Bij het station, aan de Vijverlaan, ligt het voormalige spoordok met zwaaikom waar de schepen konden draaien. Dit is nu onderdeel van een kinderboerderij.
2
brandweer, brandweerkazerne, brandweerpost
6,045
URL
5284101
https://nl.wikipedia.org/wiki/Guy%20Lafitte
Guy Lafitte
Guy Denis Ferdinand Lafitte (Saint-Gaudens, 12 januari 1927 – Simorre, 10 juni 1998)<ref>{{Citeer web|url=https://www.freshsoundrecords.com/guy-lafitte-albums/6728-his-tenor-sax-his-orchestra-1954-1959-2-10-on-1-cd-bonus-tracks.html|titel=Guy Lafitte - His tenor Sax & His Orchestra 1954-1959 (2 10 on 1 CD) + Bonus Tracks|bezochtdatum=19-11-2021|werk=Blue Sounds|taal=en-us|archiefurl=https://web.archive.org/web/20211119204650/https://www.freshsoundrecords.com/guy-lafitte-albums/6728-his-tenor-sax-his-orchestra-1954-1959-2-10-on-1-cd-bonus-tracks.html|archiefdatum=2021-11-19}}</ref> was een Franse jazzmuzikant (saxofoon, klarinet). Hij behoort tot de bekendste vertegenwoordigers van de Franse swing en mainstream jazz van het na-oorlogs tijdperk in de traditie van Coleman Hawkins. Bovendien verwerkte Lafitte invloeden van Paul Gonsalves, Don Byas en Sonny Rollins. Biografie Lafitte leerde als jeugdige autodidact het klarinetspel. Na zijn klarinetstudie werd hij in 1945 professioneel muzikant, begeleidde hij in 1947 Michel Warlop en leidde hij tot 1948 de Hot Club de Toulouse. Lafitte wisselde uiteindelijk naar de tenorsaxofoon. Hij speelde daarna tijdens Europese tournees met Amerikaanse muzikanten als blueszanger Big Bill Broonzy (1950), Mezz Mezzrow (1951), Bill Coleman en Dickie Wells (1952). Met Coleman speelde hij ook later steeds weer samen. In Parijs speelde hij omstreeks 1955 met Lionel Hampton, Lucky Thompson, Buck Clayton en Emmett Berry. Vanaf 1956 leidde hij zijn eigen ensemble Paris Jazz Trio, waartoe Christian Garros en Georges Arvanitas, vanaf 1960 Franco Manzecchi en René Urtreger behoorden, geheel in stijl van het legendarische trio Lester Young, Buddy Rich en Nat King Cole. Met Louis Armstrong en Duke Ellington werkte hij in 1961 mee aan de muziek voor de film Paris Blues. Lafitte nam op met eigen bands tot 1993 albums en nam in 1973 platen op met Bill Coleman en in 1985 met Wild Bill Davis. Kort voor zijn dood in 1998 ontstond nog de plaat Trio Europa, waarop Lafitte de bassist Pierre Boussaguet begeleidde. Het bevat twee indrukwekkende soli van de saxofonist en de recitatie van een kort gedicht, een tribute aan zijn vriend Johnny Griffin. Wynton Marsalis droeg na zijn overlijden een compositie aan hem op met de bescheiden titel Guy Lafitte. In 1955 kreeg hij de eerste Prix Django Reinhardt. Overlijden Guy Lafitte overleed in juni 1998 op 71-jarige leeftijd. Discografie Geselecteerde discografie als leader 1954: Blue And Sentimental (Emarcy) met Peanuts Holland, Raymond Fol, Jean-Claude Pelletier, Géo Daly 1957: Les Classiques de Jazz (Columbia Records) met André Persiany, Paul Rovere, Teddy Martin 1978: Corps Et Ame (Black & Blue Records) met Hank Jones, George Duvivier, J.C. Heard 1983: Three Men on a Beat (Black & Blue Records) met Wild Bill Davis, Alvin Queen 1983: Lotus Blossom (Black & Blue Records) met Wild Bill Davis, Clyde Lucas 1990: The Things We Did Last Summer (Black & Blue Records) met Jacky Terrasson, Pierre Boussaguet, Al Levitt Geselecteerde discografie als sideman 1954: Peanuts Holland Sextet: Jazz In Paris: Peanuts Holland - Buck Clayton - Charlie Singleton (Emarcy) 1956: Lucky Thompson Sextet: Lucky Thompson (Swing) 1956: Sammy Price Quintet: Le Jazz En France - Vol. 14 - Boogie Woogie A La Parisienne (Pathe) 1956: Lionel Hampton: Paris Session 1956 (EMI Records) 1973: Bill Coleman Quintett met Guy Lafitte: Lions Abroad Vol. 3 - A Lion in Paris (Black Lion) Bill Coleman - Ben Webster - Guy Lafitte (Jazz Colours) 1980: Arnett Cobb Quintet: Live! (Black & Blue Records) 1998: Pierre Boussaguet: Trio Europa (Emarcy) Boekpublicaties Guy Lafitte Comme si c'était le printemps Art Media Editions, 2003; ISBN 2-914002-06-8 (bevat ook een volledige discografie) Literatuur Wolf Kampmann (Hrsg.), unter Mitarbeit von Ekkehard Jost: Reclams Jazzlexikon. Reclam, Stuttgart 2003, ISBN 3-15-010528-5. Bielefelder Katalog Jazz 2001 Richard Cook, Brian Morton: The Penguin Guide of Jazz on CD.'' 6th Edition. Penguin, London 2002, ISBN 0-14-051521-6. Frans jazzsaxofonist Frans jazzklarinettist
Guy Denis Ferdinand Lafitte (Saint-Gaudens, 12 januari 1927 – Simorre, 10 juni 1998)<ref>{{Citeer web|url=https://www.freshsoundrecords.com/guy-lafitte-albums/6728-his-tenor-sax-his-orchestra-1954-1959-2-10-on-1-cd-bonus-tracks.html|titel=Guy Lafitte - His tenor Sax & His Orchestra 1954-1959 (2 10 on 1 CD) + Bonus Tracks|bezochtdatum=19-11-2021|werk=Blue Sounds|taal=en-us|archiefurl=https://web.archive.org/web/20211119204650/https://www.freshsoundrecords.com/guy-lafitte-albums/6728-his-tenor-sax-his-orchestra-1954-1959-2-10-on-1-cd-bonus-tracks.html|archiefdatum=2021-11-19}}</ref> was een Franse jazzmuzikant (saxofoon, klarinet). Hij behoort tot de bekendste vertegenwoordigers van de Franse swing en mainstream jazz van het na-oorlogs tijdperk in de traditie van Coleman Hawkins. Bovendien verwerkte Lafitte invloeden van Paul Gonsalves, Don Byas en Sonny Rollins.
2
URL, hyperlink, webadres
11,406
ElectronicsStore
779947
https://nl.wikipedia.org/wiki/Station%20Osaka
Station Osaka
Het Station Ōsaka (大阪駅, Ōsaka-eki) is een spoorwegstation dat uitgebaat wordt door de West Japan Railway Company (JR West). Het bevindt zich in het district Umeda in de wijk Kita-ku van de stad Osaka, Japan. Het is het belangrijkste spoorwegknooppunt in het noorden van de stad. Hoewel officieel enkel de JR Kobe/Kioto-lijnen (Tōkaidō-lijn) en de Osaka-ringlijn in het station vertrekken is Ōsaka officieus ook het startpunt van de JR Takarazuka-lijn. Verder dient het station als vertrekstation voor treinen die via de JR Takarazuka-lijn naar de regio Sanin rijden en voor treinen die via de JR Kioto-lijn naar de regio Hokuriku rijden. In het station zijn er via de Osaka-ringlijn ook verbindingen met treinen die richting Nara, Wakayama en de Luchthaven Kansai gaan. De stations Umeda (voor de treinen van Hankyū, Hanshin en de Midosuji-lijn), Nishi-Umeda (Yotsubashi-lijn) en Higashi-Umeda (Tanimachi-lijn) zijn rechtstreeks verbonden met het station van Ōsaka. Het station Kita-Shinchi van de JR Tozai-lijn ligt op wandelafstand. Station Osaka wordt iedere dag door gemiddeld 2,32 miljoen reizigers gebruikt. (2002) In het station van Osaka vindt men tevens een grote goederenterminal. Lijnen Geschiedenis Het eerste station werd in 1874 geopend. Al snel nam het station een centrale plek in het openbaar vervoer in, waardoor ook andere spoorwegmaatschappijen hun stations in de nabijheid van dit station vestigden. Deze stations werden vernoemd naar Umeda, de naam van het gebied, wat nu nog de norm is. In 1901 en 1940 werden er nieuwe stations gebouwd, waarbij het laatste station in 1945 door een bombardement volledig verwoest werd. In 1950 werd het station weer opgebouwd en vanaf de jaren 70 werd het stationsgebied, alsook het station zelf verder ontwikkeld: zo kwamen er flatgebouwen aan zowel de noord- als zuidzijde. De laatste verbouwing dateert uit de periode 2007 - 2011 en het gebied rondom het station is anno 2013 nog volop in ontwikkeling: zo werd in april 2013 ten noorden van het station het Ōsaka Grand Front opgeleverd en zijn er plannen om de goederenoverslag ondergronds te brengen. De verbouwing van het station tussen 2007 en 2011 Overig openbaar vervoer Nabij het station bevindt zich een groot busstation. Er vertrekken bussen van zowel het lokale netwerk als van Hankyū en Kintetsu. Ook vertrekken er langeafstandsvussen naar vrijwel alle delen van Japan en de luchthaven Kansai. Stationsomgeving De buurt rondom het station staat bekend als Umeda (梅田) en wordt gezien als het noordelijke deel van het centrum van Osaka en heeft als bijnaam dan ook Kita, wat noord betekent. Het gebied wordt gekenmerkt door wolkenkrabbers, grote warenhuizen en winkelcentra, kantoren, restaurants, nachtclubs, hotels en alles wat van een centrum van een miljoenenstad verwacht kan worden. Een verschil met Namba, de zuidelijke tegenhanger van Umeda, is dat het wat minder op jongeren is gericht en dat er meer kantoren en wolkenkrabbers staan. Daar het station deel uitmaakt van een uitgebreid netwerk van wandelgangen, passages en winkelcentra, is er ook in deze gangen een groot winkel- en restaurantaanbod. Osaka Grand Front (stadsvernieuwingsproject) Osaka Station City North Gate-gebouw FamilyMart Hoofdkantoor van Takiron Hoofdkantoor van Itochu Lucua (winkelcentrum) Ōsaka Terminal-gebouw Hotel Granvia Osaka Daimaru (warenhuis) Uniqlo Pokémon Center Ōsaka Hankyu-warenhuis Hanshin-warenhuis Wins|Wins Umeda (wedkantoor) HEP Five (winkelcentrum en amusementsgebouw) HEP Navio The Ritz-Carlton Osaka Hilton Osaka Shin-Hankyu Hotel Osaka Garden City Shin-Umeda City Hankyu Sanbangai Yodobashi Camera Umeda (elektronicawinkel) Aangrenzende stations Externe link JR Station Osaka Osaka Bouwwerk in Osaka
Osaka Grand Front (stadsvernieuwingsproject) Osaka Station City North Gate-gebouw FamilyMart Hoofdkantoor van Takiron Hoofdkantoor van Itochu Lucua (winkelcentrum) Ōsaka Terminal-gebouw Hotel Granvia Osaka Daimaru (warenhuis) Uniqlo Pokémon Center Ōsaka Hankyu-warenhuis Hanshin-warenhuis Wins|Wins Umeda (wedkantoor) HEP Five (winkelcentrum en amusementsgebouw) HEP Navio The Ritz-Carlton Osaka Hilton Osaka Shin-Hankyu Hotel Osaka Garden City Shin-Umeda City Hankyu Sanbangai Yodobashi Camera Umeda (elektronicawinkel)
1
elektronicawinkel, elektronicazaak, elektronica speciaalzaak
1,662
TVClip
5360154
https://nl.wikipedia.org/wiki/De%2025%20%28Vlaanderen%29
De 25 (Vlaanderen)
De 25 is een archiefprogramma van productiehuis Dedsit dat sinds 2015 wordt uitgezonden op VTM. Elke aflevering bevat een thematisch overzicht van 25 opmerkelijke tv-fragmenten uit het VTM-archief. Tijdens de eerste drie seizoenen werden de fragmenten van grappig commentaar voorzien door Ivan Pecnik. Vanaf seizoen 4 is de commentaarstem van Q-dj Vincent Fierens. Afleveringen Seizoen 1 Seizoen 2 Seizoen 3 Seizoen 4 Seizoen 5 Externe link Officiële website Programma van VTM
De 25 is een archiefprogramma van productiehuis Dedsit dat sinds 2015 wordt uitgezonden op VTM. Elke aflevering bevat een thematisch overzicht van 25 opmerkelijke tv-fragmenten uit het VTM-archief.
1
tv-fragment, tv-segment, tv-clip
1,258
City
1197192
https://nl.wikipedia.org/wiki/Kvistg%C3%A5rd
Kvistgård
Kvistgård is een plaats in de Deense regio Hovedstaden, gemeente Helsingør, en telt 852 inwoners (2007). Plaats in regio Hoofdstad Helsingør
Kvistgård is een plaats in de Deense regio Hovedstaden, gemeente Helsingør, en telt 852 inwoners (2007).
3
stad, gemeente, plaats
606
AmusementPark
1231378
https://nl.wikipedia.org/wiki/BillyBird%20Park%20Hemelrijk
BillyBird Park Hemelrijk
BillyBird Park Hemelrijk of Recreatiepark Hemelrijk (in de volksmond Hemelrijk) is een speeltuin en recreatieplas met verschillende pretparkattracties. Het park is gelegen in Volkel, gemeente Maashorst, Noord-Brabant. Het park is gebouwd aan de noordkant van het meer Hemelrijk. Geschiedenis Het park startte in 1986 toen van een voormalige zandafgraving een recreatiegebied en -plas werd gemaakt. De toen 25-jarige Ton Derks pakte dit plan op en noemde het park Recreatieplas Hemelrijk. Die naam werd ontleend aan de oorspronkelijke benaming van het gebied waar het recreatiepark zich bevindt: Hemelrijk. Meer dan een strandbad met een snackbar stelde het park nog niet voor. Het eerste seizoen werd gestart met een paviljoen; gebouwd van twee oude klaslokalen. Ook werd er in overleg met de Vogelwacht in Uden een oeverzwaluwwand aangelegd; een kunstmatige wand die aan het meer grenst, speciaal bedoeld voor oeverzwaluwen. Vanaf dan breidt het park zich steeds meer uit. In 1990 werd de plas zelf ook aangekocht, en kon er een duikeiland geplaatst worden. In 1993 bouwde Hemelrijk een verkeersspeeltuin, een kinderkermis en een poppentheater. De naam Recreatieplas Hemelrijk werd hiermee gewijzigd in Recreatiepark Hemelrijk. In 1995 werd een grote binnenspeeltuin aangelegd, waardoor het park het hele jaar open kon blijven. In 2004 werd BillyBird, mascotte van het park, een merk. Tegelijk veranderde ook de naam van Recreatiepark Hemelrijk in BillyBird Park Hemelrijk. Park Het park is vrijwel geheel rond een strandbad gebouwd. Een groot gedeelte van de attracties en speeltuinen is buiten te vinden. Een kleiner aantal attracties is binnen te vinden. Het park is dan ook vooral gericht op het zomerseizoen. De mascotte heet BillyBird en is een aangeklede oeverzwaluw. BillyBird is in het logo van het park terug te vinden en loopt ook zelf vaak door het park als entertainer. BillyBird is ontstaan uit het oude logo. Dat is in 1985 getekend door Wim Jansen; een lid van Vogelwacht Uden. Dit logo bestond uit een oeverzwaluw in combinatie met een surfer. Het logo symboliseerde het gedachtegoed: het samengaan van natuur en recreatie. In de ketenvorming is daarom gekozen voor het voorvoegsel en merk "BillyBird Park", omdat men het idee heeft om in ieder park natuur en recreatie te combineren. In 1986 is Hemelrijk geopend. Al in 1987 werd de surfer uit het logo weggegumd; en bleef er dus alleen een oeverzwaluw over. Pas in 1993, met de komst van de verkeersspeeltuin, de Kinderkermis en het Poppentheater, kreeg de oeverzwaluw kleren aan en kreeg hij de naam "BillyBird". De belangrijkste attractie in het park is door de hele geschiedenis van het park hetzelfde gebleven: het recreatiestrand. Het park heeft ook een eigen naaktstrand. Tevens zijn er plannen voor een bungalowpark, direct naast BillyBird Park Hemelrijk. Attracties buiten Naast het strand, het meer en de speeltuinen/survivaltoestellen (die in het park voornamelijk Outback Challenge worden genoemd) zijn de voornaamste attracties buiten: Hemelaya, een klimrots met uitkijkpunt. Oervallei, reuzeschommel, klimparcours, glijbanen, goudzeven en dino opgraven Helihaven, een kabelbaan met helikopter-karren. Splash, een waterglijbaan met bungee-bootjes. SaltoSwing, een overslagschommel waarbij de bezoeker de schommel zelf moet laten bewegen door op een neer te lopen. AquaFunPark, verschillende stormbanen op het water waar de bezoeker tegen betaling 45 minuten gebruik van kan maken. Oeverzwaluwwand, met uitkijkpost. Familieachtbaan, een achtbaan met een wachttoren. Ruig, speelgebied met klimpark en bouncenet Waterfietsen, een vrije tocht over het water met speciale fietsen. Kinderland, een gebied gelegen naast zeeroversland met verschillende grote en kleine toestellen voor kinderen: Ballenfabriek, een overdekte ballenbak gethematiseerd in de stijl van een oude fabriek. Speelcircus, gedeeltelijk overdekte speeltuin met speelkooi, parcours en luchtkussen in een circusthema. Botsauto's, elektrische botsauto's op een kleine baan. Draaimolen, een ouderwetse carrousel in beweging te zetten door zelf te duwen. Luchtkussens, verschillende trampolines gevuld met lucht. Dubbeldraaier, draaiplaat met draaikopjes Zweefmolen Voormalige attractie buiten Touwenparcours, een klimparcours boven water met obstakels. Laquana, interactieve waterattractie. Attracties binnen Zeeroversland, een met piraten gethematiseerde binnenspeeltuin. Een 9 meter hoge zespersoons glijbaan in zeeroversland. 700 m² grote klimconstructie "Piratenkooi". De Balllenfabriek, overdekte speeltuin, geheel gethematiseerd als fabriek. Shows Het park heeft een poppentheater waar wekelijks voorstellingen worden gehouden voor jonge kinderen. Daarnaast worden er door het jaar heen verschillende evenementen en activiteiten georganiseerd die seizoen- en feest-gebonden zijn. Drakenrijk In 2013 is er in het Limburgse Beesel een strandbad aangekocht en is daar een nieuw een BillyBird Park opgebouwd: BillyBird Park Drakenrijk. Dit tweede park bestaat uit het strandbad met daaromheen springkussens, een buitenspeeltuin met een monorailbaan. In 2023 opende het grootste speelkasteel van Nederland en is er een nieuw bouncenet geplaatst. Het park zal zich in de toekomst verder ontwikkelen met diverse binnen en buiten attracties, naar het voorbeeld van grote zus Hemelrijk. Attractiepark in Nederland Geografie van Maashorst Recreatie in Noord-Brabant
BillyBird Park Hemelrijk of Recreatiepark Hemelrijk (in de volksmond Hemelrijk) is een speeltuin en recreatieplas met verschillende pretparkattracties. Het park is gelegen in Volkel, gemeente Maashorst, Noord-Brabant. Het park is gebouwd aan de noordkant van het meer Hemelrijk.
1
pretpark, attractiepark, amusementspark
7,908
PostOffice
2053805
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hoofdpostkantoor%20%28Groningen%29
Hoofdpostkantoor (Groningen)
Het (voormalige) Hoofdpostkantoor in Groningen is een bouwwerk van de toenmalige rijksbouwmeester C.H. Peters. Het pand is ontworpen in de trant van de neogotiek en is sinds 1995 ingeschreven in het Monumentenregister als een rijksmonument. Het staat sinds 1909 aan de Munnekeholm op de hoek met de Schuitemakerstraat. Daarvoor stond hier het Aduarderhuis of West-Indisch Huis, waar onder andere het kantoor van de Kamer van de WIC in Groningen en het Academisch Ziekenhuis gevestigd waren. Bouwwerk in Groningen (stad) Rijksmonument in Groningen (stad)
Het (voormalige) Hoofdpostkantoor in Groningen is een bouwwerk van de toenmalige rijksbouwmeester C.H. Peters. Het pand is ontworpen in de trant van de neogotiek en is sinds 1995 ingeschreven in het Monumentenregister als een rijksmonument. Het staat sinds 1909 aan de Munnekeholm op de hoek met de Schuitemakerstraat. Daarvoor stond hier het Aduarderhuis of West-Indisch Huis, waar onder andere het kantoor van de Kamer van de WIC in Groningen en het Academisch Ziekenhuis gevestigd waren.
1
postkantoor, brievenbus, postdienst
3,239
PlanAction
5549163
https://nl.wikipedia.org/wiki/Het%20Spaanse%20Leger%20%28wijk%29
Het Spaanse Leger (wijk)
Het Spaanse leger is een geplande wijk in de stad Nijkerk in de Nederlandse provincie Gelderland. De bedoeling is dat er 325 woningen gebouwd worden. De eerste plannen werden in 2014 vastgesteld. Planning De woonwijk is gepland in de 'driehoek' tussen de Amersfoortseweg, Barneveldseweg en de spoorlijn. Er ligt al een straat met de naam Het Spaanse Leger, deze straat is vernoemd naar een boerderij. In dat gebied liggen verder nog twee andere straten, de Jan Plassensteeg en de Jan Tijmensteeg. Het bestemmingsplan voor Het Spaanse Leger is tijdens de raadsvergadering van 24 april 2014 vastgesteld door de gemeente Nijkerk. Na de vaststelling van dit plan duurde het een aantal jaar voor men kon starten met de bouw. Er trad vertraging op door onder andere een ingediende motie en een bezwaarschrift. Bouw De toegangsweg komt vanaf de Amersfoortseweg, tegenover de Van Tinbergenlaan. Vanaf de Barneveldseweg zal er een speedgate komen, slechts beschikbaar voor bevoorradend verkeer. De herinrichting van het kruispunt Tinbergenlaan-Amersfoortseweg begon in de zomer van 2021. Officieel begonnen de werkzaamheden voor deze wijk in februari 2022 toen wethouder Wim Oosterwijk, samen met onder andere de projectontwikkelaar, het startsein gaf voor het bouwrijp maken van het terrein. Twee maanden later begon de aannemer met de bouw van de eerste appartementen. Wijk in Nijkerk
Planning De woonwijk is gepland in de 'driehoek' tussen de Amersfoortseweg, Barneveldseweg en de spoorlijn. Er ligt al een straat met de naam Het Spaanse Leger, deze straat is vernoemd naar een boerderij. In dat gebied liggen verder nog twee andere straten, de Jan Plassensteeg en de Jan Tijmensteeg.
1
planning, actieplanning, taakuitvoering
2,594
Mass
125745
https://nl.wikipedia.org/wiki/Seismograaf
Seismograaf
Een seismograaf (uit het Grieks: seismós = aardbeving en gráphein = schrijven) of seismometer is een instrument waarmee seismologen aardbevingen (seismische golven) kunnen registreren op een seismogram. Hierdoor is het ook mogelijk om de samenstelling van de diverse aardlagen te bestuderen. Moderne seismografen bestaan uit een massa die zo is opgehangen dat hij ten opzichte van de omgeving in ten minste 1 richting vrij kan bewegen. Beweegt nu de aarde, dan blijft de massa stationair en de beweging van de aarde ten opzichte van de massa kan worden gemeten, als snelheid of als verplaatsing. De beweging werd vroeger door hefbomen mechanisch versterkt en door een pen op een langzaam draaiende rol papier overgebracht; tegenwoordig wordt hiervoor meestal gebruikgemaakt van elektronische registratie met behulp van computers. De meetresultaten worden opgeslagen in een databank voor latere analyse en weergeven op een scherm of een document. Vandaar dat we beter de term seismometer kunnen gebruiken. Eerste seismograaf De eerste seismograaf werd uitgevonden door Zhang Heng in China in het jaar 132. Hoewel er geen tekeningen van bewaard zijn gebleven, is er wel een beschrijving van hoe het apparaat eruitzag. Zhangs seismograaf bestond uit een grote cilinder met rondom 8 drakenkoppen, ieder met een metalen bal in zijn bek. Onder iedere drakenkop zat een metalen kikker met open bek. Als er een aardbeving plaatsvond zorgde een mechanisme in de cilinder dat een van de drakenkoppen de bal uit zijn bek in de kikkerbek eronder liet vallen, hetgeen een geluid als van een luide gong- of klokslag veroorzaakte. Wanneer aldus een geluid werd waargenomen wist men dat er ergens een aardbeving plaatsgevonden had. Door te kijken naar welke kikkerbek een bal bevatte, kon men vaststellen in welke richting het epicentrum van de aardbeving lag. De overlevering vertelt dat op een dag in februari van het jaar 138 de seismograaf een van zijn ballen liet vallen, hoewel niemand ook maar de kleinste trilling gevoeld had. Ook waren er vanuit de omtrek geen meldingen van een aardbeving. Desalniettemin rapporteerde Zhang aan de keizer dat er ten westen van de hoofdstad een aardbeving plaats had gevonden. Toch kwamen er geen meldingen van schade. Hoewel Zhang Heng op dat moment een zeer gerespecteerd man was, gingen er stemmen op dat het apparaat bedrog, en Zhang Heng een fraudeur was. Twee dagen later arriveerden er echter ijlbodes te paard, die rapporteerden dat in de provincie Gansu, meer dan 500 kilometer naar het westen, een zware aardbeving had plaatsgevonden met aardverschuivingen als gevolg. Zhang Hengs reputatie als wetenschapper was in één klap onaantastbaar geworden. Over het mechanisme binnen in de cilinder bestaat onzekerheid. Aangezien er geen tekeningen of technische beschrijvingen bewaard zijn gebleven (alleen een beschrijving van het uiterlijk), bestaan er niet meer dan vermoedens over hoe een en ander gewerkt zou kunnen hebben. De meest gehanteerde verklaring is dat er een grote pendel in de cilinder hing, die via armen of hefbomen verbonden was met klemmen in de drakenkoppen die de bal vasthielden. Wanneer zich een aardbeving voordeed, zou de pendel in beweging gebracht worden waardoor – via de hefbomen – een van de klemmen geopend zou worden waardoor de betreffende bal eruit viel. De andere klemmen zouden vergrendeld worden waarmee voorkomen werd dat bij de teruggaande beweging van de pendel de tegenoverliggende bal zou vallen. Critici van deze theorie zeggen dat een dergelijk mechanisme nooit gevoelig genoeg kan zijn om een aardbeving te registreren die door mensen niet gevoeld wordt. Een tweede – maar veel minder geaccepteerde – theorie is, dat de ballen in de drakenbekken in wankel evenwicht lagen. In het midden van de cilinder bevond zich een in alle richtingen kantelbare schaal, waaroverheen een langzame, gedempte, zeer kalme (dus niet-turbulente) stroom water werd geleid. Het water verdeelde zich vervolgens in 8 even grote, en eveneens zeer kalme stroompjes die door de 8 drakenkoppen naar buiten liepen. De waterstromen waren laminair van aard, waardoor het water zeer weinig wrijving uitoefende op de metalen ballen, en deze ondanks hun wankele evenwicht niet van hun plaats konden krijgen. Wanneer zich nu een aardbeving zou voordoen, zou de schaal met water door de trillingen miniem uit zijn evenwicht gebracht kunnen worden. Doordat het water erop dan naar de zakkende kant zou stromen, zou het evenwicht nog verder verstoord worden hetgeen de kanteling nog verder versterkt, enzovoorts. Uiteindelijk kantelt de schaal helemaal, en het water erop stroomt in een grote plens door 1 drakenkop. Deze stroom is nu veel groter dan eerst en bovendien turbulent van aard, waardoor meer wrijving op de metalen bal in de drakenkop wordt uitgeoefend, en deze uit de drakenbek valt. Hoewel een dergelijk mechanisme zeker veel gevoeliger lijkt dan het pendel-mechanisme, is dat meteen de zwakke kant van de theorie. Het lijkt haast onmogelijk om een dergelijk gevoelig mechanisme te realiseren zonder dat het te pas en te onpas (en dus onterecht) uit evenwicht raakt. Het is – zelfs met moderne methoden – tot nu toe nog niemand gelukt. Daar staat weer tegenover dat het eerstgenoemde (pendel)mechanisme in diverse replica's is gedemonstreerd, maar inderdaad op geen stukken na zo gevoelig als in de overlevering over Zhang Heng wordt vermeld. En dan is er nog een theorie die beweert dat de cilinder een resonantieholte voor telepathische golven of zogenaamde chi-golven was die door aardbevingen uitgezonden zouden worden. Deze theorie wordt echter door bijna niemand serieus genomen. Europa leerde de seismograaf pas in 1703 kennen toen De la Hautefeuille een door hem uitgevonden instrument opstelde. De in de achttiende eeuw ontwikkelde seismografen, evenals die van Cacciatore in 1848, waren 'kwikseismografen'. Het principe van die toestellen bestond uit een overvol kwikreservoir. Bij een beving stroomde er kwik uit zo'n reservoir. Pas later bouwde men ook in Europa seismografen zoals in China. Seismologie Meetinstrument
Moderne seismografen bestaan uit een massa die zo is opgehangen dat hij ten opzichte van de omgeving in ten minste 1 richting vrij kan bewegen. Beweegt nu de aarde, dan blijft de massa stationair en de beweging van de aarde ten opzichte van de massa kan worden gemeten, als snelheid of als verplaatsing. De beweging werd vroeger door hefbomen mechanisch versterkt en door een pen op een langzaam draaiende rol papier overgebracht; tegenwoordig wordt hiervoor meestal gebruikgemaakt van elektronische registratie met behulp van computers. De meetresultaten worden opgeslagen in een databank voor latere analyse en weergeven op een scherm of een document. Vandaar dat we beter de term seismometer kunnen gebruiken.
3
massa, gewichtseenheid, kilogram
12,369
Taxi
2856853
https://nl.wikipedia.org/wiki/Taxi%20%282004%29
Taxi (2004)
Taxi (ook New York Taxi) is een Frans-Amerikaanse film uit 2004. De film is een remake door Tim Story van de gelijknamige Franse film uit 1998. De film is geregisseerd door Tim Story en de hoofdrollen worden gespeeld door onder andere Queen Latifah, Jimmy Fallon en Gisele Bündchen. Producent was in beide gevallen Luc Besson. Verhaal Belle Williams is een echte snelheidsduivel. Al scheurend door de straten van New York, in een opgevoerde taxi, verdient ze haar geld als snelste taxichauffeur van de VS. Ze helpt agent Andy Washburn met het opsporen van een bende Braziliaanse bankovervallers. Rolverdeling Queen Latifah als Isabelle "Belle" Williams Jimmy Fallon als agent Andrew "Andy" Washburn Gisele Bündchen als Vanessa Scherzinger Henry Simmons als Jesse Jennifer Esposito als Luitenant Marta Robbins Ana Cristina de Oliveira als Redhead (tweede overvaller) aka Francisca Bündchen Ingrid Vandebosch als derde overvaller aka Blair Lima Magali Amadei als vierde overvaller aka Adrianna Mölling Ann-Margret als Washburns moeder Christian Kane als Agent Mullins Boris McGiver als Franklin Adrian Martinez als Braziliaanse Man Joe Lisi als Mr. Anthony Scalia Bryna Weiss als Mw. Scalia Achtergrond Taxi ging op 6 oktober 2004 in 3001 bioscopen in première en wist in het eerste weekend van alle films op drie na het hoogste bedrag aan entreegelden binnen te halen. Financieel was de film een succes; de totale opbrengst bedroeg 68.895.435 dollar, tegen een productiebudget van 25 miljoen dollar. De film kreeg echter overwegend negatieve reacties van critici. Roger Ebert noemde de film "dismal" en "wall-to-wall idiocy". Op Rotten Tomatoes was 10% van de beoordelingen positief. Externe link Officiële website (via Wayback Machine) Amerikaanse film Film uit 2004 Komische film Film van Tim Story
Taxi (ook New York Taxi) is een Frans-Amerikaanse film uit 2004. De film is een remake door Tim Story van de gelijknamige Franse film uit 1998. De film is geregisseerd door Tim Story en de hoofdrollen worden gespeeld door onder andere Queen Latifah, Jimmy Fallon en Gisele Bündchen. Producent was in beide gevallen Luc Besson.
2
taxi, taxidienst, taxivervoer
3,143
ListenAction
257225
https://nl.wikipedia.org/wiki/Radio%20Bloemendaal
Radio Bloemendaal
Radio Bloemendaal is de kerkzender van de protestantse gemeente (voorheen gereformeerde kerk) van Bloemendaal en Overveen met tot 2018 uitzendingen op 1116 kHz op de middengolf en daarna alleen via internet en app, voornamelijk op zondag, vanuit de Dorpskerk aan het Kerkplein in Bloemendaal. Radio Bloemendaal is niet de lokale omroep van Bloemendaal. De kerkzender wordt gerund door vrijwilligers, met name jongeren uit de gemeente zelf. Radio Bloemendaal is voor geldelijke steun grotendeels afhankelijk van giften, afkomstig van vooral luisteraars, die vaak zeer gehecht zijn aan deze kleinschalige omroep. De zender is nooit onderdeel van het publieke omroepbestel geweest en is ook geen commerciële zender, maar heeft steeds een zendmachtiging behouden wegens bestaande rechten. Met een vermogen van 500 watt was de zender het best te ontvangen in een straal van ongeveer 30 km om Bloemendaal; overdag ook verderop in Noord-Holland en in naburige provincies. 's Avonds is het bereik meestal kleiner vanwege storing door buitenlandse zenders, al is de zender juist dan door de geoefende radiohobbyist ook in het buitenland te ontvangen. Ontvangst is gerapporteerd uit onder andere Duitsland, Scandinavië en Polen. De uitzendingen zijn ook via het internet te beluisteren. Sinds 2015 zijn de kerkdiensten ook met beeldondersteuning via internet te volgen. Geschiedenis De kerk vroeg en kreeg in het voorjaar van 1924 een zendvergunning; de zender mag op zondagen tussen 10:00 en 11:30 en tussen 17:00 en 18:30 uitzenden met maximaal 100 watt. Na enkele proefuitzendingen was de eerste uitzending van een radiokerkdienst op 15 juni 1924, met als predikant ds. J.C. Brussaard. Daarmee is Radio Bloemendaal de oudste christelijke zendgemachtigde organisatie in Nederland, net een paar maanden ouder dan de NCRV. De zender stond in de kerktoren van de kerk aan de Vijverweg; en de antenne hing tussen die toren en een mast achter de kerk; men zond uit op de 200 meter (1500 kHz). In 1934 werd de zender vervangen door een nieuwe, in de kelder van de kerk, met een vermogen van 100 watt op 245 meter (1223 kHz). De antenne hing inmiddels tussen twee masten. Tijdens de bezetting Tijdens de Tweede Wereldoorlog mochten de uitzendingen in eerste instantie gewoon doorgaan. In mei 1941 moesten ze worden gestaakt, maar een maand later konden ze hervat worden, zij het onder toezicht, om te voorkomen dat er berichten van het verzet aan Engeland werden doorgegeven. In oktober 1943 moesten de uitzendingen alsnog worden stopgezet; ze hadden volgens de Duitsers geen zin meer omdat iedereen in Nederland toch zijn radio had moeten inleveren. In maart 1944 werden zenders en antenne verwijderd. Na de oorlog Pas in 1948 werden de uitzendrechten hersteld, op zon- en feestdagen van 9:00 tot 17:00 met een maximaal vermogen van 50 watt, en op eerste kerstdag werden de uitzendingen weer hervat; de naam werd gewijzigd van Kerkzender Bloemendaal in Radio Bloemendaal. Vanaf 1952 werden er ook opgenomen kerkdiensten van elders uitgezonden, totaal vijf of zes uitzendingen per dag. In 1958 en 1959 wordt de te klein geworden kerk afgebroken en een nieuw kerkgebouw gebouwd. In 1960 werden een zender en antennes gebouwd op het Kopje van Bloemendaal, ongeveer een kilometer van de kerk vandaan; het bereik werd er veel groter door. In 1976 werd de studioapparatuur vernieuwd. Per 1 januari 1977 vervielen de middagdiensten van de Vijverwegkerk. Op 19 augustus 1979 werd een nieuwe zender in gebruik genomen, en de frequentie werd gewijzigd in 1116 kHz (269 m). 's Zondags worden drie à vier diensten uitgezonden. In 1993 krijgt de kerk een nieuwe zendmachtiging, nu zonder beperkingen aan de zendtijd en met een maximaal vermogen van 500 watt. Vanaf 1994 wordt de zendtijd ook werkelijk uitgebreid, en vanaf 24 maart 1995 (officiële ingebruikname 14 mei) beschikt Radio Bloemendaal over een zender met een vermogen van 500 watt. Hierdoor is de zender in een groter gebied te horen. De avonddiensten van KZG worden vanaf het eind van dat jaar rechtstreeks uitgezonden. Vanaf 1 april 1997 worden de middagdiensten van de Alle Dag Kerk in Amsterdam op dinsdag uitgezonden. In 2015 is in de Dorpskerk een compleet nieuwe studio ingericht, nadat de Vijverwegkerk buiten gebruik werd gesteld. Dominee Toornvliet Ds. Gerrit Toornvliet, sinds 1956 predikant te Bloemendaal en sinds 1961 vrijgesteld om zich alleen met het radiowerk bezig te houden (vanaf 1965 in dienst van de Particuliere Synode van Noord-Holland), hield zich niet altijd aan kerkelijke regels en kwam daardoor meermalen in aanvaring met de kerkelijke instanties. Uiteindelijk werd hij hierom in 1968 ontslagen, waarna hij de Stichting Radiogemeente oprichtte en verder ging bij diverse zeezenders. Deze stichting bestaat nog en belegt kerkdiensten en zendt uit via een aantal lokale omroepen; ze heeft geen enkele band met Radio Bloemendaal. Einde van de middengolfuitzendingen Tijdens een zware storm op in januari 2018 werd een mast van de installatie vernield. Dit maakte uitzenden via de ether onmogelijk. Na een gedeeltelijke herbouw, waarbij de mast tot 18 meter werd opgericht, konden de middengolfuitzendingen een maand later worden hervat, zij het met minder vermogen. Alleen de oude zender (50 W) kon omgaan met de veranderde ophanging van de antenne. Luisteraars konden via internet onverminderd worden bereikt. Op zondag 30 september 2018 zond Radio Bloemendaal voor het laatst uit via de middengolf. De programma’s zijn alleen nog via internet te beluisteren. In de toekomst wil het station in de omgeving van Bloemendaal ook via DAB+ gaan uitzenden. Programma Op zondagen zendt Radio Bloemendaal uit van 9:00 tot 20:00. Het programma bestaat dan uit de kerkdiensten van de gemeente zelf en van de stichting Kerk zonder Grenzen, Woord op Zondag, Opmaat, andere programma's over geloof en christelijke muziek (kerkmuziek, klassieke muziek en gospel/pop), tussen de programma's opgevuld met non-stop muziek. Op feestdagen wordt een gelijksoortig programma als op zondag uitgezonden, soms slechts een halve dag. In de Goede Week wordt ook vanaf Witte Donderdag elke avond uitgezonden, evenals op de woensdagavonden in de 6 weken daarvoor. Op dinsdag wordt van 12:00 tot 13:30 de kerkdienst van de week daarvoor van de Amsterdamse Alle Dag Kerk uitgezonden, omlijst met muziek. Kerk zonder Grenzen De stichting Kerk Zonder Grenzen houdt zich, in opdracht van de Provinciale Synode van Noord-Holland, bezig met omroeppastoraat en radio-evangelisatie (via Radio Bloemendaal) in de provincie. De afgelopen decennia gaven Kerk zonder Grenzen en Radiokerk Bloemendaal allebei een eigen blad uit. In 2010 zijn beide bladen samengevoegd tot een blad. Medio 2018 is de samenwerking tussen Kerk zonder Grenzen en Radio Bloemendaal beëindigd. Predikanten Vanaf 1961 is er een aparte gemeente- en radio-evangelisatiepredikant; alleen de laatsten staan in deze lijst. 1924–1947: ds. J.C. Brussaard 1948–1955: ds. J.L. Koole 1956–1968: ds. G. Toornvliet 1969–1987: ds. L.J. Boeyinga 1988–1995: ds. A.C. Bronswijk 1995: ds. D.N. Wouters 1995– : ds. Aart Mak Externe links Officiële website Bloemendaal Nederlandse christelijke omroep Media in Noord-Holland Bloemendaal, Radio
Met een vermogen van 500 watt was de zender het best te ontvangen in een straal van ongeveer 30 km om Bloemendaal; overdag ook verderop in Noord-Holland en in naburige provincies. 's Avonds is het bereik meestal kleiner vanwege storing door buitenlandse zenders, al is de zender juist dan door de geoefende radiohobbyist ook in het buitenland te ontvangen. Ontvangst is gerapporteerd uit onder andere Duitsland, Scandinavië en Polen. De uitzendingen zijn ook via het internet te beluisteren.
1
luisteren, audiocontent, consumeeractie
5,134
Audience
5220449
https://nl.wikipedia.org/wiki/Dag%20van%20de%20Literatuur
Dag van de Literatuur
De Dag van de Literatuur is een literatuurfestival voor leerlingen uit de bovenbouw van het voortgezet onderwijs, dat om het jaar wordt gehouden in Rotterdam tijdens de Boekenweek. Sinds de eerste editie wordt het evenement bezocht door rond de vijfduizend scholieren en hun docenten van scholen uit het hele land. Op het eendaagse festival komen schrijvers, cabaretiers, acteurs en artiesten. Schrijvers lezen voor uit eigen werk, en treden met anderen op in talkshows. Er zijn ook film- en theatervoorstellingen, veelal gebaseerd op Nederlandstalige literatuur, en andere ludieke acties zoals bijzondere prijsvragen. De edities van 1989 tot 1999 vonden plaats in het Congresgebouw Den Haag georganiseerd door de Stichting Bulkboek. Sinds 2001 wordt het festival gehouden in Rotterdam in het concert- en congresgebouw De Doelen. Achtergrond De Dag van de Literatuur is eind jaren 1980 ontstaan als onderdeel van de Boekenweek, en werd gehouden in het Congresgebouw Den Haag. Het werd georganiseerd door de Bulkboek-organisatie, die sinds begin jaren 1970 met de bulkboeken een nieuwe markt voor literatuur had geschapen. De doelgroep waren scholieren, later toegespitst op scholieren uit de bovenbouw van de HAVO en VWO. Het oorspronkelijke doel was om jonge lezers te interesseren voor literatuur, en later werd dat doel ook om jongeren eigen keuzes te leren maken uit het literatuuraanbod. De eerste editie van de Dag van de Literatuur werd een half jaar eerder aangekondigd middels een persconferentie in Amsterdam. Het grote nieuws was ook, dat zich zesduizend scholieren hadden opgegeven voor het festival. Het bezoekersaantal scholieren is met de jaren op dat pijl gebleven. In de tweede editie waren er duizend meer, maar dit stabiliseerde later op een kleine vijfduizend bezoekers per editie. De Boekenweek gaf elke editie het thema. De theatrale uitstraling eind jaren 1980 van het Boekenbal, de opening van de boekenweek, werd overgenomen en leidde tot eigen theatrale openingen. De vormgeving van het festival in Den Haag werd in 1989 en 1993 verzorgd door Chris Koolmees. Bij de eerste editie werd de dag gepresenteerd als "het grootste literaire evenement dat ooit in Nederland werd gehouden." Voor de grootschalige opzet van het eerste festival had de organisatie twee ton subsidie gekregen, en de betrokkenheid en medewerking van politiek Den Haag. In het nieuwe millennium is "Bulkboeks dag van de Literatuur" een van de instellingen en manifestaties, die in het kader van de Cultuurnota in de sector Letteren een jaarlijks subsidiebedrag krijgt toegekend. Na de eerste editie waren bandopnames van discussies tussen schrijvers later uitgezonden op Radio 5. De Stichting Bulkboek gaf nadien een krant uit over de festivaldag, en dergelijke representatie zijn de eerste edities gebleven. In 1992 werd er een speciale editie gehouden voor leraren Nederlands in samenwerking met de stichting Schrijvers School Samenleving uit Amsterdam, waar zo'n zeshonderd docenten deelnamen. Hieruit is de Dag van het Literatuuronderwijs ontstaan. De eerste jaren hield het festival de naam Bulkboek's Dag van de Literatuur. In 2007 is de Stichting Bulkboek opgegaan in de stichting Passionate Bulkboek en is het festival verplaatst van het Haags congresgebouw naar De Doelen in Rotterdam. Eerste edities van het festival in Den Haag Eerste edities in 1989 De eerste editie van de Dag van de Literatuur vond plaats op 1 maart 1989 in het Congresgebouw Den Haag in de Boekenweek. Het thema van de Boekenweek dat jaar was "Film en literatuur." Er was van tevoren aangekondigd, dat er tijdens het festival in Den Haag zo'n 25 schrijvers zouden optreden, waaronder Adriaan van Dis, Harry Mulisch en Marga Minco. Het programma speelde zich af op alle zes podia van het Congresgebouw. In de Haagse Congresgebouw in een eerste zaal lazen schrijvers voor uit eigen werk, in een tweede zaal vonden forumdiscussies plaats, en in een derde zaal werden toneelstukken opgevoerd. In een vierde en vijfde zaal, de Carel Willinkzaal en in de Rembrandtzaal, presenteerde Jack Spijkerman een open podium. Te gast waren hier bekende artiesten, waaronder Monique van de Ven, Barry Hay, Herman Brood en Joop Doderer, en politici als Wim Kok en Ruud Lubbers, in die tijd premier in het Kabinet-Lubbers II. Er was ook een veiling van boeken door Boudewijn Büch. Andere aanwezigen waren J. Bernlef, Remco Campert, Jules Deelder, Midas Dekkers, Renate Dorrestein, Maarten 't Hart, Heere Heeresma, A.F.Th. van der Heijden, Marijke Höweler, Mensje van Keulen, Yvonne Keuls, Tim Krabbé, Tom Lanoye, Tessa de Loo, Doeschka Meijsing, Jan Montyn, Ward Ruyslinck, Jos Vandeloo, Leon de Winter, Jan Wolkers en Koos van Zomeren. Uit de schrijverstrein aanwezig Op de dag vond ook een filmvertoning plaats van de film Als twee druppels water, een zwart/wit verfilming uit 1963 van De donkere kamer van Damokles van Willem Frederik Hermans. In 1969 had Freddy Heineken als eigenaar van de film verdere vertoning verboden, maar voor dit festival werd een uitzondering gemaakt. De uiteindelijk opening had plaatsgevonden door Minister Eelco Brinkman en Drs. P., die als twee sprookjesfiguren uit een reusachtig boek waren gestapt. Op het festival werd Het Rijnlands Lyceum Oegstgeest onderscheiden met de Bulkboektrofee voor hun videoclip van Het gouden ei van Tim Krabbé, die zelf de prijs uitreikte. De eerste editie was een succes. Een novum was dat scholieren Nederlandse schrijvers ontmoetten. Tweede editie in 1991 In 1990 hadden de leerlingen van het Praedinius Gymnasium uit Groningen zich aangemeld voor de nieuwe editie, naast vele andere scholen in het land. Een van de eerste schrijvers die was gestrikt voor de tweede editie was de Vlaamse schrijver Lieve Joris, die dat jaar samen met Cees Noteboom in de Boekenweek centraal stond. Dat jaar was er in het Haagse Congresgebouw in zeven zalen een ruim zes uur durend non-stop literair programma. De opening bestond uit een eenakter van de Hedy d'Ancona, toenmalig minister van cultuur, en Peter Faber, dat jaar kandidaat voor de Louis dOr. Er waren dat jaar 7.000 jongeren, een literaire programma onder leiding van Jack Spijkerman, een talkshow door Koos Postema, en films en toneelvoorstellingen met Gekke Witte van Anton Koolhaas en Het verdriet van België van Hugo Claus. Het filmprogramma dat jaar bestond uit films gebaseerd op Nederlandstalige literatuur. Zo werden Spoorloos, Hersenschimmen, Twee vorstinnen en een vorst en Zoeken naar Eileen vertoond. Presentatoren tijdens de 2e festival editie In de gangen tussendoor werden entre-acts opgevoerd van Vincent Bijlo, het cabarettrio De types, André Manuel, Jeroen van Merwijk en Verreck en Pleijsier. De deelnemende middelbare scholen waren dat jaar gestrikt voor een songtekstwedstrijd voor Frank Boeijen, die de winnende song ten gehore bracht. Boudewijn Büch prolongeerde zijn boekenveiling. De bekende schrijvers deelden handtekeningen uit. en lieten zich interviewen. Aanwezig waren wederom Remco Campert, Maarten 't Hart, A.F.Th, van der Heijden, Harry Mulisch, Cees Nooteboom en Jan Wolkers. Nieuw dat jaar waren Marion Bloem, Karel Eykman, Hella Haasse, Judith Herzberg, K. Schippers, F. Springer en Joost Zwagerman. Er waren opnieuw veel scholieren aanwezig. Het festival werd door Blanken in de NRC Handelsblad beschreven als "een methode om jongeren van een jaar of zeventien versneld kennis te laten maken met boeken. Zoiets als een schoolreisje naar Madame Tussaud, maar dan met een levende Harry Mulisch en een rondlopende, vriendelijk lachende Remco Campert..." Bij de opstart van de Kunstbende door het ministerie van WVC later in 1991 werd het idee van het festival overgenomen om cultuurpromotie onder jongeren te vergroten door directe uitnodiging aan scholen. De Bulkboek-organisatie zelf viert dat jaar zijn twintigjarige bestaan. Derde editie in 1993 De derde editie in februari 1993 werd weer maanden van tevoren aangekondigd, en toen was daarvoor weer grote belangstelling. Onder de Nederlandse en Vlaamse auteurs, die hadden toegezegd, waren wederom Boudewijn Büch, Renate Dorrestein, Hella Haasse en Adriaan van Dis. In die tijd hechtte Hella Haasse bijzonder belang aan leesbevordering van de eigen literatuur onder jongeren. Door de internationalisering in een Verenigd Europa vreesde ze uitholling van het Nederlands. "Nederlands is bedreigde taal in verenigd Europa," waarschuwde ze. Op de derde Dag van de Literatuur waren dertig schrijvers aanwezig in het Haagse Congresgebouw met 6500 betalende bezoekers. Schrijvers lazen voor en vertelden over hun werk. Zo vertelde Wim T. Schippers en Cox Habbema over hun 'literaire hartstochten.' Marijke Höweler bracht persiflages op schrijvers en recensies van hun werk. Over De Toverberg van Thomas Mann uit 1924 zei Höweler: In de voorleessessies las Jules Deelder het verhaal "Het Gitaarwonder" voor uit zijn bundel Jazz, in 1992 verschenen bij De Bezige Bij. Tom Lanoye las voor uit zijn roman Kartonnen dozen, die in 1991 was verschenen. En A.F.Th. van der Heijden las voor uit de roman De sandwich uit 1986. Speciale gast dat jaar was Loe de Jong, die na afronding van zijn Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog in 1991 werkte aan zijn memoires. Net de dag ervoor was het het eerste deel verschenen. Hij opende dat jaar het festival. In een talkshow werden schrijvers weer door scholieren ondervraagd. Er waren weer een aantal film- en theatervoorstellingen, en cabaret. Speciaal dat jaar mocht iedereen meewerken aan een speciaal festival-magazine. Naast de genoemde schrijvers waren ook Joost Zwagerman, Ben van der Burg en Bas Westerweel (als presentator) van de partij. Vierde editie in 1995 De vierde editie van Bulkboek's Dag van de literatuur vond plaats in de 60e Boekenweek. In het Haags Congresgebouw kwamen naast de vaste gasten Remco Campert, Jules Deelder, Adriaan van Dis, Renate Dorrestein, Hella S. Haasse, Maarten 't Hart, Marga Minco, Harry Mulisch en Joost Zwagerman, gevestigde schrijvers als Hugo Claus en Leon de Winter, en cabaretier Youp van 't Hek. Ronald Giphart, Debutanten tijdens de vierde editie Er was extra aandacht voor spraakmakende, nog onbekende of jonge auteurs, waaronder Carl Friedman, Ronald Giphart, Halil Gür, Hermine Landvreugd, Mustafa Stitou en Dirk van Weelden. Vijfde editie in 1997 De vijfde editie van de Dag van de Literatuur vond plaats in de Boekenwerk, die dat jaar het thema 'Goden en helden' had. het werd gehouden op 12 maart 1997 in het Haags Congresgebouw in zeven zalen, en werd bezocht door 6500 jongeren. Gedurende de Boekenweek dat jaar vonden er verder activiteiten plaats in onder andere Amsterdam, Assen, Den Bosch, Den Haag, Deventer, Didam, Hoorn, en Oosterwolde. Er was weer een keur aan gevestigde dichters en schrijvers met Bart Chabot, Hugo Claus, Jules Deelder, Hella S. Haasse, Tom Lanoye, Maarten 't Hart, Yvonne Keuls, Gerrit Komrij, Tim Krabbé, Jean Pierre Rawie, Joost Zwagerman en, in die tijd nog minder bekende namen als El Bezaz, Hafid Bouazza, Désanne van Brederode, Ronald Giphart, Jaap Scholten, Mustafa Stitou en Manon Uphoff. Als openingsact was er een optreden geweest van de Carmenian Gospel Singers. Er waren interviews met Gerard Reve en Henk Spaan en talkshows met Jules Deelder, Tom Lanoye en Naima El Bezaz. In plaats van de zieke Freek de Jonge trad Jomanda op, en ook televisiepresentator Martijn Krabbé en Huub van der Lubbe, zanger van De Dijk, waren te gast. Dit jaar waren er ook cabaretvoorstellingen van De Vliegende Panters en de Zeeuwse Mumtaz Jafri, die in 1995 het Cameretten cabaretfestival had gewonnen. Van de Amerikaanse film In Love and War uit 1996 geregisseerd door Richard Attenborough vond een voorpremière plaats. Zesde editie in 1999 Voor de zesde editie van Bulkboek's Dag van de Literatuur in 1999 hadden zich weer 6500 scholieren aangemeld. Er kwamen gesprekken met schrijvers als Kader Abdolah, Bart Chabot, Hugo Claus, Ronald Giphart, Yvonne Keuls en Tom Lanoye. Er was een interview van Herman Pleij over zijn roman 'Zandgrond' door Daan Cartens, en er waren optredens van Vincent Bijlo, Youp van 't Hek en Huub van der Lubbe. Dat jaar was er een openingsact van DJ TLM (Uncas Huges) met rapper Brainpower, die in 1988 de Grote Prijs van Nederland had gewonnen, en Rick van der Ploeg, toenmalig staatssecretaris voor cultuur en media in het Kabinet-Kok II. Een primeur dat jaar was ook de Nationale Literatuurquiz, die samen met de Volkskrant was ontwikkeld. Merkwaardig dat jaar was een dialoog tussen Jules Deelder en criticus Hans Goedkoop. Bij de literaire interviews was onder andere Daphne Deckers te gast, die werd ondervraagd over haar "literaire hartstochten." Er was een cabaretoptreden van Najib Amhali, en in een andere zaal een nieuw taalprogramma over Nederlands als tweede taal, stadtaal, streektalen en jongerentaal. Latere edities van het festival in Rotterdam Zevende editie in 2001 In 2001 vond de zevende editie van BulkBoek Dag van de Literatuur plaats in Rotterdam in De Doelen, en waren zowel Nederlandse als Vlaamse scholieren uitgenodigd. Er waren dat jaar muziek, film en dertig schrijvers en dichters, waaronder Kader Abdolah, Marion Bloem, Remco Campert, Jules Deelder, Ronald Giphart, Raoul Heertje, Tom Lanoye, Manon Uphoff en Joost Zwagerman. Het artikel in het NRC Handelsblad meldde, dat er "65.000 Nederlandse en Vlaamse scholieren" bezoekers waren, maar zat daarmee een factor 10 mis. De dag werd dat jaar geopende door de breakdance- groep 010 B Boys, en de toenmalige burgemeester van Rotterdam Ivo Opstelten. Op initiatief van het Comité Nationaal Monument Slavernijverleden was de schrijfwedstrijd "Vrijheid op papier" gehouden, en Adriaan van Dis verzorgde de prijsuitreiking hiervan. Achtste editie in 2003 In de editie van 2003 stonden op het programma de vaste gasten Remco Campert, Adriaan van Van Dis, Renate Dorrestein, Tom Lanoye en Joost Zwagerman. Nieuwe namen waren Kader Abdolah, René Appel, Kees van Beijnum, Naima El Bezaz, Oscar van den Boogaard, Tomas Lieske, Marcel Möring, Karel Glastra van Loon, Rascha Peper en Nilgün Yerli. Negende editie in 2005 Gasten op het festival waren onder andere Simon Vinkenoog en Spinvis in 2005. De ontmoeting tussen beiden leidde tot het Spinvis-album Ja!, uitgebracht in 2006. Tiende editie in 2007 De tiende editie in Rotterdam waren er weer terugkerende gasten, zoals Bart Chabot, Adriaan van Dis, Ronald Giphart, Youp van 't Hek, , Marcel Möring, Connie Palmen, Spinvis, Simon Vinkenoog en Joost Zwagerman. Er was dat jaar echter een bijzonder breed aanbod van verder deelnemende schrijvers, acteurs en musici van Kader Abdolah, René Appel, Karin van As, Kees van Beijnum, Abdelkader Benali, Hadassah de Boer, Khalid Boudou, Tijn Docter, Bracha van Doesburgh, Yahya Gaier, Al Galidi, Jan Joost van Gangelen, Sieger M. Geertsma, filmregisseur Marco van Geffen, Sophie van der Graaf (presentatie), Gummbah, Erik Jan Harmens, Sophie Hilbrand, Tjitske Jansen, Arthur Japin, Kluun, culturele duizendpoot Oscar Kocken, Geert Mak, Henca Maduro (presentatie), René Mioch, Murth Mossel, Paula van der Oest, Jet Sol, Vrouwkje Tuinman, Manon Uphoff, Noah Valentyn, Leon Verdonschot, Stijn Vranken, Sanne Wallis de Vries, Robert Jan Westdijk, Tommy Wieringa, Menno Wigman tot de WoordDansers, dat jaar benoemd tot eerste stadsdichters van Rotterdam. Verdere edities van het festival Op het festival van 2011 in de Rotterdamse De Doelen was ook werk te zien van de illustratoren Erwin Kho, Milan Hulsing, Erik de Graaf en Albo Helm. In 2015 wordt de dertiende editie van de Dag van de Literatuur geopend door Laurentien Brinkhorst. Er zijn dat jaar 4.500 bezoekers uit het land. Er treden zo'n vijfentwintig schrijvers op, en verschillende andere artiesten. In de 15e editie van 2019 waren er optredens van gevestigde namen, zoals Adriaan van Dis, Ronald Giphart, Arthur Japin, Joke van Leeuwen, Nelleke Noordervliet, Connie Palmen en Tommy Wieringa. De nieuwe generatie was vertegenwoordigd door Özcan Akyol, Thomas Heerma van Voss, Philip Huff, Lize Spit en Maartje Wortel. Externe link Dag van de Literatuur, website Dag van de Literatuur, Kenniscentrum Cultuureducatie Rotterdam Festival in Nederland Evenement in Rotterdam Literatuurfestival
Achtergrond De Dag van de Literatuur is eind jaren 1980 ontstaan als onderdeel van de Boekenweek, en werd gehouden in het Congresgebouw Den Haag. Het werd georganiseerd door de Bulkboek-organisatie, die sinds begin jaren 1970 met de bulkboeken een nieuwe markt voor literatuur had geschapen. De doelgroep waren scholieren, later toegespitst op scholieren uit de bovenbouw van de HAVO en VWO. Het oorspronkelijke doel was om jonge lezers te interesseren voor literatuur, en later werd dat doel ook om jongeren eigen keuzes te leren maken uit het literatuuraanbod.
1
doelgroep, doelgroepomschrijving, geografisch publiek
4,173
EventReservation
4316998
https://nl.wikipedia.org/wiki/VIA%20Gra
VIA Gra
VIA Gra (Russisch en Oekraïens: ВИА Гра) is een Oekraïens meidengroep bestaande uit Erika Herceg, Olga Meganskaja en Oeljana Sinetskaja. Geschiedenis Beginjaren Oprichter Dmitri Kostjoek was de eigenaar van de Oekraïense televisiezender Biz-TV, een van populairste muziekzenders in dat land. Naar het idee van meidengroepen zoals de Spice Girls wilde hij er zelf een creëren. Hij nodigde componist Konstantin Meladze uit, die toen als producer op zijn televisiekanaal werkte. Het eerste lid werd Aljona Vinnitskaja, die presentatrice was op Biz-TV. Via open audities probeerden Kostjoek en Meladze de twee andere leden te vinden. Dit werden in eerste instantie Joelia Mirosjnitsjenko en Marina Kasjtsjin. Het trio nam verschillende nummers op en begon zelfs aan de videoclip van hun toekomstige single, maar na een tijdje besloten Kostjoek en Meladze om met het project te stoppen. Later begonnen de twee opnieuw aan het project, waarbij ze dit keer van een duo uitgingen. Leadzangeres Aljona Vinnitskaja bleef en als tweede kwam Nadezjda Granovskaja. De eerder opgenomen liedjes werd opnieuw opgenomen en de videoclip voor hun debuutsingle werd opnieuw gefilmd. Over de oorsprong van de naam VIA Gra zijn verschillende theorieën. Het duo zou in eerste instantie Serebro heten. Later werd besloten dat de groep zijn huidige naam zou krijgen. VIA Gra is een woordspeling op de medische pil viagra. VIA kan namelijk in het Oekraïens ook staan voor Vocaal en instrumentaal ensemble en Gra is Oekraïens voor spelletje. Een andere theorie is dat het een afkorting is van de eerste twee leden van de groep. VIA zou staan voor de eerste twee letters van Vinnitskaja en de eerste letter van Aljona, Gra zou staan voor de eerste drie letters van de naam Granovskaja. De video voor hun eerste single Popytka № 5 werd voor het eerst vertoond op Biz-TV op 3 september 2000. Doordat de clip veel op het televisiekanaal verscheen werd het al vrij snel een hit in Oekraïne en haalden bij verschillende hitlijsten in dat land de toppositie. Op 31 augustus werd er een contract gesloten met Sony Music, voor vijf albums. Hierbij werd ook hun internationale naam Nu Virgos vastgesteld. In 2002 moest Granovskaja het duo verlaten vanwege zwangerschap. Kostjoek en Meladze wilden doorgaan met project, maar wilden niet dat Vinnitskaja het enige lid was van de groep. De twee maakten bekend dat ze open audities hielden om Granovskaja te vervangen. De winnaar van de audities werd model Tatjana Najnik. Zij had echter totaal geen ervaring met producenten, waardoor werd besloten om een derde lid te zoeken. Dit werd Anna Sedokova en daardoor was het voor het eerst dat Vinnitskaja niet alleen de leadzangeres was. In mei 2002 werd het liedje Stop! Stop! Stop! uitgebracht. Kort daarna, in september, kwam Granovskaja weer terug in de groep nadat ze was bevallen van een zoon. De producenten van de groep twijfelden of dit de juiste formatie kon zijn, de groep bestond nu namelijk uit vier leden. Ze besloten dat twee brunettes te veel waren voor één groep en daarom moest Najnik de groep verlaten. Gouden formatie Januari 2003 verliet Vinnitskaja de groep, waardoor Anna Sedokova weer de enige leadzangeres werd. De groep werd versterkt door Vera Brezjneva. De formatie Sedokova-Brezjneva-Granovskaja wordt ook wel de Gouden formatie genoemd vanwege het grote succes dat deze bezitting binnenhaalde. Deze formatie bracht het derde album Stop! Stop! Stop! uit, het album werd in Rusland en Hongkong met goud bekroond en in Thailand met platina. De groep ging later dat jaar op promotietour naar Japan. De groep had daar succes en had van het laatste album al binnen drie dagen 30000 exemplaren verkocht. De groep toonde interesse om Rusland te vertegenwoordigen op het Eurovisiesongfestival 2004, maar een producer van Pervyj Kanal maakte al vrij snel duidelijk dat dit niet het geval zou zijn. In 2004 werd een Engelse versie van het nummer Stop! Stop! Stop! opgenomen. Dit liedje haalden ook de hitlijsten buiten de voormalige Sovjet-Unie, onder andere in Noorwegen, Finland en Israël. Schandalen en jubileum Mei 2004 verliet Sedokova de groep vanwege haar zwangerschap. Ook al was Sedokova erg geliefd bij fans en muziekexperts, een vervanger werd echter wel gekozen: Svitlana Loboda. Door de vele kritiek op haar en de vergelijkingen met Sedokova, besloot Loboda in september 2004 uit de groep te stappen. Albina Dzjanabajeva werd de nieuwe leadzangeres. Tijdens deze formatie liep het contract met Sony Music af en de platenmaatschappij wilde geen nieuw contract voor de groep. Eind 2005 kwam de groep in de problemen. De producenten wilden met het project stoppen vanwege een gebrek aan creativiteit, daarbij zou hebben gespeeld dat zowel Granovskaja als Brezjneva met de groep wilden stoppen. Nadat deze problemen grotendeels opgelost waren verliet Granovskaja alsnog de groep. Daardoor werden er weer audities gehouden voor een nieuw derde groepslid. De audities werden gewonnen door Olga Korjagina, maar zij kwam niet in de groep. Het nieuwe lid werd Hristina Kots-Hoblib. Doordat Kots-Hoblib en de twee andere leden van de groep het niet met elkaar konden vinden werd Olga Korjagina toch toegelaten en verliet Kots-Hoblib de groep. De volgende jaren haalden de groep maar matige prestaties in de hitlijsten. Korjagina verliet de groep in april 2007 en Brezjneva een paar maanden later. De groep bestond tot maart 2008 uit een duo tussen Albina Dzjanabajeva en Meseda Baraoedinova, daarna werd het samen met Tatjana Kotova weer een trio. Het was de enige keer dat VIA Gra volledig uit Russinnen bestond. In 2008 was er een groot schandaal rond de producenten en een aantal van de huidige en voormalige groepsleden. Sedokova, Najnik en Loboda gaven in verschillende interviews aan dat ze problemen hadden gehad met de producenten, die onfatsoenlijk tegen hen waren geweest. Tijdens het Oekraïense programma Tolko pravda, waarbij deelnemers aan een leugendetector worden gezet en vragen worden gesteld, kreeg Svitlana Loboda de vraag of ze een intieme relatie moest hebben met een van de producenten om in VIA Gra te komen en er in te blijven. Loboda gaf aan dat dat niet zo was, maar de leugendetector gaf aan dat ze loog. Later werd bekend dat Albina Dzjanabajeva een zoon van Valeri Meladze had gehad gekregen in 2004. Valeri Meladze was de broer van Konstantin Meladze en had in die tijd verscheidene duetten met de groep gemaakt. Daarbovenop was Meladze toentertijd getrouwd en had met zijn vrouw al drie kinderen. Toen in 2009 Granovskaja besloot om weer terug te komen in VIA Gra moest Meseda Baraoedinova de groep verlaten. Na vele problemen met het producententeam en een slechte relatie met haar medelid Albina Dzjanabajeva verliet Kotova de groep ook. Dit keer werd de vervanger zonder audities gekozen. Het werd Eva Boesjmina, die eerder dat jaar Fabrika Zirok in Oekraïne had gewonnen. 6 november 2010 werd er een groot concert ter ere van het tienjarig jubileum van de groep gehouden. Naast de toen huidige leden, traden er ook een aantal voormalige leden van de groep op. De leden die in het verleden kritiek hadden getoond op de producenten zoals Loboda en Kotova waren niet welkom. Ook Kots-Hoblib en Najnik waren niet uitgenodigd. Einde originele VIA Gra Begin 2011 deden roddels de ronde dat VIA Gra snel zou stoppen. De populariteit van de groep was in de jaren ervoor sterk gedaald en de producenten konden de concerttickets aan de straatstenen niet kwijtraken. Van de tachtig geplande concerten in Oekraïne vonden er maar vijftien plaats. Ook trok Dmitri Kostjoek, een van de medeoprichters, zich terug als producer van de groep. November 2011 moest Granovskaja de groep weer verlaten vanwege zwangerschap. Zo werd Santa Dimopoulos lid van de groep, die ook had deelgenomen aan Fabrika Zvozd in het seizoen van Eva Boesjmina. Konstantin Meladze had kort daarvoor al bekendgemaakt dat Albina Dzjanabajeva de groep binnen een halfjaar zou gaan verlaten om een solocarrière te starten. Op 25 november 2012 maakte Konstantin Meladze officieel bekend dat de groep zou stoppen per 1 januari 2013. Het duo Dzjanabajeva-Boesjmina zou tot die tijd VIA Gra blijven en er zouden geen nieuwe veranderingen komen in de opstelling. Nieuwe VIA Gra Begin december 2012 werd bekend dat het concept VIA Gra echter niet zou stoppen. Er zou namelijk een televisieshow komen waarin er drie nieuwe leden voor VIA Gra gevonden zouden worden. Dit werd de show Chotsjoe v VIA Gra (Russisch voor Ik wil in VIA Gra) die in vier verschillende landen (Rusland, Oekraïne, Wit-Rusland en Kazachstan) zou worden uitgezonden. In deze landen werden ook de audities gehouden. Op 23 oktober 2013 werden de drie Oekraïense zangeressen Erika Herceg, Misja Romanova en Anastasia Kozjevnikova met een meerderheid van de stemmen verkozen tot de nieuwe leden. Hun debuutsingle werd het nummer Peremirie, wat een nummer 1-hit werd in Oekraïne. De videoclip van hun tweede single Oe menja pojavilsja droegoj werd een van de meeste bekeken Russische video's op YouTube in 2014. In 2015 bracht de nieuwe formatie haar eerste album uit, een verzamelalbum van zowel oude als nieuwe VIA Gra nummers. In 2018 verliet zowel Romanova als Kozjevnikova de groep. Romanova wilde een familie beginnen en Kozjevnikova wilde solo verder. Ze werden vervangen door de Russinnen Olga Meganskaja en Oeljana Sinetskaja. Controverses In de tijd dat de televisieshow waarin de nieuwe leden van VIA Gra werden gezocht plaatsvond, vonden ook audities van Kostjoek plaats om ook een nieuwe VIA Gra op te richten. Hij had immers de rechten op alle muziek van VIA Gra en ook op de naam. Uit deze audities werden ook weer drie nieuwe zangeressen gekozen: Darja Medovaja, Darja Rostova en Ajna Vilberg.. Beide nieuwe VIA Gra's kwamen tot stand in oktober 2013. Medovaja, Rostova en Vilberg brachten samen drie singles uit, voordat Rostova en Vilberg in maart 2014 de groep verlieten.. Hiervoor kwamen twee nieuwe zangeressen in de plaats: Jelena Tolstonogova en Irina Ostrovskaja. Tijdens een rechtszaak in maart 2015 werd Kostjoek het patent op de naam VIA Gra geweigerd. Het project van Kostjoek is mede daardoor juni 2015 stopgezet. Censuur De groep heeft in het verleden kritiek gekregen, vooral over hun seksuele imago, weinige kleding en hun soms vrij erotische dansroutines en videoclips. De videoclip van het liedje Biologia is verboden om vertoond te worden in Wit-Rusland. Discografie Albums Popytka № 5 (2002) Stop! Snjato! (2003) Stop! Stop! Stop! (2003) Biologia (2003) L.M.L. (2005) Vsjo loetsjeje v odnom (2015) Oekraïense band
Einde originele VIA Gra Begin 2011 deden roddels de ronde dat VIA Gra snel zou stoppen. De populariteit van de groep was in de jaren ervoor sterk gedaald en de producenten konden de concerttickets aan de straatstenen niet kwijtraken. Van de tachtig geplande concerten in Oekraïne vonden er maar vijftien plaats. Ook trok Dmitri Kostjoek, een van de medeoprichters, zich terug als producer van de groep.
1
evenementreservering, concertticket, reserveringsbevestiging
2,453
Demand
2542674
https://nl.wikipedia.org/wiki/Special%20Extra%20Export%20Stout
Special Extra Export Stout
Special Extra Export Stout is een Belgisch bier. Het bier wordt gebrouwen door De Dolle Brouwers te Esen (een deelgemeente van Diksmuide). Special Extra Export Stout is een donkere stout met een alcoholpercentage van 9%. Het bier werd aanvankelijk gebrouwen op vraag van de Amerikaanse invoerder van de brouwerij. Het wordt nu enkele keren per jaar gebrouwen met dezelfde gisting als Oerbier. Zie ook Lijst van Belgische bieren Lijst van Belgische brouwerijen Lijst van Belgische bierfirma's Belgische biercultuur Externe links Website van de brouwerij Belgische stout Diksmuide
Special Extra Export Stout is een donkere stout met een alcoholpercentage van 9%. Het bier werd aanvankelijk gebrouwen op vraag van de Amerikaanse invoerder van de brouwerij. Het wordt nu enkele keren per jaar gebrouwen met dezelfde gisting als Oerbier.
1
vraag, vraag naar goederen, vraag naar diensten
1,941
Flight
3849471
https://nl.wikipedia.org/wiki/Piedmont%20Triad%20International%20Airport
Piedmont Triad International Airport
Piedmont Triad International Airport is een luchthaven ten westen van Greensboro in de Amerikaanse staat North Carolina. Ze bedient het gebied rond de steden Greensboro, Winston-Salem en High Point dat de Piedmont Triad wordt genoemd. De luchthaven is bereikbaar via de Interstate 40. De luchthaven wordt gebruikt voor binnenlandse vluchten. Er zijn dagelijks meerdere shuttle-vluchten naar Charlotte en Atlanta met aansluiting op het internationaal vliegverkeer. De luchthaven heeft twee parallelle landingsbanen, met de terminalgebouwen ertussenin, en een derde kortere baan die loodrecht op de twee andere is aangelegd. De Honda Aircraft Company, die de Honda HA-420 HondaJet bouwt, heeft er haar hoofdzetel. De luchthaven is tevens een regionale hub van FedEx. Geschiedenis In 1927 werd het vliegveld met een grasbaan in gebruik genomen onder de naam Lindley Field. De eerste passagier vloog van het vliegveld in juli van dat jaar. In 1935 werd het door de Amerikaanse overheid gesloten vanwege twee bijna-ongevallen. Het heropende in 1937 met twee verharde landingsbanen van 830 meter. In de Tweede Wereldoorlog werd het door het United States Army Air Corps gebruikt. In de jaren 1950 werd de luchthaven uitgebreid, de landingsbanen verlengd en een nieuw terminalgebouw geopend. In 1982 werd een volgende nieuwe terminal geopend. FedEx opende in 2009 haar mid-Atlantic Hub op de luchthaven en in 2010 werd de tweede parallelle landingsbaan van 3.000 meter lengte in gebruik genomen, zodat er voortaan tegelijk vliegtuigen konden landen en opstijgen. Vliegveld in de Verenigde Staten Verkeer en vervoer in North Carolina
De luchthaven wordt gebruikt voor binnenlandse vluchten. Er zijn dagelijks meerdere shuttle-vluchten naar Charlotte en Atlanta met aansluiting op het internationaal vliegverkeer.
2
vlucht, lijnvlucht, vliegtuigreis
8,734
AboutPage
1445062
https://nl.wikipedia.org/wiki/Tubular%20Bells
Tubular Bells
Tubular Bells (Engels voor "buisklokken") is het debuutalbum van de Britse muzikant Mike Oldfield. Het album werd uitgebracht in 1973. Het werd geschreven door Mike Oldfield, die ook de meeste van de instrumenten bespeelde. Geschiedenis Toen Oldfield het album had uitgewerkt, ging hij er meerdere platenlabels mee langs, maar werd steeds afgewezen, veelal omdat de labels vonden dat de muziek niet goed in de markt zou liggen. Het album bevat namelijk geen lyrics of losse nummers en de hele eerste kant van de lp bevat geen drums. Toen Oldfield zijn demo's liet horen bij opnamestudio The Manor House, vonden de technici en ook hun baas Richard Branson dat Oldfield een kans verdiende om zijn album op te nemen. Het album werd door Virgin Records, het destijds nieuwe platenlabel van Branson, uitgebracht als de allereerste productie van dat label, vandaar dat het het catalogusnummer V2001 kreeg, hoewel V2002 en V2003 op dezelfde dag werden uitgebracht. Toen John Peel het hele album in zijn radioshow speelde, kreeg het album veel aandacht. Tubular Bells kwam eind mei 1973 uit, toen Mike Oldfield twintig jaar was. Het album verkocht 2 miljoen exemplaren op de Britse thuismarkt en 15 tot 17 miljoen exemplaren wereldwijd. Het werd een gouden plaat in Amerika en werd bekroond met een Grammy Award voor beste instrumentale compositie in 1974. Mike Oldfield bespeelt zelf het merendeel van de instrumenten op de opname, door ze een voor een op te nemen en ze vervolgens te mixen (overdubbing), een techniek die hij op latere opnamen zou herhalen. De stijl van Tubular Bells is veelzijdig. Het album bestaat uit een soort combinatie van meerdere stijlen. Naar voren komen in elk geval de stijlen rock, new age, folk, ambient en blues. Het openingsthema van Tubular Bells, dat onder andere in de film The Exorcist werd gebruikt, gaf het album veel publiciteit en werd een soort herkenningstune voor het hele album. Met name door dit openingsthema is het album bekend geworden en velen hebben het thema later gebruikt, onder wie Janet Jackson in haar lied Velvet Rope. Ook op televisie is het regelmatig te horen geweest, bijvoorbeeld in Bassie en Adriaan en Moonlighting. Volkswagen gebruikte het thema in een advertentie in 2003. Tevens werd het in Scary Movie 2 gebruikt. Mike Oldfield kreeg van Richard Branson maar beperkte opnametijd in The Manor, zodat Tubular Bells met veel haast of 's nachts werd opgenomen. De eerste kant werd opgenomen in een week tijd, de tweede kant werd vooral 's nachts opgenomen, of op momenten dat er geen andere artiesten in de studio hoefden op te nemen. Om deze reden is er in 2003, toen het album dertig jaar bestond, een nieuwe opname van het album verschenen onder de titel Tubular Bells 2003. In de jaren 90 heeft Oldfield drie vervolgen op Tubular Bells gemaakt: Tubular Bells II (1992), Tubular Bells III (1998) en The Millennium Bell (1999). Een orkestrale versie van Tubular Bells gearrangeerd door David Bedford, The Orchestral Tubular Bells, werd in 1975 uitgebracht. Tubular Bells kent verschillende uitgaven. In 1983 werd het album voor het eerst uitgebracht op cd. Een jubileum-editie kwam in 1998 uit vanwege het 25-jarig jubileum van het album. In 2000 werd de geremasterde editie uitgebracht. Oldfield kreeg in 2008 de rechten over Tubular Bells terug van Virgin Records, 35 jaar na de release, zodat in juni 2009 een opnieuw gemixte en gemasterde editie met bonusmateriaal werd uitgebracht op Mercury Records, Oldfields huidige platenlabel. Dat er buisklokken op het album te horen zijn, is eigenlijk toeval. De buisklokken stonden nog van de vorige muzikant in de studio, en Oldfield vroeg of hij ze ook kon gebruiken. Uiteindelijk waren het deze buisklokken die de naam Tubular Bells aan het album gaven. Tracklist "Tubular Bells Part One" – 25:31 "Tubular Bells Part Two" – 23:20 Bezetting Mike Oldfield Akoestische gitaar, basgitaar, elektrische gitaar, Farfisa-orgel, Hammondorgel, flageolet, fuzz gitaar, klokkenspel, ontstemde piano, mandoline, piano, "Piltdown Man", percussie, Spaanse gitaar, "double speed" gitaar, "taped motor drive amplifier organ chord", pauken, viool, zang en buisklokken (tubular bells). Andere muzikanten Steve Broughton - percussie Lindsay L. Cooper - bas Mundy Ellis - zang Jon Field - fluiten Sally Oldfield - zang Vivian Stanshall - Master of Ceremonies Nasal Choir Manor Choir (Simon Heyworth, Tom Newman, Mike Oldfield) Albumhoes In de dagen dat Tubular Bells werd opgenomen, hadden de meeste platen een korte tekst op de hoes, die vertelde dat de plaat opgenomen was in stereo, maar ook op mono-apparatuur afgespeeld kon worden. In het Engels was deze tekst: This stereo record can be played on mono reproducers provided either a compatible or stereo cartridge wired for mono is fitted. Recent equipment may already be fitted with a suitable cartridge. If in doubt consult a dealer. Mike Oldfield stak een beetje de draak met deze tekst door op de hoes van Tubular Bells de volgende tekst te laten afdrukken: This stereo record cannot be played on old tin boxes no matter what they are fitted with. If you are in possession of such equipment please hand it into the nearest police station. Opnamesessies Part 1 werd opgenomen in een week tijd in de The Manor Studio van de oprichter van Virgin Records, Richard Branson. Oldfield gebruikte de studio na de sessies van John Cale en precies voor Bonzo Dog Doo-Dah Band. De werktitel die Mike Oldfield gebruikte was Opus One; Richard Bransons idee was om het Breakfast in Bed te noemen. Een van de mogelijke afbeeldingen voor de hoes was een gekookt ei waar bloed uit droop. Uiteindelijk werd deze afbeelding gebruikt op de latere hoes van het album Heaven's Open. Mike Oldfield speelde de tune van Sailor's Hornpipe al jarenlang met Kevin Ayers in de band The Whole World, waar Oldfield eerder basgitaar speelde. De enige elektrische gitaar op die op het album is gebruikt is een Fender Telecaster (serienummer 180728) die oorspronkelijk aan Marc Bolan toebehoorde. Mike Oldfield had de gitaar aangepast door er een extra pickup aan toe te voegen (ontworpen door Bill Lawrence). Hij heeft de gitaar later verkocht en heeft de opbrengst aan een goed doel geschonken. Volgens Oldfield kwam het gebrul van de "Piltdown Man" pas aan het eind, toen hij al klaar was met de instrumentale opnamen. Hij miste nog iets en voegde de "Piltdown Man" toe door in de microfoon te schreeuwen terwijl de bandrecorder op hogere snelheid liep. Het album is opgenomen op een Ampex 2" 16-sporenrecorder, op dat moment de standaard opnameapparatuur van de The Manor-studio. Het geluid voor de "double speed"-gitaar werd gemaakt door de bandrecorder tijdens de opnamen op halve snelheid te laten lopen. Oldfield gebruikte ook speciale effecten, bijvoorbeeld de Glorfindel box, om de doedelzak-distortion te krijgen op bepaalde stukken van het album. David Bedford had de Glorfindel box gekregen op een feestje, waarna hij het doorgaf aan Oldfield. Tom Newman bekritiseerde het ding in een interview in 2001 met het tijdschrift Q, omdat het nooit een tweede maal hetzelfde resultaat gaf. De gebruikte buisklokken (tubular bells) waren door een instrumentenverhuurbedrijf achtergelaten, na de opnamesessies van John Cale, op speciaal verzoek van Mike Oldfield. Vivian Stanshall, die ten tijde van de opnamen in The Manor House verbleef, was gevraagd om de instrumenten op te noemen die aan het eind van Part 1 het thema spelen. De wijze waarop hij plus... Tubular Bells zei, inspireerde Mike Oldfield om het album deze naam te geven. Zijn aankondiging van de instrumenten luidt: "Grand piano; reed and pipe organ; glockenspiel; bass guitar; double speed guitar; two slightly distorted guitars; mandolin! Spanish guitar, and introducing acoustic guitar, plus... tubular bells." Single "Mike Oldfield's Single" was de eerste 7" die door Mike Oldfield werd uitgebracht, in juni 1974. Deze single werd uitgebracht als antwoord op een niet door Mike Oldfield geautoriseerde singlerelease in Amerika. Demo Mike Oldfield nam de demo op in zijn flat in Tottenham, Londen in 1971. Hij gebruikte hiervoor een Bang & Olufsen Beocord 1/4" bandrecorder die hij geleend had van Kevin Ayers. Hij kon zijn eerdere opnamen overdubben door de wiskop van de bandrecorder te blokkeren. De demo's hadden titels als "Tubular Bells Long", "Caveman Lead-In", "Caveman", "Peace Demo A" and "Peace Demo B", welke op een dvd-audio-uitgave van Tubular Bells 2003 werden uitgegeven. Versies In de loop der jaren zijn naast de originele opname verschillende andere versies van Tubular Bells verschenen. In 1974 verscheen een versie van Tubular Bells, uitgevoerd door een door David Bedford gedirigeerd orkest met Mike Oldfield op akoestisch gitaar. Ook muzikale varianten op het originele thema verschenen onder de titels Tubular Bells II en III in respectievelijk 1992 en 1998. In 2003 is het stuk in z'n geheel opnieuw uitgevoerd en uitgebracht onder de naam Tubular Bells 2003. In 2009 verschijnt The Ultimate Edition met tal van verschillende mixages en niet eerder uitbracht materiaal. Computerspellen Commodore 64 Samen met een softwarehuis en distributeur NuWave bracht Oldfield in 1986 een interactieve Commodore 64-versie uit van een gearrangeerde Tubular Bells, die de geluids-chip van de Commodore 64 gebruikte om het album versimpeld af te spelen. Er waren simpele 2D-visualisaties die de muziek ondersteunden. De interactiviteit kwam niet verder dan het instellen van het volume, het instellen van de snelheid van de animaties en het springen naar een willekeurig deel van het album. Maestro In 2004 heeft Oldfield een virtual-realityproject gelanceerd met de naam Maestro, dat muziek bevat van de vernieuwde opnamen van het album Tubular Bells. Na Tres Lunas was dit het tweede spel dat onder het MusicVR-label werd uitgebracht door Mike Oldfield. Externe links Tubular Bells op Discogs Informatiepagina op mikeoldfield.org Muziekalbum van Mike Oldfield Muziekalbum uit 1973 Muziekalbum uitgegeven door Mercury Records Muziekalbum uitgegeven door Virgin Records Muziekalbum verschenen op sacd
Externe links Tubular Bells op Discogs Informatiepagina op mikeoldfield.org
1
over ons, over deze site, informatiepagina
5,896
APIReference
2064873
https://nl.wikipedia.org/wiki/Ford%20GPA
Ford GPA
De Ford GPA was een amfibievoertuig gebaseerd op de bekende jeep uit de Tweede Wereldoorlog. Bij een geallieerde landing vanuit zee en bij het oversteken van rivieren zou een varende jeep zijn waarde kunnen bewijzen. Het ontwerp was echter geen succes; het voertuig was te zwaar en was zowel in het water als op het land moeilijk hanteerbaar. De Seep was wel de basis voor de latere en meer succesvolle amfibievrachtwagen, de DUKW. De afkorting GPA staat voor: G is van government (overheid) P voor een wielbasis van 80 inch (213 cm) A voor amfibisch. De officiële type aanduiding was: QMC-4 ¼ Ton Truck Light Amphibian. Geschiedenis en ontwikkeling De jeep was aan het begin van de Tweede Wereldoorlog al in productie genomen. In maart 1941 werd het Amerikaanse National Defense Research Committee (NDRC) gevraagd de mogelijkheden te onderzoeken van een amfibische jeep. Deze varende jeep, ook wel Seep van Sea Jeep genoemd, zou een belangrijke rol kunnen spelen in de strijd tegen het Duitse leger in Europa. Er werd rekening gehouden dat veel bruggen vernield zouden zijn en een varende jeep zou een uitkomst kunnen bieden. In juni 1941 werd de opdracht voor een ontwerp verstrekt aan Sparkman & Stephens, een ontwerper van jachten. Het voertuig zou maximaal 1.200 kg mogen wegen. In het najaar van 1941 waren de tekeningen klaar en het Amerikaanse defensiebedrijf Marmon-Herrington werd gevraagd een prototype te bouwen. In december 1941 werd het prototype gepresenteerd; met een gewicht van bijna 1.700 kilogram was het voertuig echter veel te zwaar. In diezelfde maand werd automobielbedrijf Ford ook gevraagd een prototype te bouwen. Ford voorzag de standaard Ford GPW van een waterdichte romp, een schroef en een roer. In februari 1942 werd het Ford model getoond en in april kreeg Ford al de opdracht om 5.000 exemplaren te produceren. In dienst Het voertuig was niet uitgebreid getest en in de praktijk vielen de prestaties tegen. Met een eigen gewicht van 1.600 kg was het het voertuig 400 kg zwaarder dan verwacht. De grootte van de romp was hiervoor niet aangepast waardoor de seep laag in het water lag. Hierdoor kon minder vracht en passagiers, maximaal vier naast een chauffeur, worden meegenomen. Het voertuig was ook alleen te gebruiken bij kalm weer en lage golven. De seep was wel voorzien van een pomp om naar binnen gestroomd water eruit te pompen. De belangrijkste taak van de seep om soldaten en vracht van schepen naar de wal te brengen kwam hierdoor in het geding. Eenmaal op land was de seep ook te zwaar en bleef daardoor vaak in het zand steken. Medio 1943 werd de productie al gestaakt. In total waren circa 12.800 Seeps geproduceerd. De seep heeft een rol gespeeld bij de landing op Sicilië. Verder zijn de seeps gebruikt bij de landing in Normandië, in Nederland en bij de strijd in de Grote Oceaan. Veel seeps zijn onder de Amerikaanse Leen- en Pachtwet ook aan de Sovjet-Unie geleverd. Bij het Rode Leger waren de ervaringen met het voertuig beter, met name bij het oversteken van rivieren. Naoorlogse Sovjet versie - GAZ-46 MAV Vanwege het succes van de seep, besloot het Sovjetleger na de oorlog een eigen voertuig te produceren. Zonder veel uiterlijke veranderingen werd de romp geplaatst op het chassis van een GAZ-67 4x4 jeep. In 1952 werd een tweede versie ontwikkeld op basis van de UAZ-69 jeep, de GAZ-46 MAV. De MAV (Russisch, малый автомобиль водоплавающий, ofwel klein drijvend voertuig) werd ook bij andere Warschau Pact landen gebruikt. Hieronder nog enkele technische gegevens van de GAZ-46 MAV: Motor: Merk/type: M 20, 4-cilinders Brandstof: benzine Vermogen: 55 pk bij 3.600 toeren per minuut Afmetingen en gewichten: Lengte voertuig: 5,06 meter Hoogte voertuig: 2,04 meter Breedte voertuig: 1,74 meter Gewicht (leeg): 2 ton Maximaal toegestaan laadvermogen: 0,5 ton Prestaties Maximumsnelheid op land: 90 km/h Maximumsnelheid in water: 9 km/h Inhoud brandstoftank: 90 liter Bereik op land: 500 kilometer Zie ook DUKW Volkswagen Schwimmwagen Externe links Olive Drab informatie over Ford GPA "This Jeep Can Swim" , Juni 1943, Popular Science Technische handleiding Ford Amfibische jeep, ¼ ton, 4x4 Militair voertuig Amerikaans gevechtsvoertuig in de Tweede Wereldoorlog Technologie tijdens de Tweede Wereldoorlog
Externe links Olive Drab informatie over Ford GPA "This Jeep Can Swim" , Juni 1943, Popular Science Technische handleiding Ford Amfibische jeep, ¼ ton, 4x4
1
API-documentatie, programmeerinterfaces, technische handleiding
991
PublicationVolume
1411291
https://nl.wikipedia.org/wiki/Biographie%20Nationale
Biographie Nationale
De Biographie Nationale (afgekort BN) is een Franstalig biografisch woordenboek dat tussen 1866 en 1986 werd uitgegeven door de Académie royale de Belgique. In het woordenboek zijn de biografieën van overleden bekende (en minder bekende maar wel vermeldenswaardige) Belgen en personen die leefden op het grondgebied van het huidige België opgenomen. Ontstaan In 1845 werd de toenmalige Académie des sciences et des lettres gereorganiseerd door minister van Binnenlandse Zaken Van de Weyer die tevens eerste minister was. Er werd een klasse Schone Kunsten toegevoegd en op 1 december 1845 werd een Koninklijk Besluit van kracht waarin de Academie de opdracht kreeg om een nationaal biografisch woordenboek voor België te publiceren. Er werd een commissie opgericht maar de eerste pogingen leverden niets op. In 1848 riep Adolphe Quételet die deel uitmaakte van deze commissie nogmaals op om te starten met de Biographie Nationale. Na verscheidene aanmaningen van onder andere minister Rogier werd er dan in 1859 gestart met de voorbereidingen. Er werd een nieuwe commissie geïnstalleerd onder leiding van baron de Saint-Genois. De commissie stelde een lange lijst op met personen die dienden vermeld te worden in het naslagwerk en vanaf 1860 werden de auteurs geselecteerd om de biografieën te schrijven. In 1866 verscheen het eerste boekdeel van de Biographie Nationale. Uitgaven De lijst die in 1860 opgesteld was, werd verwerkt in 27 boekdelen. Doorheen de 72 jaar die het verschijnen van deze boekdelen in beslag nam werd de lijst volledig alfabetisch afgewerkt. Per letter was er ongeveer 1 boekdeel voorzien. Hoewel de Académie royale de Belgique officieel tweetalig was, bleef het biografisch woordenboek enkel in het Frans verschijnen. De twee laatste boekdelen met de letters W en Z verschenen in 1938, net voordat de Vlaamse Academiën gesticht werden. Deze zouden later zelf het Nationaal Biografisch Woordenboek gaan publiceren als tegenhanger van de Biographie Nationale. In 1944 verscheen nog boekdeel 28 dat een index was van de vorige 27 boekdelen. Wegens de Tweede Wereldoorlog was dit boekdeel met enkele jaren vertraging verschenen. Daarmee werd een voorlopig einde gemaakt aan het verschijnen van de Biographie Nationale. Nadat de Vlaamse Academiën bekendmaakten met een eigen biografisch woordenboek te willen starten, nam ook de Franstalige academie terug de draad op. Vanaf dan werden de boekdelen als supplementen gepubliceerd. Elk supplement behandelde een volledig alfabet nieuwe biografieën. Het eerste supplement, boekdeel 29, verscheen in 1956, het 16de en laatste supplement, boekdeel 44, verscheen in 1986. Einde In oktober 1986 besliste de Franstalige academie om een einde te maken aan de publicatie van de Biographie Nationale omdat het oude concept, dat sinds 1866 nauwelijks aangepast was, niet meer beantwoordde aan de behoeften van dat moment. Er waren op dat moment 12.086 biografieën in 44 boekdelen verschenen. Om het Koninklijk Besluit van 1845, dat stelde dat de academie belast was met de publicatie van een nationaal biografisch woordenboek, te respecteren werd er gelijktijdig beslist om te starten met een nieuwe reeks volgens een nieuw en moderner concept. Dit naslagwerk werd vanaf 1988 gepubliceerd onder de naam Nouvelle Biographie Nationale. Externe links Lijst met alle beschreven personen uit de Biographie Nationale en de Nouvelle Biographie Nationale Gedigitaliseerde versie Naslagwerk Biografie
In 1944 verscheen nog boekdeel 28 dat een index was van de vorige 27 boekdelen. Wegens de Tweede Wereldoorlog was dit boekdeel met enkele jaren vertraging verschenen. Daarmee werd een voorlopig einde gemaakt aan het verschijnen van de Biographie Nationale. Nadat de Vlaamse Academiën bekendmaakten met een eigen biografisch woordenboek te willen starten, nam ook de Franstalige academie terug de draad op. Vanaf dan werden de boekdelen als supplementen gepubliceerd. Elk supplement behandelde een volledig alfabet nieuwe biografieën. Het eerste supplement, boekdeel 29, verscheen in 1956, het 16de en laatste supplement, boekdeel 44, verscheen in 1986.
4
publicatievolume, tijdschriftdeel, boekdeel
7,775
InviteAction
235835
https://nl.wikipedia.org/wiki/Stadsreus%20%28folklore%29
Stadsreus (folklore)
Een stadsreus is een grote figuur die een historisch of legendarisch personage, dier of fabelwezen uitbeeldt. Ze worden gedragen in stoeten en processies, hetgeen een zeer oude Europese traditie is. Anno 2023 leven er duizenden reuzen in Europa, waarvan het merendeel in Spanje en België te vinden is. Aangezien dat deze zelden naar buiten komen tijdens lokale feesten of evenementen, lokt hun aanwezigheid vaak kijklustigen en folkloreliefhebbers. Volgens sommigen moet een reus aan bepaalde voorwaarden voordoen, zo zijn de traditionele vorm, de grootte en het gebruik criteria die zich onderscheiden van een ordinaire pop. Een gehuwde mannelijke reus is bekend als een reuzegom. Figuren op stelten of grote poppen opgehangen aan touwen behoren niet tot de traditionele reuzenpopulatie. Deze recente ontwikkelingen zijn vaak commercieel geïnspireerd en beantwoorden niet aan de criteria van een plaatselijke folklore of oude traditie. Geschiedenis Reuzen bestaan al in Europa sinds eeuwen, en de huidige reuzenpopulatie blijft groeien. De oorspronkelijke reuzen verbeelden religieuze figuren en stapten mee in processies, waar ze een dramatische functie hadden. Een bekend figuur is Goliat, de reus die werd geveld door David. Ook de heilige Christoffel zag men weleens opduiken. Door de eeuwen heen veranderde dit gebruik; de katholieke kerk verloor haar greep op deze processies en de reuzen werden meer gebruikt als profaan symbool, sommige reuzen werden verbonden aan een gilde en/of beeldden een lokale legende uit. Al in de 13e eeuw zou de Spaanse stad Pamplona drie stadsreuzen hebben gehad: Pero Suciales, Mari Suciales en Jucef Lacurari. Ook de Portugese stad Alenquer zou rond die tijd al stadsreuzen hebben gehad. In 1398 verscheen de eerste stadsreus in Antwerpen, in 1424 te Barcelona, in 1447 te Bergen op Zoom, in 1461 te Leicester en in 1462 te Aat (Le Cheval Bayard in de Ducasse van Aat). De Franse Revolutie maakte een einde aan de feodaliteit en de macht van de kerk: er werden veel processies geschrapt en de reuzen vernietigd. Ook ambachten, gilden en broederschappen die voorheen een belangrijke rol speelden bij de zorg voor reuzen en ommegangen werden opgedoekt. Ten tijde van de Belgische staat keerden ze weer, maar ditmaal met een andere rol en betekenis. Vanaf dan beelden reuzen meer een verhalen en figuren uit de buurt of streek uit. De reuzen worden voornamelijk lokale symbolen die vaak een buurt of een vereniging vertegenwoordigen (bv. reus Djon van de Snorrenclub Antwerpen. Ommegang en Cavalcaden Het openbare leven van de reuzen speelt zich hoofdzakelijk af tijdens de cavalcades. In Vlaanderen en Brabant waren dit de hoogtepunten van het jaar: de reuzen verschenen alleen op dit ogenblik in het openbaar. De bekendste historische cavalcaden met reuzen zijn: De Ommegang van Brussel (1549) en Meyboom De Cavalcade van OLV-ten-Rhode De Ommegang van Lier: 25-jaarlijks De Ommegang van Namen De Ommegang van Ieper De Ommegang van Dendermonde De Ommegang van Bergen (Mons) De Ommegang van Leuven De Ommegang van Geraardsbergen De Ommegang van Antwerpen De Ommegang van Aat De Ommegang van Mechelen De Ommegang van Sint-Niklaas De meeste reuzentradities bepalen dat stadsreuzen nooit hun geboortestad mogen verlaten. Dit is onder meer het geval voor de reuzen van Aat, Geraardsbergen, Sint-Niklaas en Mechelen. Ook het Ros Beiaard van Dendermonde verlaat zijn stad niet. Dit fenomeen werd door de heemkundige Frans de Potter in 1870 als volgt beschreven: "...buiten zijn geboorteplaats gevoelt den Reus zich vreemd, hij wandelt buiten zijn erf rond als een onbegrepen genie!" Een historische uitzondering werd gemaakt naar aanleiding van de Wereld expo, toen werd een reuzenbijeenkomst gehouden, waarop tal van oude reuzen aanwezig waren. De Gildereuzen van Dendermonde verlaten hun geboortestad op verzoek. Tegen betaling bezoeken zij ook andere steden. Dit is een voorbeeld van financieel reuzen te laten opdraven als attractie. Hierdoor krijgen sommige reuzen veel kritiek, omdat zij aan hun geboortestad gebonden zijn en nooit hun "territorium" mogen verlaten. Een uitzondering wordt toegestaan als de reuzen uitgenodigd worden voor een reuzenhuwelijk of doopsel, en als daarbij als getuigen optreden. Vrijwilligers kunnen hier een flinke stuiver aan verdienen, omdat reuzen erkenning herwinnen. Naargelang de bekendheid van de reus dient men een vergoeding te vragen, ook de traditionele waarde is belangrijk. Recente ontwikkelingen Tegenwoordig laten ook heel wat wijken of groepen een reus bouwen, die ze in eigen beheer onderhouden. In de streek rond Aat worden ook miniatuur versies van de oude reuzen gebouwd door, en voor kinderen (mini-géants), dit pedagogisch project stimuleert de plaatselijke jeugd met dit erfgoed in dialoog te gaan. Verspreiding In Europa zijn er verschillende regio's waar deze folklore als immatrieel erfgoed levend zijn. De bekendste regio's bevinden zich in Frans-Vlaanderen, Vlaanderen, Wallonië, Catalonië, Balearen, Madrid en een paar regio's in Engeland en de alpen. Elke regio heeft zijn eigen karakteristieke eigenschappen en tradities. Elke regio heeft een overkoepelende structuur die de lokale folkloristen advies geeft en promoot. Bekende organisaties zijn "Reuzen in Vlaanderen", la Ronde des Géants (1977) en de "agrupacion de Colles geganters de Catalunia". Vlaanderen kent meer dan 1700 stadsreuzen. Meerdere steden hebben hun reuzen die de stad vertegenwoordigen. In november 2005 heeft UNESCO de reuzenoptochten van Brussel, Mechelen, Dendermonde, Aat en Bergen (zie ook Ducasse van Bergen) erkend als Immaterieel cultureel erfgoed. Het leven van de reus Een reus is niet zomaar een pop: hij of zij representeert een erfgoedgemeenschap. Een reus wordt dan ook vaak als echte inwoner van de stad of gemeente beschouwd. Reuzen worden niet gemaakt maar geboren, ze krijgen een doopakte of een plaats in het bevolkingsregister. Vervolgens worden ze feestelijk gedoopt en krijgen een peter en een meter. Reuzen kunnen ook onderscheidingen krijgen, zo draagt Ferdinand (zie foto) verscheidene eremedailles en draagt Sinterklaas een gulden medaille aan zijn koorkap. Andere reuzen krijgen dan een grootlint met de kleuren van het wapenschild van de stad. Soms sterft of verdwijnt een reus: door verval, door een tekort aan reuzenvrijwilligers of publieksbelangstelling. Sommige steden (zoals Mechelen en Antwerpen) zijn al eeuwenlang in het bezit van stadsreuzen en hun lot is vaak aan elkaar verbonden, vaak krijgen ze ook de functie als vertegenwoordiger van de stad mee, een soort mascotte. Reuzenfamilie Na hun doopsel kunnen reuzen zich verloven met elkaar, deze verloving wordt officieel bekend gemaakt tijdens een verlovingsfeest. Conform de gebruiken gaat een reuzenpaar een katholiek huwelijk aan, in de plaatselijke parochie. Daarbij zijn getuigen aanwezig en ook genodigden, die in de feestelijkheden deelnemen. Bij het huwelijk van reuzegom graaf Boudewijn en Alix in 2022 waren er verschillende hoge gasten aanwezig uit binnen en buitenland waaronder Reus Mercator, Prins Jan de Ligne en zelfs een reuzenechtpaar uit Catalonië. De uitnodigende reuzengilde regelt de praktische organisatie van de feestelijkheden. Nadat in 1960 Reuzin Minneken Poes zich verloofde met Cieper tijdens de berestoet, verhuisde de kattenreuzin van Zwevegem naar Ieper; de doopstad van haar man. De reuzenkatten wonen er beide nog steeds. Na een aantal jaren huwelijk kan de reuzegom en zijn gade een reuzenkind verwekken, dat ook gedoopt wordt. Soms verliezen reuzenechtparen hun kroost tijdens een oorlog. Zo zou het reuzenkind uit Wetteren in 1810 gestorven zijn tijdens de doortocht van Napoleon. Dansende reuzen Een van de oudste tradities om de reuzen te doen leven is hen omringen met muziek. Een van de meest bekende deuntjes is het Reuzenlied "Al wie daar komt,...". Deze melodie werd altijd gespeeld op tamboerijn en fifer, waarop de reus tot leven kwam. De meeste oude reuzenparen zullen nog steeds enkel bewegen en dansen als er muziek wordt gespeeld. Om een reus te doen dansen moet er systemen ingebouwd zijn om hem/haar te kunnen dragen, meestal op de schouders. Er bestaan echter verschillende draagwijzen. Een bijzondere manier van verplaatsen vinden we in Borgerhout: de plaatselijke reuzenfamilie bevindt zich op een Triomf- of Reuzenwagen, voortgetrokken door trekpaarden. Eigenlijk worden zij gerekend tot de reuzenhoofden, in Spanje Cabezudos genaamd. Tijdens de optocht voeren de dragers geregeld een menuet uit. Deze traditie gaat terug op de oude Reuzentreinen in Antwerpen waarbij op een reuzenwagen dwergreuzen dansten in de klederdracht van de landen waarmee deze Scheldestad handel dreef. Echte folkloristen zweren het gebruik van wieltjes af: ze promoten de kunst van het reuzendragen tijdens een reuzentreffen, speciaal voor gedragen reuzen. Voor vele gilden is het dragen van een reus een erezaak. de Reuzengilde Het dragen van de reus is zwaar en vergt veel ervaring; dit is doorgaans een mannenzaak. Elke reus heeft zijn eigen vertrouwde dragers, die conform de traditie allen een witte broek als uniform dragen. De meeste reuzengilden zijn gestructureerd onder leiding van een gildemeester. In sommige streken gaat deze erezaak over van vader op zoon, en lopen de jongste dragers mee met de ervaren leden. Bij de oudste reuzenfamilies neemt de eigenaar van de reuzen, vaak de stad, alle kosten voor zijn rekening. De gilde mag dan namens de stad de reuzen laten leven. Doch hebben vele gilden het niet eenvoudig om hun reuzen tijdens het seizoen te laten dansen, vaak is er een groot tekort aan dragers. Het Dendermondse Ros Beiaard wordt gedragen door twaalf pijnders, die worden afgewisseld in 3 ploegen, vroeger 2 ploegen van twaalf. De Dendermondse reuzen dansen werkelijk door de stad in een drie uur durende ommegang op Katuit, op donderdag van de jaarlijkse kermis. Later dan, na het vuurwerk, dansen de reuzen finaal voor ze in hun standplaats worden gezet, voor weer een jaar. Tot 1962, waren er zes dragers voor de drie reuzen. Nadien kwamen er drie bij. Nu zijn er zelfs 10 dragers. De huidige, gemoderniseerde ommegang met speciale effecten is heel wat levendiger, met onderdelen uit de Ros Beiaard ommegang en tienduizenden toeschouwers. Constructie Naargelang de figuur is de constructie verschillend per reus. Een reuzekind zal anders worden gemaakt dan een reuzegom (Man) of reuzin. Zo ook voor een kameel, die bulten heeft, een leeuw, een paard (vb. Ros beiaard) of een draak. Reuzen worden gebouwd, door een reuzenbouwer (Fr= Facteur des Géants). De voorkeur van folkloristen gaat vaak uit naar hout en rotan om de basis te maken: hierdoor kan een vlechter creatief een lichaam maken aan een goedkope en werkbare manier. Dit materiaal is licht zodat de drager het beter kan dragen of de begeleider de reus vlotter kan voortbewegen. Heel wat mandenvlechters konden op verzoek een reus maken, en deze kennis werd lokaal doorgegeven. Een reuzenlichaam bestaat uit een mand, een romp, de armen en een hoofd. De handen en het hoofd worden meestal gesneden uit hout, maar kunnen ook uit andere materialen worden vervaardigd. Vaak wordt dit onderdeel toevertrouwd aan een beeldhouwer of een kunstenaar. Bekende kunstenaars die reuzenhoofden maakten zijn Pieter Coecke van Aelst (reuzen van Antwerpen), Gillis Vlederman (reuzen van Wetteren), Frans Van Immerseel (Reuzen van Ieper) en EH August Nobels (reuzen van Sint-niklaas). Mand De mand heeft twee belangrijke functies: het verbergen van de drager in de reus en zorgen voor de stabiliteit tijdens stilstand. De mand van een volwassen reus moet voldoende hoog worden gevlochten, rond de 2 meter, zodat een volwassen man erin past. De mand van een reuzenkind is kleiner. Onderaan de mand zijn verstevigingen aangebracht, zodat het vlechtwerk goed op zijn plaats blijft zitten. Ten slotte word aan de voorkant van de mand een kijkgat voorzien, zodat de drager zich kan oriënteren en communiceren met de begeleiders. De doorsnede van de mand varieert, meestal wordt een mand conisch gevlochten, ten behoeve van de stevigheid. Gewicht Net zoals bij alle mensen, zijn ook alle reuzen uniek: hun lengte en gewicht zijn verschillend. Het gewicht van een reus wordt hoofdzakelijk bepaald door de volgende factoren: de grondstof van de hoofden en handen de grondstof van de mand de grootte van de reus het gewicht van de kledij de vochtigheid van de kledij Bij sommige reuzen komt daar nog een variabel gewicht bij, zo moeten de dragers van het ros beiaard rekening houden met het gewicht van de 4 heemskinderen. Bescherming Het te veel verplaatsen van oude reuzen brengt ook risico's met zich mee. De oudere reuzen zijn vaak zeer kwetsbaar omdat ze uit hout en riet zijn gemaakt. Bij ondoordachte handelingen kan er snel schade aan de structuur worden toegebracht. Het herstellen van oude reuzen vergt veel vooronderzoek. De oude ambachtelijke technieken zijn op de meeste plaatsen gewoon uitgestorven. Ook de oorspronkelijke kledij wordt regelmatig vervangen door exemplaren uit goedkopere stof. Hoe ouder de reus, hoe interessanter zijn kledij. Vele reuzen zijn gekleed in traditionele kledij. Hiervoor werden vaak dure stoffen gebruikt, die echter versleten zijn. Het herstellen van oude reuzen wordt vaak uitgevoerd door plaatselijke amateurs. Deze vervangen de oude fragiel structuur vaak door metaal, aluminium of kunststof. De reus wordt hierdoor feitelijk herbouwd, en verliest zijn authenticiteit. Deze praktijk wordt zo veel mogelijk ontmoedigd. Soms is de schade aan het reuzengeraamte zo groot, dat men beslist een kopie te laten bouwen. De originele reuzen gaan dan op rust, en hun kopieën worden dan traditioneel gebruikt. Dit gebeurde met de reuzen van Cassel, waar Reuze-Papa en reuze-maman vervangen werden door een hedendaagse kopie. Deze oplossing wordt als verantwoord beschouwd, en is ook goedgekeurd door de UNESCO, die de reuzen opnam in zijn lijst. Uiteraard is het sensibiliseren en beschermen van oude reuzen de beste oplossing. Plaatselijke gemeenten hebben de verantwoordelijkheid als eigenaar om hun stedelijk patrimonium te beschermen en goed te onderhouden. Het is de bedoeling dat de reuzen van een stad nog voor de komende eeuwen te zien zijn op feestelijkheden. Onderzoek & bescherming Sinds de 20e eeuw zijn er heel wat heemkundigen en volkskundigen die zich toewijden aan de wetenschappelijke studie van de Europese reuzenpopulatie. Vooral het werk van René Meurant en Renaat Vander Linden zijn zeer baanbrekend geweest. Inventarisatie gebeurde sinds de jaren 1950: het KIK legde toen een reeks historische opnamen onder leiding van Jacques Hersleven vast van de reuzenfamilies uit Geraardsbergen, Mechelen, Lier, Duffel en Dendermonde. Thans worden er ook culturele delegaties politiek ondersteund. Andere belangrijke spelers: Museum het Reuzenhuis, Ath Werkplaats Immaterieel Erfgoed Dienst immaterieel erfgoed Vlaanderen Faro Volkskunde Vlaanderen Lokale Erfgoedcel Casa dels Entremesos, Barcelona Stadsreuzen in België Aat Ducasse van Aat; stoet met praalwagens internationaal bekende reuzen die jaarlijks huwen en een gevecht aangaan met David, ze gaan de laatste zondag van augustus uit. Het museum Het Reuzenhuis belicht de reuzentraditie in Aat en in Europa. Antwerpen In Antwerpen gaat de reuzentraditie terug tot de veertiende eeuw. In 1534-1535 wordt niemand minder dan de hofschilder Pieter Coecke Van Aelst gevraagd om een grote stadsreus te ontwerpen. Deze stelt de reus Druon Antigoon voor, verwijzend naar de stadssage waaraan Antwerpen haar naam te danken heeft. In 1765 krijgt hij het gezelschap van een reuzin die aanvankelijk de Stadsmaagd voorstelt, maar al snel de naam Pallas Athena krijgt. Het nabijgelegen Borgerhout kiest in 1712 er eveneens voor om hun ommegang op te fleuren met reuzenfiguren. Maar de achttiende eeuw is geen goede tijd voor reuzen. Het is wachten tot de 20ste eeuw voor een nieuwe bloeitijd met grootse stoeten georganiseerd door de Academie en de rederijkerskamers (o.m. naar aanleiding van de Wereldtentoonstelling). Het Jaar van het Dorp betekent een nieuwe impuls voor de reuzenbouw. Ook het begin van de 21ste eeuw zet heel wat verenigingen in gang. In 2012 is er een ware babyboom aan reuzen, allemaal creatief gebouwd door lokale verenigingen. De stad telt dan een 90-tal reuzen die de diversiteit van de stad weerspiegelen. Vaste stoeten om deze reuzen te bewonderen zijn de Seminiviering in Antwerpen (maart), de Reuzenstoet van Deurne (september), de Reuskensstoet van Borgerhout (september), de Sinterklaasstoet in Berchem (november) en de vijfjaarlijkse Geitestoet in Wilrijk. Dendermonde In Dendermonde is er elke laatste donderdag van augustus een traditionele Reuzenommegang. Dit is een folkloristisch spektakel waarbij duizend figuranten de drie gildenreuzen Mars, Goliath en Indiaan omringen. In deze ommegang worden de reuzen voorafgegaan door een stoet die de geschiedenis van Dendermonde uitbeeldt en de oorsprong van de plaatselijke spontnamen verklaart aan de hand van praalwagens. Op het einde is er een vuurwerk waarna de reuzen terug worden geplaatst onder groot gejoel van het publiek. Deze eeuwenoude reuzen staan wijd en zijd bekend door hun uitstekende danskunsten en zijn dan ook zeer geliefd in Dendermonde. Grembergen (Dendermonde) In Grembergen is er elke weekend na de eerste zondag van september lokale kermis. Die vrijdag wordt er een reuzenommegang georganiseerd en dat sinds 1985, de eerste editie was bedoeld als grap. Het eerste reuzenpaar was Ward en Charlotte, gebouwd door JZC (Jeugd Zonder Club), later Treuzencomité. De andere reuzen stellen stuk voor stuk bekende Grembergenaren voor die het symbool zijn van de vereniging waar ze mee in de stoet lopen. Lier De Lierse reuzenfamilie dateert uit de 15e eeuw: Goliath is de reuzenvader, hij beeldt de Filistijnse reus Goliath uit, die door de herdersjongen David vermoord wordt (bijbels verhaal). Goliath is 400 cm hoog en weegt 80 kg. De vrouw van Goliath is de Reuzin. De kamenierster is de huishoudhulp van de familie. De 3 kinderen van Goliath en de Reuzin zijn Kinnebaba (de bekendste, het is een moederskindje met een besnotterd gezicht en een rammelaar in zijn hand), Jannekebroer en Miekezuster. De grootouders van Kinnebaba, Jannekebroer en Miekezuster zijn Groteva en Grotemoe. Verder zijn er nog de Moorse knechtjes. Enkele bekende wijkreuzen zijn Cor de Kluts, Wardje en Grimmara. De Lierse reuzen verzamelen in een reuzentrein die bestaat uit de Lierse stadsreuzen en de wijkreuzen. Met 21 reuzen is de Lierse reuzentrein de grootste en compleetste van Europa. Naast de reuzen omvat de reuzentrein nog 3 fabeldieren (de kemel, de olifant, Ros Beiaard) en 3 praalwagens: leeuw met maagdenberg, de hellewagen en het schip van 's lands welvaren. Daarnaast vindt men ook nog huppelpaardjes en kleine attributen. Felix Timmermans noemde ze ooit "de kartonnen lijfwachten der grote feesten". Lang kwamen de reuzen jaarlijks buiten maar vanaf de 20e eeuw zijn hun optredens exclusiever geworden. Enkel bij grote feesten laten de reuzen zich nog zien, zoals het Sint-Gummarusfeesten (om de 25 jaar) en het eenmalige Lier 800 (800 jaar stadsrechten). In 2020 werd er een nieuwe stadsreus in Lier gebouwd, die St-Gummarus voorstelt, hij neemt elk jaar deel aan de processie. Ronse In Ronse gaat de reuzencultuur terug tot 1952 wanneer de eerste stadsreuzen - Staf de Wever en Manse de Spinster - voor het eerst werden meegedragen tijdens de jaarlijkse Bommelsfeesten te Ronse. Het was bekend volksfiguur – componist – beiaardier – muziekleraar Ephrem Delmotte die het initiatief nam om deze reuzen te laten aanschaffen door de stad. Op woensdag 7 december 1955 werden de Reuzen plechtig gehuwd tijdens een feestelijk huwelijksplechtigheid op de 'Grote Markt' te Ronse. Een jaar later kreeg het getrouwde reuzenpaar een reuzenkind – Angeleki de Naaister -. Het “Huldecomité Prof. Ephrem Delmotte” besliste in 1992 om een reus te maken ter blijvende aandenken aan dhr. Delmotte. Op 4 juli 1992 werd de 'reus Ephrem' geboren en gedoopt te Ronse in de aanwezigheid van de toen 87-jarige Ephrem Delmotte. In 2000 kwam Xavier Roos op het idee om een nieuwe reus te maken dat Ronse en de Bommelsfeesten zou promoten. Als ontwerp voor deze nieuwe reus werd het bommelsstandbeeld 'Den Bonmo' dat zich bevindt voor het station van Ronse genomen. Op 23 april 2005 werd de 5de reus van Ronse – M.A.X. de Zot van Ronse – geboren en gedoopt te Ronse. Verder blijven de Reuzendragers van Ronse, met behulp van het stadsbestuur steeds verder werken aan het behouden en versterken van de reuzencultuur in de stad. Zo werden de vier eerste reuzen (Staf de Wever, Manse de Spinster, Angeleki de Naaister en Ephrem de Beiaardier) volledig vernieuwd en mochten de reuzendragers en de reuzen van Ronse de titel van 'Vlaams Immaterieel cultureel erfgoed' ontvangen. Hiernaast nemen de reuzen nog steeds deel aan diverse activiteiten zowel in als uit Ronse. Tot slot werd de stad Ronse erkend tot 'Reusvriendelijke stad' door de federatie 'Reuzen in Vlaanderen vzw'. Rupelmonde Ook in Rupelmonde woont er sinds de 20ste eeuw een kleine reuzenfamilie, te bewonderen tijdens de jaarlijkse reuzenommegang, de eerste zondag van augustus. In de oude schipperswijk, genaamd 'Het Schelleke' wordt elk jaar een folklore weekend georganiseerd, waarbij tijdens de Schellekesfeesten verschillende oude ambachten gepresenteerd worden. In 2022 bracht minister Carles Puigdemont een werkbezoek naar aanleiding van een culturele uitwisseling met een catalaans reuzenpaar uit Santa Coloma de Gramenet. In 1949 werd de eerste reus van de wijk geboren: de reuzin 'Philomena', naar aanleiding van de 100ste verjaardag van Philomena Van Hoyweghen. Haar echtgenoot Celestinus De Souter, een lokale schippersfiguur, werd als reus 'Celest' in het leven geroepen. Enkele jaren later zou het reuzenkoppel ook nog een zoon, 'Mercatorke '(1957), en een dochter, 'Grobelia' (1961), krijgen. In 1994 werd de reus Mercator geboren, naar aanleiding van de 400e verjaardag van het overlijden van de cartograaf Gerard Mercator. Wetteren Het oude Wetterse reuzenpaar is naamloos: iedereen noemt hen Reus en Reuzin. Hoe oud dit reuzenpaar is, is niet meer te achterhalen, maar ze behoren tot de weinige reuzen die stammen uit het Ancien regime. De oudste vermelding tot nu teruggevonden is een vermelding in de parochierekeningen van Wetteren van 1622, waar een betaling staat ingeschreven voor een herstelling van het hoofd en het lijf van de reus. Zij werden in die tijd meegedragen in de ommegang van mei en september. Nu paraderen de reuzen nog elke eerste zondag van september, met Wetteren kermis, door de straten van Wetteren. Daarnaast zijn ze ook steeds te bewonderen in de kerk van Wetteren. In 2022 vierde Wetteren de 400e verjaardag van het reuzenpaar. Lijst met stadsreuzen in België Vlaanderen Uit Aalst: Iwein van Aelst Lauretta Ons Paula Floreken en Florisken Kamiel Uit Beveren Sefken de Puitenslager Regina van Melsele Diederik en Aldegonde Cieske de Schipper Rosten Brigand Birken Blok Jodocus de Turfsteker Lodde de Garnalenleurster (Kieldrecht) 't Kallose Melkboerinneke (Kallo) Deken Sturm Prins Koven I Jos de Kasseidief Fons de Moppentapper Uit Borgerhout: de Reuskens van Borgerhout, een groep van vier dwergreuskens genaamd: Reus, Reuzin, Dolfijn en Kinnebaba Uit Dendermonde: Indiaan (1714; 4,45 m, 71 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Mars (1648; 3,70 m, 79 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Goliath (1626; 4,00 m, 76 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Het Ros Beiaard (5,80 m, ruim 800 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Uit Duffel Reus (340 cm) Reuzin, (325 cm) Janneke (246 cm) Mieke (290 cm) Moor en Morin (290 cm) Kinnebaba (200 cm) Nelles Ros Beiaard Uit Gavere: Tonus Vanderbieren (°1948, Herbouwd 2017) Tonia Vanderbieren (°1948, Herbouwd 2017) Tuur “El Toro” Decabooter (°2007) Dame Nuje Patat (°2014) Carolus I (°1978) Uit Geraardsbergen: Kinekebaba (18e eeuw, 250 cm) - 60 kg Gerarda Ghislena Agnes Frida (18e eeuw, 416 cm) - 98 kg Goliath (1577, 475 cm) - 122 kg Uit Grembergen (Dendermonde): Ward Sigaar (°1985) Tarsken (°1986) Pauleken Den Bohemer (°1988) Mong Den Duivemelker (°1988) Cis De Melkboer (°1988) Florent van de Varta (°1988) Charlotte (°1992) Bosco (°1992) Sagien (°1993) Paul Den Eirenboer (°1996) Vriendtjen (°1997) Gust (°1998) Polliebar (paard) (°2000) De Floeren (°2002) Den Burggraaf (°2006) Den Vicaris (°2007) Polleke Chick (°2008) John Den Basketter (°2009) Bruno De Vlasbloemer (°2010) Frans Kat (°2011) Gerrit de rebel (°2011) Den Bult (°2012) Ronny Kets (°2012) Pal (°2013) De Jakken (°2013) Juf Martine (°2013) Reus Guido van Club 71 (°2015) De Cheet (°2017) De Pastoor] (°2020) Reus van't Lammeken (°2021) Uit Halle: Reus Vaantjesboer (en Reuzin Vaantjesboerin) Reus Parapluuke Reuzen van de Stieweg: Romeo Vandenstieweg, Juliette Vandecommerce en Rooske Uit Hamme-Moerzeke: Bavo en Nele Hun nakomeling Sjieksken Uit Heist Reuzen Pier en Wanne Hove Peer De Garde Moe Lies Koning Leopold III van België en koningin Astrid Goliath uit Ieper (ca. 1683; 7,50 m, 225 kg) Uit Kortrijk: Manten en Kalle Emma (2018; 5,10 m, 308 kg) Tom van Tombroek (1985) Baziel (Bellegem, 1951) Belle (Bellegem, 1975) Minneke, het frivole vlassersmeisje (Bissegem, 2015, 3,5 m) Bertrand (Bissegem, 2017, 4 m) Rollo (Rollegem, 1981) Uit Kruibeke: Philomena en Celest Mercatorke & Grobelia Gerardus Mercator Rupelmundanus Het Loze Vissertje De Felix Uit Landen (België): Pepijn en Gertrudis Pancraas (Waasmont) Amandus (Wezeren) Fons, de Ridder van Bets Jonker Jan (Attenhoven) Winandus de la Margelle (Neerlanden) De Vureman (Laar) Holleke (Ezemaal) De Mulder van Eliksem Pitsaer, de burgemeester van Rumsdorp Gon van Voldes (Overwinden) Germaine van de Wallin (Neerwinden) Frans van de Wolk (Wange) Bram de Landense Brandweerman Tinneke en Neske (Walshoutem) Uit Leopoldsburg: De Heikapper (Heppen 1914) Jan Soldaat (1930) Mie Katoen (1935) Sooike (1955) De heks van Konterket (1987) Uit Lier: Bernard Boeleken Fien Konijn Nelles Albert Horemans Cor de Kluts Wardje Pallieter Grimmara Uit Lochristi: Reinaert Hermeline Koning Nobel Nonkel Octaaf Bruin de Beer Uit Lokeren: Pierre en Theresia Vrancken Jacobus en Jacoba Van Kerkhove Maurice en Liza Kassei Maurice Baeté Florentina de Gruutere & Philip Lanchals Barros & Babette Uit Mechelen: Reus en Reuzin (15e eeuw; immaterieel cultureel erfgoed) Janneke, Mieke en Claeske (16e eeuw; immaterieel cultureel erfgoed) Uit Moerbeke-Waas: Tone van Francipany (1952) Tine van Baudeloo (1961) (Tone en Tine) Uit Nieuwpoort: Jan Turpin (10,40m; 750kg) Goliath (4,50 m; 80 kg) Griete (4,50 m; 80 kg) dochter Rosalinde (1,80 m; 35 kg) Puuptje (1,80 m; 35 kg) Hendrik Geeraert (4,50 m; 80 kg) Karel Cogge (4,50 m; 80 kg) Jacqueline de heks (4,50 m; 80 kg) Uit Overmere: Philippo (1937; 3,20 m) Isabella (1937; 3,20 m) Philippe (Wereldtentoonstelling 1958; 1,60 m) Uit Poperinge: Cyrus (1947; 5,90 m, 120 kg) Désiré le Potier uit Rebaix (gedoopt in augustus 1995; 123 kg) Uit Roeselare: Rolarius (voor 1933) Carlotta Vulgo (1933) Mane, het kind van Carlotta Vulgo en Rolarius (1934) Zonnekin (1935) tante Babille (1935) Koba van 't Fort Langemarksken uit d'oude Mote Roobaert Uit Ronse: M.A.X. de Zot van Ronse (gedoopt in 2005; 4,35 m, 100 kg) Staf de Wever (1952; 3,70 m, 50 kg) Manse de Spinster (1952; 3,50 m, 45 kg) Angeleki de Naaister (1956; 3,30 m, 40 kg) Ephrem de Beiaardier (1992; 3,70 m, 55 kg) Uit Rupelmonde Celest Philomena Mercatorke Grobelia Mercator Uit Sint-Gillis-Waas: Dokus Keizer Luc I Mandus de Smid Schipper Pépé Jef Suisse Piet Pijp en Stef van de Visser Roosje (dochter van Piet Pijp en Stef van de Visser) Peerke den Herder Uit Sint-Niklaas: Sinterklaas (ruim 5 m, 100 kg) en Zwarte Piet Janneke en Mieke Melchior, Caspar en Balthasar Zwarte Piet of Nicodemus Raf en Germaine Hun zoon Jules Kabas Leon de Champetter en Fie Kapel Frassati Reinaert Uit Sint-Lievens-Houtem: Bacchus en Bacchante (1969) Linus Uit Stekene: Reintje Vos Uit Temse: Reus Keizer Karel I (Steendorp) Den Toeter Wan Trien Rosse Jo Uit Tienen: Jan (genoemd naar Jan Peter Wauters en Mie Tiske en Nieke Draak Oswaldus Sint-Maarten te paard Uit Tildonk: Jan en Babs, patroonheiligen Uit Waasmunster: Grote Miel Jos en Marie Schollekes Uit Wetteren: Reus en Reuzin (ca. 1622) Piroen en Cesarine (ca. 1900) Poliet en Liza (1949) Jaek de Pompier (1955) Jabbe (2011, Jabeke) Diederik en Beatrijs (2014, Massemen) Uit Zandhoven: Berga, Stoffel en Chareltje Uit Zele Pitjemoer Uit Zottegem: Sotto, Leo, Trees, Cambrinus, Cambrina, Miele Uit Zwevezele: Boutje Draainagel Wallonië Aat: Mademoiselle Victoire (1860; 4,07 m, 132 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Samson (1679; 4,30 m, 127 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Ambiorix (18e eeuw; 3,75 m, 129 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Goliath (ca. 1481; 4 m, 126 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Mevrouw Goliath (1715; 3,75 m, 112 kg; immaterieel cultureel erfgoed) 't Ros Beiaard (6,30 m, 800 kg; immaterieel cultureel erfgoed) Coupi (+ 4 m) Alix de Namur graaf Boudewijn IV Sebastien de Tramasure Eerwaarde Hennepin Lettelingen: Mettekoe Maarschalk Vauban Pimpon et Cadet-Pimpon (Lessines) Rene Magritte (Lessines) Luik: Tchantchès Nanesse Karel de Grote Prins-bisschop Notger Commissaris Maigret Doornik koning Lodewijk XIV Koningin Doornik (Reine de Tournay) koning Chlovis Bekendste Stadsreuzen in Spanje Catalonie In Catalonië zijn er thans een kleine honderd reuzen bewaard die uit de 19de eeuw stammen en beschermd erfgoed zijn. Hieronder bevinden zich het beroemde reuzenechtpaar Indis de Reus (Indi en zijn vrouw India; ca. 110 kg, 373 cm, geb. in 1805), het paar uit Badalona (Anastasi en Maria; ca. 400 cm, geb. 1858), het keizerlijke reuzenpaar Marcus Antonius en koningin Cleopatra uit Lleida (70 kg, ca. 340 cm, geb. 1840) en het oude (ca. 320 cm, geb. 1866) en nieuwe (1891) reuzenpaar van de Patum in Berga. In 2015 gaf de Generalitat de Catalunya een studie uit: "Catalogus van de Honderdjarige reuzen uit Catalonië". Barcelona Sommige reuzen worden permanent opgesteld in het Casa de los Entremeses. De stadsreuzen zijn gerestaureerd door Manel Casserras i Boix. Koning Jacobus (Jaume I el Conqueridor) I van Aragón - oorspr. 1424, thans 1992 Koningin Violant van Hongarije - oorspr. 1424, thans 1992 Bou de Sant Just (Stier) - 1993, 40 kg Griu (Griffoen) Lleo (Leeuw) Cuca Fera (Tarasca - Bijtschildpad) Josep Oriol (Heilige) - geb. 1858 (280 cm, 30 kg) Hereu - geb. 1919 (350 cm, ca. 50 kg) Borda - geb. 1919 (310 cm, 50 kg) Eulàlia (Heilige) koning Gaudí Koningin la Pedrera Goliath (1424) Mustafà - 1601, thans 1986 (480 cm, ca. 100kg) Elisenda - ca. 1700, thans 1987 (470 cm, ca. 95 kg) Koning Salomon - 1880, thans 2002 Koningin van Sheba - 2002 Madrid El Julián y la Mari Pepa koning Alfonso VI Latina El Alcalde de Móstoles Manuela Malasaña Bekende stadsreuzen in Nederland Nederland kende tijdens het folklorejaar 2005 zeventien stadsreuzen. Nederland is niet bekend met deze folklore; de meeste reuzen zijn nog zeer jong. Gemeenten met eigen reuzen zijn onder meer Bergen op Zoom, Reuzengilde Gigantius uit Maastricht, Venlo, Losser, Roermond, Oisterwijk (drie reuzen) en Boxtel. De gemeente Tilburg heeft sinds 2006 ook drie stadsreuzen. Ook Rotterdam is voor iedere deelgemeente karakteristieke reuzen aan het ontwikkelen. Sinds 4 augustus 2010 staat ook stadsreus 'Jantje van Sluis' officieel geregistreerd in het bevolkingsregister van de gemeente Sluis. Tiel: Maaike en Kriekske (reuzenpoppenpaar dat in 1939 ter gelegenheid van het twintigjarig bestaan van de Tielse VVV werd gecreëerd en sinds 1961 een prominente rol speelt tijdens het jaarlijkse Fruitcorso) Boxtel: Jas de Keistamper Liempde: Hanne mi de Moor Bergen op Zoom: Jan met de lippen, Trui van de toren, Toontje en Marieke Oisterwijk: Peer Paorel, Gèèselse Ermelindes, Heukelomse Mie Maastricht: Gigantius Gilze: Gullemoei Venlo: Valuas (Flujas in de volksmond) en zijn vrouw Guntrud (sinds omstreeks 1740) Roermond: Sjtuf (St. Christoffel met Kind op schouder) Tilburg kent drie stadsreuzen die ieder een van de stadskernen van voor de gemeentelijke herindeling vertegenwoordigen: Fraans Krèùk, uitbeeldend de bekende Tilburgse Tonpraoter Frans Verbunt, voor Udenhout de Uunentse Broeder en voor Berkel-Enschot een voor Nederland unieke reus met twee gezichten, die van Sint-Willebrord en Sint-Caecilia. Daarnaast werden er op 28 december 2011 twee reuzenkinderen, Koosje en Koosje, geboren. Zij komen voort uit de folklore rond "Onnozele kinderen". Deze twee werden op 30 april 2012 gedoopt. De peter en meter komen uit Landen in België. Bekende stadsreuzen Frans-Vlaanderen Ieder jaar trekt er in enkele Frans-Vlaamse steden een reuzenstoet door de straten. De reuzen hier zijn afkomstig uit de oude Vlaamse traditie. Colas en Jacqueline uit Arras Uit Douai: Gayant Marie Cageno Uit Kassel: Reuze-Papa (625 cm, 83 kg) Reuze Maman (immaterieel cultureel erfgoed) Jean le Bûcheron uit Steenvoorde Bronnen Carnaval Poppenspel Cultuur in Europa Reus Folklore Stadsreuzen uit België
Reuzenfamilie Na hun doopsel kunnen reuzen zich verloven met elkaar, deze verloving wordt officieel bekend gemaakt tijdens een verlovingsfeest. Conform de gebruiken gaat een reuzenpaar een katholiek huwelijk aan, in de plaatselijke parochie. Daarbij zijn getuigen aanwezig en ook genodigden, die in de feestelijkheden deelnemen. Bij het huwelijk van reuzegom graaf Boudewijn en Alix in 2022 waren er verschillende hoge gasten aanwezig uit binnen en buitenland waaronder Reus Mercator, Prins Jan de Ligne en zelfs een reuzenechtpaar uit Catalonië. De uitnodigende reuzengilde regelt de praktische organisatie van de feestelijkheden. Nadat in 1960 Reuzin Minneken Poes zich verloofde met Cieper tijdens de berestoet, verhuisde de kattenreuzin van Zwevegem naar Ieper; de doopstad van haar man. De reuzenkatten wonen er beide nog steeds. Na een aantal jaren huwelijk kan de reuzegom en zijn gade een reuzenkind verwekken, dat ook gedoopt wordt. Soms verliezen reuzenechtparen hun kroost tijdens een oorlog. Zo zou het reuzenkind uit Wetteren in 1810 gestorven zijn tijdens de doortocht van Napoleon.
1
uitnodiging, uitnodigen, evenement uitnodiging
712
Country
35408
https://nl.wikipedia.org/wiki/NIC
NIC
Network Interface Card, Netwerkkaart Newly-industrialized country New In Chess, een in Nederland uitgegeven Engelstalig, internationaal schaaktijdschrift Network Information Center Noordelijk Internationaal Concours hippique in Assen, vroeger Noordelijk Internationaal Concours hippique Zuidlaren New Imperial Cycles Nederlands Inkoop Centrum Nicaragua, waarvan NIC de ISO-landcode is Nursing Interventions Classification, gestandaardiseerde verpleegkundige interventies Neonatale Intensive Care, een ziekenhuisafdeling voor intensieve zorg aan pasgeborenen Nic., een Groninger Korfbal Vereniging Nature in Conflict, een Massively Multiplayer Online (MMO) strategy game die zich afspeelt in de natuur Nederlandse Illustratoren Club, Vereniging voor Nederlandse illustratoren Nic (striptekenaar), een Belgische striptekenaar en animator
Network Interface Card, Netwerkkaart Newly-industrialized country New In Chess, een in Nederland uitgegeven Engelstalig, internationaal schaaktijdschrift Network Information Center Noordelijk Internationaal Concours hippique in Assen, vroeger Noordelijk Internationaal Concours hippique Zuidlaren New Imperial Cycles Nederlands Inkoop Centrum Nicaragua, waarvan NIC de ISO-landcode is Nursing Interventions Classification, gestandaardiseerde verpleegkundige interventies Neonatale Intensive Care, een ziekenhuisafdeling voor intensieve zorg aan pasgeborenen Nic., een Groninger Korfbal Vereniging Nature in Conflict, een Massively Multiplayer Online (MMO) strategy game die zich afspeelt in de natuur Nederlandse Illustratoren Club, Vereniging voor Nederlandse illustratoren Nic (striptekenaar), een Belgische striptekenaar en animator
5
land, natie, staat
3,156
MediaObject
1086158
https://nl.wikipedia.org/wiki/No%20Good%20%28Start%20the%20Dance%29
No Good (Start the Dance)
No Good (Start the Dance) is de achtste single uitgegeven door The Prodigy op 16 mei 1994. De single behaalde een nummer twee-notering in de Nederlandse Top 40. Het is het tweede nummer van het album Music for the Jilted Generation. Het nummer is ook op vele dancecompilaties aanwezig. De video is geregisseerd door Walter Stern en de opname vond plaats in een ondergronds pakhuis, waar mensen dansen op het nummer terwijl de bandleden rondlopen. De sample "You're no good for me, I don't need nobody" is afkomstig van Kelly Charles, uit het nummer "You're No Good for Me" (1987, London Records LONX153). Liam Howlett had zijn twijfels; hij wist niet of hij het sample ging gebruiken, want hij dacht dat het te "popachtig" klonk naar zijn smaak. Radio 2 Top 2000 Single uit 1994 Nummer van The Prodigy
No Good (Start the Dance) is de achtste single uitgegeven door The Prodigy op 16 mei 1994. De single behaalde een nummer twee-notering in de Nederlandse Top 40. Het is het tweede nummer van het album Music for the Jilted Generation. Het nummer is ook op vele dancecompilaties aanwezig. De video is geregisseerd door Walter Stern en de opname vond plaats in een ondergronds pakhuis, waar mensen dansen op het nummer terwijl de bandleden rondlopen.
1
mediaobject, afbeelding, video
3,139
Library
1564394
https://nl.wikipedia.org/wiki/Leeszaal%20West
Leeszaal West
Leeszaal West (Deens: Læsesal Vest) is de onderzoeksleeszaal van Det Kongelige Bibliotek, de nationale bibliotheek van Denemarken, en bevindt zich in de De Zwarte Diamant op Slotsholmen in Kopenhagen. De wortels van de leeszaal gaan terug naar de oprichting van de Koninklijke Bibliotheek door koning Frederik III van Denemarken. De zaal heeft in de loop der tijden diverse adressen gehad. De referentiecollectie van de leeszaal is verdeeld over twee verdiepingen met een gezamenlijke capaciteit van 65.000 banden, maar met het accent op de humanistische wetenschappen en theologie. Doel Het doel van de leeszaal is: bestudering van materiaal dat niet kan worden uitgeleend terbeschikkingstelling van een grote referentiecollectie aan de gebruikers terbeschikkingstelling van vaste onderzoekersplaatsen openbaarmaking van onderzoeksresultaten van de gebruikers van de leeszaal Doelgroep Universiteit van Kopenhagen onderzoekers uit binnen- en buitenland anderen die kennis en informatie op hoog niveau zoeken Externe links Leeszaal West Causerieën in Leeszaal West Afdeling Handschriften & Boekhistorische Collecties Denemarken,Leeszaal West Cultuur in Kopenhagen Bibliotheek in Denemarken
Leeszaal West (Deens: Læsesal Vest) is de onderzoeksleeszaal van Det Kongelige Bibliotek, de nationale bibliotheek van Denemarken, en bevindt zich in de De Zwarte Diamant op Slotsholmen in Kopenhagen. De wortels van de leeszaal gaan terug naar de oprichting van de Koninklijke Bibliotheek door koning Frederik III van Denemarken. De zaal heeft in de loop der tijden diverse adressen gehad.
2
bibliotheek, openbare bibliotheek, boekenverzameling
10,027
BedDetails
1816981
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hotelbewaargeving
Hotelbewaargeving
Het woord hotelbewaargeving is de ietwat misleidende naam die men geeft aan de wettelijke regels krachtens welke de hotelhouder als bewaarnemer aansprakelijk is voor beschadiging, vernieling of ontvreemding van zaken die een gast die in het hotel zijn intrek neemt en er logeert, naar het hotel meebrengt. De ‘hotelbewaargeving’ wordt geregeld door de artikelen 1952 tot 1954quater van het Belgisch Burgerlijk Wetboek. De hieronder uiteengezette regels zijn - op enkele uitzonderingen na - internationaal geldend, in die landen van de Raad van Europa die de Overeenkomst nopens de aansprakelijkheid van hotelhouders voor de zaken van hun gasten, en Bijlage, opgemaakt te Parijs op 17 december 1962, goedgekeurd bij de Belgische wet van 28 februari 1970, bekrachtigd hebben. Definitie hotelhouder De wet geeft in het Burgerlijk Wetboek geen definitie van het begrip ‘hotelhouder’. Het begrip ‘hotelhouder’ wordt restrictief geïnterpreteerd, omdat de regels van de hotelbewaargeving afwijken van het gemeen recht. Een motel en een pension worden ook als ‘hotels’ beschouwd. Restauranthouders en caféhouders (die geen logies verschaffen) kunnen niet beschouwd worden als hotelhouders. Hetzelfde geldt voor ziekenhuizen en campings. Een hotelhouder wordt niet meer als dusdanig beschouwd wanneer hij een hotelkamer aan een gast zou verhuren als woning (de gast zou er dan gedomicilieerd zijn). Dan is de hotelhouder een gewone verhuurder. Aard van de aansprakelijkheid van de hotelhouder De hotelhouder is quasi-objectief aansprakelijk voor de zaken die de gast in zijn hotel binnenbrengt, zelfs indien de zaken worden beschadigd, vernield of gestolen door toevallige of ongewenste bezoekers van het hotel, zoals dieven die een inbraak plegen. Zaken waarvoor de hotelhouder aansprakelijk is De hotelhouder is als bewaarnemer aansprakelijk voor beschadiging, vernieling of ontvreemding van zaken die een gast die in het hotel zijn intrek neemt en er logeert, naar het hotel meebrengt (artikel 1952, al. 1, van het Burgerlijk Wetboek). De hotelhouder is niet aansprakelijk voor de zaken van iemand die in zijn hotel alleen een eetmaal gebruikt. De hotelhouder zal ook niet aansprakelijk zijn voor de zaken van een 'gast' die in het hotel niet overnacht, maar die de hotelkamer alleen zou gebruiken als opbergplaats voor bepaalde zaken. Als meegebrachte zaken worden aangemerkt de zaken die (artikel 1952, al. 2, van het Burgerlijk Wetboek) : zich in het hotel bevinden gedurende de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft; de hotelhouder of een persoon die hem zijn diensten verleent, buiten het hotel onder zijn toezicht neemt gedurende de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft; de hotelhouder of een persoon die hem zijn diensten verleent, binnen of buiten het hotel onder zijn toezicht neemt gedurende een redelijke tijd voor of na de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft. Verplichting van de hotelhouder waardepapieren, geld en waardevolle zaken in bewaring te nemen De hotelhouder is verplicht waardepapieren, geld en waardevolle zaken in bewaring te nemen; hij mag de inbewaarneming daarvan alleen weigeren, indien zij gevaarlijk zijn of indien zij, de grootte van het hotel en de omstandigheden in aanmerking genomen, een buitensporige handelswaarde hebben of overlast veroorzaken (artikel 1953, al. 2, van het Burgerlijk Wetboek). De hotelhouder kan verlangen dat het hem toevertrouwde voorwerp is opgeborgen in een afgesloten of verzegelde verpakking (artikel 1953, al. 3, van het Burgerlijk Wetboek). Beperking van de aansprakelijkheid De aansprakelijkheid van de hotelhouder voor zaken die een gast die in het hotel zijn intrek neemt en er logeert, naar het hotel meebrengt, is per schadegeval beperkt tot 100 maal de logiesprijs per dag van de slaapgelegenheid. De Koning kan, in voorkomend geval, de gegevens voor het vaststellen van die prijs bepalen (artikel 1952, laatste lid, van het Burgerlijk Wetboek). De ‘logiesprijs per dag voor de slaapgelegenheid’ is de logiesprijs zoals hij in de kamer is aangeplakt, exclusief BTW en andere taksen. De aansprakelijkheid van de hotelhouder is beperkt ‘per schadegeval’. Wanneer de gast tijdens zijn verblijf meer dan een keer het slachtoffer wordt van een schadegeval, dan wordt de aansprakelijkheid van de hotelhouder telkens opnieuw berekend. Gevallen van onbeperkte aansprakelijkheid De aansprakelijkheid van de hotelhouder is onbeperkt (artikel 1953, al. 1, van het Burgerlijk Wetboek): Wanneer de zaken in handen van de hotelhouder of van personen die hem hun diensten verlenen, ter bewaring zijn gegeven; Wanneer hij heeft geweigerd zaken in bewaring te nemen, ten aanzien waarvan hij tot bewaarneming verplicht is; Wanneer de beschadiging, de vernieling of de ontvreemding van de in artikel 1952 bedoelde zaken het gevolg is van schuld van hem zelf of van personen die hem hun diensten verlenen. Gevallen waarin de hotelhouder niet aansprakelijk is De hotelhouder is, volgens artikel 1954 van het Burgerlijk Wetboek, niet aansprakelijk voor zover de beschadiging, de vernieling of de ontvreemding te wijten is aan : De gast of een persoon die hem vergezelt, bij hem in dienst is of hem bezoekt; een fout van de gast is bijvoorbeeld het niet afsluiten van de hotelkamer of het achterlaten van waardevolle voorwerpen in de hal van het hotel. Overmacht; het bewijs van de overmacht berust op de hotelhouder. Ongewenste bezoekers (dieven bijvoorbeeld) vormen geen overmacht. Gewapenderhand gepleegde diefstal (hold-up); De aard of het gebrek van de zaak. De woorden ‘voor zover’ wijzen erop dat de hotelhouder niet aansprakelijk is indien de diefstal, de vernieling of de beschadiging van de zaken van de gast uitsluitend te wijten zijn aan de overval, de gewapenderhand gepleegde diefstal of de aard of het gebrek van de zaak. De hotelhouder zal gedeeltelijk voor de schade aansprakelijk zijn indien hij zelf een fout begaan heeft die de schade medeveroorzaakt heeft. Tenietgaan van de rechten van de gast De rechten van de gast gaan teniet indien hij niet onmiddellijk na de vaststelling van de opgelopen schade kennis daarvan geeft, behoudens wanneer de schade veroorzaakt is door de schuld van de hotelhouder of van de personen die hem diensten verlenen (artikel 1954bis van het Burgerlijk Wetboek) . Exoneratiebedingen Iedere verklaring of beding, waarbij de aansprakelijkheid van de hotelhouder voor het schadelijk feit wordt uitgesloten of beperkt, is nietig (artikel 1954ter van het Burgerlijk Wetboek). Een nota in de hotelkamer met de vermelding 'de directie is niet aansprakelijk voor diefstal' zal dus niet geldig zijn. Aansprakelijkheid voor voertuigen, zaken die tot hun lading behoren en levende dieren De regels betreffende de hotelbewaargeving zijn niet van toepassing op voertuigen, noch op zaken die tot hun lading behoren en ter plaatse zijn achtergelaten, noch op levende dieren (artikel 1954quater van het Burgerlijk Wetboek) . Voor deze zaken kan de hotelhouder echter wel aansprakelijk zijn ten gevolge van een zogenaamd parkingcontract. Bewijs van de hotelbewaargeving De hotelhouder is als bewaarnemer aansprakelijk voor beschadiging, vernieling of ontvreemding van zaken welke een gast die in het hotel zijn intrek neemt en er logeert, naar het hotel meebrengt; de bewaargeving van die zaken moet worden beschouwd als een bewaargeving uit noodzaak (artikel 1952, al. 1, van het Burgerlijk Wetboek). Het bewijs door getuigen kan toegelaten worden voor de bewaargeving uit noodzaak, zelfs wanneer het een waarde betreft van meer dan 375 EUR (artikel 1950 van het Burgerlijk Wetboek). De eenvormige wet nopens de aansprakelijkheid van de hotelhouder De regels betreffende de aansprakelijkheid van de hotelhouders voor de zaken van hun gasten werd in de Belgische wetgeving opgenomen om deze wetgeving in overeenstemming te brengen met de Overeenkomst nopens de aansprakelijkheid van hotelhouders voor de zaken van hun gasten, en Bijlage, opgemaakt te Parijs op 17 december 1962. Overeenkomstenrecht in België
zich in het hotel bevinden gedurende de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft; de hotelhouder of een persoon die hem zijn diensten verleent, buiten het hotel onder zijn toezicht neemt gedurende de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft; de hotelhouder of een persoon die hem zijn diensten verleent, binnen of buiten het hotel onder zijn toezicht neemt gedurende een redelijke tijd voor of na de tijd dat de gast er een slaapgelegenheid ter beschikking heeft.
3
slaapgelegenheid, bedconfiguratie, kamerindeling
8,518
Person
118993
https://nl.wikipedia.org/wiki/Kees%20van%20der%20Staaij
Kees van der Staaij
Cornelis Gerrit (Kees) van der Staaij (Vlaardingen, 12 september 1968) is een Nederlands politicus. Hij zit sinds 19 mei 1998 namens de SGP in de Tweede Kamer en was er van 27 maart 2010 tot 25 augustus 2023 de partijleider. Hij is sinds maart 2017 het langst zittende lid van de Tweede Kamer. Biografie Van der Staaij groeide op in Vlaardingen, Tiel en Rhenen als tweede van vijf kinderen. Na het vwo op het Van Lodensteincollege in Amersfoort te hebben doorlopen, studeerde hij rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en vervulde in die tijd vrijwilligerswerk voor het SGP-Studiecentrum. Na het vervullen van zijn dienstplicht werkte Van der Staaij enkele jaren bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In 1998 werd hij op 29-jarige leeftijd gekozen tot lid van de Tweede Kamer voor de fractie van de SGP. Sinds 1998 hield hij zich hier bezig met: binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties, Europese zaken, financiën, landbouw, natuur en voedselkwaliteit, verkeer en waterstaat, volksgezondheid, welzijn en sport, de vernieuwing van de Wet op de Parlementaire Enquête, buitenlandse zaken, defensie, economische zaken, justitie, Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken, onderwijs, cultuur en wetenschap, Rijksuitgaven, sociale zaken en werkgelegenheid, volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer en wonen, wijken en integratie. Hij zat namens de SGP in de parlementaire enquêtecommissie Bouwnijverheid (2002-2003). Het partijbestuur van de SGP droeg Van der Staaij op 18 december 2009 voor als kandidaat-lijsttrekker voor de eerstvolgende Kamerverkiezingen, die later al in juni 2010 zouden blijken te zijn. Op 27 maart 2010 werd hij tijdens het partijcongres de nieuwe partijleider en sprak hij zijn streven uit voor drie zetels, ook omdat zijn voorganger Van der Vlies “voor twee telt”. Het werden weer twee zetels, met Van der Staaij als fractievoorzitter en Elbert Dijkgraaf als zijn collega. Van der Staaij houdt zich in zijn rol bezig met algemene zaken, justitie, binnenlandse zaken, Koninkrijksrelaties, buitenlandse zaken, Europese zaken, ontwikkelingssamenwerking, defensie, volksgezondheid, welzijn en sport, immigratie en asiel. Van der Staaij was bij de Tweede Kamerverkiezingen van september 2012 wederom lijsttrekker. Bij deze verkiezingen won de SGP er één zetel bij. Van der Staaij zegt te streven naar “vanuit Bijbelse waarden en normen herkenbaar en constructief bijdragen aan goede besluitvorming”. Op 24 november 2016 won Van der Staaij de Thorbeckeprijs voor politieke welsprekendheid. De SGP-leider werd geroemd om zijn heldere formuleringen en humor. Van der Staaij kreeg de prijs, een bronzen beeldje van de liberaal Thorbecke, uit handen van Kamervoorzitter Khadija Arib. In 2017 kwam van der Staaij in het nieuws met een opiniestuk in The Wall Street Journal met als kop “In the Netherlands, the doctor will kill you now.” Van der Staaij gaf aan dat het stuk wel van zijn hand was maar de kop door de Wall Street Journal was gemaakt. Bij de Tweede Kamerverkiezingen 2017 was Van der Staaij opnieuw lijsttrekker. De SGP behaalde wederom 3 zetels. Vanaf 2018 zat Van der Staaij een parlementaire werkgroep voor die zich boog over een mogelijke herziening van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer. Van der Staaij werd in september 2020 lijsttrekker voor de Tweede Kamerverkiezingen 2021. Op 25 augustus 2023 kondigde hij aan na de verkiezingen van november dat jaar uit de Tweede Kamer te vertrekken. Persoonlijk leven Van der Staaij is getrouwd en heeft twee uit Colombia geadopteerde kinderen. Het echtpaar Van der Staaij bracht in 2004 een boek uit over het adoptieproces, Liefs uit Bogotá. Van der Staaij is lid van de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Publicaties Kees van der Staaij: Goede gesprekken. Over geloof, hoop en liefde. Amsterdam, Prometheus, 2016. Kees van der Staaij: Woord houden. Christelijke politiek in de praktijk. Zoetermeer, Boekencentrum, 2010. Marlies & Kees van der Staaij: Liefs uit Bogotá. Ons verhaal over adoptie. Zoetermeer, Boekencentrum, 2004. SGP-politicus Tweede Kamerlid
Cornelis Gerrit (Kees) van der Staaij (Vlaardingen, 12 september 1968) is een Nederlands politicus. Hij zit sinds 19 mei 1998 namens de SGP in de Tweede Kamer en was er van 27 maart 2010 tot 25 augustus 2023 de partijleider. Hij is sinds maart 2017 het langst zittende lid van de Tweede Kamer.
1
persoon, individu, mens
777
Episode
3826167
https://nl.wikipedia.org/wiki/Gillian%20Jacobs
Gillian Jacobs
Gillian McLaren Jacobs (Pittsburgh, 19 oktober 1982) is een Amerikaanse actrice. Jacobs speelde onder meer Britta Perry in 110 afleveringen van de televisieserie Community. Biografie Jacobs werd geboren in Pittsburgh en groeide op in Mount Lebanon (Pennsylvania). Zij begon op achtjarige leeftijd met acteerlessen, en op zaterdag nam zij lessen aan het Pittsburgh Playhouse aldaar. Zij doorliep de high school aan de Mt. Lebanon High School in Mount Lebanon waar zij in 2000 haar diploma haalde. Ze verhuisde naar New York waar zij in 2004 haar bachelor haalde aan de Juilliard School. Zij begon met acteren in lokale theaters. Filmografie Films 2022 Night at the Museum: Kahmunrah Rises Again - als Erica (stem) 2022 The Seven Faces of Jane - als Jane 2022 The Contractor - als Brianne 2021 Injustice - als Harley Quinn (stem) 2021 Fear Street Part Three: 1666 - als Constance Berman / Ziggy Berman 2021 Fear Street Part Two: 1978 - als C. Berman / Ziggy Berman 2021 Fear Street Part One: 1994 - als C. Berman 2021 Mark, Mary & Other People - als Dr. Jacobs 2021 North Hollywood - als Abigaile 2020 Come Play - als Sarah 2020 Magic Camp - als Darkwood 2020 I Used to Go Here - als Kate 2018 Ibiza - als Harper 2018 Life of the Party - als Helen 2017 Magic Camp - als Christina Darkwood 2017 Lemon - als Tracy 2016 Brother Nature - als Gwen Turley 2016 (Dean) - als Nicky 2016 Don't Think Twice - als Samantha 2015 Visions - als Sadie 2014 No Way Jose - als Penny 2014 Hot Tub Time Machine 2 - als Jill 2014 Black and White - als Fay 2014 The Lookalike - als Lacey 2014 Life Partners - als Paige 2014 Walk of Shame - als Rose 2013 Community: Miracle on Jeff's Street – als Britta Perry (stem) 2013 Made in Cleveland – als Martha 2013 Teddy Bears – als Emily 2013 Bad Milo! - als Sarah 2013 The Incredible Burt Wonderstone – als Miranda 2012 Seeking a Friend for the End of the World – als serveerster / Katie 2012 Adventures in the Sin Bin – als Lauren 2012 Revenge for Jolly! – als Tina 2012 Watching TV with the Red Chinese – als Suzanne 2011 Let Go – als Darla 2010 Coach – als Zoe 2010 Nonames – als CJ 2010 Helena from the Wedding – als Helena 2009 The Box – als Dana 2009 Solitary Man – als meisje 2008 Gardens of the Night – als Leslie 2008 Choke – als Cherry Daiquiri / Beth 2007 Up All Night – als Marni 2007 Blackbird – als Froggy 2005 Building Girl – als Katie Televisieseries Uitgezonderd eenmalige gastrollen. 2021-2023 Invincible - als Samantha Eve Wilkins (stem) - 11 afl. 2022 DC Batman: The Audio Adventures - als Harley Quinn (stem) - 10 afl. 2022 Winning Time: The Rise of the Lakers Dynasty - als Chris Riley - 3 afl. 2022 Minx - als Maggie - 2 afl. 2021 Aquaman: King of Atlantis - als Mera (stem) - 2 afl. 2021 Ten Year Old Tom - als Dakota / Sara (stem) - 10 afl. 2016-2018 Love - als Mickey Dobbs - 34 afl. 2017 Regular Show - als Blu-Ray (stem) - 2 afl. 2015 Long Live the Royals - als Rosalind / Katherine (stemmen) - 4 afl. 2009-2015 Community – als Britta Perry – 110 afl. 2013-2014 Monsters vs. Aliens: The Series - als Sta'abi (stem) - 12 afl. 2013 Tiny Commando – als Mitzi McNeil – 8 afl. 2006 The Book of Daniel – als Adele Congreve – 3 afl. Amerikaans filmacteur Amerikaans televisieacteur
Jacobs speelde onder meer Britta Perry in 110 afleveringen van de televisieserie Community.
1
aflevering, tv-serie, seizoen
8,068
UserDownloads
72915
https://nl.wikipedia.org/wiki/LimeWire
LimeWire
LimeWire was een opensource-programma om bestanden te downloaden en te delen via het Gnutella-netwerk, een p2p-netwerk. Het is geschreven in Java en daarom platformonafhankelijk. Het was ook mogelijk om via BitTorrent-bestanden te downloaden en te delen. Versies Het programma was beschikbaar in twee versies: een gratis basisversie. een uitgebreidere variant (PRO) die op commerciële basis werd aangeboden. Van de commerciële Pro-versie wordt beweerd dat de downloads sneller en virusvrij zijn. Een ironisch gegeven is dat de betaalde PRO-versie van LimeWire illegaal verkrijgbaar was via de gratis basisversie. De LimeWire-broncode wordt gepubliceerd onder GPL en is beschikbaar op ontwikkelingssite van LimeWire. Limewire Pirate Edition LimeWire Pirate Edition (LPE) is gemaakt door onbekenden uit onvrede over de verloren rechtszaak. Deze versie bevat alle PRO-functies zonder reclame en de Ask-toolbar. De functies van LimeWire zijn lamgelegd sinds de veroordeling van 26 oktober 2010. Limewire versies 5.5.10 en ouder werken nog steeds zonder problemen, zo ook de onofficiële Pirate Edition. Dit is een onafhankelijk product en deze versie is niet officieel ondersteund door Lime Wire LLC. Op 10 november 2010 bracht een geheime groep softwareontwikkelaars genaamd "Secret Dev Team" de piraten-editie uit van LimeWire, die gebaseerd is op bètaversie 5.6. Deze werd echter later offline gehaald om onbekende redenen. Aangeklaagd Universal Music, EMI, Sony BMG Music Entertainment en Warner Music hebben LimeWire op 5 augustus 2006 voor de rechter gedaagd. Ze stellen dat het gratis downloaden via het programma illegaal gebeurt en de maatschappijen eisen $ 150.000 voor elke overtreding. In 2005 bepaalde een Amerikaanse rechter dat er juridische stappen genomen kunnen worden tegen bedrijven die geen rekening houden met het auteursrecht. Op 8 november 2006 is bekendgemaakt dat LimeWire niet strafbaar is, maar enkel de mensen die het programma gebruiken voor illegale doeleinden. Op 26 oktober 2010 is LimeWire in de VS na een gerechtelijk bevel verboden. De Lime Group wil nu verdergaan als betaalde muziekdienst (zoals Spotify). Het is nog maar de vraag of muziekmaatschappijen hun muziek willen verkopen aan een ex-piraterijgroep. In het verleden zijn dergelijke plannen bij in aard verwante websites zoals Napster en Kazaa namelijk grotendeels mislukt. Ondanks dat Limewire officieel al jaren niet meer bestaat dreigen er nog altijd rechtszaken tegen de voormalig eigenaren te worden begonnen. Zo werd op 1 maart 2012 bekend dat, ter voorkoming van een rechtszaak, een schikking getroffen is met Merlin, een vertegenwoordiger van onafhankelijke muziekbedrijven. Alternatieven Nadat de zoek-, download-, upload- en updatefuncties zijn stopgezet, kwam er een alternatief. Er is een namaak-LimeWire-programma, genaamd FrostWire. Dit werkt hetzelfde als het traditionele LimeWire, via hetzelfde p2p-netwerk, namelijk een BitTorrentcliënt. Het uiterlijk is van 'Lime' naar 'Frost'. Inmiddels werkt LimeWire 5.6 ook niet meer, waardoor zelfs reeds geïnstalleerde versies niet meer werken. Dit werd gedaan na een beslissing van de rechter, als onderdeel van het LimeWire-arrest. Externe links Officiële website (gearchiveerd) Projectpagina - Nederlands (gearchiveerde versie uit 2005) Nieuwsbericht over het gerechtelijk bevel Peer-to-peer Opensourcesoftware en vrije software Software geschreven in Java
Van de commerciële Pro-versie wordt beweerd dat de downloads sneller en virusvrij zijn. Een ironisch gegeven is dat de betaalde PRO-versie van LimeWire illegaal verkrijgbaar was via de gratis basisversie. De LimeWire-broncode wordt gepubliceerd onder GPL en is beschikbaar op ontwikkelingssite van LimeWire.
1
downloads, gebruikersdownloads, bestandsoverdrachten
5,299
FilmAction
2542509
https://nl.wikipedia.org/wiki/Dingen%20die%20niet%20voorbijgaan
Dingen die niet voorbijgaan
Dingen die niet voorbijgaan is een televisiefilm uit 1970 van regisseur Philo Bregstein over de historicus Jacques Presser. Beschrijving De film vormt het door hemzelf vertelde levensverhaal van de Joodse historicus en hoogleraar Presser met in het beeld een compilatie van geluidsopnames, historische foto's, archiefbeelden en filmopnamen van Presser zelf. De Engelse versie, genaamd The past that lives, heeft een Engels commentaar. Het oorspronkelijk door Presser in het Nederlands gesproken commentaar is nagesproken door Ton van Duinhoven. De film werd gemaakt in opdracht van de VARA en door deze omroep uitgezonden in 1970; op het filmfestival van Mannheim werd de film in datzelfde jaar tweemaal bekroond. De film is opgenomen in deel twee van de dvd-box Tijdsbeeld Nederland, hoogtepunten uit de Nederlandse documentaire film. Film uit 1970 Nederlandse film Film van Philo Bregstein
Beschrijving De film vormt het door hemzelf vertelde levensverhaal van de Joodse historicus en hoogleraar Presser met in het beeld een compilatie van geluidsopnames, historische foto's, archiefbeelden en filmopnamen van Presser zelf. De Engelse versie, genaamd The past that lives, heeft een Engels commentaar. Het oorspronkelijk door Presser in het Nederlands gesproken commentaar is nagesproken door Ton van Duinhoven. De film werd gemaakt in opdracht van de VARA en door deze omroep uitgezonden in 1970; op het filmfestival van Mannheim werd de film in datzelfde jaar tweemaal bekroond. De film is opgenomen in deel twee van de dvd-box Tijdsbeeld Nederland, hoogtepunten uit de Nederlandse documentaire film.
1
filmmaken, filmopname, videoproductie
2,202
Series
5495042
https://nl.wikipedia.org/wiki/Muppets%20Now
Muppets Now
Muppets Now is een Amerikaanse televisieserie geproduceerd door The Muppets Studio voor de streamingdienst Disney+, geregisseerd door Kirk Thatcher. Uitgangspunt Muppets Now bestaat uit meerdere verschillende segmenten die door middel van een Raamvertelling met Scooter aan elkaar worden gekoppeld. De segmenten betreffen een spelshow, een kookprogramma en een talkshow. In de serie worden twee nieuwe personages geïntroduceerd: Joe the Legal Weasel en Beverly Plume. Segmenten Lifesty(le) with Miss Piggy - Miss Piggy geeft lifestyle-tips met hulp van Uncle Deadly, Taye Diggs, Linda Cardellini, en diverse andere Muppets en bekende mensen. Het segment is onderverdeeld in kleinere segmenten, waaronder "Try it with Taye Diggs" waarin Piggy en Taye Diggs schoonheidsregimes of exotisch voedsel uitproberen en "Le Chat Room" waarin Miss Piggy het gegeven onderwerp bespreekt met Linda Cardellini en twee andere muppets (meestal is een van hen een willekeurig niet-antropomorf dier of antropomorf voorwerp). Het zit in alle afleveringen. Økėÿ Døkęÿ Køøkïñ - Wordt gepresenteerd door kalkoen Beverly Plume waarin De Zweedse Kok het opneemt tegen beroemde chef-koks. Het komt voor in vijf van de zes afleveringen. Muppet Masters - Hierin ontdekt Walter de verbogen talenten van andere Muppets. Het zit in aflevering 1 en 5. Mup Close and Personal - Een muppet probeert een diepzinnig gesprek aan te gaan met een beroemd iemand. Het zit in aflevering 1, 4 en 6. Muppet Labs Field Test - Dr. Bunsen Honeydew en Beaker gaan experimenten in de openlucht. Voorafgaand aan dit segment zijn er veiligheidswaarschuwingen met Kermit en Joe the Legal Weasel. Het komt voor aflevering 2 t/m 6. Rolverdeling Poppen Matt Vogel - Kermit de Kikker, Uncle Deadly, Camilla, Floyd Pepper en cactussen. Eric Jacobson - Fozzie Beer, Miss Piggy, Animal, Sam the Eagle, Mol en Cactussen. Dave Goelz - Gonzo, De Zweedse Kok, Waldorf, Big Mean Carl, Howard Tubman, Bubba the Rat, Bobo the bear, Dr. Teeth en Baby. David Rudman - Scooter, Beaker, Janice, Miss Poogy en Baby. Peter Linz - Walter, Statler, Link Hogthrob, Joe the Legal Weasel, Beepalyzer en Foo-Foo. Julianne Buescher - Yolanda the Rat, Beverly Plume, Margaret, Rosie the Sheep, Beak-R, Priscilla the chicken, Brie the Cheese, Elena the Penguin, een konijn, een geit, Esther en Mary the Cow. Deelnemers van "Pepe's Unbelievable Gameshow" Brie Carter Artoun Nazerith Daniel Montgomery Niko Posey Edward Mawere Karina Yzobel Speciale gasten Taye Diggs Linda Cardellini RuPaul Carlina Will Danny Trejo Roy Choi Al Madrigal Aubrey Plaza Giuseppe Losavio Marina Michelson Seth Rogen Overige cast Piotr Michael - Stem als voice-over van de "Mup Close and Personal" intro. Matthew Barnette als Bezorger. Carolyn Gardner als stem van klantenservice medewerker van de "High Pressure Helpline". Amerikaanse televisieserie Programma van Disney+
Muppets Now is een Amerikaanse televisieserie geproduceerd door The Muppets Studio voor de streamingdienst Disney+, geregisseerd door Kirk Thatcher.
1
serie, reeks, verzameling
3,420
WorkersUnion
1569082
https://nl.wikipedia.org/wiki/Arthur%20Scargill
Arthur Scargill
Arthur Scargill (Worsbrough Dale, 11 januari 1938) is een Brits politicus en vakbondsleider. Hij was president van de National Union of Mineworkers (NUM) van 1982 tot 2002. Hij sloot zich in 1957 aan bij de NUM, toen hij 19 jaar oud was. In de jaren 60 werd hij een prominent kaderlid. In 1973 speelde Scargill een belangrijke rol in de mijnwerkersstakingen die de aanleiding waren voor het aftreden van het Conservatieve kabinet van premier Edward Heath in mei 1974. Scargill was de drijvende kracht achter de mijnwerkersstakingen van 1984-85. Dit zou een belangrijke gebeurtenis worden in de arbeidersgeschiedenis en politieke geschiedenis van Groot-Brittannië. De staking van 1984-85 liep uit op een confrontatie met het Conservatieve kabinet van premier Thatcher. De mijnwerkersvakbonden werden uiteindelijk verslagen. Koolwinning verdween toen grotendeels als belangrijkste industrie van Groot-Brittannië. Als voormalig lid van de Labour Party, is Scargill nu leider van de Socialist Labour Party (SLP). Deze partij richtte hij op in 1996. Mijnwerkersstakingen Op 6 maart 1984 kondigde de Britse regering aan dat ze 20 kolenmijnen zou sluiten. In de toekomst zouden nog eens 70 mijnen worden gesloten. Scargill leidde de vakbonden tijdens de staking van 1984-85. Hij beweerde dat de regering van plan was om de koolindustrie te verwoesten door verlieslijdende mijnen te sluiten. Hij beweerde dat de regering een lijst bijhield van jaarlijks te sluiten mijnen. Dit werd toentertijd ontkend door de regering. Echter, uit documenten die in 2014 werden vrijgegeven bleek dat Scargill gelijk had. De mijnwerkers waren verdeeld in twee groepen: zij die de stakingen steunden en zij die de stakingen niet steunden. Scargill had echter nooit een stemming gehouden onder vakbondsleden; dit werd gezien als verval van de democratie binnen de vakbonden. De media typeerden de staking als Scargill's strike ('Scargills staking'). Tegenstanders van Scargill beschuldigden hem van opportunisme. Veel politici, onder wie Labour-leider Neil Kinnock, waren ervan overtuigd dat Scargill een grote fout had gemaakt door de staking in de zomer te houden, in plaats van in de winter. De staking eindigde op 3 maart 1985, als gevolg van een stemming van de vakbond waarin leden aangaven weer te gaan willen werken. De staking was een bepalende gebeurtenis in de industriële geschiedenis van Groot-Brittannië. De nederlaag tijdens de staking van 1985 werd gezien als een afzwakking van de vakbonden. De gebeurtenissen golden als een grote politieke overwinning voor premier Margaret Thatcher en de Conservatieve regering. De staking werd omschreven als een symbolische strijd: de NUM was een van de sterkste vakbonden van Groot-Brittannië die, volgens velen, verantwoordelijk was voor het aftreden van het kabinet van Edward Heath als gevolg van de staking van 1974. In tegenstelling tot de stakingen tijden de jaren 70 liep de latere staking uit op een mislukking. Het kabinet van Thatcher was in staat gebleken om haar conservatieve begrotingsprogramma door te voeren. De politieke macht van de NUM en de meeste andere Britse vakbonden was sterk teruggedrongen. Socialist Labour Party Scargill stichtte de Socialist Labour Party in 1996. Deze afscheuring van de Labour Party werd geen succes. Scargill stelde zich tweemaal kandidaat bij algemene verkiezingen. In 1997 stelde hij zich vergeefs tegen Labourkandidaat Alan Howarth, die voordien tot de conservatieve partij had behoord. In 2001 stelde hij zich tegen Peter Mandelson in kiesomschrijving Hartlepool kandidaat, maar behaalde amper 2,4 % van de stemmen. In mei 2009 voerde hij de lijst van zijn partij aan bij de Europese verkiezingen, maar behaalde geen enkele zetel. Doorheen de jaren is hij steeds maar extremer geworden. In 2003 bracht hij een publieke hulde aan Jozef Stalin. Brits vakbondsbestuurder
De staking eindigde op 3 maart 1985, als gevolg van een stemming van de vakbond waarin leden aangaven weer te gaan willen werken. De staking was een bepalende gebeurtenis in de industriële geschiedenis van Groot-Brittannië. De nederlaag tijdens de staking van 1985 werd gezien als een afzwakking van de vakbonden. De gebeurtenissen golden als een grote politieke overwinning voor premier Margaret Thatcher en de Conservatieve regering. De staking werd omschreven als een symbolische strijd: de NUM was een van de sterkste vakbonden van Groot-Brittannië die, volgens velen, verantwoordelijk was voor het aftreden van het kabinet van Edward Heath als gevolg van de staking van 1974. In tegenstelling tot de stakingen tijden de jaren 70 liep de latere staking uit op een mislukking. Het kabinet van Thatcher was in staat gebleken om haar conservatieve begrotingsprogramma door te voeren. De politieke macht van de NUM en de meeste andere Britse vakbonden was sterk teruggedrongen.
4
vakbond, werknemersorganisatie, collectieve onderhandeling
8,447
Mosque
3875193
https://nl.wikipedia.org/wiki/Bibi-Khanum
Bibi-Khanum
De Bibi-Khanummoskee (Perzisch: مسجد بی بی خانم; Oezbeeks: Bibi-Xonum machiti) is een beroemde historische vrijdagmoskee in Samarkand. Zijn naam komt van de vrouw van de 14e-eeuwse heerser, Timoer Lenk. De buitenmuren zijn 167 meter lang en 109 meter breed. De koepel van het hoofdgebouw bereikt een hoogte van 40 meter en de toegangsweg is 35 meter hoog. Er staat een grote marmeren koran in het midden van de binnenplaats. Historie De Bibi-Khanummoskee werd gebouwd van 1399 tot ongeveer 1404 in opdracht van de Centraal-Aziatische heerser Timoer Lenk. Moskee in Oezbekistan
De Bibi-Khanummoskee (Perzisch: مسجد بی بی خانم; Oezbeeks: Bibi-Xonum machiti) is een beroemde historische vrijdagmoskee in Samarkand. Zijn naam komt van de vrouw van de 14e-eeuwse heerser, Timoer Lenk. De buitenmuren zijn 167 meter lang en 109 meter breed. De koepel van het hoofdgebouw bereikt een hoogte van 40 meter en de toegangsweg is 35 meter hoog. Er staat een grote marmeren koran in het midden van de binnenplaats.
2
moskee, islamitisch gebedshuis, gebedsruimte
5,309
FurnitureStore
4313391
https://nl.wikipedia.org/wiki/Heilig%20Hartbeeld%20%28Nijmegen%29
Heilig Hartbeeld (Nijmegen)
Het Heilig Hartbeeld is een standbeeld in de Nederlandse plaats Nijmegen, in de provincie Gelderland. Achtergrond In 1900 werd aan de Kraijenhofflaan in Nijmegen de H. Hartkerk in gebruik genomen. In 1944 raakte de kerk door oorlogshandelingen zwaar beschadigd, maar hij kon worden gerestaureerd. In september 1951 vierde pastoor A. Brenninkmeijer zijn zilveren professiefeest en hij kreeg van de parochianen een Heilig Hartbeeld aangeboden. Het beeld, gemaakt door Albert Meertens, werd op 22 juni 1952 op het voorplein van de kerk onthuld. Door ontkerkelijking werd de kerk te groot. In 1970 werd het kerkgebouw verkocht aan een meubelzaak, het pand ging in 1977 in vlammen op. De parochie kocht van de Nederlands Hervormde Gemeente de Thomaskerk aan de Tweede Oude Heselaan, die werd omgedoopt tot H. Hartkerk. Het Hartbeeld verhuisde mee naar de nieuwe locatie. Beschrijving Het beeld toont een staande Christusfiguur, gekleed in gedrapeerd gewaad. Hij houdt zijn rechterhand zegenend opgeheven, zijn linkerhand wijst naar het vlammende Heilig Hart op zijn borst. Op de sokkel het opschrift De sokkel werd later vervangen door een gemetseld bakstenen voetstuk. Literatuur Ewals, L. (2011) Albert Meertens, beeldhouwer. Heumen: Jac Maris Museum. Zie ook Lijst van beelden in Nijmegen Lijst van Heilig Hartbeelden in Nederland Beeld van Albert Meertens Beeld in Nijmegen Nijmegen
Door ontkerkelijking werd de kerk te groot. In 1970 werd het kerkgebouw verkocht aan een meubelzaak, het pand ging in 1977 in vlammen op. De parochie kocht van de Nederlands Hervormde Gemeente de Thomaskerk aan de Tweede Oude Heselaan, die werd omgedoopt tot H. Hartkerk. Het Hartbeeld verhuisde mee naar de nieuwe locatie.
1
meubelwinkel, interieurwinkel, meubelzaak
5,863
UserPlusOnes
2226407
https://nl.wikipedia.org/wiki/I-boek
I-boek
Een i-boek of internetboek is een boek dat als een vrij toegankelijke publicatie in websitevorm uitgegeven wordt, maar wel kenmerken in zich draagt van een gedrukt boek. Kenmerken Bij de opmaak van een i-boek staan leescomfort, goed verzorgd en ruim bemeten beeldmateriaal en een aantrekkelijke pagina-indeling centraal. Kennisoverdracht behoort het uitgangspunt te zijn. In plaats van een reeks pagina’s met een reeks subpagina’s enz. bevat een i-boek klassieke hoofdstukken in de vorm van lange pagina’s, waarbij de tekst om de illustraties heen loopt als in een gedrukt boek. Een i-boek heeft een consequent stramien. Geschiedenis De Nederlandse auteur Bert Bolle zegt de naam i-boek voor het eerst in oktober 1998 te hebben toegepast. Al werkend met het toentertijd in opkomst zijnde internet, zag hij mogelijkheden voor een website in boekvorm waarvoor hij de benaming i-boek bedacht. De heer Bolle zag een nieuwe en aantrekkelijke bron van gratis kennisoverdracht en experimenteerde met een geïllustreerd artikel dat hij in een primitieve boekvorm op het internet plaatste. De gemiddelde transmissiesnelheid op het internet lag toen echter nog te laag voor een soepel gebruik van omvangrijke bestanden en enkele webbrowsers hadden moeite met de boek-achtige opmaak. Nadat breedband-internet gemeengoed was geworden en er meer mogelijkheden voor websites kwamen zoals verbeterde HTML, Javascript, Flash en CSS, kwam het componeren van meer complexe websites binnen handbereik. I-boek versus gedrukt boek Een i-boek kent een aantal pluspunten ten opzichte van een gedrukt boek, zoals de kosteloze toegankelijkheid. Verder is een i-boek flexibeler dan een gedrukt boek. Er kunnen op ieder moment veranderingen worden aangebracht door de auteur. Door de digitale opzet kan een i-boek volledig interactief worden gemaakt; de lezer kan zelf bepaalde acties in gang zetten. Namen van personen of zaken kunnen via hyperlinks toegang geven tot een opspringend tekstkader, een andere website-pagina of een andere website. Een voorbeeld is een boek dat groepsfoto‘s bevat met veel personen. In plaats van een onoverzichtelijk bijschrift, kan de lezer bij een i-boek met de muis over een hoofd bewegen, waarbij dan de naam van de persoon in een tekstkadertje opspringt. Wordt er op zo'n hoofd geklikt, dan springt de lezer naar een aparte pagina die de persoon nader beschrijft, bijvoorbeeld in een genealogisch verslag. In een gedrukt boek moet de lezer via een vaak ellenlange index een andere pagina opzoeken en dan weer terugbladeren. Met een i-boek is het één muisklik heen en één muisklik terug. Op afbeeldingen kan desgewenst worden ingezoomd. Muziek- en videofragmenten kunnen overal worden ingelast. Storende onderbrekingen als bronvermeldingen en andere annotaties kunnen worden verstopt in aanklikbare tekstgedeelten zoals bijschriften. Verder kunnen lettergrootte en beeldhelderheid makkelijk worden aangepast aan de ogen van de lezer. Duurzaamheid De vluchtigheid van het medium internet maakt de levensduur van een i-boek tot een onzekere factor. Dat probleem verdwijnt wanneer het i-boek op een cd-rom of andere permanente gegevensdrager wordt gezet. Cd's zouden zo'n 40 tot 200 jaar meegaan, maar al na enkele jaren kleine informatiestukken kunnen verliezen. Voorbeeld Internet Boek
I-boek versus gedrukt boek Een i-boek kent een aantal pluspunten ten opzichte van een gedrukt boek, zoals de kosteloze toegankelijkheid. Verder is een i-boek flexibeler dan een gedrukt boek. Er kunnen op ieder moment veranderingen worden aangebracht door de auteur. Door de digitale opzet kan een i-boek volledig interactief worden gemaakt; de lezer kan zelf bepaalde acties in gang zetten. Namen van personen of zaken kunnen via hyperlinks toegang geven tot een opspringend tekstkader, een andere website-pagina of een andere website. Een voorbeeld is een boek dat groepsfoto‘s bevat met veel personen. In plaats van een onoverzichtelijk bijschrift, kan de lezer bij een i-boek met de muis over een hoofd bewegen, waarbij dan de naam van de persoon in een tekstkadertje opspringt. Wordt er op zo'n hoofd geklikt, dan springt de lezer naar een aparte pagina die de persoon nader beschrijft, bijvoorbeeld in een genealogisch verslag. In een gedrukt boek moet de lezer via een vaak ellenlange index een andere pagina opzoeken en dan weer terugbladeren. Met een i-boek is het één muisklik heen en één muisklik terug. Op afbeeldingen kan desgewenst worden ingezoomd. Muziek- en videofragmenten kunnen overal worden ingelast. Storende onderbrekingen als bronvermeldingen en andere annotaties kunnen worden verstopt in aanklikbare tekstgedeelten zoals bijschriften. Verder kunnen lettergrootte en beeldhelderheid makkelijk worden aangepast aan de ogen van de lezer.
1
gebruikersinteractie, pluspunten, pagina-interactie
4,449
SpeakableSpecification
40766
https://nl.wikipedia.org/wiki/Querytaal
Querytaal
Een querytaal is een taal om query's uit te voeren op een database. Dit kan een platte database, een hiërarchische database, een netwerkdatabase, een relationele database, of een objectgeoriënteerde database zijn. Zie ook Er bestaan verschillende soorten querytalen. De bekendste hiervan is SQL voor het benaderen van relationele databases De querytalen XQL, XQuery en XPath voor XML-gegevensobjecten Voor platte tekstbestanden zijn in Unix de gereedschappen grep, sed en awk ingeburgerd. Ze zijn gebaseerd op reguliere expressies en doen vaak dienst als querytaal. Language Integrated Query (LINQ) SPARQL voor zoekopdrachten van Sematische Web applicaties. Computertaal Dataopslag
Zie ook Er bestaan verschillende soorten querytalen. De bekendste hiervan is SQL voor het benaderen van relationele databases De querytalen XQL, XQuery en XPath voor XML-gegevensobjecten Voor platte tekstbestanden zijn in Unix de gereedschappen grep, sed en awk ingeburgerd. Ze zijn gebaseerd op reguliere expressies en doen vaak dienst als querytaal. Language Integrated Query (LINQ) SPARQL voor zoekopdrachten van Sematische Web applicaties.
1
spreekbare inhoud, xpath, css-selector
7,587
ChildCare
2798370
https://nl.wikipedia.org/wiki/Onze-Lieve-Vrouw%20van%20Altijddurende%20Bijstandkerk%20%28Breda%29
Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstandkerk (Breda)
De Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstandkerk is een voormalige kerk in de Nederlandse stad Breda. Geschiedenis Het gebouw aan het Monseigneur Nolensplein werd opgericht ten behoeve van de Nazarethparochie van Breda. De kerk is ontworpen door architect en stedenbouwkundige M.J. Granpré Molière. In december 1952 werd de kerk, toegewijd aan Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand in gebruik genomen. Begin 21e eeuw werd de kerk onttrokken aan de eredienst. In 2006 is de kerk aangekocht door de gemeente Breda om er een aantal sociale en maatschappelijke voorzieningen voor de wijk in te huisvesten. De kerk is aangekocht om als middelpunt te gaan dienen voor een van de 5 multifunctionele accommodaties (mfa of brede school) die de gemeente Breda heeft gebouwd. In 2007 is de kerk op de lijst van minister Plasterk van Cultuur van honderd objecten met bijzondere architectuur of nationale herinneringswaarde gebouwd tussen 1940 en 1958 gekomen. In 2010 is de kerk officieel aangewezen als rijksmonument. Project Huis van de Heuvel In oktober 2004 heeft de gemeente het besluit genomen voor realisatie van een brede school aan het Mgr. Nolensplein, het Huis van de Heuvel. Hiervoor is de kerk aan het Mgr. Nolensplein aangekocht. Het project omvat twee basisscholen (de Keysersmolen en de Piramide), een gymzaal, een gemeenschapshuis, wijkrestaurant, inloophuis en bibliotheek, kinderopvang en buitenschoolse opvang, peuterspeelzaal en een consultatiebureau. Naast nieuwbouw vormt de verbouwde voormalige kerk - het 'Ledikant' - het hart van dit multifunctionele centrum, dat in 2012 voltooid is. Architectenbureau Atelier PRO uit Den Haag heeft dit gebouw ontworpen. Kerkgebouw in Breda Kerkgebouw in het bisdom Breda Rijksmonument in Breda
Project Huis van de Heuvel In oktober 2004 heeft de gemeente het besluit genomen voor realisatie van een brede school aan het Mgr. Nolensplein, het Huis van de Heuvel. Hiervoor is de kerk aan het Mgr. Nolensplein aangekocht. Het project omvat twee basisscholen (de Keysersmolen en de Piramide), een gymzaal, een gemeenschapshuis, wijkrestaurant, inloophuis en bibliotheek, kinderopvang en buitenschoolse opvang, peuterspeelzaal en een consultatiebureau.
1
kinderopvang, crèche, kinderdagverblijf
10,401
Preschool
32735
https://nl.wikipedia.org/wiki/Duffel
Duffel
Duffel is een plaats en gemeente in de Belgische provincie Antwerpen en behoort nog tot de Zuiderkempen. De gemeente is de hoofdplaats van het kieskanton Duffel en behoort tot het gerechtelijk kanton Lier. Duffel ligt aan de rivier de Nete en telt ruim 17.000 inwoners. Toponymie De naam Duffel is afgeleid van de oudere vorm Duffla. Deze werd voor het eerst vermeld in het jaar 1059. Later veranderde de naam naar Duffle (voor 1350) en Duffele (na 1350). Vanaf 1684 dragen alle documenten de huidige naam. Het toponiem Duffel is vermoedelijk een tweeledige naam (Duff en le). Duff zou volgens deskundigen afgeleid zijn van het Keltische woord dubro (water). le zou een verwijzing zijn naar lo dat op zijn beurt afgeleid zou zijn van het Latijnse locus (plaats). Duffel betekent dan "plaats bij het water". Deze stelling schijnt te kloppen aangezien er verschillende bewijzen van Keltische bewoning zijn gevonden (vergelijk met de vondst van een bladvormige bronzen lanspunt en een ijzeren haardketting). Andere bronnen beweren echter dat het eerste lid van de naam (Duff) zou verwijzen naar de Frankische uitdrukking ten (h)uffel, wat ten heuvel zou hebben betekend. Ook dit is een mogelijkheid aangezien de gemeente ontstond uit twee op heuvels gelegen verhevenheden. (vergelijk met de Kwakkelenberg in Duffel-Oost en de Rooienberg in Duffel-West). Geschiedenis Over de allervroegste geschiedenis van Duffel is zeer weinig bekend, hoewel er verschillende artefacten op het grondgebied werden gevonden. Zo trof men tal van gefossiliseerde skeletresten uit de laatste ijstijd aan tijdens de aanleg van de bezinkbekkens van de Antwerpse Waterwerken (1952-1955). Neolithicum De eerste sporen van menselijke bewoning stammen uit de Bronstijd (1600-500 v. Chr.). Vermoedelijk woonde er in deze periode een Keltische stam op het grondgebied van het huidige Duffel, nabij een doorwaadbare plaats van de Nete. Uit deze periode stamt namelijk de vondst van een bronzen lanspunt van 38 bij 8 cm, een typisch onderdeel uit de traditionele wapenuitrusting van de Kelten. Deze werd ontdekt tijdens graafwerken van een nieuwe bedding voor de Nete in 1932. In 1954 vond een arbeider in het Voogdijbroek, tijdens de graafwerken voor de AWW een ijzeren haardketting (die vermoedelijk uit de La Tène III-periode stamt) en een eiken mikstok (waarvan de herkomst en het nut onbekend zijn). Gallo-Romeinse Tijd Tijdens een uitzaveling langs de Mechelsebaan in 1950 werd er een scherf van Romeins aardewerk opgediept. Daarnaast werd er tijdens dreggingswerken in 1963 in de Nete een zilveren pannetje met een rijk versierde steel gevonden. De steel van het pannetje was versierd met een vrouwengezicht geflankeerd door het profiel van twee panters, een bladmotief met een afbeelding van Mercurius, een bok en ten slotte twee vogels met een lange bek. In 2020 werden bij de graafwerken voor de gymhal de resten van een 2000 jaar oude Romeinse waterput en enkele fragmenten gevonden. De opgraving werd door de lokale filmclub in beeld gebracht. Middeleeuwen De oude naam van Duffel (Duffla) duikt voor de eerste maal in de annalen der geschiedenis op in 1059 en was eertijds verdeeld in drie heerlijkheden, namelijk Duffla Hoogheid, Duffla Voogdij en ten slotte Duffla Perwijs. Duffla Hoogheid: Deze heerlijkheid was, zo weten we uit de oudst-gekende bronnen, in handen van de gebroeders Hildincshusen, heren van Ter Elst (destijds eigenaars van het nog bestaande Kasteel ter Elst). Vervolgens kwam ze in handen van de Heren van Grimbergen en nog later werd het gebied eigendom van de Mechelse Berthouts. Duffla Voogdij: Deze heerlijkheid was aanvankelijk in handen van de abdij van Nijvel tot ze aan het einde van de 13de eeuw werd toegeëigend door de familie Van Wesemael. Duffla Perwijs: Deze heerlijkheid, zo leert ons de geschiedenis, was aanvankelijk in handen van de heren van Grimbergen, vervolgens ging het over naar de Mechelse Berthouts en kwam ten slotte in handen van de Duffelse tak van deze familie. Ancien régime Duffels laken Vanaf de 15de eeuw kent de gemeente een ware bloeiperiode dankzij de weefnijverheid, zo worden de Duffelse lakens uitgevoerd naar onder andere Lübeck, Riga en Keulen en later ook naar Spanje en Portugal. In de Nederlands stad Leiden wordt het vervaardigingsproces overgenomen en ontstaat een eigen lakennijverheid. Aldus ontstaat, naast de naam voor de plaats ook het woord "duffel" met de betekenis "zware, ruwe stof van wol", tegenwoordig het meest bekend van de duffel jas. Duffel groeit in deze periode uit tot een zeer vermaard, rijk bewoond gebied met buitengewoon veel mooie huizen. Kasteel Ter Elst, Muggenberg en het hoogkoor van de Sint-Martinuskerk herinneren hier nog aan. Schuttersgilden Er werden in deze periode ook drie schuttersgilden (de Gilde van de Edele Voet- of Kruisboog van Sint-Joris, de Oude Gilde van Sint-Sebastiaan en de Jonge Gilde van Sint-Sebastiaan) en twee religieuze "broederschappen" (Gulde van Sint-Martinus en de Onse Vrouwe Gulde van Duffele) opgericht. De Duffelse schuttersverenigingen waren zo succesvol dat ze onder andere in 1497 de eerste prijs behaalden in een vermaard schietspel in Mechelen. Dit inspireerde de bewoners om zelf ook een schuttersfeest in te richten. Tijdens deze festiviteiten werd er elke avond een toneelopvoering georganiseerd. Zo ontstonden de rederijkerskamers vanaf de 16de eeuw. De Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) luidde het verval van de welvaart in. In het begin van de 17de eeuw komen de drie "Duffels" in het bezit van de familie van Merode, markiezen van Deinze. Elk van de heerlijkheden behoudt echter zijn eigen schepenbank en het duurt nog tot 1796 vooraleer de gemeente onder Frans bestuur verenigd wordt. Moderne Tijd De gemeente groeide stilaan uit tot een klein handels- en industriecentrum, in tegenstelling tot de meeste andere dorpen van het Mechelse arrondissement die zich rond 1840 vrijwel uitsluitend bezighielden met de landbouw. Dit was mogelijk dankzij de ligging langs de Nete en de nieuwe spoorlijn Brussel-Antwerpen. Deze zorgde immers voor een vlotte verbinding met de belangrijkste steden en de Haven van Antwerpen. In deze periode floreerde vnl. de handel in kalk, hout en steenkolen. Met de komst van een met stoommachines uitgeruste wollen stoffenfabriek (producent van het vermaarde duffel), deed de industriële revolutie haar intrede in Duffel. Enkele decennia later volgden de steenbakkerijen (met ruim 500 arbeiders een van de belangrijkste werkgevers in die periode in Duffel) en kort na 1900 de papierfabriek G. Morrees en Cie (later de Papeteries Anversoises). De industrialisatie zal zich vanaf dan vooral verder zetten langs de Nete, en brengt in de 20ste eeuw onder andere een nikkelfabriek, Scott, Transpac en Sidal naar Duffel. De Eerste Wereldoorlog ten slotte brengt een golf van verwoesting en vernieling over het Netedorp, waar tijdens de Slag rond de Nete het ganse centrum in puin wordt gelegd. Ook het kasteel Ter Elst heeft hier zichtbaar zwaar onder te lijden gehad. Geografie Hydrografie Duffel heeft een uitgebreide hydrografie met de Beneden-Nete, het wachtbekken Eekhoven en vijf bezinkbekkens van water-link (vroeger Antwerpse Waterwerken). Daarnaast telt de gemeente tal van beken die alle in de Nete afwateren. De Nete doorstroomt de gemeente van het noordoosten naar het zuidwesten, doorheen de geschiedenis zijn er herhaaldelijke pogingen ondernomen om de meanders te verwijderen en alzo de Netebedding rechter te maken. Dit proces blijkt nog uit de benaming ‘Oude Nete’ die gebruikt wordt voor de weilanden (nu woestenijen) in het Voogdijbroek. Op de oostoever wateren er vijf beken af in de Nete. Met name de Itterbeek, de Galgebeek, de Lekbeek en ten slotte de Goorbosbeek. Daarnaast zijn er nog de Reimeurtersbeek en de Hagebeek (die beide uitmonden in de Itterbeek). Op de westoever wateren er drie beken af in de Nete. Met name de Scheidingsbeek, de Notmeirloop en de Wouwendonksebeek. Daarnaast vinden we op het Duffelse grondgebied nog de Arkelloop, de Babelsebeek en de Roelaardloop die alle afwateren in de Lachenenbeek ter hoogte van het Hof van Lachenen in Lier. Aldaar mondt de Lachenenbeek op haar beurt uit in de Nete. De waterinname voor de wacht- en bezinkingsbekkens van water-link ten slotte gebeurt in Lier op het Netekanaal vanaf de Duffelsluizen, de zuivering gebeurt in Walem, een deelgemeente van Mechelen. Topografie De gemiddelde verhevenheid van de bodem schommelt tussen 3 en 15 meter. De verst verwijderde gronden van zowel de oost- als westoever van de Nete liggen het hoogste (12 tot 15 m). Geleidelijk en zeer regelmatig daalt de bodem af naar het Netedal alwaar de bodemverhevenheid nog slechts 3 tot 5 m bedraagt. Het laagste punt van de gemeente is het Abroek (3 m), het hoogste punt (± 31 m) ligt nabij de Vosberg op de grens met Rumst. Kernen Duffel heeft geen deelgemeenten. De Nete verdeelt het centrum in twee woonkernen. Duffel-West ligt op de rechteroever van de rivier, Duffel-Oost op de linkeroever. Verder oostwaarts, nabij de grens met Lier en Koningshooikt, liggen nog de landelijke gehuchten Itterbeek en Mijlstraat. Aangrenzende (deel)gemeenten Bezienswaardigheden De Sint-Martinuskerk, ten westen van de Nete, is een neogotische kruiskerk, oorspronkelijk als eenbeukige romaanse kerk gebouwd in opdracht van de gebroeders Hildincshusen omstreeks 1150. De oudste delen evenwel dateren van een gotische kerk uit 1486. Het grootste deel van de kerk werd echter opgetrokken in de periode 1860-'65. Na de vernieling in de Eerste Wereldoorlog werd de kerk in de jaren '20 naar die plannen heropgebouwd. De parochiekerk gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van Goede Wil, ten oosten van de Nete, werd opgetrokken vanaf 1639 en ingewijd in 1646. De Sint-Franciscus van Saleskerk in het gehucht Mijlstraat dateert uit 1902-1904 Het klooster van het Convent van Betlehem, te Duffel-West Het bioscoopcomplex Cinema Plaza uit het interbellum Het Kasteel van Perwijsbroeck uit het midden van de 19de eeuw Het Kasteel Wouwendonk De Maltahoeve is een hoevesite uit 1762, met vermoedelijk een nog oudere kern De ruïnes van het Kasteel ter Elst, waarvan de geschiedenis tot diep in de middeleeuwen teruggaat. Na aanzienlijke schade tijdens de Eerste Wereldoorlog, verviel het kasteel geleidelijk tot een ruïne. Het Fort van Duffel, dat behoorde tot de buitenste verdedigingsgordel rond Antwerpen. Het werd gebouwd in 1886-1888 en werd in 2014 opengesteld voor bezoek. Het standbeeld van Cornelis Kiliaan van 1882, door P.J. De Cuyper, te Duffel-West Demografie Demografische ontwikkeling Bronnen:NIS, Opm:1806 tot en met 1981=volkstellingen; 1990 en later= inwonertal op 1 januari Politiek Structuur De Belgische gemeente Duffel wordt bestuurd door het schepencollege en burgemeester Sofie Joosen (N-VA), dit is de uitvoerende macht op lokaal niveau. De wetgevende macht op lokaal niveau is de gemeenteraad. Schepencollege Bestuur voor de periode 2019-2024: Burgemeester: Sofie Joosen (N-VA) Bijzonder comité voor de sociale dienst-voorzitter: Luc Van Houtven (CD&V) Schepencollege: Lili Stevens (CD&V), Dirk Broes (N-VA), Jos Hellemans (CD&V), Isabel Glorie (N-VA) en Sofie Joosen (N-VA). Gemeenteraad Verder bestaat de gemeenteraad uit: CD&V: Luc Wuyts, Paul Wuyts en Koen Ghys Groen: Staf Aerts, Kris De Smet, Lisa Switsers, Benjamin Van Wijnendaele en Els Teunissen N-VA: Marc Van der Linden, Dirk Verbist, Chris De Vos, Ivan Blauwhoff, Guido Van Doninck, Kristoff Van Genechten, Anne-Marie De Mey en Eline Van Kerkhoven Vlaams Belang: Karin Meeus en Raf Torfs Geschiedenis (Voormalige) burgemeesters Legislatuur 1977-1982 Aan de gemeenteraadsverkiezingen van 10 oktober 1976 namen vier partijen deel. De CVP behaalde een absolute meerderheid met 5.552 (57,97%) van de 9.918 neergelegde stemmen, wat goed was voor 15 zetels. De partij diende slechts rekening te houden met twee kleinere partijen in de oppositie, met name de SP (16,37%) met 3 zetels en de Volksunie (21,77%) met vijf zetels. De vierde partij die meedong naar de hand van de kiezer – de OGB – behaalde met 373 voorkeurstemmen (3,89%) onvoldoende voor een mandaat in de gemeenteraad. Die dag werden er 340 blanco of ongeldige stemmen uitgebracht, goed voor 3,43 % van het totaal. Legislatuur 1983-1988 Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 10 oktober 1982 had de kiezer meer keuze. Zowel Agalev als het Vlaams Blok namen voor de eerste maal deel aan de verkiezingen op lokaal niveau. De ecologisten konden daarbij het best overtuigen en behaalde onmiddellijk een zetel in de gemeenteraad met 650 van de 10.373 neergelegde stemmen. Het Vlaams Belang kon in deze dagen slechts 161 (1,62%) kiezers bekoren, onvoldoende voor een zetel. Hun intreden in het lokale politieke landschap leverde vooral de Duffelse oppositie een mokerslag toe. Hoewel de socialisten evenveel zetels behielden als in 1976 konden ze 263 kiezers minder bekoren met 13,11% van de stemmen. De Volksunie was echter het grootste slachtoffer met een achteruitgang van 6,9% of een verlies van 2 mandaten. De CVP verliet ongehavend het strijdperk met een klein verlies van 0,43%, desondanks gingen ze er een zetel op vooruit. Ten slotte namen ook de liberalen van de PVV deel aan de verkiezingen met 6,33% van het totaal aantal stemmen kwamen ze echter net niet in aanmerkingen voor een mandaat. Legislatuur 1989-1994 Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 10 oktober 1988 slaagde de lokale CVP er opnieuw in verder te groeien, ondanks de differentiatie in het Duffelse politieke landschap. De partij won 1,89% extra kiezers en het zetelaantal steeg met twee. In totaal gingen er 6138 van de 10374 neergelegde stemmen naar de partij. De SP werd de tweede partij (op ruime afstand), ondanks een stemmenverlies van 1,95% waardoor de partij strandde op 11,16 van de stemmen. De partij verloor één zetel. Ook de Volksunie (−4,65%) en de PVV 1,04% moesten stemmen inleveren. De eerste behield nog twee zetels, de laatst genoemde wederom geen. Agalev legde een positief parcours af en groeide 2,07% tot 8,6%. Met 888 ruim voldoende voor opnieuw één zetel. Ten slotte namen ook de lokale partij Gemeentebelangen Duffel (GBD) en de Trotskistische SAP deel aan de verkiezingen, ze konden respectievelijk 4,89% en 0,41% van de kiezers overtuigen. Het Vlaams Blok ten slotte kwam niet op. 4,05% van de kiezers stemde blanco of ongeldig. Legislatuur 1995-2000 Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 9 oktober 1994 werd de neergang van de CVP ingezet. De partij verloor 4,43% van haar stemmen en strandde op 5835 van een totaal van 11.018 neergelegde stemmen. De partij strandde op 55% en kreeg 17 mandaten toegekend. Agalev werd de tweede grootste partij van de gemeente en wist 12,07% van de kiezers te overtuigen waarmee de twee extra zetels in de gemeenteraad wisten te bemachtigen. De SP – die concurrentie kreeg op haar linkerflank van de PVDA en Agalev – verloor wederom 1,22% kiezers en strandde op 9,94% (2 zetels). Daarmee bleef de socialistische partij maar net groter dan het Vlaams Blok dat 9,4% van de kiezers wist te overtuigen. De partij deed hierdoor een eerste maal haar intreden in de lokale Duffelse politiek met twee mandatarissen. De andere grote winnaar was de vernieuwde liberale partij VLD. Voor het eerst sinds 1976 zetelde er een liberaal politicus in de gemeenteraad. De partij had 7,35% van de Duffelaars weten te overtuigen. Een stijging ten overstaan van 1988 met 2,06%. De grote verliezer van deze verkiezingen was de Volksunie. De Vlaams-nationalistische partij zag haar stemmenaantal gehalveerd tot 5,79%. De partij behield geen enkele mandataris in de gemeenteraad. De marxistische PVDA ten slotte behaalde 0,44% van de stemmen. Legislatuur 2001-2006 Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2000 zakte de christendemocraten van de CVP onder de 50%, met een verlies van 11,68% kwam dit neer op 4745 van de in het totaal 11369 neergelegde stemmen. Hierdoor behield de partij nog slechts 12 mandaten. De andere verliezer van de verkiezingen werd de SP. De partij verloor 3,34% van haar stemmen en moest één mandaat inleveren. Grote winnaar was het kartel VLD-OK met 22,07%, oftewel een vooruitgang ten overstaan van het VLD-resultaat van 1994 met 14,72%. Dit was goed voor 6 mandaten in de gemeenteraad. Ook het extreemrechtse van het Vlaams Blok konden rekenen op een forse vooruitgang van 4,28% tot 13,68%, goed voor één extra mandaat. Agalev ten slotte boekte een kleine winst van 2,26% en strandt op 14,33% van de stemmen. De partij behield een status quo qua mandaten. De op imploderen staande Volksunie kwam niet op. Legislatuur 2007-2012 Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 was het koffiedik kijken voor de verkiezingen. De SP was verveld tot sp.a, de CVP tot CD&V, Agalev tot Groen! en het Vlaams Blok ten slotte tot Vlaams Belang. Daarenboven was de Volksunie uiteengevallen in een conservatief rechtse partij (N-VA) en een progressieve sociaalliberale partij (spirit). Het waren ook de verkiezingen van de kartels. In tegenstelling tot vele andere gemeenten koos Spirit er in Duffel voor om samen met Groen naar de lokale verkiezingen te gaan (in plaats van met sp.a). CD&V ging in Valentijnskartel met N-VA naar de verkiezingen en VLD ten slotte opnieuw met OK. Het kartel CD&V-N-VA hield stand ten overstaan van 2000 en won 2 zetels. Het kartel overtuigde 5176 kiezers. CD&V kreeg 13 mandaten en N-VA een. De grote winnaar van de verkiezingen bleek echter de oppositie. De sp.a kon eindelijk het tij keren en groeide opnieuw met 1,4%, Groen-spirit overtuigde 11,4% en het Vlaams Belang ten slotte 16,2% van de kiezers. Dit leverde respectievelijk 1, 3 en 4 mandatarissen op. Het kartel VLD-Ok kon haar monsterscore uit 2000 niet herhalen en overtuigde deze verkiezingen slechts 13,9% van de kiezers, ze behielden 3 mandatarissen. Gemeentebelangen ten slotte overtuigde 612 kiezers (5,35%), onvoldoende voor een mandaat. De populairste politicus was zetelend CD&V-burgemeester Guido De Vos met 2.360 voorkeurstemmen. Patrick Van Herck (1.109), Lili Stevens (1.054), Luc Wuyts (868) en Daniëlla Van Den Bergh (669) vervolledigen de top 5 (allen CD&V). Voorts werden ook Guido De Clerck (sp.a), Jo Giart, Kristophe Thijs en Vic Schelkens (allen VLD-OK), Stijn Van Nieuwenhove, Nora Bertels en Staf Aerts (allen Groen!-spirit), Francis Loos, Lydie De Wilde, Raf en Karine Torfs (allen Vlaams Belang), Paul Wuyts, Jos Hellemans, Julien Diddens, Bart Iliaens, Luc Van Houtven, Karla Bertels-Van Dessel, Denis Raveschot, Marc Tobback en Koen Frederickx (allen CD&V-N-VA) verkozen. Daar het kartel CD&V-N-VA een gewone meerderheid bezat besloten de kartelpartners alleen te besturen. De belangrijkste verwezenlijkingen waren de finalisering van de sporthal, de vernieuwing van de spoorwegbruggen en een forse investering in het Gemeentelijk Technisch Instituut, dat zijn leerlingenaantal zag stijgen met 35%. Legislatuur 2013-2018 Bij de lokale verkiezingen van 2012 zag het er even naar uit dat Open Vld niet zou opkomen, nadat hun drie raadsleden uit de vorige legislatuur de partij hadden verlaten naar andere partijen. Zo kwam oudgediende Guy De Wilder opnieuw in beeld, die na een passage bij Gemeentebelangen en Lijst Dedecker in 2010 opnieuw lid was geworden. De partij kon echter niet overtuigen en behaalde slechts 5,45% van de stemmen, onvoldoende voor een mandaat in de gemeenteraad. Groen en sp.a besloten voor deze verkiezingen de krachten te bundelen. Waar aanvankelijk gehoopt werd dat dit het gezamenlijke aantal raadsleden zou verhogen, kon echter slechts een identiek aantal zitjes in de gemeenteraad behaald worden als in 2006. Staf Aerts – ex-Spirit – was de lijsttrekker. Ook de interne verdeling bleef hetzelfde met één vertegenwoordiger voor sp.a en drie voor Groen, wel verloor het kartel in totaal 3,99% ten overstaan van het opgetelde resultaat van 2006. Een deel van dit verlies ging verloren op de linkerflank waar de vernieuwde PVDA een resultaat neerzette van 2,01%. Voor deze partij was voormalig sp.a-er Guido De Clerck lijstduwer. Hoewel de CD&V van zittend burgemeester Guido De Vos de grootste partij van de gemeente bleef, moest ze een zwaar verlies incasseren. De partij verloor 7,4% ten overstaan van de vorige verkiezingen toen ze in Valentijnskartel met N-VA 45,3% behaalde. In gemeenteraadszetels gaat de partij hierdoor van 13 (+ 1 N-VA) naar 11. Die N-VA bleek de winnaar van de lokale stembusgang te Duffel. De partij wist haar aantal raadszetels van 1 in 2006 naar 9 te vermeerderen. Ten slotte moest ook het Vlaams Belang een mokerslag incasseren, de partij verloor beide de helft van haar kiespubliek ten opzichte van 2006 (van 16,2% naar 7,5%). Dit resulteerde op haar beurt in een zetelverlies van 4 naar 1. De lokale partij Gemeentebelangen – in 2006 nog goed voor 5,4% van de stemmen – kwam niet opnieuw op. De populairste Duffelse politicus in 2012 was zittend burgemeester Guido De Vos (CD&V) met 1.981 voorkeurstemmen, vervolgens Lili Stevens (CD&V) met 1.234 en derde was Marc Van der Linden (N-VA) met 1.022 naamstemmen. Patrick Van Herck (CD&V, 920) en Sofie Joosen (N-VA, 676) vervolledigen de top 5. Op de verkiezingsavond 2012 startten er coalitieonderhandelingen tussen sp.a-groen en N-VA, die samen een meerderheid vormen met 13 zetels op 25. Hier kwam een bestuursakkoord uit voort, waarbij Marc Van der Linden (N-VA) werd aangeduid als toekomstig burgemeester. Voorts zal de bestuursploeg bestaan uit Sofie Joosen, Ivan Blauwhoff (2013-'15) & Rita Bellens (2016-'18, allen N-VA), Staf Aerts en Nora Bertels (Groen), en ten slotte An Verlinden (ex-VLD-OK nu sp.a). OCMW-voorzitter wordt Theo Boel (N-VA). Legislatuur 2019-2024 Burgemeester werd Sofie Joosen (N-VA). Zij leidt een coalitie van N-VA en CD&V. Samen hebben ze een meerderheid in de gemeenteraad van 16 zetels op 25 zetels. Na de overstap van Open VLD gemeenteraadslid Anne-Marie De Mey naar de N-VA in oktober 2022 werden dat 17 zetels op 25. Zo verloor Open VLD haar enige raadslid. Bij de gemeenteraadsverkiezing in 2018 behaalde Anne-Marie De Mey 92 voorkeurstemmen. Ze belandde in de gemeenteraad als eerste opvolger toen lijsttrekker Denis Raveschot ontslag nam. Overzicht uitslagen sinds 1976 De rode cijfers naast de gegevens duiden aan onder welke naam de partijen telkens bij een verkiezing opkwamen. De zetels van de gevormde meerderheid staan vetjes afgedrukt (*) 1976: O G B (3,89%) / 1988: GBD (4,89%), SAP (0,41%) / 2006: Gemeentebelangen (5,35%) / 2018: VolksLiga Duffel (1,0%) Cultuur Historisch Meest markant stukje cultuur was de tot juli 2004 werkende bioscoop 'Cinema Plaza' uit het interbellum (1923) in quasi originele staat. Binnen was de (kleine) affiche te zien van de originele verfilming van De Witte naar het boek van Ernest Claes, met de Duffelse acteur Jefke Bruyninckx in de hoofdrol. Deze cinema werd genomineerd voor een finaleplaats in Monumentenstrijd 2007. Evenementen Ballonnekesstoet met vuurwerk, elk jaar op de laatste zaterdag van september Duffelse braderij Oostfeesten Feest van de lokale middenstand Duffel-oost The Hangavan, organiseert evenementen voor de jeugd in een leuke, hippe caravan, wordt zelf ook allemaal georganiseerd door jongeren Theater Het amateurtheater is erg actief in Duffel. Het Garageteater Duffel wordt door de provincie Antwerpen erkend als semiprofessioneel. Kunst Duffel telt twee kunstverenigingen: de Hondiuskring en De Pelicaen. Muziek In het nummer Zeester met koffie (een cover van Starfish and Coffee van Prince) zingt Bart Peeters over een kleuterschool in Duffel. Culinair Sedert 2009 behoort het restaurant Nuance in Duffel tot een van de sterrenrestaurants uit de Michelingids. Religie en levensbeschouwing Katholieke Kerk De gemeente Duffel is de hoofdplaats van de federatie Duffel die op haar beurt dan weer deel uitmaakt van het dekenaat Mechelen in het vicariaat Vlaams-Brabant en Mechelen in het Aartsbisdom Mechelen-Brussel. De gemeente wordt onderverdeeld in drie parochies, met name Sint-Martinus (Duffel-West), Onze-Lieve-Vrouw van Goede Wil (Duffel-Oost) en Sint-Franciscus van Sales (wijk Mijlstraat). Mobiliteit Openbaar vervoer In de gemeente bevindt zich op spoorlijn 25 en de parallelle spoorlijn 27 het station Duffel. Daarnaast verbinden verschillende buslijnen van de vervoersmaatschappij De Lijn de gemeente met Antwerpen, Lier, Mechelen en andere gemeenten in de omgeving. Wegverkeer Duffel Oost en West zijn met elkaar verbonden via een brug die deel uitmaakt van de verbindingsweg N14 tussen Lier en Mechelen. Andere belangrijke wegen die de gemeente doorkruisen zijn de N108 naar Lier, de Lintsesteenweg die naar Kontich en Lint leidt, de Katelijnsesteenweg richting Sint-Katelijne-Waver en ten slotte de Lage Vosbergstraat die de gemeente verbindt met de E19 en Rumst. Economie De duffelcoats, de bekende jassen met "houtje-touwtjessluiting", ontleenden hun naam aan duffel, een zware, ruwe stof die oorspronkelijk in de gemeente Duffel werd vervaardigd. Dankzij de export van dit laken groeide Duffel uit tot een zeer vermaarde, rijk bewoond gebied met buitengewoon veel mooie huizen. Vandaag bestaat de economie in Duffel voornamelijk uit industrie zoals aluminium (walsen, profielen) en papierverwerking. Tegenwoordig is er echter een duidelijke tendens naar meer kmo's en dus afgewerkte producten en diensten. Opmerkelijk is ook de video-industrie (Duffelcoat Productions van onder andere De grote boze wolf show). Op de grens met buurgemeente Lint bevinden zich enkele grote glastuinbouwbedrijven. Ook in de Mijlstraat bevinden er zich veel bedrijven van deze landbouwtak. Onderwijs Kleuter- en Lager onderwijs Gemeentelijk Onderwijs (OVSG) Gemeentelijke basisschool 't Kofschip Gemeentelijke basisschool 't Kompas Gemeentelijke lagere school De Meyl Gemeenschapsonderwijs (GO!) Basisschool Kiliaan Vrij onderwijs (VVKBaO) "De Basis" Montessori Duffel Vrije Kleuter- en lagereschool Stationstraat Vrije Kleuterschool De Beunt Vrije Kleuterschool Mijlstraat BuLO basisschool "Ter Elst" Secundair onderwijs Gemeentelijk Onderwijs (OVSG) GTI Duffel, biedt voornamelijk TSO-richtingen aan. Vrij onderwijs (VVKSO) Sint-Norbertusinstituut, biedt ASO, TSO en BSO aan en daarnaast richt de school ook een HBO-opleiding Verpleegkunde in. Sociale kaart Algemeen OCMW Dienstenhuis Rode kruis Wit-Gele Kruis Gezondheid Universitair Psychiatrisch Centrum Duffel Dagcentrum De Maretak Christelijke Mutualiteit Socialistische Mutualiteiten Gezins- en bejaardenhulp Familiehulp Landelijke Thuiszorg SOWEL Thuishulp - provincie Antwerpen Bijzondere Jeugdzorg Jeugdzorg Ter Elst Oikonde Rusthuizen Woon- en zorgcentrum Sint-Elisabeth Woon- en zorghuis Hof van Arenberg Studentenvoorziening Pedarooienberg: studentenhome Sport Een tijdlang was Bus Lier, voormalig basketbal landskampioen en bekerwinnaar, actief in sporthal De Pollepel. De club hield op te bestaan in 1978. KFC Duffel, een voetbalclub die actief in de Vierde klasse KVV Duffel, een voetbalclub die actief in de eerste provinciale reeks Antwerpen Oefening Geeft Kracht, een turnvereniging KBBC Duffel, een basketbalvereniging BC-Duffel, een badmintonvereniging Bekende Duffelaars Geboren Woonachtig Bekende personen die woonachtig zijn of waren in Duffel of een andere significante band met de gemeente hebben: Fictief Het personage Urbaan Van Praet uit het Vlaamse radioprogramma Het Leugenpaleis woonde in de Kiliaanstraat in Duffel Jos en Ria Welvaert, uit de serie Eigen kweek, zijn origineel afkomstig van Duffel vooraleer ze een boerderij in Wijtschate erfden. Trivia In de Angelsaksische wereld kent men duffel coats (gebruikt in de Royal Navy sinds de jaren 1890) en ook duffel bags (ingevoerd rond 1915 en vooral populair in de surfercultuur). Beide zijn afgeleid van het Duffelse laken, dat al in 1677 een Engels leenwoord werd (duffel). De Corsellis-SINAPS-hersencollectie bevindt zich in het Psychiatrisch Ziekenhuis van Duffel. Nabijgelegen kernen Waarloos, Lint, Lier, Koningshooikt, Sint-Katelijne-Waver, Elzestraat Externe links Website van de gemeente Geschiedenis van Duffel Duffel toen en nu De website van cinema Plaza Oude foto's uit Duffel Oude foto's, prentkaarten e.d. over Duffel Inventaris Onroerend Erfgoed Plaats in Antwerpen (provincie)
Vrij onderwijs (VVKBaO) "De Basis" Montessori Duffel Vrije Kleuter- en lagereschool Stationstraat Vrije Kleuterschool De Beunt Vrije Kleuterschool Mijlstraat BuLO basisschool "Ter Elst"
2
peuterschool, kleuterschool, voorschool
6,138
LodgingReservation
3974623
https://nl.wikipedia.org/wiki/De%20Beyart
De Beyart
De Beyart is een kloostercomplex in de Nederlandse stad Maastricht, dat twee perioden van bloei heeft gekend: de eerste Beyart, ook wel Dal van Josaphat genoemd (1476-1796), en de tweede of nieuwe Beyart, dat officieel Klooster van de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria heet (1896-nu). De eerste periode begon met de vestiging van zusters franciscanessen van Peer. Uit deze periode is slechts een ruïne van de gotische kloosterkapel bewaard gebleven. Een eeuw na de opheffing van dit zusterklooster bouwden de broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria ("broeders van Maastricht") op hetzelfde terrein een nieuw, deels nog bestaand klooster, dat tevens als moederhuis van de congregatie fungeerde. Vanaf de jaren 1970 transformeerde dit klooster geleidelijk tot bejaardenverzorgingshuis, ook voor niet-religieuzen. Op het kloosterterrein bevindt zich tevens het Sint-Lidwinapaviljoen, een in de jaren 1930 door Alphons Boosten gebouwd voormalig ziekenpaviljoen. Laatstgenoemd bouwwerk en de ruïne van de eerste kloosterkapel zijn rijksmonumenten, terwijl het (tweede) kloostergebouw, het poortgebouw en de kloostertuin gemeentelijke monumenten zijn. Geschiedenis Herkomst naam De herkomst van de naam Beyart is niet duidelijk. Wellicht lag hier een passantenhuis voor vreemdelingen, in de middeleeuwen aangeduid als 'baaierd', 'beiaard', 'beyart' of 'beyert'. In een dergelijke logiesgelegenheid kregen pelgrims en andere reizigers voor een nacht gratis eten en slaapgelegenheid. Aan de Brusselsestraat buiten de Tweebergenpoort lag zo'n baaierd. De naam is mogelijk ook afkomstig van magister Johan Bayart de Gandavo, kanunnik van het Sint-Servaaskapittel en scholaster van de kapittelschool van Sint-Servaas. Deze kocht in 1316 een huis met tuin aan de Brusselsestraat. Na zijn dood in 1324 werd het huis bestemd voor noodlijdende geestelijken, hetgeen Bayart testamentair verordend had. Stichting eerste Beyart (1476-1510) In 1476 vestigden zeven tertiarissen van het franciscanessenklooster uit Peer (tussen Maastricht en Eindhoven, thans in Belgisch Limburg) zich in Maastricht, waar hun biechtvader Gerard de (dye) Bruin het huis De Beyart aan de Brusselsestraat beschikbaar stelde. Of de zusters een conflict hadden met het moederklooster is niet duidelijk, maar ze verbraken wel al vrij snel de banden met het klooster in Peer. In 1485 en 1490 bevestigde de bisschop van Luik, Johan van Horne, de zelfstandigheid van het nieuwe klooster. Waarschijnlijk werd kort daarna begonnen met de bouw van de kloosterkerk. De Bruin overleed begin 1510 en werd in het koor van de kloosterkerk begraven. Enkele maanden later, op 8 september 1510, werd de kerk plechtig ingewijd door de Luikse bisschop Everhard van der Marck. Bloeiperiode eerste Beyart (1510-1794) Over het klooster is vrij weinig bekend, omdat het kloosterarchief in 1794 verloren is gegaan. De zusters van Josaphatsdal kwamen uit de gegoede kringen van Maastricht en omgeving. Waarschijnlijk hielden zij zich naast hun geestelijke verplichtingen bezig met het weven van linnen. Aan het hoofd van de gemeenschap van 10 tot 20 zusters stond een priorin of overste en er was een pater voor het opdragen van de mis. Het klooster bezat diverse landerijen in de omgeving van Maastricht. In 1794-'95 bedroeg de pachtopbrengst daarvan 12.205 gulden. De proost van het Sint-Servaaskapittel bezat het patronaatsrecht. De pastoor van de Sint-Janskerk bezat eveneens bepaalde rechten en ontving jaarlijks een vat graan en met Kerstmis vier ongeplukte kapoenen. Bij begrafenissen in de kloosterkapel ontving hij bovendien twee vaten rogge en een derde van de collecteopbrengst. In het roerige jaar 1539 werden de welgestelde zusters belaagd door 50 tot 100 Maastrichtenaren onder aanvoering van ene Gabriël de Schoenmaker. De meute eiste dat ze in het klooster rijkelijk onthaald werd. In 1632 ontstond een ernstig conflict tussen priorin Anne de Longeval en proost Nicolaas de Micault, toen deze laatste meer invloed in het klooster wenste. De priorin beriep zich op de landsregering in Brussel, maar de proost legde zich daar niet bij neer. Een poging om de priorin te laten arresteren in haar eigen klooster mislukte jammerlijk en enige maanden later was de situatie door het Beleg van Maastricht (1632) en de machtsovername door de Republiek totaal anders geworden. Het dicht bij de westelijke stadsmuur gelegen klooster had veel te lijden van belegeringen, met name in 1579, 1632 en 1794. Tijdens het beleg van 1794 werd het klooster dusdanig vernield dat de 15 koorzusters en vier werkzusters gedwongen waren hun intrek te nemen in een aantal huizen aan de Brusselsestraat. Priorinnen eerste Beyart De priorin of overste had de leiding over het klooster, onder het geestelijk toezicht van een rector en op zakelijk gebied bijgestaan door een procuratrix en/of rentmeester. De priorin, de rector en de procuratrix werden aangesteld door de proost van het Sint-Servaaskapittel. 1479, 1488 Johanna van Cortryck (eerste priorin) 1527 Maria Gulckers (procuratrix: Elisabeth van den Dael) 1610-1624, 1632? Anne de Longeval 1630 Mechtild van Stockhem 1630 Catharina Bleus (subpriorin; procuratrix: Maria Wasouls) 1642: Anna de Mollets (subpriorin: Margareta Goeswyns) 1681? Maria van Stockhem (procuratrix: Johanna d'Hallembaye) ?-1694 Maria Susanna de Rosen 1708 Maria Anna Du Chasteau (procuratrix: Joanna Francisca de Hallembaye) ?-1766? Maria Johanna Fosseroul (1681-1766) ?-1771? Anna Maria Joseph Bernard ?-1780 Maria Gertrudis de Many 1796 Francisca Neven (laatste priorin; procuratrix: Catharina Frijns) Als rector (confessor, biechtvader) van het Beyartklooster worden vermeld: Gerard de Bruin (1482), Dirrik Pypers (1510-1516), Sibertus van der Hoeven van Randenraede (1521-1539), Johan Jacobs (1549) en Peter Wolteren (1583). Daarnaast worden enkele rentmeesters genoemd: Aert van der Locht (1522), Heyliger van Vucht (1524), Johan Pellens (1540) en Jan Havelange (1726). Opheffing eerste Beyart, verval en sloop (1794-1894) Op 4 november 1794 werd Maastricht, na een belegering waarbij het kloostercomplex De Beyart door bombardementen zwaar werd beschadigd, ingenomen door de troepen van de Franse Nationale Conventie. In 1796 werden alle geestelijke instellingen door de Franse revolutionairen opgeheven. Op 5 december van dat jaar werd de gemeenschap der franciscanessen van het Dal van Josaphat ontbonden en kwam er een (voorlopig) einde aan ruim drie eeuwen geestelijk leven in De Beyart. De gemeenschap telde bij de opheffing vijftien koorzusters en vier werkzusters. Het kloosterterrein werd door de Franse staat genationaliseerd en in 1797 geveild, maar werd door Anna Catharina Bertrand, ex-kloosterzuster van Peer, teruggekocht voor 28.000 livres, betaald in assignaten. Onduidelijk is of zij plannen had om het klooster nieuw leven in te blazen. In 1827 waren er nog vier zusters in leven, maar deze woonden niet meer gezamenlijk. Op de interactieve kadasterkaart van 1842 is te zien dat het kloosterterrein toen in bezit was van de koopman Jan Andries van Melsen, wonende in de Grote Staat. Waarschijnlijk werden de gebouwen verhuurd aan een landbouwer. Op oude foto's is te zien dat er een bijgebouw in de kapelruïne was gebouwd, waar tevens het hooi hoog opgetast lag. Het terrein kwam later in bezit van het Burgerlijk Armbestuur, dat het in 1893 verkocht aan de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria. Tweede Beyart (1894-nu) De congregatie van de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria (FIC) was in 1840 in Maastricht opgericht door Louis Hubert Rutten. Het moederhuis van de congregatie was ruim een halve eeuw gevestigd geweest in panden in de Bogaardenstraat en Capucijnengang, maar deze waren door de snelle groei – circa 200 leden omstreeks 1890 – te klein geworden. In juni 1893 kocht de congregatie het drie hectare grote terrein van de Beyart voor 110.000 gulden, met het doel daar een nieuw, groot moederhuis te bouwen. Vanaf 1894 verrees op initiatief van overste broeder Ildefonsus Stans op het terrein aan de Brusselsestraat het nieuwe klooster van de broeders van de Onbevlekte Ontvangenis, de tweede of nieuwe Beyart. De nog deels intact zijnde kloostervleugels van de oude Beyart werden daarvoor gesloopt; slechts een muurdeel van de ruïneuze kloosterkapel bleef gehandhaafd. Architect van de nieuwe Beyart was ir. Lambertus Faber (1855-1939). Het ontwerp was een volumineus, trapeziumvormig gebouw met daaraan vastgeplakt in de vorm van een E drie vleugels, waarvan de neogotische kloosterkapel het hart vormde. Aannemer was J. Limpens uit Maastricht, die het klooster voor ƒ 239.000 bouwde. De eerstesteenlegging vond plaats op 10 oktober 1894. Het betrof een van de grootste bouwprojecten uit die tijd voor Maastricht. In 15 maanden tijd werden 1.650.000 bakstenen verwerkt. De oplevering had moeten plaatsvinden in mei 1896, maar het gebouw was bij lange na niet klaar. Aannemer Limpens ging in 1897 failliet, waarop aannemer Schenk het werk voltooide. Het klooster was vanaf oktober 1896 al deels bewoond. De inzegening door deken H. Sevriens van de Sint-Servaaskerk vond plaats op 21 november van dat jaar. In de loop der jaren verrezen er op het kloosterterrein en in de directe omgeving diverse andere gebouwen. In 1903 werd aan de noordzijde van het terrein (Hoogfrankrijk 27) een jongensschool voor minderbedeelden gebouwd, de Sint-Vincentiusschool, ook wel 'klompenschool' genoemd. Aan de zuidzijde verrezen eveneens twee jongensscholen: in 1912 de Sint-Josephschool, ook een armenschool (achter Brusselsestraat 10) en in 1916 de Sint-Aloysiusschool voor jongens uit de 'betere stand' (achter Brusselsestraat 46). In 1937 verhuisde de blo-school, eveneens een broederschool, van de Bogaardenstraat naar de Herbenusschool, grenzend aan het terrein van De Beyart. In de tuin van het klooster bouwde Alphons Boosten in dat jaar een ziekenpaviljoen met een lighal voor tbc-patiënten. In 1940 verwierven de broeders van de Beyart het naastgelegen Cellebroedersklooster met tuin. Wegens bouwvalligheid werden drie van de vier kloostervleugels nog in hetzelfde jaar afgebroken. In 1954 verdween ook de zuidvleugel. Het vrijgekomen terrein werd merendeels betrokken bij de tuin. Op 17 september 1944, drie dagen na de bevrijding van Maastricht, werd de zuidvleugel (de 'voorbouw') van het Beyartklooster verwoest door een Duitse vliegtuigbom. Deze vleugel werd in 1952 herbouwd naar een sterk vereenvoudigd ontwerp van Boosten, nadat een eerder ontwerp door geldgebrek onuitgevoerd was gebleven. In 1980 is de neogotische kapel afgebroken om plaats te maken voor een nieuwe vleugel ten behoeve van het bejaardenverzorgingshuis. De broeders van Maastricht vormden een echte onderwijscongregatie. Aanvankelijk werkzaam in het lager onderwijs, richtten zij zich in de twintigste eeuw ook op het geven van onderricht op (M)ULO en VWO. Zij beschikten in het moederhuis, verspreid over vier gesloten verdiepingen in de zuidoostelijke zijde van het trapezium, over een grote boekencollectie op het gebied van taal- en letterkunde, pedagogiek, psychologie, geschiedenis en aardrijkskunde, de Centrale Bibliotheek (CB). Deze werd in 1928 opgericht door broeder Edgard Heynen en diende ter ondersteuning van de middelbare en academische studies van de broeders. Toen het aantal nieuwe roepingen begon terug te lopen, werden op initiatief van broeder Pierre Ubachs, de laatste directeur-bibliothecaris, collectie en leeszaal vanaf 1965 ook toegankelijk gesteld voor middelbare scholieren en anderen. In 1971 schonk de congregatie de bibliotheek met haar circa 140.000 banden voor een symbolisch bedrag aan de Gemeente Maastricht. Na de voltooiing van de bouw van de nieuwe Stadsbibliotheek Maastricht aan de Nieuwenhofstraat in 1977, verhuisde de collectie en sloot de Centrale Bibliotheek in de Beyart. Na de sterke teruggang van het aantal kloosterlingen sinds de jaren 1960 functioneerde het gebouw steeds meer als bejaardenverzorgingshuis voor de eigen gemeenschap. Omstreeks 1982 werd op de plaats van de afgebroken kloosterkapel een moderne bejaardenflat en verpleegkliniek in gebruik genomen. Deze was bedoeld voor zowel de eigen broeders, als voor religieuzen van andere congregaties, waaronder zusters karmelietessen en reparatricen. In het voormalige Sint-Lidwinapaviljoen vestigden zich aanvankelijk zusters Onder de Bogen, zolang hun eigen klooster aan de Kommelzijde werd verbouwd. Vanaf circa 2016 verbleven er zusters van het Arme Kind Jezus. Anno 2020 woonden er in het woon-zorgcentrum De Beyart circa vijftig religieuzen en honderd niet-religieuzen; er werkten ca. 300 mensen. In 2020 is het gehele Beyartterrein met alle gebouwen door de congregatie verkocht aan een vastgoedinvesteerder. Het zorgcentrum zou gehandhaafd blijven en mogelijk uitgebreid worden. Het terrein zou tevens een opener karakter krijgen. Aan de kant van Hoogfrankrijk zou een deel van de kloostertuin opgeofferd worden om zorgwoningen te bouwen. Architectuur en erfgoed Eerste Beyart: ruïne kloosterkapel De kloosterkapel werd tussen 1479 en 1509 gebouwd in laatgotische stijl en was gewijd aan Sint-Jan Evangelist. De eenbeukige dubbelkapel bestond uit twee verdiepingen (de bovenkapel voor de zusters, de benedenkapel voor bezoekers) en bezat een veelhoekig koor, waarboven zich een kleine klokkentoren bevond. Vóór de bouw van het nieuwe Beyartklooster stonden nog grote delen van de kloosterkapel overeind, inclusief metershoge muren van het koor en de vrijwel complete westgevel met een neoclassicistische deuromlijsting. Thans is slechts een deel van de zuidelijke kapelmuur bewaard gebleven. Het is waarschijnlijk de oudste vrijstaande monumentale ruïne in Nederland. Op het muurrestant zijn nog kleine kapitelen met engelenfiguren te zien, die deel uitmaakten van colonnetten, die het gewelf droegen. Bij de afbraak van de kapel in 1894 stuitte men op een grafkelder met zestien achttiende-eeuwse graven, gerangschikt in twee rijen aan een gang. De grafkelder is bij de sloop geruimd. De kapelruïne is sinds 1966 een rijksmonument. Tweede Beyart: kloosterpand Het nieuwe klooster De Beyart werd in 1894-'96 gebouwd naar een ontwerp van de Haagse architect Lambertus Faber, die enkele jaren later ook de kweekschool van de broeders aan de Tongerseweg zou ontwerpen. Het complex bestaat uit een vrij sober hoofdgebouw in de vorm van een gesloten trapezium met binnenhof, en daaraan vastgeplakt drie vleugels die een hoofdletter E vormen. Tussen de drie vleugels bevinden zich twee naar de tuin geopende binnenhoven. De middelste van de drie vleugels werd gevormd door de kloosterkapel, in feite het meest uitgesproken neogotische bouwdeel. De in september 1944 verwoeste zuidvleugel, de zogenaamde 'voorbouw', waar zich de hoofdingang bevond, werd in 1952 naar een ontwerp van Alphons Boosten vernieuwd. In 1980 werd de kapel afgebroken. Hier verrees in 1980-'82 een moderne vleugel met een nieuwe hoofdingang met grote foyer en zorgappartementen, een vroeg ontwerp van architect Jo Coenen. Ook intern werd het gebouw diverse malen gemoderniseerd. Door de vele verbouwingen heeft het complex veel van het oorspronkelijk karakter verloren. Het laat negentiende- en twintigste-eeuwse gebouwencomplex is een gemeentelijk monument. Tweede Beyart: poortgebouw en portiersloge Het neogotisch poortgebouw aan de Brusselsestraat uit 1911, eveneens door Faber ontworpen, is min of meer ongewijzigd gebleven. Faber liet aan het begin van de oprijlaan aan de Brusselsestraat in de rooilijn tussen twee belendende panden een muur optrekken met typisch Maaslandse speklagen van baksteen en zandsteen, boven een hardstenen plint. Het rechter muurdeel is hoger dan het linker. Het linker muurdeel is versierd met kantelen; geheel links staat een gebeeldhouwde adelaar. Rechts wordt de muur bekroond door een rondboogarcade onder een leien afdakje, waarin een nis met een Mariabeeld is opgenomen. In de muur bevinden zich twee poortopeningen. De linker poort is smal en spitsbogig en bevat in de spitsboog een met ajourwerk versierde steen, waarop het huisnummer (38) en de naam van het gebouw („De Beyart”) staan vermeld. De rechter poort is breed en heeft een poortboog die het midden houdt tussen een rondboog en een spitsboog. Boven beide poorten is ter versiering een geprofileerde en op gebeeldhouwde consoles rustende accoladeboog aangebracht. Bij het kleine poortje eindigt deze in een kruisbloemornament, bij de grote poort is dat een ander bloemachtig ornament, waarop de nis met het Mariabeeld rust. De nis wordt afgedekt door een zadeldakje waarop een stenen kruis staat. De reeds lang niet meer als zodanig in gebruik zijnde portiersloge ligt direct achter het poortgebouw, ter linkerzijde van de oprijlaan. Het is een eenlagig bouwwerk met een plat dak. De gevels zijn eveneens opgebouwd uit speklagen en bevatten smalle, hoge vensters. Het poortgebouw en de loge vormen, evenals het hoofdgebouw, een gemeentelijk monument. Tegenover de portiersloge is in de zijmuur van het zeventiende-eeuwse pand Brusselsestraat 36 een gevelsteen met het wapen van de congregatie ingemetseld: een lelie omgeven door een krans met twaalf sterren, symbolen van de maagd Maria. De Latijnse tekst Sub præsidio B.M.V. sine macula conceptiæ herinnert aan het feit dat het klooster onder het patronaat staat van de Gezegende Maagd Maria (B.M.V. = Beata Maria Virgine) van de Onbevlekte Ontvangenis. Tweede Beyart: Sint-Lidwinapaviljoen Het Sint-Lidwinapaviljoen in de tuin van het klooster werd in 1937 door Alphons Boosten ontworpen. Het was bedoeld als sanatorium en ziekenboeg voor langdurig zieken uit de eigen congregatie. Het gebouw is mogelijk geïnspireerd op het in 1928 opgeleverde sanatorium Zonnestraal van Jan Duiker. Boosten ontwierp een gebouw met twee vleugels in functionalistische stijl, bestaande uit betonnen kolommen en leggers, opgevuld met witgepleisterde bakstenen muren. De ranke stalen kozijnen van deuren en vensters zorgen voor een zee aan licht. De geknikte, lange zuidgevel bevat op de begane grond een loggia-achtige serre, die als lighal voor tbc-patiënten was bedoeld. Aan de noordzijde bevindt zich een kleine kapel als aanbouw. In de kapel zijn muurschilderingen aangebracht door de benedictijner broeder en kunstenaar François Mes. Het Sint-Lidwinapaviljoen is sinds 1997 een rijksmonument. Tweede Beyart: kloostertuin De kloostertuin van De Beyart is een privaat park, dat aan het oog wordt onttrokken door de bebouwing aan de Brusselsestraat, Capucijnenstraat, Hoogfrankrijk, Herbenusstraat en Cellebroedersgang. Slechts op enkele punten (Hoogfrankrijk, Cellebroedersgang) is een glimp op te vangen van de groene enclave in deze dichtbebouwde buurt. De Beyarttuin wordt gedeeltelijk omgeven door een hoge bakstenen muur. De (voormalige) gebouwen van de broeders van de Onbevlekte Ontvangenis liggen middenin (tweede Beyartklooster, Sint-Lidwinapaviljoen) en aan de rand van het park (Sint-Aloysiusschool, Sint-Jozefschool, Sint-Vincentiusschool). De ruïne van de middeleeuwse Beyartkapel vormt een romantisch decor aan de zuidoostzijde. Aan de zuidwestzijde is dat het voormalige Cellebroedersklooster. Naast de geasfalteerde hoofdpaden, die de diverse gebouwen en de ingangen aan de Brusselsestraat en Hoogfrankrijk met elkaar verbinden, zijn er beklinkerde tuinpaden die het gebied ontsluiten. De tuin ligt als een sikkel rond het hoofdgebouw; alleen aan de oostzijde ontbreekt hiervoor de ruimte. Zij bevindt zich op twee niveaus. Een gedeelte is beplant met fruitbomen; de rest bevat gazons en bloemperken. Erin bevinden zich twee vijvers met siervissen, een vogelvolière, een in onbruik geraakte monumentale waterput, meerdere beelden van heiligen en een wegkruis. Monumentale bomen zijn de rode beuk bij het Lidwinapaviljoen en een solitaire cipres. Verder zijn er groepen taxusbomen, haagbeuken, lindebomen, berken en de al genoemde fruitbomen. De Beyarttuin is een gemeentelijk monument. Zie ook Franciscanen in Maastricht Kweekschool van de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis Klooster van de Broeders van Maastricht (Helmond) Klooster van de Zusters Onder de Bogen Klooster in Maastricht Franciscanenklooster (tertiarissen) Broeders van Maastricht Kerkruïne in Nederland Voormalig kerkgebouw in Maastricht Rijksmonument in Maastricht Gemeentelijk monument in Maastricht Bouwwerk van Alphons Boosten Bouwwerk in Maastricht-Centrum Statenkwartier (Maastricht)
Herkomst naam De herkomst van de naam Beyart is niet duidelijk. Wellicht lag hier een passantenhuis voor vreemdelingen, in de middeleeuwen aangeduid als 'baaierd', 'beiaard', 'beyart' of 'beyert'. In een dergelijke logiesgelegenheid kregen pelgrims en andere reizigers voor een nacht gratis eten en slaapgelegenheid. Aan de Brusselsestraat buiten de Tweebergenpoort lag zo'n baaierd.
1
logiesreservering, verblijfboekingsdetails, slaapgelegenheid
7,499
AdultEntertainment
1790289
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zusters%20van%20Sint%20Walburga
Zusters van Sint Walburga
Zusters van Sint Walburga is een arrest van de Nederlandse Hoge Raad (HR 31 oktober 1986, NJ 1987/173) dat betrekking heeft op godsdienstvrijheid. Casus Een seksclub gevestigd op de Amsterdamse Wallen aan de Oudezijds Voorburgwal presenteerde zichzelf als "De Kloosterorde der Zusters van Sint Walburga, Sectie Nederland" (hierna: Sint Walburga), en stelde een zelfstandig onderdeel te zijn van het kerkgenootschap de Kerk van Satan. Tot de ‘godsdienstuitoefening’ van Sint Walburga behoorde het aanbieden van seksshows. Artikel 123 Sv De presentatie van Sint Walburga als zelfstandig onderdeel van een kerkgenootschap was kennelijk bedoeld om te worden gevrijwaard van regelmatige politiecontrole. In artikel 123 Sv was destijds namelijk bepaald: Dus buiten het geval van heterdaad is het betreden van lokalen voor de godsdienst bestemd gedurende de godsdienstoefening niet toegestaan voor politiecontrole. Een ambtenaar van politie die toevallig aanwezig is, moet wachten tot het einde van de godsdienstoefening om personen aan te houden of zaken in beslag te nemen. Procesgang Sint Walburga heeft de Staat der Nederlanden gedagvaard en gevorderd "om zich te onthouden van het geven van opdrachten aan ambtenaren van politie tot regelmatig routinematig onderzoek in het klooster van Sint Walburga zonder dat er ernstig concreet vermoeden van misdrijf is gerezen (...)." Eiser stelde dat de seksclubachtige activiteiten het karakter van een godsdienstoefening hadden en dat de lokaliteit daarvoor bestemd was. De president van de rechtbank heeft in kort geding de vordering van Sint Walburga niet-ontvankelijk verklaard. In hoger beroep heeft het hof de vordering ontvankelijk verklaard en vervolgens afgewezen. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep verworpen. Hof Het hof heeft vastgesteld dat Sint Walburga niet aangemerkt kan worden als zelfstandig onderdeel van een kerkgenootschap. Om als kerkgenootschap te gelden wordt de eis gesteld dat het om godsdienst gaat en dat de aanhangers een gestructureerde organisatie hebben. Het hof overwoog: Volgens het hof is geen sprake van een kerkgenootschap dat een zelfstandig onderdeel als Sint Walburga zou kunnen instellen. Daarnaast "kan Sint Walburga (...) ook niet als zelfstandig onderdeel van een kerkgenootschap gelden gezien de aard van de activiteiten." (seksuele shows, pornofilms, alcoholconsumptie op ruime schaal) Het hof heeft ambtshalve vastgesteld dat sprake is van een vereniging, reden waarom de vordering van Sint Walburga wel ontvankelijk is verklaard, om vervolgens te worden afgewezen. Hoge Raad De Hoge Raad kwam tot de conclusie dat het hof geen blijk heeft gegeven van een onjuiste rechtsopvatting. Het cassatieberoep werd verworpen. De Hoge Raad overwoog: Conclusie Sint Walburga wordt niet aangemerkt als onderdeel van een zelfstandig kerkgenootschap. Het gebouw is geen "lokaal voor den godsdienst bestemd". Een seksshow is geen godsdienstoefening. Zie ook Walburga (710-779) – Walpurgisnacht Nederlands arrest (burgerlijk recht)
Casus Een seksclub gevestigd op de Amsterdamse Wallen aan de Oudezijds Voorburgwal presenteerde zichzelf als "De Kloosterorde der Zusters van Sint Walburga, Sectie Nederland" (hierna: Sint Walburga), en stelde een zelfstandig onderdeel te zijn van het kerkgenootschap de Kerk van Satan. Tot de ‘godsdienstuitoefening’ van Sint Walburga behoorde het aanbieden van seksshows.
1
volwassenenentertainment, erotisch bedrijf, seksclub
10,511
Synagogue
3332306
https://nl.wikipedia.org/wiki/Kipstraat%20%28Rotterdam%29
Kipstraat (Rotterdam)
De Kipstraat is een straat in de Nederlandse stad Rotterdam en loopt van de Goudsesingel naar de Burgemeester van Walsumweg, onderbroken door een grasveld aan het Achterklooster. Zijstraten van de Kipstraat zijn de Bredestraat, Achterklooster, Hoogstraat (deze kruist de Kipstraat), 2e Goudsewagenhof, 3e Goudsewagenhof en de Groenendaal. De straat is ca. 300 meter lang. Aan de Kipstraat bevindt zich de parkeergarage Kiphof en het Rotterdamse veilinghuis Vendu Rotterdam. Geschiedenis Voor 1940 lag de Kipstraat een kwartslag gedraaid tussen de Goudsche Wagenstraat en de Botersloot en vormde zo de verbinding tussen Achterklooster en de Kaasmarkt, parallel aan de Hoogstraat. In de straat werd ooit kaasmarkt gehouden, en in de jaren 1930 was er een arbeidsbureau gevestigd. Aan Kipstraat 76 bevond zich de synagoge van de vereniging Agoedas Achiem. Afbeeldingen Straat in Rotterdam Centrum
Geschiedenis Voor 1940 lag de Kipstraat een kwartslag gedraaid tussen de Goudsche Wagenstraat en de Botersloot en vormde zo de verbinding tussen Achterklooster en de Kaasmarkt, parallel aan de Hoogstraat. In de straat werd ooit kaasmarkt gehouden, en in de jaren 1930 was er een arbeidsbureau gevestigd. Aan Kipstraat 76 bevond zich de synagoge van de vereniging Agoedas Achiem.
1
synagoge, joodse gebedsplaats, sjoel
3,387
UseAction
239630
https://nl.wikipedia.org/wiki/Perslucht
Perslucht
Perslucht is samengeperste lucht die onder andere gebruikt wordt om motoren, machines en gereedschappen aan te drijven, onderdelen schoon te blazen, banden op te pompen, of als ademlucht voor de brandweer en in de duiksport door duikers. Ook is het mogelijk met persluchtventielen eenvoudige logische schakelingen te maken. Perslucht wordt verkregen met een compressor. Afhankelijk van het type compressor kunnen er oliedeeltjes in de perslucht komen. Voor normale toepassingen worden deze oliedeeltjes er op een simpele manier uitgevangen. Indien de perslucht voor beademing of voor medische doeleinden wordt gebruikt, dient de compressor volkomen olievrij te zijn en wordt de lucht extra gezuiverd. Perslucht is duur, omdat de energiekosten voor het aanmaken van perslucht hoog zijn. Het energieverbruik van de compressor is verantwoordelijk voor ongeveer 70 % van de totale kosten van perslucht. Het investeringsbedrag en de onderhoudskosten zorgen samen voor de rest van de kosten. Energiekosten De productie van 1 m³ perslucht bij atmosferische druk kost aan elektriciteit: Vermogen van de compressor (in kW) × tijd (in uren) om 1 m³ te produceren × prijs van elektriciteit (in euro/kWh) Persluchtdebieten worden uitgedrukt bij atmosferische druk. Druk wordt meestal uitgedrukt in overdruk. Dit betekent dat de manometer bijvoorbeeld 9 bar aangeeft als de druk in het persluchtvat 10 keer hoger is dan de atmosferische druk, dit is 1 bar atmosferische druk + 9 bar overdruk. Een compressor die 1 m³ perslucht per minuut produceert, doet er dus 10 minuten over om een persluchtvat van 1 m³ volledig te vullen met een druk van 11 bar. Anders gezegd, 1m³ perslucht op 11 bar is 10 keer duurder dan 1 m³ perslucht bij atmosferische druk. Lees meer over het jaarlijks energieverbruik van een compressor onder compressoren. Bronnen Dit artikel, of een eerdere versie ervan, is onder de CC BY-SA-licentie 3.0 gedeeltelijk overgenomen vanaf https://eatechnicalservices.be/tips/hoeveel-kost-perslucht Zie ook Pneumatiek Compressor Gasmengsel Gastechniek
Perslucht wordt verkregen met een compressor. Afhankelijk van het type compressor kunnen er oliedeeltjes in de perslucht komen. Voor normale toepassingen worden deze oliedeeltjes er op een simpele manier uitgevangen. Indien de perslucht voor beademing of voor medische doeleinden wordt gebruikt, dient de compressor volkomen olievrij te zijn en wordt de lucht extra gezuiverd.
1
toepassing, gebruiksactie, doelobject
10,859
Hotel
4017302
https://nl.wikipedia.org/wiki/Mount%20Juliet%20Golf%20Club
Mount Juliet Golf Club
Mount Juliet Golf Club is een golfclub in Thomastown in de county Kilkenny in Ierland en maakt deel uit van de Mount Juliet Estate. De Schotse graaf van Carrick noemde zijn landgoed naar zijn echtgenote Juliet. Door het landgoed loopt de rivier de Nore. In 1987 werd het landgoed verkocht aan de Kileen Group, die er een Golf & Spa Hotel, stallen en huizen bouwde. In 2002 werd het hotel met stallen en golfbaan overgenomen door Conrad Hotels, dat onder Hilton Worldwide opereert. Golf De baan heeft een par van 72. De golfbaan werd door Jack Nicklaus ontworpen en in 1991 geopend. Toernooien Iers Open: 1993, 1994, 1995 AIB Irish Seniors Open: 1999 WGC - American Express Golf Championship: 2002, 2004 National Putting Championship, ieder jaar In 1998 werd in het kader van de Shell's Wonderful World of Golf een demonstratiewedstrijd gespeeld door Tom Watson en Fred Couples. Andere sporten Bij de golfclub is een paardenstal. Er mag vrij over het landgoed gereden worden, maar er zijn ook hindernissen neergezet om met de paarden te springen. Er zijn ook tennisbanen en gasten kunnen kleiduivenschieten. Hotels Mount Juliet House werd in de 18de eeuw gebouwd en in 1989 als hotel geopend. Er zijn 31 kamers. De 16 Clubhouse Rooms bevinden zich in een gebouw bij het clubhuis. Het Walled Garden House is moderner ingericht. De Chauffeurs Lodge en de Rose Garden Lodges hebben ieder slechts twee suites. golfbaan in Ierland Ierse golfclub County Kilkenny
In 1987 werd het landgoed verkocht aan de Kileen Group, die er een Golf & Spa Hotel, stallen en huizen bouwde. In 2002 werd het hotel met stallen en golfbaan overgenomen door Conrad Hotels, dat onder Hilton Worldwide opereert.
3
hotel, accommodatie, logies
7,583
CheckAction
3694344
https://nl.wikipedia.org/wiki/Globodera%20rostochiensis
Globodera rostochiensis
Globodera rostochiensis is een aardappelcystenaaltje dat aardappelmoeheid veroorzaakt, maar ook op tomaten voorkomt. Het cystenaaltje is vernoemd naar de eerste vindplaats van deze ziekte in Europa aan het begin van de 20e eeuw. Dat was in Rostock in het noordoosten van Duitsland. Binnen deze soort komen verschillende pathotypen voor. Pathotypen verschillen in hun vermogen om zich te vermeerden op resistente rassen. Er zijn momenteel 5 pathotypen bekend: Ro1, Ro2, Ro3, Ro4 en Ro5. Ro1 komt in Nederland het meeste voor en Ro4 en Ro5 het minste. Biologie De nematode kent vier larvale stadia. Het volwassen stadium is alleen voor de reproductie. De larven van het tweede larvale stadium vormen cysten (uit te spreken als sisten). Ze worden gelokt door uitscheidingen van de wortel en dringen met een stilet, die zich in de mondholte bevindt, de wortelcel binnen. In het volwassen stadium blijft het vrouwtje aan de wortel vast zitten, terwijl het mannetje zich door de grond naar het vrouwtje beweegt. Na de bevruchting sterft het mannetje en ontwikkeld het vrouwtje zich verder. Ze verkleurt van wit naar goudgeel. De eitjes ontwikkelen zich in het lichaam van het vrouwtje. Als de eitjes rijp zijn valt het vrouwtje van de wortel en sterft, waarbij de huid van het vrouwtje donkerbruin kleurt. Deze cysten zijn ongeveer 1 mm groot met een leerachtige huid. In die cysten zitten aanvankelijk zo'n 400 eieren met jonge larven. De dode cyste kan tot 20 jaar lang de eitjes beschermen. Jaarlijks sterft ongeveer een derde van de eieren. Pas als er aardappelen in de grond geplant worden, komen de larven uit de eieren. Half juni worden de cysten op het wortelstelsel zichtbaar. Resistentie De verschillende rassen van aardappel verschillen in resistentie tegen de verschillende pathotypen. Het is mogelijk om aan de hand van een monster te bepalen welke pathotypen er in de grond zitten, en daar de rassenkeuze van af te laten hangen. Hoe sterk aardappelcysteaaltjes zich op de wortels van een aardappelras vermeerderen verschilt per jaar, ras en perceel. Daarom wordt er gewerkt met de relatieve vatbaarheid, de resistentie van een resistent ras ten opzichte van een vatbaar ras. Bij de teelt van een hoogresistent (HR) ras neemt de aaltjespopulatie met meer dan 80% af (pf/pi=0,00-0,20). De relatieve vatbaarheid bedraagt 0,0-0,5%. resistent (R) ras neemt de aaltjespopulatie met 35-80% af (pf/pi=0,20-0,65). De relatieve vatbaarheid bedraagt 0,6-1,6%. licht vatbaar (LV) ras kan de aaltjespopulatie afnemen met 35, maar maximaal ook 300% toenemen (pf/pi=0,65-3,0). De relatieve vatbaarheid bedraagt 1,7-9,0%. vatbaar (V) ras neemt de aaltjespopulatie met meer dan 300% toe (pf/pi⇒3,0). De relatieve vatbaarheid bedraagt 9,1-100%. De pf/pi is de verhouding van de eindpopulatie aaltjes ten opzichte van de beginpopulatie. Zo is bij een pf/pi van 0,1 de eindpopulatie aaltjes nog maar 10 % is van de beginpopulatie. Betekenis Aardappelmoeheid, afkomstig uit Zuid-Amerika, is inmiddels een ziekte die wijdverspreid is over de hele wereld. De speldenknopgrote cysten worden getransporteerd met aanhangende grond aan bijvoorbeeld aardappelknollen, landbouwwerktuigen of in kluiten van pootaardappelen. De ziekte kan flinke opbrengstderving geven. In aangetaste aardappelgewassen ontstaan plekken waar de planten slecht groeien of doodgaan, de zogenaamde valplekken. Omdat er nog steeds landen zijn die beweren geen aardappelmoeheid te hebben, stellen ze eisen aan de import van planten. Zo moeten alle gewassen van de boomteelt die naar Amerika geëxporteerd worden, vrij zijn van aanhangende grond. Voor de boomteelt is de ziekte daarom ook schadelijk. Hoewel de aaltjes zich alleen kunnen vermeerderen op aardappel en tomaat, moeten boomkwekers vanwege dat grondtransport een verklaring hebben waarop staat dat de grond vrij is van aardappelmoeheid. In Nederland moet deze verklaring aangevraagd worden bij een door de Plantenziektenkundige Dienst (PD) aangewezen laboratorium. Bestrijding Bestrijding van aardappelmoeheid is niet eenvoudig. Uit te voeren bestrijdingsmaatregelen zijn de teelt van een resistent ras, grondontsmetting met nematiciden, het hanteren van een wachtperiode van minimaal 6 jaar, de teelt van een vanggewas of een combinatie van deze maatregelen. Regelgeving Voor het telen van voortkwekingsmateriaal of pootaardappelen is een geldige officiële Onderzoeksverklaring AM (aardappelmoeheid) nodig. De Plantenziektenkundige Dienst heeft voor het onderzoek de Nederlandse Algemene Keuringsdienst aangewezen die deze verklaringen mogen afgeven. Als uit een officieel AM-onderzoek blijkt dat een (gedeelte van een) perceel besmet is met aardappelcysteaaltjes, moet de Plantenziektenkundige Dienst een besmetverklaring opleggen. Deze verplichting is opgenomen in de EU-bestrijdingsrichtlijn. Het Hoofdproductschap Akkerbouw heeft op verzoek van de akkerbouwers de verordening aardappelmoeheid vastgesteld. Doel van deze verordening is om, aanvullend op het overheidsbeleid, de besmetting met aardappelmoeheid te beheersen, verdere verspreiding te voorkomen en de export van voortkwekingsmateriaal (waarvoor de eis geldt dat dit AM-vrij moet zijn) niet te belemmeren. Het algemene voorschrift is dat slechts één keer in drie jaar op hetzelfde perceel aardappelen geteeld mogen worden. In gebieden waar veel voortkwekingsmateriaal of pootaardappelen worden geteeld, geldt een verbod voor de aardappelteelt. Externe links Resistentieonderzoek-aardappelmoeheid Brochure Aardappelmoeheid Nieuwe bestrijdingsrichtlijn aardappelmoeheid per 1 juli 2010 Lijst-aardappelrassen-met-het-bijbehorende-resistentieniveau-am Aardappelmoeheid regelgeving forestryimages afbeeldingen Plantenziekte Globodera Plantenparasitaire aaltjes
Regelgeving Voor het telen van voortkwekingsmateriaal of pootaardappelen is een geldige officiële Onderzoeksverklaring AM (aardappelmoeheid) nodig. De Plantenziektenkundige Dienst heeft voor het onderzoek de Nederlandse Algemene Keuringsdienst aangewezen die deze verklaringen mogen afgeven. Als uit een officieel AM-onderzoek blijkt dat een (gedeelte van een) perceel besmet is met aardappelcysteaaltjes, moet de Plantenziektenkundige Dienst een besmetverklaring opleggen. Deze verplichting is opgenomen in de EU-bestrijdingsrichtlijn.
3
inspectie, controle, onderzoek
12,607
OfficeEquipmentStore
102512
https://nl.wikipedia.org/wiki/De%20Bazel%20%28Amsterdam%29
De Bazel (Amsterdam)
De Bazel, voormalig hoofdkantoor van de Nederlandsche Handel-Maatschappij (NHM), is een gebouw aan de westzijde van de Vijzelstraat in Amsterdam (adres Vijzelstraat 32). Het strekt zich uit van de Herengracht tot de Keizersgracht. Sinds 2007 is het Stadsarchief Amsterdam gevestigd in dit gebouw. Geschiedenis Het gebouw werd ontworpen door de architect Karel de Bazel en geldt als zijn belangrijkste werk. Het werd gebouwd tussen 1919 en 1926. De architect overleed in 1923, drie jaar voordat het gebouw voltooid zou worden. De bouw werd voortgezet en voltooid door zijn chef de bureau C. van de Linde, samen met ontwerper A.D.N. van Gendt. De sculpturen zijn van de hand van Joseph Mendes da Costa, Lambertus Zijl en Hendrik van den Eijnde. De glas-in-loodramen zijn naar het ontwerp van Antoon Derkinderen en afgemaakt door Joep Nicolas. Het gebouw werd oorspronkelijk De Spekkoek genoemd, naar de lekkernij met lichte en donkere lagen, maar heet tegenwoordig De Bazel, naar de naam van de architect. De Bazel diende achtereenvolgens als hoofdkantoor van de Nederlandsche Handel-Maatschappij, de Algemene Bank Nederland en ABN AMRO. Tussen dit gebouw en de aan de andere zijde van de Keizersgracht gelegen Vijzelbank werd in 1974 de zogenaamde Poentunnel geopend onder de Keizersgracht. In 1999 vertrok deze bank naar de Zuidas. De gemeente Amsterdam kocht daarop het pand om er uiteindelijk, na een grondige renovatie door architectenbureau Claus en Kaan en restauratiearchitect Maarten Fritz, vanaf 2007 het Gemeentearchief in te huisvesten. Na de verhuizing kreeg het archief tevens een nieuwe naam: Stadsarchief Amsterdam. Sinds 7 augustus 2007 is het archief daar voor publiek geopend. Ook het Bureau Monumenten & Archeologie (bMA) van de gemeente Amsterdam is naar dit gebouw verhuisd. Op 12 september 2007 vond de officiële opening plaats door prinses Beatrix. Het gebouw werd in 1991 uitgeroepen tot rijksmonument. Sinds 2013 is er ook het Werelderfgoed-podium, het informatiecentrum voor de Nederlandse monumenten op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Het gebouw herdenkt de geschiedenis van de NHM en de daden van drie koloniale generalen J.P. Coen, Daendels, en J.B. van Heutsz. Het gebouw Terwijl de grachtenpanden in de omgeving niet verder komen dan vijf bouwlagen, telt De Bazel er tien. Bovendien is het gebouw ongebruikelijk lang (een lengte van 100 meter langs de Vijzelstraat) en breed. Het betonskelet van het gebouw – ontworpen door Van Gendt – is bekleed met klinkers, afgewisseld met stroken graniet. In de sokkel is syeniet verwerkt. De massiviteit van het gebouw wordt getemperd door een aantal verticale terugsprongen in de gevelwand. Het pand ligt om twee lichthoven (vides met lichtkappen). Deze werden oorspronkelijk alleen onderbroken door een glazen tussenvloer op de derde verdieping. Na de Tweede Wereldoorlog werden in deze hoven vloeren gelegd. In de open lichthofconstructie en de detaillering van het exterieur is verwantschap met het werk van de Amerikaanse architecten Frank Lloyd Wright en Louis Sullivan merkbaar. Bij de renovatie werden in 2006 de lichthoven weer in oude staat hersteld. Vrijwel alle interieuronderdelen van het gebouw, zoals vloermozaïeken, luchtroosteromlijstingen, telefooncellen en de inrichting van de werkkamers, inclusief het meubilair, werden eveneens door De Bazel ontworpen. Hoewel veel in het interieur is gewijzigd, is onder meer de grote vergaderkamer op de derde verdieping in oorspronkelijke staat bewaard gebleven. Aan de uiteinden van het gebouw bevonden zich op de begane grond aan de Vijzelstraat twee winkels; rechts een wisselkantoor van de Nederlandsche Handel-Maatschappij en links een winkel voor schrijfgerei en kantoorbenodigdheden, die na de renovatie van 2006 omgebouwd is tot de entree van de Stadsboekwinkel. Zie ook Vijzelbank, tegenwoordig bekend als Duintjer CS, het kantoorgebouw van de ABN verderop in de Vijzelstraat dat rond 1970 gebouwd werd om de ruimteschaarste in gebouw De Bazel op te heffen. De gebouwen werden met elkaar verbonden door een 50 meter lange voetgangerstunnel onder de Keizersgracht, bekend als de Poentunnel. Literatuur Hannah Schoch, Erik Mattie, Koopmansgeest. Open Monumentendag Amsterdam 2002. Uitgeverij Bas Lubberhuizen. Externe links Officiële Website Stadsarchief Amsterdam Foto's van Gebouw De Bazel in de Beeldbank van het Stadsarchief Amsterdam Kantoorgebouw in Amsterdam Rijksmonument in Amsterdam-Centrum Herengracht Keizersgracht
Het pand ligt om twee lichthoven (vides met lichtkappen). Deze werden oorspronkelijk alleen onderbroken door een glazen tussenvloer op de derde verdieping. Na de Tweede Wereldoorlog werden in deze hoven vloeren gelegd. In de open lichthofconstructie en de detaillering van het exterieur is verwantschap met het werk van de Amerikaanse architecten Frank Lloyd Wright en Louis Sullivan merkbaar. Bij de renovatie werden in 2006 de lichthoven weer in oude staat hersteld. Vrijwel alle interieuronderdelen van het gebouw, zoals vloermozaïeken, luchtroosteromlijstingen, telefooncellen en de inrichting van de werkkamers, inclusief het meubilair, werden eveneens door De Bazel ontworpen. Hoewel veel in het interieur is gewijzigd, is onder meer de grote vergaderkamer op de derde verdieping in oorspronkelijke staat bewaard gebleven. Aan de uiteinden van het gebouw bevonden zich op de begane grond aan de Vijzelstraat twee winkels; rechts een wisselkantoor van de Nederlandsche Handel-Maatschappij en links een winkel voor schrijfgerei en kantoorbenodigdheden, die na de renovatie van 2006 omgebouwd is tot de entree van de Stadsboekwinkel.
1
kantoorwinkel, kantoorbenodigdheden, kantoorartikelenwinkel
10,798
EngineSpecification
714768
https://nl.wikipedia.org/wiki/Laatzen
Laatzen
Laatzen is een stad in de Duitse deelstaat Nedersaksen, en maakt als selbständige Gemeinde deel uit van de Region Hannover. Laatzen telt inwoners. Indeling van de gemeente Laatzen bestaat uit: Kernstadt Laatzen, met ultimo 2016 ruim 25.000 inwoners; onderverdeeld in: Alt-Laatzen (op de grens met de stad Hannover) Laatzen-Mitte Grasdorf, ten zuiden van Laatzen zelf Ingeln-Oesselse (circa 4.000 inwoners) Gleidingen (ruim 4.000 inwoners) Rethen (per 31 december 2019 circa 9.000 inwoners) Totaal aantal inwoners van de gehele gemeente ultimo 2019: 43.280. Ligging, verkeer, vervoer Laatzen ligt in het zuidoosten van de agglomeratie van Hannover en kan als een voorstad van die stad beschouwd worden. De rivier de Leine vormt de westgrens van de gemeente. Het terrein van de Hannover Messe grenst aan Laatzen. In Laatzen is een nieuw stadscentrum met de naam Leine-Center gebouwd. Het bestaat o.a. uit een groot winkelcentrum. Buurgemeentes In het noordwesten: Hemmingen In het noorden: Hannover In het oosten: Sehnde In het westen: Pattensen In het zuiden: Sarstedt In het zuidoosten: Algermissen De beide laatstgenoemde buurgemeenten liggen in de Landkreis Hildesheim. Wegverkeer Ten oosten van Laatzen langs loopt de A7 noordwaarts naar Hamburg en zuidwaarts naar Hildesheim en Kassel. Bij Autobahndreieck Hannover-Süd, dat op Laatzer gebied ligt, kan men via een kort stukje A37 bij afrit Messegelände de B6 op (rechts naar het terrein van de Hannover Messe, links naar Laatzen-Mitte). Door Laatzen lopen enige Bundesstraßen: de Bundesstraße 3, deels vierbaans de Bundesstraße 6, deels vierbaans de Bundesstraße 65 de Bundesstraße 443 Openbaar vervoer Een belangrijk spoorwegstation van de S-Bahn van Hannover is Hannover Messe/Laatzen. Het ligt in Laatzen, maar via een fly-over oostwaarts kan men op het terrein van de Hannover Messe komen. Normaliter stopt alleen lijn S-4 van de S-Bahn van Hannover er, maar tijdens beurzen e.d. op de Hannover Messe stoppen de treinen van de DB er ook extra. Ook Ortsteil Rethen heeft een stationnetje van de S-Bahn. De Stadtbahn Hannover (de stadstram) ontsluit Laatzen d.m.v. twee noord-zuid lopende lijnen. Lijn 1 (Langenhagen–Hannover Hbf–Laatzen–Sarstedt) loopt door Laatzen-Mitte. Lijn 2 (Alte Heide–Hannover Hbf–Laatzen–Rethen) loopt door Grasdorf. Daarnaast lopen door de gemeente diverse buslijnen. Economie Siemens AG heeft enkele bedrijfsafdelingen (op het gebied van het ontwerp en de bouw van spoorwegmaterieel en onderdelen daarvan) en een aantal kantoren in het verleden vanuit de stad Hannover verplaatst en in Laatzen gevestigd. In 2018 is te Laatzen met de bouw van een nieuw kantoorgebouw voor 750 medewerkers begonnen, dat eind 2020 gereed moet zijn. Laatzen profiteert economisch ook van de nabijheid van de Hannover Messe (horeca, IT-bedrijven etc.). Een Luxemburgs concern exploiteert in Laatzen een fabriek van machine- en voertuigmotoronderdelen. De plaats heeft verder een aantal bedrijventerreinen voor midden- en kleinbedrijf. Binnen de dienstensector valt op, dat de plaats een ziekenhuis met 246 bedden heeft, waar ook medische studenten uit Hannover in de praktijk worden opgeleid. Ook is het hoofdzetel van een groot catering- en schoonmaakbedrijf, dat tot een Brits concern behoort. Verder heeft de Deutsche Rentenversicherung, die de Duitse wettelijke sociale verzekerings- en pensioenuitkeringen verzorgt, in Laatzen haar kantoor voor de deelstaat Nedersaksen. Geschiedenis Gleidingen is de oudste plaats binnen de huidige gemeente. In 983 werd het reeds in een document vermeld. Het gebied behoorde in de 14e en 15e eeuw eerst aan plaatselijke heren (het geslacht Von Lathusen) en daarna aan het te Hildesheim gelegen klooster Marienrode, dat tot 1580 formeel eigenaar van de grond was. De Reformatie in de 16e eeuw had tot gevolg, dat de meerderheid van de christenen in de gemeente, tot op de huidige dag, evangelisch-luthers is. In 1671 stond hertog George Willem van Brunswijk-Lüneburg het grootste deel van de huidige gemeente Laatzen af aan zijn broer, Johan Frederik van Brunswijk-Lüneburg. Sindsdien behoorde Laatzen tot het Vorstendom Calenberg. Laatzen had in de 17e en 18e eeuw een aparte status binnen Calenberg ( "Kleines Freie") : het had zekere vrijheden op het gebied van de rechtspraak en het behoefde minder herendiensten te verrichten. In 1853 kreeg Laatzen zijn eerste spoorwegstation. In 1943, april 1944 en maart 1945 tijdens de Tweede Wereldoorlog werden diverse gebouwen in de gemeente door geallieerde bombardementen verwoest. Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de gemeente zich tot een voorstad van Hannover, met veel nieuwe woonwijken. Later verhuisden ook enige bedrijven vanuit Hannover hierheen, zodat de werkgelegenheid in Laatzen zelf ook is toegenomen. Op 21 juni 1968 verleende de regering van Nedersaksen aan de gemeente Laatzen het recht, zich stad te noemen. Bezienswaardigheden, recreatie De voornaamste bezienswaardigheid in de gemeente is de natuur. Zeker aan de westkant van de gemeente is het gebied, waar de rivier de Leine doorheen stroomt, grotendeels ofwel als beschermd landschap, ofwel als natuurreservaat aangewezen. Het gaat hier om o.a. weidereservaten, wetlands en kleine venen en ooibossen. Het Mastbrucher Holz is een klein bos ten zuiden van het terrein der Hannover Messe, en is beroemd om zijn soortenrijkdom. Monumentale gebouwen De (thans evangelisch-lutherse) Oude Kapel in Alt-Laatzen (bouwjaar 1325, verwoest tijdens de Tweede Wereldoorlog, herbouwd in 1954, wordt beschouwd als het meest zuidelijk gelegen gebouw van geheel Duitsland in de stijl van de Noordduitse baksteengotiek. Musea, recreatie, toerisme Het Park der Sinne (park van de zintuigen) is een zogenaamd doe-park met diverse objecten om diverse zintuigen te gebruiken. Het is een openbaar park midden in Laatzen. Er worden door de charitatieve vereniging, die het beheer verzorgt, regelmatig activiteiten van uiteenlopende aard georganiseerd. Het werd aangelegd in het kader van de Expo 2000 in Hannover. In Laatzen ligt, aan de spoorlijn naar Hildesheim, het Luchtvaartmuseum Hannover. Men kan er meer dan 30 historische vliegtuigen bezichtigen. Partnergemeentes Le Grand-Quevilly, Frankrijk, sinds 1969 Waidhofen an der Ybbs, Oostenrijk, sinds 1986 Gubin, Polen, sinds 1991 De jumelage van Stadtteil Rethen met het Nederlandse Uithuizermeeden (nu gemeente Het Hogeland), die in 1973 was begonnen, is in 2010 beëindigd. Belangrijke personen in relatie tot de gemeente Geboren Marcel Halstenberg (27 september 1991), voetballer Overleden Peter Wessel Tordenskjold (1690-1720), Noors admiraal Afbeeldingen Niet te verwarren met Het gehucht Laatzen, waar van 1963 tot 1995 Nederlandse militairen met HAWK-groepen geleide wapens (HAWK luchtdoelraketten) waren gestationeerd, maakt deel uit van het dorp Groß Berkel , dat op zijn beurt weer deel uitmaakt van de gemeente Aerzen, Landkreis Hamelen-Pyrmont. Externe links www.luftfahrtmuseum-hannover.de Website Luchtvaartmuseum Hannover Verein Park der Sinne Zintuigenpark Laatzen Gemeente in Nedersaksen
Economie Siemens AG heeft enkele bedrijfsafdelingen (op het gebied van het ontwerp en de bouw van spoorwegmaterieel en onderdelen daarvan) en een aantal kantoren in het verleden vanuit de stad Hannover verplaatst en in Laatzen gevestigd. In 2018 is te Laatzen met de bouw van een nieuw kantoorgebouw voor 750 medewerkers begonnen, dat eind 2020 gereed moet zijn. Laatzen profiteert economisch ook van de nabijheid van de Hannover Messe (horeca, IT-bedrijven etc.). Een Luxemburgs concern exploiteert in Laatzen een fabriek van machine- en voertuigmotoronderdelen.
1
motorspecificatie, motorinformatie, voertuigmotor
4,802
ItemList
1865518
https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst%20van%20rijksmonumenten%20in%20Wolvega
Lijst van rijksmonumenten in Wolvega
De plaats Wolvega (Stellingwerfs: Wolvege, Fries: Wolvegea) telt 12 inschrijvingen in het rijksmonumentenregister, hieronder een overzicht. |} Zie ook Lijst van rijksmonumenten in Weststellingwerf voor andere plaatsen in de gemeente. Lijst van gemeentelijke monumenten in Wolvega Rijksmonument in Weststellingwerf Wolvega
Zie ook Lijst van rijksmonumenten in Weststellingwerf voor andere plaatsen in de gemeente. Lijst van gemeentelijke monumenten in Wolvega
2
lijst, ranglijst, items
12,297
Reservoir
4427693
https://nl.wikipedia.org/wiki/Diemelsee
Diemelsee
Diemelsee (stuwmeer), stuwmeer in Duitsland Diemelsee (gemeente), gemeente in Duitsland
Diemelsee (stuwmeer), stuwmeer in Duitsland Diemelsee (gemeente), gemeente in Duitsland
2
stuwmeer, waterreservoir, kunstmatig meer
2,986
Country
2228165
https://nl.wikipedia.org/wiki/Sultanaat%20Deli
Sultanaat Deli
Het sultanaat Deli is een 1.820 km² grote staat in het noordoosten van Sumatra, rond de huidige stad Medan. Deli werd opgericht in 1630 en werd in 1946 toegevoegd aan de republiek Indonesia. De heerser van Atjeh bekeerde zich tot de islam in het midden van de 15e eeuw. Het sultanaat Atjeh werd opgericht door Ali Mughayat Syah, Hij begon campagnes om zijn controle over het noorden van Sumatra uit te breiden in 1520. De sultan, Iskandar Muda breidde zijn gebied uit door veroveringen. In 1612 werd Deli verslagen en geannexeerd. Nederlandse interventie in 1861 resulteerde in een overeenkomst met Nederlands-Indië het volgende jaar. Door deze Nederlandse steun erkenden Atjeh en Siak de onafhankelijkheid van Deli. Nederlandse tabakscultuur In 1863 begon de Nederlander Jacob Nienhuys een tabaksplantage op Deli, en in het volgend jaar kwam de eerste Delitabak in Amsterdam op de markt. De kwaliteit was verbluffend goed, en de plantage werd snel uitgebreid. In 1869 richtte Nienhuys de Deli Maatschappij op. In de volgende jaren werden hij en andere planters schatrijk, maar dit ging ten koste van de vele koelies, die ze voor het plantagewerk uit Java hadden gehaald. Om hen onder de duim te houden vaardigde het gouvernement van Nederlands-Indië de Koelieordonnantie uit, waarin strafrechtelijke bevoegdheden werden overgedragen aan de plantagehouders. Zo ontstond in feite een nieuwe vorm van lijfeigenschap, al was formeel sprake van arbeidscontracten. Deli is nu onderdeel van Indonesië. In Nederland zijn het Deliplein in Rotterdam en Groningen, de Delilaan in Hilversum en de Delistraat in Amsterdam, Den Haag en Nijmegen naar Deli genoemd. Geschiedenis van Sumatra Deli Deli Noord-Sumatra Medan
De heerser van Atjeh bekeerde zich tot de islam in het midden van de 15e eeuw. Het sultanaat Atjeh werd opgericht door Ali Mughayat Syah, Hij begon campagnes om zijn controle over het noorden van Sumatra uit te breiden in 1520. De sultan, Iskandar Muda breidde zijn gebied uit door veroveringen. In 1612 werd Deli verslagen en geannexeerd. Nederlandse interventie in 1861 resulteerde in een overeenkomst met Nederlands-Indië het volgende jaar. Door deze Nederlandse steun erkenden Atjeh en Siak de onafhankelijkheid van Deli.
3
land, natie, staat
1,696
TravelAgency
926913
https://nl.wikipedia.org/wiki/Op%20de%20Hollandse%20toer
Op de Hollandse toer
Op de Hollandse toer is een Nederlandse film uit 1973 met als internationale titel Going Dutch. Het was de laatste film van cabaretier Wim Sonneveld, die in 1974 overleed. Verhaal Robbie is werknemer van het kleine reisbureau Bon Voyage. Zijn dictatoriale baas heeft net een reisleider ontslagen en nu moet Robbie het overnemen. Hij krijgt een internationaal gezelschap onder zijn hoede, met daarbij kleurrijke figuren. Robbie moet ze alle uithoeken van Nederland laten zien door middel van een ingehuurde bus met een chauffeur die graag naar de jenever grijpt. Ook krijgt Robbie te maken met de wel erg naar liefde snakkende mevrouw Slaughter. Rolverdeling Wim Sonneveld: Robbie Wim Kouwenhoven: Directeur reisbureau Adèle Bloemendaal: Mevrouw Slaughter Joop Doderer: Buschauffeur Jan Rudi Falkenhagen: Sportmasseur bij Ajax Piet Ekel: Fred Barry Hulshoff: Zichzelf Externe link Achtergrondinformatie Film uit 1973 Komische film Nederlandse film
Robbie is werknemer van het kleine reisbureau Bon Voyage. Zijn dictatoriale baas heeft net een reisleider ontslagen en nu moet Robbie het overnemen. Hij krijgt een internationaal gezelschap onder zijn hoede, met daarbij kleurrijke figuren. Robbie moet ze alle uithoeken van Nederland laten zien door middel van een ingehuurde bus met een chauffeur die graag naar de jenever grijpt. Ook krijgt Robbie te maken met de wel erg naar liefde snakkende mevrouw Slaughter.
1
reisbureau, reisagentschap, reisorganisatie
2,583
ListenAction
323580
https://nl.wikipedia.org/wiki/De%20Sandwich%20%28radioprogramma%29
De Sandwich (radioprogramma)
De Sandwich is een Nederlands radioprogramma dat sinds januari 1995 bestaat. Presentatie De presentator van het programma is Jacques Klöters. Sinds januari 2000 is Angelique Stein de muzieksamensteller, daarvoor waren er diverse muzieksamenstellers bij het programma betrokken. In de begintijd van het programma, in 1995, werd het programma, toen uitgezonden door de NPS, in twee gedeeltes uitgezonden, namelijk een uur voor en een uur na het ochtendprogramma Muziekmozaïek van Willem Duys. De naam ontleende het programma aan het feit dat het Muziekmozaïek als een sandwich omhulde. Na het afscheid van Willem Duys in 1999, werd vier jaar lang in het uur tussen de twee delen van De Sandwich het door Robert Long gepresenteerde programma Mezzo (dat in het Italiaans onder andere midden betekent) uitgezonden. Daarna werd De Sandwich een aaneengesloten programma van 3 uur. Tegenwoordig wordt het programma door AVROTROS uitgezonden. Na de verhuizing naar Radio 5 Nostalgia in september 2010 werd het een twee uur durend programma op de vrijdagochtend. Sinds 1 januari 2014 is het programma weer op zondagochtend te horen. Sinds 2017 wordt het programma weer een uur lang onderbroken door een ander programma, namelijk Andermans Veren. Inhoud Cabaret is een vaak terugkomend thema in De Sandwich. Verder is er veel aandacht voor niet-Engelstalige muziek (Frans chanson, wereldmuziek e.d.) en houdt het programma in de gaten wat er op dat moment in de theaters in Nederland speelt. Muziek van vroeger en nu wisselen elkaar af, de sfeer is gemoedelijk en rustig. Op 4 januari 2015 vierde het programma zijn 20-jarige bestaan, met een programma waarin luisteraars aangaven welke muziek ze voor het eerst bij De Sandwich gehoord hadden. De Sandwich heeft een eigen podcast waarop de uitzendingen zijn te downloaden en na te luisteren. Externe links Website De Sandwich De podcast van De Sandwich De Sandwich bij RadioCast.nl Last.fm groep Luisteraars van de Sandwich Radioprogramma van Radio 5 Radioprogramma van Radio 2 (Nederland) Komisch radioprogramma Nederlands muziekprogramma op radio
De Sandwich heeft een eigen podcast waarop de uitzendingen zijn te downloaden en na te luisteren.
1
luisteren, audiocontent, consumptie
7,290
PrependAction
1358879
https://nl.wikipedia.org/wiki/Max%20Euweplein%20%28Amsterdam%29
Max Euweplein (Amsterdam)
Het Max Euweplein is een plein in Amsterdam-Centrum. Geschiedenis en ligging Het ronde plein is gebouwd op de luchtplaats van het voormalige Huis van Bewaring aan de Weteringschans. Bij de herontwikkeling van het wijkje richtte architect Pieter Zaanen en Kees Spanjers de terreinen in voor woningbouw met winkels en horeca. Zij kregen daarbij een geschil met de Dienst Openbare Ruimte die een rechthoekig ingericht plein wilde, maar de architecten voorzagen dat de Amsterdamse verkeersdeelnemers toch de kortste route zouden kiezen. Het plein werd rond met een daaroverheen slingerend fietspad. Het plein kreeg per raadsbesluit van 26 juni 1991 haar naam, een vernoeming naar schaakgrootmeester en wiskundeleraar Max Euwe. Een eerder geopperde naam Fortunaplein sneuvelde, burgemeester Ed van Thijn was schaakliefhebber. Meerdere steden hebben een straat of plein naar Euwe vernoemd (Haarlem, Rotterdam etc.). Het plein is alleen toegankelijk voor voetgangers en fietsers. Aan de zuidwestzijde sluit het plein via de Hein Donnerbrug aan bij het Vondelpark en de Stadhouderskade/Singelgracht. Anderzijds heeft het een aansluiting bij de Weteringschans en het Kleine-Gartmanplantsoen. Nooddiensten kunnen via de eerder genoemde Hein Donnerbrug van Spanjers het plein bereiken. Daar waar het Max Euweplein de Singelgracht raakt, is onderdeel van beschermd gebied binnen Amsterdam (de kade van de Singelgracht). Gebouwen De bebouwing aan het plein bestaat uit woningen, winkels en horeca. Deze laatste categorie maakt een relatief groot deel van de bebouwing. Het is een uitgaansgebied met onder andere het Hard Rock Cafe, een grand café, waarin enige tijd het Willy Alberti-museum gevestigd was, en een stand-upcomedy-café. In het aangrenzende voormalige Lido is het Holland Casino gevestigd. Boven de diverse clubs en cafés bevinden zich appartementen. Sinds 1991 is het Max Euwe Centrum (MEC) aan het plein (huisnummer 30a) gevestigd. Gezien de bebouwing uit de jaren tachtig en negentig van de 20e eeuw is er nog geen monument aangewezen. Aan de noordzijde staat het verbouwde Huis van Bewaring. Kunst Op en rondom het plein is een aantal uitingen van kunst in de openbare ruimte te vinden: sinds begin: de toegang tot het plein vanaf de Weteringschans bestaat uit een neoklassieke colonnade met pilaren die een fries dragen met de tekst: Homo sapiens non urinat in ventum – een wijs man urineert niet tegen de wind in. Dit is potjeslatijn omdat het Latijn geen werkwoord urinare kent. De colonnade en tekst is afkomstig van Kees Spanjers, die nogal wat tegenwind ondervond in de samenwerking met de gemeente; het is tevens een protest tegen de teloorgang van kennis van de klassieke talen sinds begin: twee kleine fonteinen die twee watertrappen rondom een terras stromen voeden; ontwerp van Pamela Schellekens sinds 1992: Gedenksteen voor het voormalig Huis van Bewaring van Pieter Zaanen sinds 1993: Tranen voor het verzet van Bernard Heesen sinds 1996: ter ere van Euwe is er in de bestrating een groot schaakbord aangebracht waarop men met extra grote schaakstukken kan schaken. Dit schaakbord werd in 1996 bedacht door de toen 10-jarige David van Zeggeren. De schaakstukken werden getroffen door vandalisme; in 2019 moesten ze vervangen worden. sinds 7 mei 2004: een standbeeld van Max Euwe gemaakt door José Fijnaut op initiatief van de ondernemersvereniging Afbeeldingen Plein in Amsterdam-Centrum Schaken in Amsterdam
Kunst Op en rondom het plein is een aantal uitingen van kunst in de openbare ruimte te vinden: sinds begin: de toegang tot het plein vanaf de Weteringschans bestaat uit een neoklassieke colonnade met pilaren die een fries dragen met de tekst: Homo sapiens non urinat in ventum – een wijs man urineert niet tegen de wind in. Dit is potjeslatijn omdat het Latijn geen werkwoord urinare kent. De colonnade en tekst is afkomstig van Kees Spanjers, die nogal wat tegenwind ondervond in de samenwerking met de gemeente; het is tevens een protest tegen de teloorgang van kennis van de klassieke talen sinds begin: twee kleine fonteinen die twee watertrappen rondom een terras stromen voeden; ontwerp van Pamela Schellekens sinds 1992: Gedenksteen voor het voormalig Huis van Bewaring van Pieter Zaanen sinds 1993: Tranen voor het verzet van Bernard Heesen sinds 1996: ter ere van Euwe is er in de bestrating een groot schaakbord aangebracht waarop men met extra grote schaakstukken kan schaken. Dit schaakbord werd in 1996 bedacht door de toen 10-jarige David van Zeggeren. De schaakstukken werden getroffen door vandalisme; in 2019 moesten ze vervangen worden. sinds 7 mei 2004: een standbeeld van Max Euwe gemaakt door José Fijnaut op initiatief van de ondernemersvereniging
2
toevoegen, invoegen, begin
11,198
WPHeader
34213
https://nl.wikipedia.org/wiki/Crosspost
Crosspost
Een crosspost is een techniek die oorspronkelijk op Usenet gebruikt wordt om een bericht in één keer in meerdere nieuwsgroepen te plaatsen door alle groepsnamen door komma's gescheiden op te nemen in de Newsgroups:-header. Crossposten komt echter niet alleen maar op Usenet voor, maar onder meer ook op sociale netwerken en internetforums. Usenet Over het algemeen geeft men de voorkeur aan crossposten om verschillende redenen: Het is makkelijker voor de poster omdat deze het bericht maar eenmaal hoeft te versturen. Mensen die op meerdere groepen geabonneerd zijn, zien het bericht maar eenmaal. Hun newsreader zorgt hiervoor. Alle antwoorden worden normaliter ook gecrosspost, en komen dus netjes bij elkaar terecht, en niet verspreid over meerdere groepen. Echter, ook het crossposten naar een groot aantal groepen wordt over het algemeen niet als gewenst gezien. Daarom kan men bij het crossposten beter ook een Follow-Up:-header (Opvolging naar) instellen, om alle antwoorden naar de meest relevante groep te laten sturen. Een bericht in meerdere groepen afzonderlijk posten heet multiposten. Sociale netwerken en internetforums Het gelijktijdig op verschillende sociale netwerken plaatsen van berichten wordt ook crossposten genoemd. Sommige van zulke sociale netwerksites bieden dat standaard aan en voor andere sites zijn er hulpmiddelen van derden voor nodig. Op sommige sociale netwerken is het ook mogelijk om binnen zo'n sociaal netwerk te crossposten als er bijvoorbeeld verschillende discussiegroepen zijn. Ook op internetforums komt het begrip voor wanneer forumleden in verschillende forums dezelfde vraag stellen. Dit laatste wordt over het algemeen als ongewenst ervaren. Nieuwsgroep Internetcultuur
Een crosspost is een techniek die oorspronkelijk op Usenet gebruikt wordt om een bericht in één keer in meerdere nieuwsgroepen te plaatsen door alle groepsnamen door komma's gescheiden op te nemen in de Newsgroups:-header.
1
header, koptekst, paginakop
9,425
BroadcastEvent
5681363
https://nl.wikipedia.org/wiki/Checkpoint%20Basecamp
Checkpoint Basecamp
Checkpoint Basecamp was een Nederlands televisieprogramma van de Evangelische Omroep voor kinderen tussen 9 en 12 jaar. Het programma wordt zowel op televisie uitgezonden via NPO Zapp alsook geüpload op YouTube. Het programma Checkpoint Basecamp draait om zes testteamleden die experimenteren en uitdagingen met elkaar uitgaan. De actie wordt door henzelf al vloggend op camera vastgelegd. Het programma wordt doordeweeks in de vooravond uitgezonden als een uitzending van 10 minuten. Op zaterdag is er een langere uitzending van 25 minuten. Tevens verschijnt er iedere donderdag een uitzending op YouTube. In maart 2023 wordt bekendgemaakt dat Checkpoint Basecamp na twee seizoenen zou stoppen om ruimte te maken voor een nieuw te ontwikkelen format. De laatste compilatie is op 1 april uitgezonden. Einde Na 14 jaar is er besloten om te stoppen met Checkpoint. Er zijn 22 seizoenen van Checkpoint gemaakt. En 2 seizoenen van de opvolger Checkpoint Basecamp. Afleveringen Externe link Officiële website Checkpoint Basecamp
Het programma wordt doordeweeks in de vooravond uitgezonden als een uitzending van 10 minuten. Op zaterdag is er een langere uitzending van 25 minuten. Tevens verschijnt er iedere donderdag een uitzending op YouTube.
3
uitzending, live-uitzending, broadcast